Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 07 augustus 2008
gepubliceerd op 10 oktober 2008

Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 7 juli 2006 betreffende de aanvragen om vaststelling of aanpassing van de bedrijfstoeslagrechten in 2005 door het gebruik van de nationale reserve ter uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006 tot invoering van de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid

bron
waalse overheidsdienst
numac
2008203619
pub.
10/10/2008
prom.
07/08/2008
ELI
eli/besluit/2008/08/07/2008203619/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

7 AUGUSTUS 2008. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 7 juli 2006 betreffende de aanvragen om vaststelling of aanpassing van de bedrijfstoeslagrechten in 2005 door het gebruik van de nationale reserve ter uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006 tot invoering van de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid


De Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme;

Gelet op Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en houdende wijziging van de Verordeningen (EEG) nr. 2019/93, (EG) nr. 1452/2001, (EG) nr. 1453/2001, (EG) nr. 1454/2001, (EG) nr. 1868/94, (EG) nr. 1251/1999, (EG) nr. 1254/1999, (EG) nr. 1673/2000, (EEG) nr. 2358/71, (EG) nr. 2529/2001 en nr. 2183/2005, laatst gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 293/2008 van de Commissie van 1 april 2008;

Gelet op Verordening (EG) nr. 795/2004 van de Commissie van 21 april 2004 houdende bepalingen voor de uitvoering van de bedrijfstoeslagregeling waarin is voorzien bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers, laatst gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 319/2008 van de Commissie van 7 april 2008;

Gelet op verordening (EG) nr. 796/2004 van de Commissie van 21 april 2004 houdende uitvoeringsbepalingen inzake de randvoorwaarden, de modulatie en het geïntegreerd beheers- en controlesysteem waarin is voorzien bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers, laatst gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 319/2008 van de Commissie van 7 april 2008;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006 tot invoering van de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, laatst gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 25 oktober 2007;

Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten, inzonderheid op artikel 3, § 1, punt 1°, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 februari 2001;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, laatst gewijzigd bij de bijzondere wet van 12 augustus 2003;

Gelet op het ministerieel besluit van 7 juli 2006 betreffende de aanvragen om vaststelling of aanpassing van de bedrijfstoeslagrechten in 2005 door het gebruik van de nationale reserve ter uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006 tot invoering van de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en laatst gewijzigd bij het ministerieel besluit van 20 januari 2008;

Gelet op het samenwerkingsakkoord van 18 juni 2003 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met betrekking tot de uitoefening van de geregionaliseerde bevoegdheden op het gebied van Landbouw en Visserij;

Gelet op het samenwerkingsakkoord van 30 maart 2004 tussen het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met betrekking tot de uitoefening van de geregionaliseerde bevoegdheden op het gebied van landbouw en visserij;

Gelet op het overleg tussen de Gewestregeringen en de federale overheid op 18 juni 2008;

Gelet op de notificatie door België d.d. 29 juli 2004 in hoofde van de artikelen 58, § 1, en 64, § 1, en 70, § 1, punt a), 2de streepje, van Verordening (EG) nr. 1782/2003;

Gelet op de overdracht naar de Gewesten van de bevoegdheden inzake landbouw vanaf 1 januari 2002;

Overwegende dat wat betreft het gebruik van de nationale reserve voor de toekenning van bedrijfstoeslagrechten, de voorwaarden om in aanmerking te komen voor die rechten nader moeten worden bepaald voor de landbouwers die zich bevinden in bijzondere situaties of bij herstructurerings- en/of ontwikkelingsprogramma's en dat vaststellings- of aanpassingsvoorwaarden m.b.t. die rechten moeten worden bepaald;

Overwegende dat de landbouwers die in aanmerking wensen te komen voor die rechten uit de nationale reserve, hun aanvankelijke aanvraag voor de rechten uit de nationale reserve moeten indienen voor een datum die overeenstemt met de uiterste indieningsdatum van de oppervlakteaangifte van het jaar van de aanvraag en ingelicht moeten worden over de toekenningsvoorwaarden en -modaliteiten;

