gepubliceerd op 09 september 2010
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 september 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek, betreffende de arbeidstijd
30 JULI 2010. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 september 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek, betreffende de arbeidstijd (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 7 september 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek, betreffende de arbeidstijd.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 30 juli 2010.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek Collectieve arbeidsovereenkomst van 7 september 2009 Arbeidstijd (Overeenkomst geregistreerd op 2 april 2010 onder het nummer 98613/CO/226) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied en doel
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de mannelijke en vrouwelijke bedienden van de ondernemingen die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek.
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van de arbeids wet van 16 maart 1971Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1971 pub. 28/10/1998 numac 1998000346 bron ministerie van binnenlandse zaken Arbeidswet - Duitse vertaling sluiten, van de wet van 17 maart 1987Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/03/1987 pub. 18/03/2010 numac 2010000131 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de invoering van nieuwe arbeidsregelingen in de ondernemingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de invoering van nieuwe arbeidsregelingen in de ondernemingen en van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 42 gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 2 juni 1987. HOOFDSTUK II. - Algemene beginselen
Art. 3.De conventionele arbeidstijd is vastgesteld op 38 uren per week.
Met ingang van 1 januari 2000 wordt de conven-tionele arbeidstijd gebracht op 37 uren per week; in ondernemingen waar de toepasselijke arbeidstijd op 31 december 1999 reeds minder bedraagt dan 38 uren per week, wordt die arbeidstijd verminderd met 1 uur.
Art. 4.De arbeidstijd wordt in beginsel gespreid over de eerste vijf dagen van de week.
Art. 5.§ 1. Afwijkingen van de algemene beginselen vervat in de artikelen 3 en 4 kunnen enkel ingevoerd worden door middel van een collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten op ondernemingsvlak. § 2. In afwijking van de bepalingen van § 1 gelden voor de arbeidstijdvermindering per 1 januari 2000 de hierna volgende regels : Bij ontstentenis van overeenkomst op ondernemingsvlak zullen de modaliteiten van de arbeidstijdvermindering worden vastgesteld in het arbeidsreglement, overeenkomstig de ter zake voorziene wettelijke procedures. In dit geval kan enkel geopteerd worden voor één van volgende toepassingen : a) één uur arbeidstijdvermindering op weekbasis, bij het begin of op het einde van de dag, of b) toekenning van een halve dag compensatieverlof per maand.
Art. 6.§ 1. In ondernemingen zonder tijdsregistratie wordt de arbeid verricht op vraag van de werkgever boven de grenzen van de arbeidstijd bepaald door de arbeids wet van 16 maart 1971Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1971 pub. 28/10/1998 numac 1998000346 bron ministerie van binnenlandse zaken Arbeidswet - Duitse vertaling sluiten en bij deze collectieve arbeidsovereenkomst, voor de betaling, afgerond naar het eerstvolgende hogere half uur of vol uur, naargelang het geval. § 2. In ondernemingen die een systeem van tijdsregistratie toepassen is de afronding waarvan sprake in § 1 niet van toepassing.
Art. 7.De overurentoeslag is verschuldigd vanaf het 39ste prestatie-uur op weekbasis.
Art. 8.De bedienden die gunstiger voorwaarden hebben verworven dan deze vermeld in de artikelen 5, 6 en 7 blijven deze behouden. HOOFDSTUK III Arbeidsregeling in sommige ondernemingen
Art. 9.In afwijking van hoofdstuk II van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt de bijzondere arbeidsregeling vervat in artikel 10 toegestaan in de ondernemingen, wat betreft de bedienden die op bestendige wijze één of meer functies uitoefenen in de hiernavermelde diensten : a) bevrachtingen;b) verzendingen;c) manifest;d) laad en losactiviteiten;e) systeembediening der informatica en telecommunicatie, noodzakelijk voor de werking van voormelde operationele diensten.
Art. 10.§ 1. De normale arbeidstijd voor de diensten vermeld in artikel 9 kan vastgesteld worden op 1 976 uren per kalenderjaar (52 weken x 38 uren).
Vanaf 1 januari 2000 wordt het grensbedrag vermeld in het eerste lid teruggebracht tot 1 924 uren per kalenderjaar (52 weken x 37 uren). § 2. Bij de berekening van het aantal uren vermeld in § 1 wordt rekening gehouden met : - de bezoldigde dagen of daarmee gelijkgestelde dagen; - de vakantie en verlofdagen; - de feestdagen of hun vervangingsdagen; - alle dagen gedekt door een compenserende vergoeding betaald door de werkgever. § 3. In afwijking van de bepalingen in § 1 wordt het aantal uren per kalenderjaar proportioneel herleid in volgende gevallen : - deeltijdse tewerkstelling; - indiensttredingen in de loop van het kalenderjaar; - ondernemingen waarin reeds een arbeidsregeling van minder dan 38 uren per week en, vanaf 1 januari 2000, 37 uren per week toepasselijk is. § 4. De normale arbeidstijd mag niet meer bedragen dan 10 uren per dag (bij continuarbeid 12 uren per dag) en 46 uren per week.
