Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 19 maart 1999
gepubliceerd op 25 maart 1999

Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 22 oktober 1997 betreffende de algemene regels inzake de lineaire obligaties

bron
ministerie van financien
numac
1999003151
pub.
25/03/1999
prom.
19/03/1999
ELI
eli/besluit/1999/03/19/1999003151/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

19 MAART 1999. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 22 oktober 1997 betreffende de algemene regels inzake de lineaire obligaties


De Minister van Financiën, Gelet op artikel 37 van de Grondwet;

Gelet op de wet van 2 januari 1991 betreffende de markt van de effecten van de overheidsschuld en het monetaire beleidsinstrumentarium, gewijzigd door de wetten van 22 juli 1991, 28 juli 1992, 6 augustus 1993, 4 april 1995, 18 juni 1996, 15 juli en 30 oktober 1998, inzonderheid op hoofdstuk 1;

Gelet op de wet van 22 december 1998 houdende de Rijksmiddelenbegroting voor het begrotingsjaar 1999, inzonderheid op artikel 8, § 1, 1°;

Gelet op het koninklijk besluit van 23 januari 1991 betreffende de effecten van de Staatsschuld, gewijzigd door de koninklijke besluiten van 22 juli 1991, 10 februari 1993, 30 september en 3 december 1997, 26 november 1998, en van 20 januari 1999;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 oktober 1997 betreffende de lineaire obligaties, gewijzigd door het koninklijk besluit van 11 december 1998;

Gelet op het ministerieel besluit van 22 oktober 1997 betreffende de algemene regels inzake de lineaire obligaties, gewijzigd door de ministeriële besluiten van 28 mei en 17 december 1998;

Overwegende dat de uitgiftevoorwaarden van lineaire obligaties moeten worden aangepast aan de bepalingen van het nieuwe lastenboek van de primary dealers in Schatkistwaarden van het Koninkrijk België en van het lastenboek van de recognized dealers in Schatkist-waarden van het Koninkrijk België, Besluit :

Artikel 1.Artikel 1, 1°, van het ministerieel besluit van 22 oktober 1997 betreffende de algemene regels inzake de lineaire obligaties wordt vervangen als volgt : « 1° - primary dealers: de instellingen verbonden met de Schatkist door het lastenboek van de primary dealers in Schatkistwaarden van het Koninkrijk België; - recognized dealers : de instellingen verbonden met de Schatkist door het lastenboek van de recognized dealers in Schatkistwaarden van het Koninkrijk België. »

Art. 2.In hetzelfde besluit wordt een artikel 1bis ingevoegd dat luidt als volgt : «

Art. 1bis.§ 1. Het bedrag van de interesten te betalen op de vervaldatum van de interestperiode van een lineaire obligatie tegen vaste rentevoet wordt berekend als volgt : C = Y x i/100 x d/12 , waarbij - C gelijk is aan het bedrag van de interesten; - Y gelijk is aan het nominale bedrag van de effecten; - i de nominale jaarlijkse rentevoet is van de effecten voor de betreffende interestperiode; - d de gewone duur is van de coupons in volledige maanden, zoals conventioneel vastgelegd; § 2. De aanvangsdatum van een interestperiode, hierna "D" genoemd, wordt meegerekend voor de berekening van het exacte aantal dagen dat in aanmerking wordt genomen voor de toepassing van de formules.

De vervaldatum van interesten, hierna "E" genoemd, wordt niet meegerekend voor deze berekening. § 3. Voor een eerste of laatste coupon met een duur korter dan d (hierna "atypische coupon of atypische interestperiode" genoemd), wordt de rentevoet i vermenigvuldigd met de breuk n/f, waarbij - n gelijk is aan het verschil tussen D en E van de atypische interestperiode; - f gelijk is aan het verschil tussen: 1° voor wat betreft een eerste korte coupon : - enerzijds de notionele D verkregen door E van de atypische coupon te verminderen met d; - en, anderzijds, E van de atypische coupon; 2° voor wat betreft een laatste korte coupon : - enerzijds D van de atypische coupon; - en, anderzijds, de notionele E verkregen door D voormeld te vermeerderen met d. § 4. Voor een eerste of laatste coupon met een duur langer dan d, wordt de rentevoet i vermenigvuldigd met (1 + c/f ), waarbij 1° voor een eerste lange coupon : a) c gelijk is aan het verschil tussen : - enerzijds D van de atypische interestperiode; - en, anderzijds, de notionele E verkregen door E van de atypische coupon te verminderen met d; b) f voor de atypische interestperiode gelijk is aan het verschil tussen : - enerzijds de notionele D verkregen door E van de atypische coupon te verminderen met tweemaal d; - en, anderzijds, de notionele E verkregen door E van de atypische coupon te verminderen met d; 2° voor een laatste lange coupon : a) is c gelijk aan het verschil tussen : - enerzijds de notionele D verkregen door D van de atypische coupon te vermeerderen met d; - en, anderzijds, E van de atypische coupon; b) is f gelijk aan het verschil tussen : - enerzijds de notionele D verkregen door D van de atypische coupon te vermeerden met d; - en, anderzijds, de notionele E verkregen door D van de atypische coupon te vermeerderen met tweemaal d. § 5. Indien de vervaldatum samenvalt met een sluitingsdag van Target dan worden de interesten betaald op de eerstvolgende werkdag van Target zonder dat hierdoor enige verwijlinterest verschuldigd is. »

