gepubliceerd op 06 mei 2016
Ministerieel besluit betreffende de uitvaardiging van bepalingen met betrekking tot de oproep 2016 tot het indienen van aanvragen voor investeringssubsidies en projectsubsidies voor fiets- en wandelnetwerken
VLAAMSE OVERHEID
Internationaal Vlaanderen
6 APRIL 2016. - Ministerieel besluit betreffende de uitvaardiging van bepalingen met betrekking tot de oproep 2016 tot het indienen van aanvragen voor investeringssubsidies en projectsubsidies voor fiets- en wandelnetwerken
De Vlaamse minister van Mobiliteit en Openbare Werken, Vlaamse Rand, Toerisme en Dierenwelzijn, Gelet op het
decreet van 19 maart 2004Relevante gevonden documenten
type
decreet
prom.
19/03/2004
pub.
29/04/2004
numac
2004035613
bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
Decreet tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid « Toerisme Vlaanderen »
sluiten tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid "Toerisme Vlaanderen", artikel 5, § 1, 2° en 3°, en § 2;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 2012Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 21/12/2012 pub. 08/02/2013 numac 2013200569 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende toerismesubsidies sluiten betreffende toerismesubsidies, artikel 4, eerste lid;
Gelet op het advies LDJ/TDK/16/0025 van de Inspectie van Financiën, gegeven op 17 februari 2016;
Gelet op het advies 59.050/1 van de Raad van State, gegeven op 31 maart 2016;
Overwegende het besluit van de Vlaamse Regering van 8 november 2013Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 08/11/2013 pub. 18/12/2013 numac 2013206869 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de algemene regels inzake subsidiëring sluiten betreffende de algemene regels inzake subsidiëring;
Overwegende de beleidsnota toerisme 2014-2019;
Overwegende de beleidsbrief toerisme 2015-2016, Besluit : HOOFDSTUK 1. - Definities
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder: 1° fietsnetwerken: de ontsluiting van een gebied van voldoende omvang door een aaneenschakeling van fietsroutes die bewegwijzerd worden conform de richtlijnen van Toerisme Vlaanderen, opgenomen in de bijlage 1 bij dit besluit;2° wandelnetwerken: de ontsluiting van een gebied van voldoende omvang door een aaneenschakeling van wandelroutes die bewegwijzerd worden conform de richtlijnen van Toerisme Vlaanderen, opgenomen in de bijlage 2 bij dit besluit;3° zoekzones: de zones die door Toerisme Vlaanderen zijn afgebakend als potentiële gebieden voor de ontwikkeling van wandelnetwerken op basis van de studie van Grontmij uit 2007 "Landschappelijke en toeristisch-recreatieve studie met betrekking tot wandelen fase 2" en die opgesomd zijn in de richtlijnen voor de bewegwijzering van toeristisch-recreatieve wandellussen, wandelnetwerken en toeristische voetgangersbewegwijzering;4° investeringssubsidie: subsidie ter ondersteuning van de investeringen ten behoeve van een structurele activiteit die een continu en permanent karakter vertoont, overeenkomstig artikel 56, eerste lid, 2°, van het decreet van 8 juli 2011Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/07/2011 pub. 05/08/2011 numac 2011035642 bron vlaamse overheid Decreet houdende regeling van de begroting, de boekhouding, de toekenning van subsidies en de controle op de aanwending ervan, en de controle door het Rekenhof sluiten houdende regeling van de begroting, de boekhouding, de toekenning van subsidies en de controle op de aanwending ervan en de controle door het Rekenhof;5° projectsubsidie: subsidie ter ondersteuning van de specifieke kosten voortvloeiend uit een activiteit die zowel qua opzet of doelstelling als in tijd kan worden afgebakend, overeenkomstig artikel 56, eerste lid, 3°, van het decreet van 8 juli 2011Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/07/2011 pub. 05/08/2011 numac 2011035642 bron vlaamse overheid Decreet houdende regeling van de begroting, de boekhouding, de toekenning van subsidies en de controle op de aanwending ervan, en de controle door het Rekenhof sluiten houdende regeling van de begroting, de boekhouding, de toekenning van subsidies en de controle op de aanwending ervan en de controle door het Rekenhof. HOOFDSTUK 2. - Inhoud en doel van de oproep 2016 Afdeling 1. - Thematische en geografische afbakening
Art. 2.De oproep tot subsidieaanvragen voor fiets- en/of wandelnetwerken voor het jaar 2016 heeft betrekking op twee producten: 1° fietsnetwerken;2° wandelnetwerken. De subsidieaanvragen kunnen zowel betrekking hebben op investeringssubsidies als op projectsubsidies.