Overwegende dat om de aanvragen om vaststelling of aanpassing van de bedrijfstoeslagrechten door het gebruik van de nationale reserve efficiënt te controleren, de werkelijkheid van gehele of gedeeltelijke bedrijfsoverdrachten moet geverifieerd worden door het bestuur wanneer dergelijke overdrachten worden ingeroepen;

Overwegende dat met het oog op vereenvoudiging, de al ter beschikking van het bestuur gestelde gegevens moeten worden gebruikt;

Overwegende dat de oppervlakteaangiften ter beschikking van het bestuur worden gesteld en dat derhalve voornoemd element verifieerbaar is;

Overwegende dat er in boetes is voorzien bij slechte toepassing van de nieuwe rechtstreekse bedrijfstoeslagregeling of bij niet-naleving van de termijnen opgelegd bij de Europese regelgeving voor de instelling van dat stelsel, Besluit :

Artikel 1.In artikel 2 van het ministerieel besluit van 7 juli 2006 betreffende de aanvragen om vaststelling of aanpassing van de bedrijfstoeslagrechten in 2005 door het gebruik van de nationale reserve, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 20 januari 2008 en ter uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006 tot invoering van de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, zelf gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 25 oktober 2007, wordt volgend lid ingevoegd tussen leden 1 en 2 : "De landbouwer die zich in een bijzondere situatie bevindt en die vanaf 2007, overeenkomstig artikel 5 van het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006, de vaststelling of aanpassing van zijn rechten door gebruik van de nationale reserve aanvraagt, moet eveneens zijn aanvraag met redenen omkleden overeenkomstig de voorschriften van het bestuur. De vanaf 2007 ingediende aanvraag kan enkel berusten op één, eventueel verschillende, van de situaties bedoeld in artikel 3, paragraaf 1ter. Alle vereiste voorwaarden betreffende het betrokken element moeten vervuld zijn."

Art. 2.Artikel 2bis van hetzelfde besluit en ingevoegd bij het wijzigend besluit van 20 januari 2008 wordt opgeheven.

Art. 3.In artikel 3 van hetzelfde besluit wordt een § 1ter ingevoegd, luidend als volgt : "§ 1ter. Wat betreft de in artikel 2 bedoelde aanvragen die vanaf 2007 ingediend zijn, kunnen drie situaties in aanmerking worden genomen door het bestuur : 1° de aankoop of de vererving van gronden;2° de toepassing van herstructurerings- en/of ontwikkelingsprogramma's;3° de administratieve akten en gerechtelijke beslissingen.".

Art. 4.In artikel 4, § 2, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "derde lid" vervangen door de woorden "vierde lid".

Art. 5.In artikel 5, § 3, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "derde lid" vervangen door de woorden "vierde lid".

Art. 6.In artikel 5bis, § 3, eerste lid, van hetzelfde besluit en ingevoegd bij het ministerieel besluit van 20 januari 2008, worden de woorden "derde lid" vervangen door de woorden "vierde lid".

Art. 7.Een artikel 5ter, luidend als volgt, wordt in hetzelfde besluit ingevoegd : "

Art. 5ter.§ 1. Wanneer de motivering van de aanvraag, vanaf 2007, tot vaststelling of aanpassing van de rechten door gebruik van de nationaled e gegrond is op de aankoop of de vererving van grond, worden enkel de volgende situaties erkend door het bestuur : 1° De vererving of de vervroegde vererving van een volledig of gedeeltelijk bedrijf dat in pacht is gegeven tijdens de referentieperiode tussen 15 mei 2004 en uiterlijk 31 maart 2005 voor de landbouwers die niet in aanmerking komen voor opname van de steun ten gunste van de suikerbiet en/of de inulinechicorei en/of de opname van de betalingen voor de tabaksector of uiterlijk op 31 maart 2006 voor de landbouwers die er wel voor in aanmerking komen;2° De aankoop van grond uiterlijk op 15 mei 2004 voor de landbouwers die niet in aanmerking komen voor de opname van de steun ten gunste van de suikerbiet en/of de inulinechicorei en/of de opname van de betalingen betreffende de tabaksector of uiterlijk op 3 maart 2006 voor de landbouwers die er wel voor in aanmerking komen. § 2. In geval van motivering gegrond op de aankoop of de vererving van grond moeten de volgende voorwaarden vervuld zijn : - in geval van vererving of vervroegde vererving werd de betrokken grond verhuurd aan één of meerdere derden tijdens de referentieperiode; - de betrokken landbouwer mag de betrokken oppervlakte niet hebben aangegeven tijdens het geheel of een gedeelte van de referentieperiode; - de landbouwer-aanvrager moet voor het eerst die oppervlakte aangegeven hebben in zijn oppervlakteaangifte betreffende het jaar van indiening van de aanvraag; - de betrokken oppervlakte moet minstens vijf are bedragen voor de producenten die in aanmerking komen voor de opname van de betalingen betreffende de tabaksector en twee hectare voor de andere gevallen; - voor de producenten die niet in aanmerking komen voor de opname van de steun ten gunste van de suikerbiet en/of de inulinechicorei en/of de opname van de betalingen betreffende de tabaksector mag er voor de betrokken oppervlakte noch geheel noch gedeeltelijk een aanvraag zijn ingediend tot herziening van de voorlopige rechten gegrond op een vererving, een vervroegde vererving, een erfopvolging bij wege van huuroverdracht, een fusie of splitsing van bedrijven of een privaatrechtelijke contractuele clausule bij grondoverdracht zoals bedoeld in artikel 3, paragraaf 2, punten 3°, 5° en 9° van het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006; - voor de producenten die in aanmerking komen voor de opname van de steun ten gunste van de suikerbiet en/of de inulinechicorei en/of de opname van de betalingen betreffende de tabaksector mag er voor de betrokken oppervlakte noch geheel noch gedeeltelijk een aanvraag zijn ingediend tot herziening van de voorlopige rechten gegrond op een vererving, een vervroegde vererving, een erfopvolging bij wege van huuroverdracht, een fusie of splitsing van bedrijven of een privaatrechtelijke contractuele clausule bij grondoverdracht zoals bedoeld in artikel 3bis, paragrafen 2 en 3, punten 3°, 5° en 7° van voornoemd besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006; - er mogen nog geen rechten uit de nationale reserve zijn toegekend voor de betrokken oppervlakte. § 3. De landbouwer-aanvrager moet het in artikel 2, vierde lid, bedoelde standaardformulier indienen met vermelding van het aantal hectaren waarvan hij het genot heeft overgenomen krachtens de betrokken vererving of aankoop van grond.

De motivering van de aanvraag moet vergezeld zijn van de volgende bewijsstukken die noodzakelijk zijn voor de behandeling van die aanvraag : - een orthofotoplan waarop alle percelen die het voorwerp uitmaken van de betrokken vererving of aankoop van grond, staan getekend en in het rood genummerd; - in geval van feitelijke of verwachte vererving, een notarieel attest of een afschrift van de verervings- of schenkingsakte; - bij aankoop van grond voor de landbouwers die niet in aanmerking komen voor de opname van de steun ten gunste van de suikerbiet en/of de inulinechicorei en/of de opname van de betalingen betreffende de tabaksector, ofwel een afschrift van de eigendomsakte of van de koopakte, ondertekend op uiterlijk 15 mei 2004, ofwel een afschrift van de voorlopige koopakte, ondertekend op uiterlijk 15 mei 2004 voor zover de landbouwer een afschrift van de koopakte overmaakt binnen de tien dagen nadat de akte is opgemaakt en voor zover de landbouwer zich daartoe verbindt; - bij aankoop van grond voor de landbouwers die in aanmerking komen voor de opname van de steun ten gunste van de suikerbiet en/of de inulinechicorei en/of de opname van de betalingen betreffende de tabaksector, ofwel een afschrift van de eigendomsakte of van de koopakte, ondertekend op uiterlijk 3 maart 2006, ofwel een afschrift van de voorlopige koopakte, ondertekend op uiterlijk 3 maart 2006 voor zover de landbouwer een afschrift van de koopakte overmaakt binnen de tien dagen nadat de akte is opgemaakt en voor zover de landbouwer zich daartoe verbindt. § 4. In geval van motivering van de aanvraag, gegrond op de aankoop of de vererving van grond, wanneer de in § 1 tot 3 bedoelde voorwaarden zijn vervuld, wordt het aan de landbouwer toegekende aantal rechten verhoogd met een aantal rechten dat gelijk is aan het door het bestuur in aanmerking genomen aantal hectaren, waarvan hij het genot heeft overgenomen krachtens de betrokken vererving of aankoop van grond. De waarde van elk van die toegekende rechten door gebruik van de nationale reserve stemt overeen met het gewestelijke gemiddelde, bepaald het jaar van indiening van de aanvraag, verminderd met de verlagingen zoals bedoeld in de artikelen 41 tot 42 van Verordening (EG) nr. 1782/2003."

Art. 8.In artikel 6, § 3, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "derde lid" vervangen door de woorden "vierde lid".

Art. 9.In artikel 6bis, § 3, eerste lid, van hetzelfde besluit en ingevoegd bij het ministerieel besluit van 20 januari 2008, worden de woorden "derde lid" vervangen door de woorden "vierde lid".

Art. 10.Een artikel 6ter, luidend als volgt, wordt in hetzelfde besluit ingevoegd : "

Art. 6ter.§ 1. Wanneer vanaf 2007 de motivering van de aanvraag om vaststelling of aanpassing van de rechten door gebruik van de nationale reserve gegrond is op de toepassing van herstructureringsprogramma's, worden enkel de drie volgende situaties erkend door het bestuur : 1° na een officiële ruilverkaveling heeft de landbouwer een lagere oppervlakte gekregen dan die waarover hij beschikte vóór die ruilverkaveling;2° na een onteigening in het algemeen belang of van een wijziging van bestemming in het gewestplan, mag ten minste één van de grondpercelen, aangegeven door de landbouwer en in aanmerking genomen voor de berekening van zijn aantal hectaren zoals bedoeld in artikel 43, paragraaf 1, van Verordening (EG) nr.1782/2003, niet meer uitgebaat worden vanaf een datum tussen de dag na de uiterste indieningsdatum van de oppervlakteaangifte van het jaar voorafgaand aan het jaar van de aanvraag en de uiterste indieningsdatum van de aanvankelijke aanvraag om rechten uit de nationale reserve, zoals bedoeld in artikel 5 van voornoemd besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006; 3° na aankoop door een Provincie, Gemeente, intercommunale vennootschap of natuurreservaat, mag ten minste één van de grondpercelen, aangegeven door de landbouwer en in aanmerking genomen voor de berekening van zijn aantal hectaren zoals bedoeld in artikel 43, paragraaf 1, van Verordening (EG) nr.1782/2003, niet meer uitgebaat worden vanaf een datum tussen de dag na de uiterste indieningsdatum van de oppervlakteaangifte van het jaar voorafgaand aan het jaar van de aanvraag en de uiterste indieningsdatum van de aanvankelijke aanvraag om rechten uit de nationale reserve, zoals bedoeld in artikel 5 van voornoemd besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006. § 2. In geval van motivering gegrond op de toepassing van herstructureringsprogramma's moeten de volgende voorwaarden vervuld zijn : - de aanvraag heeft enkel betrekking op gewone rechten; - de landbouwer moet alle oppervlakten waarvan hij het genot heeft, aangeven wanneer hij zijn aanvankelijke aanvraag om rechten uit de nationale reserve indient; - de verloren oppervlakten worden niet aangegeven noch het jaar van indiening van de aanvraag noch tijdens de daaropvolgende jaren; - de verhouding tussen de totale oppervlakte van de percelen die aangegeven zijn met bestemmingscodes A, X en I in de oppervlakteaangifte en steunaanvraag betreffende het jaar van indiening van de aanvraag en het aantal hectaren zoals bedoeld in artikel 43, paragraaf 1, van Verordening (EG) nr. 1782/2003 moet hoger of gelijk zijn aan 0,5 en lager zijn dan 1. § 3. De landbouwer-aanvrager moet het in artikel 2, vierde lid, bedoelde standaardformulier indienen met vermelding van het aantal hectaren waarvan hij het genot heeft verloren krachtens de toepassing van het betrokken herstructureringsprogramma.