Art. 3.In hetzelfde besluit wordt een artikel 1ter ingevoegd dat luidt als volgt : «

Art. 1ter.Het bedrag van de interesten te betalen op de vervaldatum van de interestperiode van een lineaire obligatie met variabele rentevoet wordt berekend als volgt : C = Y x i/100 x n/360, waarbij - C gelijk is aan het bedrag van de interesten; - Y gelijk is aan het nominale bedrag van de effecten; - i de nominale jaarlijkse rentevoet is van de effecten voor de betreffende interestperiode; - n het exacte aantal kalenderdagen is tussen de aanvangsdatum van de interestperiode (inbegrepen) en de vervaldatum van interesten (niet inbegrepen).

Deze bepaling is toepasselijk op de lineaire obligaties met variabele rentevoet die worden uitgegeven na de inwerkingtreding van dit besluit. »

Art. 4.Artikel 2 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 2.De deelname van de aanbestedingen gebeurt uitsluitend in eigen naam.

Enkel de primary dealers en de recognized dealers zijn gerechtigd deel te nemen aan de aanbestedingen.

Een primary dealer of een recognized dealer kan, indien daartoe aanleiding bestaat, tijdelijk van de aanbestedingen worden uitgesloten overeenkomstig de bepalingen van het lastenboek van de primary dealers of de recognized dealers. »

Art. 5.In artikel 4, derde lid, van hetzelfde besluit wordt het woord "markthouders" vervangen door de woorden "primary dealers en de recognized dealers".

Art. 6.In artikel 5 van hetzelfde besluit : 1° wordt het derde lid vervangen als volgt : « Het bedrag van de offerte dient, voor de in euro uitgedrukte lineaire obligaties, een veelvoud van honderdduizend euro te zijn, met een minimum van één miljoen euro per voorgestelde prijs.»; 2° worden in het vierde lid de woorden "Belgische frank" vervangen door het woord "euro".

Art. 7.Artikel 6, lid 2, van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 8.In artikel 7 van hetzelfde besluit : 1° in het derde lid worden de woorden "in Belgische frank", "5 miljoen frank" en "50 miljoen frank" respectievelijk vervangen door de woorden "in euro", "honderduizend euro" en "één miljoen euro";2° in het vierde lid worden de woorden "in Belgische frank" vervangen door de woorden "in euro".

Art. 9.Artikel 8, § 4, van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : « § 4. Diegenen aan wie de aanbesteding gegund werd kunnen hun offerte herroepen indien de gegevens bedoeld in het vorige lid niet worden bekendgemaakt op de dag van de toewijzing vóór 16 uur.

De herroeping moet onverwijld worden meegedeeld op de dag van de toewijzing aan de back-office van het Agentschap van de schuld opgericht binnen de Administratie der Thesaurie. »

Art. 10.Artikel 9 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met het volgende lid : « Deze inschrijving buiten mededinging kan worden verminderd. De afronding van het verminderde bedrag gebeurt overeenkomstig de bepalingen van artikel 7, lid 3. »

Art. 11.Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 10.§ 1. De primary dealers kunnen inschrijven op lineaire obligaties tegen de gewogen gemiddelde prijs van de aanbesteding overeenkomstig de bepalingen van het lastenboek van de primary dealers.

In geval van verzaking aan een uitnodiging tot het indienen van offertes, overeenkomstig artikel 6 van het kaderbesluit, kan aan de primary dealers worden toegestaan om inschrijvingen buiten mededinging in te dienen tegen de prijs en volgens de regels vastgesteld van geval tot geval.

De herroeping van een offerte overeenkomstig artikel 8, § 4, van dit besluit doet geen afbreuk aan het recht van inschrijving buiten mededinging zoals voorzien door het lastenboek.

Het recht van de primary dealers om deel te nemen aan de inschrijvingen buiten mededinging kan worden geschorst of verminderd overeeenkomstig de bepalingen van het lastenboek. § 2. Het Muntfonds, de Deposito-en Consignatiekas en het Rentenfonds kunnen inschrijven op lineaire obligaties tegen de gewogen gemiddelde prijs van de aanbesteding in het kader van het portefeuillebeheer, overeenkomstig de voorwaarden vastgesteld door de Administrateur-generaal van de Administratie der Thesaurie of de ambtenaar-generaal die hem vervangt in geval van verhindering. »

Art. 12.De artikelen 12, 13 en 14 van hetzelfde besluit worden ogpeheven.