De oproep heeft betrekking op het Vlaamse Gewest en op het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad. Afdeling 2. - Specifieke doelstellingen voor fietsnetwerken
Art. 3.De subsidieaanvragen op het vlak van fietsnetwerken hebben de volgende doelstellingen: 1° het verhogen van de beleving van fietsnetwerken voor de internationale toerist;2° het versterken van het toeristische ondernemerschap op en langs de fietsnetwerken. Subsidieaanvragen die inzetten op het verhogen van de beleving van fietsnetwerken voor de internationale toerist, hebben betrekking op: 1° het verleggen van trajecten via bewegwijzering met als doel de opwaardering van het netwerk;2° het verhogen van de service die aangeboden wordt langs de fietsnetwerken, zoals: a) het uitbreiden van het netwerk met doelenwegwijzers langs het fietsnetwerk;b) het zorgen voor informatievoorzieningen en wificonnectie op fietsstartpunten;3° het plaatsen van spel- en belevingsverhogende elementen langs het fietsnetwerk; 4° het verbinden van de kunststeden en andere steden met het achterland d.m.v. de fietsnetwerken via knooppunten, met uitzondering van aanlooproutes; 5° zorgen voor grensoverschrijdende connectiviteit door verbindingen te maken met fietsnetwerken in de buurregio's van Vlaanderen, met name de fietsnetwerken in het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, de fietsnetwerken van andere bevoegde overheden in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad en de fietsnetwerken in Nederland, Frankrijk en Duitsland;6° toeristische bezienswaardigheden, attracties, toeristische onthaalcentra optimaal integreren in de fietstrajecten;7° een cross-over met andere producten van Toerisme Vlaanderen en de thema's uit de beleidsnota realiseren: a) Vlaamse gastronomie;b) erfgoed en kunst;c) Vlaamse meesters;d) wielercultuur;e) herdenking van de Eerste Wereldoorlog;f) festivals;g) familievriendelijkheid. Subsidieaanvragen die inzetten op het versterken van het toeristische ondernemerschap op en langs de fietsnetwerken, zijn projecten die: 1° inzetten op samenwerkingsverbanden met bij voorkeur private ondernemingen om het fietsproduct te vermarkten;2° het aanbod van de lokale ondernemers optimaal integreren in de fietstrajecten;3° inzetten op de economische valorisatie van het fietsnetwerk;4° inzetten op vorming en begeleiding van lokale ondernemers die resulteren in pilootprojecten inclusief implementatie. Afdeling 3. - Specifieke doelstellingen voor wandelnetwerken
Art. 4.De subsidieaanvragen in het kader van de wandelnetwerken hebben de volgende doelstellingen: 1° het wegwerken van de hiaten in het wandelnetwerk binnen de zoekzones;2° het verhogen van de beleving van wandelnetwerken voor de internationale toerist;3° het versterken van het toeristische ondernemerschap op en langs de wandelnetwerken. Subsidieaanvragen die inzetten op het wegwerken van de hiaten in het wandelnetwerk binnen de zoekzones, hebben betrekking op het ontwikkelen van nieuwe en de uitbreiding van bestaande wandelnetwerken in de zoekzones of in delen van zoekzones waar zich nog geen wandelnetwerk bevindt. Het verbinden van zoekzones door een gebied dat niet in de zoekzones ligt, valt buiten de visie op wandelnetwerken en komt niet in aanmerking voor subsidiëring.
Subsidieaanvragen die inzetten op het verhogen van de beleving van de wandelnetwerken voor de internationale toerist, zijn initiatieven die: 1° inzetten op het plaatsen van spel- en belevingsverhogende elementen langs het wandelnetwerk;2° toeristische bezienswaardigheden, attracties, toeristische onthaalcentra optimaal integreren in de wandeltrajecten;3° een cross-over met andere producten van Toerisme Vlaanderen en de thema's uit de beleidsnota realiseren: a) Vlaamse gastronomie;b) erfgoed en kunst;c) Vlaamse meesters;d) wielercultuur;e) herdenking van de Eerste Wereldoorlog;f) festivals;g) familievriendelijkheid. Subsidievragen die inzetten op het versterken van het toeristische ondernemerschap op en langs de wandelnetwerken, zijn projecten die: 1° inzetten op samenwerkingsverbanden met bij voorkeur private ondernemingen om het wandelproduct te vermarkten;2° het aanbod van de lokale ondernemers optimaal integreren in de wandeltrajecten;3° inzetten op de economische valorisatie van het wandelnetwerk; 4° inzetten op vorming en begeleiding van lokale ondernemers die resulteren in pilootprojecten inclusief implementatie.: Alleen voor initiatieven die volledig binnen een zoekzone vallen, kan een subsidieaanvraag ingediend worden. Initiatieven die helemaal of gedeeltelijk buiten de zoekzones vallen, komen niet in aanmerking voor subsidiëring. HOOFDSTUK 3. - Termijn, subsidiepercentage en subsidiabele uitgaven Afdeling 1. - Indieningstermijn
Art. 5.Voor het jaar 2016 kan een subsidieaanvraag op zijn vroegst ingediend worden vanaf 15 april 2016. De uiterste indieningsdatum is 20 juni 2016. Afdeling 2. - Subsidiepercentage en subsidiabele uitgaven
Art. 6.Binnen de perken van de begrotingskredieten wordt in een maximale financiële steun voorzien van 60% van de kosten die in aanmerking komen voor subsidiëring.
Alleen aanvragen waarvan de totale kosten die in aanmerking komen voor subsidiëring, minimaal 40.000 euro bedragen, komen in aanmerking.
Enkel kosten die dateren van na de aanvraagdatum en van voor de einddatum van het project, zoals vastgelegd in de subsidiebeslissing, komen in aanmerking. Kosten voor een toegankelijkheidsdoorlichting door een erkend adviesbureau die dateren van voor de aanvraagdatum, worden wel aanvaard, mits officiële aanmelding van het project op voorhand.
Art. 7.De onderstaande uitgaven komen in aanmerking voor subsidiëring: 1° personeelskosten voor de coördinatie van het project en voor de duur van het project en beperkt tot maximaal een vte, waarbij de jaarlijkse loonkosten maximaal het brutomaandloon x 20 bedragen.De factor 20 is een vaste coëfficiënt en omvat het brutojaarloon, de werkgeversbijdrage (RSZ), het wettelijke enkel en dubbel vakantiegeld en de eindejaarspremie; 2° studies en ontwerpen: a) voorbereidende studies in het kader van het verleggen van trajecten voor fietsnetwerken en de trajectrealisatie voor de wandelnetwerken;b) conceptontwikkeling voor spel- en belevingsverhogende elementen, met inbegrip van honoraria;c) consultantkosten;d) marktonderzoek;e) haalbaarheidsstudies;3° de volgende uitgaven voor initiatieven in het kader van toegankelijkheid: a) toegankelijkheidsdoorlichting met inbegrip van de eindcontrole;b) alle noodzakelijke aanpassingswerken;c) kosten voor het behalen van het AnySurferlabel voor gesubsidieerde nieuwe websites;4° fietsinfrastructuur en wandelinfrastructuur: a) bewegwijzering volgens de richtlijnen, opgenomen in de bijlagen bij dit besluit;b) inrichting van fiets- en wandelstartpunten langs de fiets- en wandelnetwerken;c) spel- en belevingsverhogende elementen langs de fiets- en wandelnetwerken;5° communicatie, promotie en kennisdeling;6° organisatie van evenementen die gericht zijn op de internationale toerist, op voorwaarde dat het evenement deel uitmaakt van een groter project dat ingediend wordt voor subsidiëring.Evenementen op zich komen niet in aanmerking.
Art. 8.De volgende uitgaven komen in geen geval in aanmerking voor subsidiëring: 1° de aanleg van fiets- en wandelpaden, zoals verhardingen en infrastructuren zoals bruggen, tunnels of veren tenzij het gaat om een spelelement of specifiek belevingsverhogend element;2° het onderhoud van fiets- en wandelpaden, met inbegrip van het personeel dat daarvoor ingezet wordt;3° het plaatsen van zitbanken, picknicktafels, vuilnisbakken en fietsenstallingen langs de fiets- en wandelnetwerken tenzij in het kader van de inrichting van fiets- en wandelstartpunten langs het fiets-/wandelnetwerk;4° de aankoop van kunstwerken;5° het onderhoud en de vervanging van de bewegwijzering en van spel- en belevingsverhogende elementen langs de fiets- en wandelnetwerken;6° de kosten voor public relations, recepties en uitnodiging van de pers;7° de ontwikkeling en het onderhoud van digitale en audiovisuele producten, met uitzondering van wifi op fietsstartpunten;8° de monitoring, de tellers of studies over gebruik;9° het drukken van kaarten;10° de aankoop, leasing en huur van transportmiddelen.11° de overheadkosten;12° de investeringen in verblijfsinfrastructuur;13° de aankoop van gronden en gebouwen;14° de investeringen in commerciële activiteiten zoals horeca en shops;15° de merchandising;16° de recupereerbare btw. HOOFDSTUK 4. - Beoordelingscriteria
Art. 9.De aanvraagdossiers worden beoordeeld op de volgende criteria: 1° de toeristisch-recreatieve meerwaarde van het project;2° de mate waarin het project inzet op de productlijnen van Toerisme Vlaanderen en de thema's uit de beleidsnota toerisme 2014-2019 vermeld in artikel 3, tweede lid, 7°, en artikel 4, derde lid, 3°, van dit besluit;3° de mate waarin het project belevingsgericht is;4° de impact op het lokaal verankerde ondernemerschap.
Art. 10.De richtlijnen voor de bewegwijzering van toeristisch-recreatieve fietslussen en fietsnetwerken zijn opgenomen in bijlage 1 bij dit besluit.
De richtlijnen voor de bewegwijzering van toeristisch-recreatieve wandellussen, wandelnetwerken en toeristische voetgangersbewegwijzering zijn opgenomen in bijlage 2 bij dit besluit.
Brussel, 6 april 2016.
De Vlaamse minister van Mobiliteit en Openbare Werken, Vlaamse Rand, Toerisme en Dierenwelzijn, B. WEYTS
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld