gepubliceerd op 25 november 2009
Ministerieel besluit betreffende de gewestelijke steunverlening aan de melkproducenten voor de verwerking en de afzet van zuivelproducten
11 NOVEMBER 2009. - Ministerieel besluit betreffende de gewestelijke steunverlening aan de melkproducenten voor de verwerking en de afzet van zuivelproducten
De Minister van Landbouw, Gelet op Verordening (EG) nr. 1998/2006 van de Commissie van 15 december 2006 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het EG-Verdrag op de-minimissteun;
Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 6, § 1, V, zoals gewijzigd bij de bijzondere wetten van 8 augustus 1988, 16 juli 1993, 13 juli 2001 en 12 augustus 2003;
Gelet op de wet van 15 februari 1961 houdende oprichting van een Landbouwinvesteringsfonds, gewijzigd bij de wetten van 29 juni 1971, 15 maart 1976, 3 augustus 1981 en 15 februari 1990;
Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw-, en zeevisserijproducten;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 19 december 2008 voor de investeringen in de landbouwsector, inzonderheid op de artikelen 76ter en 76quater, ingevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 24 september 2009;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 3 november 2009;
Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 9 november 2009;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de huidige crisis in de zuivelsector, veroorzaakt door de buitengewone daling van de melkprijzen aan het einde van het jaar 2008, impliceert dat dringend steunmaatregelen voor de sector getroffen moeten worden;
Overwegende dat namelijk onverwijld een de-minimissteunregeling ten gunste van de zuivelproducenten ingevoerd moet worden om de projecten i.v.m. de verwerking of de afzet van zuivelproducten te steunen met het oog op een hogere rentabiliteit van hun productie;
Overwegende dat elke vertraging in de aanneming en de uitvoering van bovenvermelde steunregeling nadelig zou zijn voor het geheel van de zuivelsector, Besluit :
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° "besluit" : het besluit van de Waalse Regering van 19 december 2008 voor de investeringen in de landbouwsector;2° "administratie" : de directeur-generaal van het Operationele Directoraat-generaal Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Natuur en Leefmilieu van de Waalse Overheidsdienst, of diens afgevaardigde.
Art. 2.Binnen de perken van de beschikbare begrotingskredieten wordt de in artikel 76ter van het besluit bedoelde steun verleend aan de melkproducenten voor de verwerking of de afzet van zuivelproducten afkomstig van hun bedrijf.
Ze wordt verleend in de vorm van één of twee kapitaalsubsidies waarvan het totaalbedrag niet hoger mag zijn dan 1.000 euro.
Art. 3.§ 1. Om in aanmerking te komen voor de subsidie bedoeld in artikel 2 moet de melkproducent voldoen aan de volgende voorwaarden : 1° een landbouwer zijn in de zin van artikel 1, 3°, van het besluit;2° houder zijn van een melkquotum van minimum 50 000 liter overeenkomstig het besluit van de Waalse Regering van 9 september 2004 betreffende de toepassing van de extraheffing in de sector melk en zuivelproducten, en zich houden aan dat jaarlijkse melkquotum, leasings inbegrepen. § 2. De steunaanvrager mag een vereniging van melkproducenten of een groepering van melkproducenten zijn in de zin van artikel 1, 7° en 20°, van het besluit.
Indien de aanvrager een vereniging van melkproducenten is, mag zij een steunaanvraag voor ieder van haar leden indienen.
Indien de aanvrager een groepering van melkproducenten is, mag enkel de groepering een eenmalige steunaanvraag indienen.
Art. 4.De steunaanvraag wordt uiterlijk 30 juni 2011 door de aanvrager bij de administratie ingediend.
Om ontvankelijk te zijn, wordt de steunaanvraag aan de hand van het door de administratie opgemaakte formulier ingediend en gaat ze vergezeld van een bestek of van de bewijsstukken betreffende één of meer in aanmerking komende uitgaven bedoeld in artikel 76ter, § 2, van het besluit.
Het aanvraagformulier vermeldt o.a. : 1° de naam en voornamen van de melkproducent, of zijn firma en zijn rechtsvorm als het om een rechtspersoon gaat;2° het nummer van de melkproducent of zijn inschrijvingsnummer bij de Kruisbank der Ondernemingen als het om een rechtspersoon gaat;3° een verklaring op erewoord waarin melding wordt gemaakt van het geheel van de-minimissteun verkregen door de melkproducent in de loop van bedoeld belastingsjaar en van de twee voorafgaande belastingsjaren, alsook van de lopende steunaanvragen. De administratie kan de melkproducent verzoeken om de bijkomende gegevens en stukken die ze nodig acht om de aanvraag te onderzoeken.
Art. 5.§ 1. De administratie stuurt binnen tien werkdagen na ontvangst van de steunaanvraag een bericht van ontvangst van het volledig of onvolledig verklaarde dossier aan de aanvrager. § 2. Indien het dossier onvolledig is, stuurt de administratie een schrijven aan de aanvrager om hem te wijzen op de bijkomende gegevens en stukken waarvan ze wenst kennis te nemen. De aanvrager beschikt over dertig werkdagen, te rekenen van de datum van verzending van het schrijven, om zijn dossier aan te vullen. Indien het dossier na afloop van die termijn nog steeds onvolledig is, wordt de aanvraag verworpen.
Art. 6.Op voorstel van de administratie geeft de Minister de aanvrager kennis van zijn beslissing binnen zestig dagen, te rekenen van de datum van kennisgeving van het volledige karakter van het dossier.
Art. 7.De steun wordt vastgelegd en onmiddellijk geordonnanceerd indien de aanvraag vergezeld gaat van één of meer bewijsstukken.
Indien de aanvraag vergezeld gaat van één of meer bestekken, wordt bij de kennisgeving een formulier van schuldvorderingsverklaring gevoegd.
Na ontvangst hiervan alsook van de bewijsstukken en na de nuttige onderzoeken wordt de steun dienovereenkomstig geordonnanceerd.
Om in aanmerking te komen, moet het bewijsstuk tussen 1 januari 2009 en 31 december 2011 opgesteld zijn.
Art. 8.§ 1. De steun bedoeld in artikel 76quater van het besluit wordt verleend aan de coöperatieve verwerkings- en afzetvennootschappen voor de ontwikkeling van projecten tot valorisatie van zuivelproducten.
Ze wordt verleend als een openbare waarborg : 1° betreffende een bankkrediet van maximum 300.000 euro, ongeacht de vorm ervan; 2° die hoogstens drie jaar loopt;3° ter dekking van maximum 80 % van het kredietbedrag. § 2. De aanvrager dient vóór 31 december 2011 een gemotiveerde aanvraag in, samen met een uitvoerige omschrijving van het project, een zakenplan, alsook de kredietakte of het ontwerp van kredietakte waarvoor de waarborg wordt gevraagd, met inbegrip van de eventuele andere waarborgen.
De administratie kan de coöperatieve vennootschap en de kredietinstelling verzoeken om de bijkomende gegevens en stukken die ze nodig acht om de aanvraag te onderzoeken.
De aanvraag wordt onderzocht overeenkomstig de procedure bepaald bij de artikelen 5 en 6. § 3. De steun wordt geweigerd in één van de volgende gevallen : - één van de voorwaarden bepaald bij artikel 76quater van het besluit is niet vervuld; - één van de voorwaarden bedoeld in de paragrafen 1 en 2 van dit artikel is niet vervuld; - het zakenplan toont niet op geloofwaardige wijze aan dat het project binnen drie jaar herhaaldelijk voldoende ontvangsten zal kunnen genereren om de uitgaven te dekken.
Art. 9.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Namen, 11 november 2009.
B. LUTGEN