Art. 13.Artikel 17 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 17.Artikel 5, lid 1 tot en met 4, is toepasselijk op de inschrijvingen bedoeld in de artikelen 9 en 10 die moeten worden ingediend op één van de wijzen vermeld in artikel 6. »

Art. 14.Artikel 18 van hetzelfde besluit, gewijzigd door het ministerieel besluit van 28 mei 1998, wordt vervangen als volgt : «

Art. 18.Het door de koper van lineaire obligaties tegen vaste rentevoet op de valutadatum van de uitgifte te betalen bedrag is de geboden prijs of de inschrijvingsprijs, vermeerderd met de opgelopen interesten berekend volgens de hierna volgende formule : I = Y x i/100 x n/b, waarbij - I gelijk is aan het bedrag van de opgelopen interesten; - Y gelijk is aan het nominale bedrag van de toe te kennen effecten; - i gelijk is aan het bedrag van de door de emittent op het einde van de op de valutadatum lopende interestperiode verschuldigde interesten, uitgedrukt in een percentage van de nominale waarde; - n het exacte aantal kalenderdagen is tussen de aanvangsdatum van de op de valudatum van de uitgifte lopende interestperiode (inbegrepen) en de valutadatum van de uitgifte (niet inbegrepen); - b gelijk is aan het exacte aantal kalenderdagen tussen de aanvangsdatum van de op de valudatum van de uitgifte lopende interestperiode (inbegrepen) en de vervaldag van de interesten van deze periode (niet inbegrepen).

Indien de valudatum van de uitgifte samenvalt met een vervaldag van interesten, dan is geen ogpelopen interest verschuldigd door de koper. »

Art. 15.In hetzelfde besluit wordt een artikel 18bis ingevoegd dat luidt als volgt : «

Art. 18bis.Het door de koper van lineaire obligaties met variabele rentevoet op de valudatum van de uitgifte te betalen bedrag is de geboden prijs of de inschrijvingsprijs, vermeerderd met de opgelopen interesten berekend volgens de hierna volgende formule : I = Y x i/100 x n/360, waarbij - I gelijk is aan het bedrag van de opgelopen interesten; - Y gelijk is aan het nominale bedrag van de toe te kennen effecten; - i de nominale jaarlijkse rentevoet is van de toe te kennen effecten voor de op de valutadatum van de uitgifte lopende interestperiode; - n het exacte aantal kalenderdagen is tussen de aanvangsdatum van de op de valutadatum van de uitgifte lopende interestperiode (inbegrepen) en de valutadatum van de uitgifte (niet inbegrepen).

Indien de valutadatum van de uitgifte samenvalt met een vervaldag van de interesten, dan is geen opgelopen interest verschuldigd door de koper. »

Art. 16.In artikel 19, § 1, 1°, van hetzelfde besluit worden de woorden "tegen het rentetarief van de Nationale Bank van België dat op de valudatum toepasselijk is voor de voorschotten in rekening-courant boven de kredietlijn" vervangen door de woorden "tegen het rentetarief van de marginale leningsfaciliteit van de Europese Centrale Bank dat op de valudatum toepasselijk is, vermeerderd met 1,5 procent".

Art. 17.In hetzelfde besluit wordt een artikel 20bis ingevoegd dat luidt als volgt : «

Art. 20bis.Enkel de primary dealers en de recognized dealers zijn gerechtigd deel te nemen aan de omruilingen. »

Art. 18.In artikel 22 van hetzelfde besluit wordt het woord "openbare" geschrapt.

Art. 19.In artikel 24 van hetzelfde besluit worden de woorden "uiterlijk de bankwerkdag voor de valudatum van de omruiling" vervangen door de woorden "uiterlijk om 11 uur op de valudatum van de omruiling".

Art. 20.In artikel 26, 1°, van hetzelfde besluit worden de woorden "op de bankwerkdag voor de valutadatum van de omruiling" vervangen door de woorden "uiterlijk om 11 uur op de valutadatum van de omruiling".

Art. 21.In artikel 27, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd door het ministerieel besluit van 17 december 1998, worden de onderverdelingen 1 tot en met 6 vervangen als volgt : « 1° de vastlegging van de kalender van de uitgiften voorzien in artikel 3 van dit besluit; 2° de uitnodiging tot het indienen van offertes of de verzaking aan een uitnodiging tot het indienen van offertes betreffende een uitgifte van lineaire obligaties;3° de aanvaarding van de offertes met mededinging en aanbesteding van lineaire obligaties;4° de vermindering van de inschrijving buiten mededinging van de Nationale Bank van België;5° de schorsing of vermindering van het recht van de primary dealers om deel te nemen aan de inschrijvingen buiten mededinging;6° het toekennen van uitstel van betaling.»

Art. 22.Dit besluit treedt in werking met ingang van 25 februari 1999.

Brussel, 19 maart 1999.

J.-J. VISEUR

^