gepubliceerd op 10 juni 2016
Ministerieel besluit tot wijziging van de bijlagen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005 houdende de reglementering van de handel in en de keuring van zaaigranen
VLAAMSE OVERHEID
Landbouw en Visserij
3 JUNI 2016. - Ministerieel besluit tot wijziging van de bijlagen bij het
besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005Relevante gevonden documenten
type
besluit van de vlaamse regering
prom.
16/12/2005
pub.
25/01/2006
numac
2006035066
bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
Besluit van de Vlaamse Regering houdende de reglementering van de handel in en de keuring van zaaigranen
sluiten houdende de reglementering van de handel in en de keuring van zaaigranen
De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, Gelet op het decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw- en visserijbeleid, artikel 4, 2°, b);
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 16/12/2005 pub. 25/01/2006 numac 2006035066 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse Regering houdende de reglementering van de handel in en de keuring van zaaigranen sluiten houdende de reglementering van de handel in en de keuring van zaaigranen, artikel 18;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 19 februari 2016;
Gelet op het overleg tussen de gewestregeringen en de federale overheid op 18 februari 2016, bekrachtigd door de Interministeriële Conferentie voor het Landbouwbeleid op 10 maart 2016;
Gelet op advies 59.142/3 van de Raad van State, gegeven op 19 april 2016, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, Besluit :
Artikel 1.Dit besluit voorziet in de omzetting van uitvoeringsrichtlijn (EU) 2015/1955 van de Commissie van 29 oktober 2015 tot wijziging van de bijlagen I en II bij Richtlijn 66/402/EEG van de Raad betreffende het in de handel brengen van zaaigranen.
Art. 2.In bijlage 1, punt 5, bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 16/12/2005 pub. 25/01/2006 numac 2006035066 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse Regering houdende de reglementering van de handel in en de keuring van zaaigranen sluiten houdende de reglementering van de handel in en de keuring van zaaigranen, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 mei 2010 wordt de zinsnede "Gewassen voor de productie van gecertificeerd zaad van hybriden van Avena nuda, Avena sativa, Avena strigosa, Hordeum vulgare, Oryza sativa, Triticum aestivum, Triticum durum, Triticum spelta en zelfbestuivende xTriticosecale" vervangen door de zinsnede "Gewassen voor de productie van gecertificeerd zaad van hybriden van Avena nuda, Avena sativa, Avena strigosa, Oryza sativa, Triticum aestivum, Triticum durum, Triticum spelta en zelfbestuivende xTriticosecale en gewassen voor de productie van gecertificeerd zaad van hybriden van Hordeum vulgare door middel van een andere techniek dan cytoplasmatische mannelijke steriliteit (CMS)".
Art. 3.In bijlage 1 bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 mei 2010 en gewijzigd bij het ministerieel besluit van 26 april 2012, wordt een punt 5/1 ingevoegd dat luidt als volgt : "5/1. Gewassen voor de productie van basiszaad en gecertificeerd zaad van hybriden van Hordeum vulgare door middel van de CMS-techniek : a)Het gewas moet voldoen aan de onderstaande normen voor de afstand tot dicht in de buurt gelegen bestuivingsbronnen die tot ongewenste vreemdbestuiving kunnen leiden :
gewassen
minimumafstand
1) voor de productie van basiszaad
100 m
2) voor de productie van gecertificeerd zaad
50 m
b) Het gewas moet voldoende rasecht en raszuiver zijn wat de kenmerken van de kruisingspartners betreft.Het gewas moet in het bijzonder voldoen aan de volgende normen : 1) Het percentage aan planten die duidelijk rasafwijkend zijn, mag niet meer bedragen dan : i) voor de gewassen voor de productie van basiszaad : 0,1% voor de instandhouder en de hersteller en 0,2% voor de vrouwelijke kruisingspartner (met CMS); ii) voor de gewassen voor de productie van gecertificeerd zaad : 0,3 % voor de hersteller en de vrouwelijke kruisingspartner (met CMS) en 0,5 % als de vrouwelijke kruisingspartner (met CMS) een enkele hybride is. 2) De mannelijke steriliteit van de vrouwelijke kruisingspartner bedraagt ten minste : i) 99,7 % voor gewassen voor de productie van basiszaad; ii) 99,5 % voor gewassen voor de productie van gecertificeerd zaad. 3) De eisen van de punten i) en ii) worden via officiële nacontroles onderzocht. c) Gecertificeerd zaad mag in gemengde teelt worden geproduceerd van een vrouwelijke of mannelijke steriele kruisingspartner met een mannelijke kruisingspartner die de fertiliteit herstelt.".
Art. 4.In bijlage 2 bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 mei 2010, wordt punt C vervangen door wat volgt : "C. Hybriden van Avena nuda, Avena sativa, Avena strigosa, Hordeum vulgare, Oryza sativa, Triticum aestivum, Triticum durum, Triticum spelta en zelfbestuivende xTriticosecale.
De minimale raszuiverheid van zaad van de categorie "gecertificeerd zaad" moet 90% bedragen.
Voor Hordeum vulgare die met CMS is geproduceerd, bedraagt de minimale raszuiverheid 85%. Andere onzuiverheden dan de hersteller mogen niet meer dan 2% bedragen.
De minimale raszuiverheid wordt gecontroleerd via officiële nacontroles op een adequaat gedeelte van de zaadmonsters.".
Art. 5.In bijlage 2 bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 mei 2010, wordt het opschrift van punt E vervangen door wat volgt : "E. Hybriden van Secale cereale en CMS-hybriden van Hordeum vulgare".
Art. 6.Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2016.
Brussel, 3 juni 2016.
De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, J. SCHAUVLIEGE