Bij officiële ruilverkaveling moeten de volgende bewijsstukken gevoegd worden bij de motivering van de aanvraag : - een afschrift van de door het Comité tot aankoop van onroerende goederen opgemaakte ruilverkavelings- of bedrijfsuitwisselingsakte; - een orthofotoplan waarop het of de betrokken percelen staan getekend en in het rood genummerd.

Bij onteigening in het algemeen belang of bij een wijziging van bestemming in het gewestplan, moeten de volgende bewijsstukken gevoegd worden bij de motivering van de aanvraag : - voor elk betrokken perceel, een afschrift van de onteigeningsakte of van de beslissing tot wijziging van het gewestplan; - een orthofotoplan waarop het of de betrokken percelen staan getekend en in het rood genummerd; - een tabel met de betrokken percelen tijdens de jaren van de referentieperiode.

Bij aankoop door een Provincie, Gemeente, intercommunale vennootschap of natuurreservaat, moeten de volgende bewijsstukken worden gevoegd bij de motivering van de aanvraag : - voor elk betrokken perceel, een afschrift van de aankoopakte; - een orthofotoplan waarop het of de betrokken percelen staan getekend en in het rood genummerd; - een tabel met de betrokken percelen tijdens de jaren van de referentieperiode. § 4. In geval van motivering gegrond op de toepassing van herstructureringsprogramma's, wanneer de in paragrafen 1 tot 3 bedoelde voorwaarden zijn vervuld, wordt het aan de landbouwer toegekende totaalaantal rechten verminderd met het aantal rechten overeenstemmend met de door de landbouwer verloren oppervlakten en wordt de eenheidswaarde van de rechten verhoogd en berekend overeenkomstig artikel 7, paragraaf 4, van Verordening (EG) nr. 795/2004."

Art. 11.Een artikel 6quater, luidend als volgt, wordt in hetzelfde besluit ingevoegd : "

Art. 6quater.§ 1. Wanneer, enkel in 2007, de motivering van de aanvraag om vaststelling of aanpassing van de rechten door gebruik van de nationale reserve gegrond is op de toepassing van ontwikkelingsprogramma's bestemd voor de bevordering van de biologische landbouw, wordt enkel de volgende situatie erkend door het bestuur : de landbouwers die in 2006 volledig erkend zijn als biologische landbouwers, die in 2007 minder rechten bezitten dan de in 2006 aangegeven totale oppervlakte met een teeltcode die de activering van de toeslagrechten toestaat. § 2. In geval van motivering gegrond op de toepassing van ontwikkelingsprogramma's bestemd voor de bevordering van de biologische landbouw moeten de volgende voorwaarden vervuld zijn : - de landbouwer-aanvrager moet op 30 maart 2007 in het bezit zijn van een aantal rechten dat lager is dan de in 2006 aangegeven totale oppervlakte met een teeltcode die de activering van de toeslagrechten toestaat, en; - de landbouwer-aanvrager mag tussen 1 april 2006 en 30 maart 2007 geen gewone toeslagrechten hebben overgedragen behoudens de gevallen van statuut- of benamingswijziging. § 3. De landbouwer-aanvrager moet het in artikel 2, vierde lid, bedoelde standaardformulier indienen met vermelding van het aantal gewone toeslagrechten dat overeenstemt met het verschil tussen de in 2006 aangegeven oppervlakte met een teeltcode die de activering van de toeslagrechten toestaat en het aantal rechten genotificeerd in 2007. § 4. In geval van motivering van de aanvraag, gegrond op de toepassing van ontwikkelingsprogramma's bestemd voor de bevordering van de biologische landbouw, wanneer de in §§ 1 tot 3 bedoelde voorwaarden zijn vervuld, wordt het aan de landbouwer toegekende aantal rechten verhoogd met een aantal rechten dat gelijk is aan het verschil tussen de in 2006 aangegeven totale oppervlakte met een teeltcode die de activering van de toeslagrechten toestaat en het totaalaantal braakleggings- en/of gewone rechten op 30 maart 2007, zonder het plafond van 30 rechten te overschrijden.

De waarde van elk van die toegekende rechten uit de nationale reserve stemt overeen met het gewestelijke gemiddelde berekend in 2007, verminderd met de verlagingen zoals bedoeld in de artikelen 41 tot 42 van Verordening (EG) nr. 1782/2003."

Art. 12.Een artikel 6quinquies, luidend als volgt, wordt in hetzelfde besluit ingevoegd : "

Art. 6quinquies.§ 1. Wanneer, vanaf 2008, de motivering van de aanvraag om vaststelling of aanpassing van de rechten door gebruik van de nationale reserve gegrond is op de toepassing van ontwikkelingsprogramma's bestemd voor de bevordering van de jonge landbouwers, wordt enkel de volgende situatie erkend door het bestuur : de landbouwers jonger dan 30 jaar op 1 januari van het jaar van indiening van de aanvraag en die op 31 maart van hetzelfde jaar over gewone toeslagrechten beschikken waarvan de gemiddelde waarde lager is dan de gemiddelde waarde van de gewone toeslagrechten in het Waalse Gewest voor het betrokken jaar. § 2. In geval van motivering gegrond op de toepassing van ontwikkelingsprogramma's bestemd voor de bevordering van de jonge landbouwers, moeten de volgende voorwaarden vervuld zijn : - op 1 januari van het jaar van de aanvraag moet de landbouwer jonger zijn dan 30 jaar. In geval van groepering van natuurlijke personen moet minstens een lid aan die voorwaarde voldoen. In geval van rechtspersonen moet minstens een van de bestuurders, afgevaardigd-bestuurders of beheerders met de kwalificatie landbouwer aan die voorwaarde voldoen, en; - de landbouwer-aanvrager moet, op 31 maart van het jaar van de aanvraag, in het bezit zijn van gewone toeslagrechten waarvan de gemiddelde waarde lager is dan de gemiddelde waarde van de gewone toeslagrechten in het Waalse Gewest voor hetzelfde jaar. § 3. De landbouwer-aanvrager moet het gestandaardiseerd formulier bedoeld in artikel 2, vierde lid, indienen met vermelding van zijn rijksregisternummer. In geval van regroupering van natuurlijke of van rechtspersonen, stemt het vermelde rijksregisternummer overeen met die van het jongste lid en/of van de jongste bestuurder. § 4. In geval van motivering van de aanvraag, gegrond op de toepassing van ontwikkelingsprogramma's bestemd voor de bevordering van de jonge landbouwers, wanneer de in §§ 1 tot 3 bedoelde voorwaarden zijn vervuld, wordt de waarde van elk van de aan de landbouwer toegekende rechten verhoogd met een bedrag dat gelijk is aan het verschil tussen de eenheidswaarde van elk van zijn gewone rechten en de gemiddelde eenhaidswaarde van het waals gewoon recht, verminderd met de verlagingen zoals bedoeld in de artikelen 41 en 42 van Verordening (EG) nr. 1782/2003. De totale verhoging van de waarde van de gewone rechten van de landbouwer-aanvrager wordt beperkt tot 1.000 euro of minder in functie van de beschikbare middelen van de reserve tijdens het jaar van de aanvraag."

Art. 13.Artikel 7 van hetzelfde besluit wordt gewijzigd als volgt : 1° De woorden "in 2005 of in 2006" worden geschrapt; 2° De woorden "in het kader van de aanvragen ingediend in 2005 en uiterlijk op 31 maart 2006 in het kader van de aanvragen ingediend in 2006" worden vervangen door de woorden "op de uiterste datum voor de indiening van de oppervlakteaangifte van het jaar van indiening van de aanvraag."

Art. 14.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2007, met uitzondering van artikel 12, dat van toepassing is op 1 januari 2008 en van artikel 13 dat van toepassing is op 1 januari 2005.

Namen, 7 augustus 2008.

B. LUTGEN

^