Bij overschrijding van die grenzen of van de jaargrens vermeld in § 1 is overloon verschuldigd. Het aantal overuren mag nooit meer bedragen dan 65 uren per kalenderkwartaal. § 5. De maandelijkse loonafrekening die aan de bediende overhandigd wordt, zal expliciet volgende gegevens vermelden : - het normaal aantal gewerkte uren (= tot 38 u/week, en vanaf 1 januari 2000, 37 u/week); - het aantal debet-uren (= minder dan 38 u/week en, vanaf 1 januari 2000, 37 u/week); - het aantal bijkomende uren (= boven de 38u/week en, vanaf 1 januari 2000, 37 u/week tot maximum 10 u/dag 12 u/dag bij continuarbeid of 46 u/week); - het aantal overuren (= boven de 10 u/dag 12 u/dag bij continuarbeid of 46 u/week).
De invoering van de bijzondere arbeidsregeling evenals de concrete omkaderingsmaatregelen zullen, voorafgaandelijk aan de invoering ervan in de onderneming, worden uitgewerkt in overleg met de ondernemingsraad, en/of met de syndicale delegatie of bij collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op ondernemingsvlak, en gevoegd worden bij het arbeidsreglement.
Deze omkaderingsmaatregelen betreffen onder andere de concrete uurroosters, de referteperiode van de gemiddelde arbeidstijd, de verwittigingstijd, eventuele toeslagen.
Bij ontstentenis van vernoemde overlegorganen, of een collectieve arbeidsovereenkomst op ondernemingsvlak, en zonder afbreuk te doen aan de reglementaire bepalingen, dient de onderneming de omkaderingsmaatregelen ter kennis te brengen, bij aangetekend schrijven, aan de voorzitter van het paritair comité.
De voorstellen van de onderneming kunnen worden ingevoerd na éénparige beslissing van de werkgroep algemene zaken van het paritair comité. De werkgroep algemene zaken van het paritair comité neemt kennis van de voorstellen van de onderneming, en deelt binnen de zestig dagen na ontvangst van het schrijven van de onderneming, zijn beslissing mede aan de onderneming. HOOFDSTUK IV Modaliteiten inzake in invoering van bijzondere arbeidsregelingen
Art. 11.Arbeidsregelingen afwijkend van de algemene beginselen vervat in hoofdstuk II en van de bijzondere regeling vervat in hoofdstuk III, kunnen slechts ingevoerd worden door middel van een collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten op het vlak van de onderneming, ook als het afwijkingen betreft die voorzien zijn in de wet van 17 maart 1987Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/03/1987 pub. 18/03/2010 numac 2010000131 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de invoering van nieuwe arbeidsregelingen in de ondernemingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten.
Art. 12.Nieuwe arbeidsregelingen zoals bedoeld in artikel 2 van de wet van 17 maart 1987Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/03/1987 pub. 18/03/2010 numac 2010000131 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de invoering van nieuwe arbeidsregelingen in de ondernemingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, kunnen slechts worden ingevoerd indien er een positieve weerslag is op de werkgelegenheid. Deze positieve weerslag wordt als verwezenlijkt beschouwd indien de onderneming het economisch voordeel van de maatregel aantoont en deze niet te baat neemt om over te gaan tot personeelsvermindering.
Art. 13.De werkgever die voornemens is nieuwe arbeidsregelingen in te voeren, bedoeld in dit hoofdstuk, moet voorafgaandelijk aan de werknemers schriftelijke informatie verstrekken omtrent het arbeidssysteem en omtrent de factoren die de invoering ervan rechtvaardigen.
Wanneer er een ondernemingsraad bestaat, ontvangt deze die informatie.
Bij ontstentenis van ondernemingsraad wordt de informatie aan de vakbondsafvaardiging gegeven. Bij ontstentenis van vakbondsafvaardiging wordt de informatie aan elke werknemer individueel verstrekt.
Bovendien wordt deze informatie eveneens voorafgaandelijk verstrekt aan de representatieve werknemersorganisaties van de sector.
Art. 14.De bepalingen vervat in de ondernemings- collectieve arbeidsovereenkomst bedoeld in artikel 11 wijzigen automatisch het arbeidsreglement van de onderneming. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen
Art. 15.De collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 1998 betreffende de arbeidsduur, gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomsten van 21 mei 1999, 7 mei 2001 en 14 mei 2003 respectievelijk algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 2 juli 2003 (Belgisch Staatsblad van 10 december 2003), 24 oktober 2001 (Belgisch Staatsblad van 6 maart 2002), 23 januari 2002 (Belgisch Staatsblad van 25 juni 2002) en 5 mei 2004 (Belgisch Staatsblad van 23 juni 2004).
Art. 16.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking vanaf 7 september 2009.
Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een onbepaalde tijd. Zij kan door elk van de partijen geheel of gedeeltelijk worden opgezegd mits een opzegging van zes maanden, betekend per aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de bedienden uit de interna-tionale handel, het vervoer en de logistiek en aan de daarin vertegenwoordigde organisaties.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 30 juli 2010.
De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET