gepubliceerd op 16 december 2013
Ministerieel besluit houdende goedkeuring van het huishoudelijk reglement van het Comité van beroep voor de evaluatie van houders van management- en staffuncties binnen sommige instellingen van openbaar nut
10 DECEMBER 2013. - Ministerieel besluit houdende goedkeuring van het huishoudelijk reglement van het Comité van beroep voor de evaluatie van houders van management- en staffuncties binnen sommige instellingen van openbaar nut
De Minister belast met Ambtenarenzaken, De Staatssecretaris voor Ambtenarenzaken, Gelet op het
koninklijk besluit van 16 november 2006Relevante gevonden documenten
type
koninklijk besluit
prom.
16/11/2006
pub.
30/11/2006
numac
2006000701
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Koninklijk besluit houdende hervorming van de loopbaan van bepaalde personeelsleden die houder zijn van operationele graden van de Algemene Directie van de Civiele Veiligheid
type
koninklijk besluit
prom.
16/11/2006
pub.
30/11/2006
numac
2006011523
bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie
Koninklijk besluit tot bepaling van de depotvereisten voor de voorraden van APETRA
type
koninklijk besluit
prom.
16/11/2006
pub.
29/11/2006
numac
2006014262
bron
federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer
Koninklijk besluit houdende goedkeuring van het eerste bijvoegsel bij het beheerscontract gesloten tussen de Staat en de naamloze vennootschap van publiek recht Infrabel
type
koninklijk besluit
prom.
16/11/2006
pub.
29/11/2006
numac
2006014263
bron
federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer
Koninklijk besluit houdende goedkeuring van het eerste bijvoegsel bij het beheerscontract gesloten tussen de Staat en de naamloze vennootschap van publiek recht Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen
type
koninklijk besluit
prom.
16/11/2006
pub.
29/11/2006
numac
2006014264
bron
federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer
Koninklijk besluit houdende goedkeuring van het eerste bijvoegsel bij het beheerscontract gesloten tussen de Staat en de naamloze vennootschap van publiek recht N.M.B.S. Holding
type
koninklijk besluit
prom.
16/11/2006
pub.
30/11/2006
numac
2006011524
bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie
Koninklijk besluit tot vaststellen van de regelen aangaande de controle op APETRA
type
koninklijk besluit
prom.
16/11/2006
pub.
16/01/2007
numac
2006023321
bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
Koninklijk besluit houdende toekenning van een facultatieve toelage van 5.000 EUR aan het « Platform Lokale Agenda 21 Leuven »
sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de management- en staffuncties in sommige instellingen van openbaar nut, inzonderheid op artikel 25, § 2;
Gelet op het koninklijk besluit van 7 november 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/11/2013 pub. 16/12/2013 numac 2013002061 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit tot aanwijzing van de leden van het Comité van beroep voor de evaluatie van houders van management- en staffuncties binnen sommige instellingen van openbaar nut sluiten tot aanwijzing van de leden van het Comité van beroep voor de evaluatie van houders van management- en staffuncties binnen sommige instellingen van openbaar nut.
Gelet op het ontwerp van huishoudelijk reglement van het Comité van beroep, Besluit :
Artikel 1.Het bij dit besluit gevoegde huishoudelijk reglement van het Comité van beroep voor de evaluatie van houders van management- en staffuncties binnen sommige instellingen van openbaar nut, wordt goedgekeurd.
Art. 2.Dit besluit, met het bijgevoegde huishoudelijk reglement, treedt in werking op de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Brussel, 10 december 2013.
De Minister belast met Ambtenarenzaken, K. GEENS De Staatssecretaris voor Ambtenarenzaken, H. BOGAERT
Bijlage Huishoudelijk reglement van het Comité van beroep voor de evaluatie van houders van management- en staffuncties
Artikel 1.Wanneer een beroep wordt ingesteld, zendt de minister waaronder de appellant ressorteert, of zijn gemachtigde, het volledig geïnventariseerd dossier over aan de griffier-rapporteur bij het Comité van beroep voor de evaluatie van houders van management- en staffuncties. Dit dossier moet alle stukken betreffende de aangevochten evaluatie bevatten.
Art. 2.Uiterlijk de vijfde werkdag na de ontvangst van het dossier, bevestigt de griffier-rapporteur deze ontvangst aan de betrokken minister, of aan diens gemachtigde.
Indien nodig vraagt hij, binnen dezelfde termijn, bijkomende stukken op in opdracht van de voorzitter.
Art. 3.Het Comité van beroep vergadert op de datum door de voorzitter bepaald, die onmiddellijk wordt meegedeeld aan de betrokken minister, of aan diens gemachtigde.
De zitting moet plaatshebben uiterlijk een maand nadat de zaak bij het Comité van beroep aanhangig werd gemaakt; ingeval van vertraging motiveert de voorzitter de redenen hiervan aan de minister of aan diens gemachtigde.
Zodra de voorzitter de datum van de zitting heeft bepaald, roept de griffier-rapporteur de leden van het Comité van beroep en de appellant op om ter zitting te verschijnen.
Deze oproeping gebeurt ten minste acht werkdagen voor de zitting. De oproeping vermeldt dat het dossier ter inzage ligt op de griffie van het Comité van beroep.
Art. 4.De griffier-rapporteur deelt het verslag over de zaak mee aan de voorzitter, aan de leden van het Comité van beroep en aan de appellant en diens verdediger.
Art. 5.De opgeroepen leden zijn verplicht de zitting bij te wonen.
Indien deze leden een wettige reden van verhindering hebben, moeten zij aan de voorzitter, via de griffier-rapporteur, schriftelijk de reden van hun afwezigheid meedelen binnen drie werkdagen volgend op de datum van de oproeping.
Art. 6.Het Comité van beroep kan slechts geldig beraadslagen en beslissen wanneer alle leden ter zitting aanwezig zijn.
Art. 7.De appellant verschijnt persoonlijk voor het Comité van beroep; hij mag worden bijgestaan door een verdediger naar zijn keuze, die evenwel op geen enkel ogenblik, en in welke hoedanigheid dan ook, mag deelgenomen hebben aan de betrokken evaluatieprocedure.
De naam van de verdediger wordt zo spoedig mogelijk aan de griffier-rapporteur meegedeeld.
Art. 8.De voorzitter van het Comité van beroep, die het oudste lid van de afdeling is, leidt de debatten.
Deze wijst een ondervoorzitter aan, die de voorzitter bij afwezigheid vervangt.
Indien de voorzitter het nodig acht, kan hij opdragen dat notulen over het verloop van de zitting worden opgemaakt.
Art. 9.De beslissing van het Comité van beroep vermeldt het resultaat van de geheime stemming, met opgave van het aantal positieve en negatieve stemmen.
Bij staking van stemmen valt de beslissing in het voordeel van appellant.
Deze beslissing, ondertekend door de voorzitter en de griffier-rapporteur, wordt zonder verwijl aan appellant meegedeeld, met afschrift ter attentie van de betrokken minister, of diens gemachtigde, en de leden van het Comité van beroep.
Art. 10.Het secretariaat en het archief van het Comité van beroep worden opgedragen aan de griffie van het Comité van beroep, gevestigd in de FOD Personeel en Organisatie, waar de belanghebbenden inzage kunnen nemen.
Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 10 december 2013 houdende goedkeuring van het huishoudelijk reglement van het Comité van beroep voor de evaluatie van houders van management- en staffuncties.
Brussel, 10 december 2013.
De Minister belast met Ambtenarenzaken, K. GEENS De Staatssecretaris voor Ambtenarenzaken, H. BOGAERT