gepubliceerd op 10 november 2001
Koninklijk besluit houdende vaststelling van de toekenningsvoorwaarden en de wijze van verdeling van de rijkstoelagen voor de dienst voor geneeskundige verzorging georganiseerd door de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen
29 OKTOBER 2001. - Koninklijk besluit houdende vaststelling van de toekenningsvoorwaarden en de wijze van verdeling van de rijkstoelagen voor de dienst voor geneeskundige verzorging georganiseerd door de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 6 augustus 1990 betreffende de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen, inzonderheid op artikel 27bis, ingevoegd bij de wet van 22 februari 1998;
Gelet op het koninklijk besluit van 12 augustus 1994 houdende vaststelling van de toekenningsvoorwaarden en de wijze van verdeling van de rijkstoelagen voor de dienst voor geneeskundige verzorging georganiseerd door de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 2 juli 1996, 19 juni 1997, 19 november 1999 en 17 november 2000;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 12 oktober 2001;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 19 oktober 2001;
Gelet op de hoogdringendheid die gemotiveerd wordt door het feit dat de verdeling van de toelagen van het jaar 2000 en volgende zoals voorzien door het voormeld koninklijk besluit van 12 augustus 1994 op basis van de heden van toepassing zijnde bepalingen op dit ogenblik niet kan plaatsvinden, omdat deze niet aangepast zijn aan het model van de normatieve verdeelsleutel voortvloeiend uit de werkzaamheden van de universitaire teams waarover een consensus bestaat;
Overwegende dat de ziekenfondsen daardoor zullen worden geconfronteerd met thesaurieproblemen, waarbij het van belang is dat deze zo spoedig mogelijk worden opgelost door vervanging van de bepalingen van het koninklijk besluit van 12 augustus 1994 houdende vaststelling van de voorwaarden en wijze van toekenning van de Rijkstoelagen voor de dienst voor geneeskundige verzorging, georganiseerd door de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen. Dat het noodzakelijk blijkt zo snel mogelijk de verdelingsmodaliteiten van de toelagen 2000 vast te stellen, waarvan de kredieten bij gebrek aan vereffening vóór het einde van het begrotingsjaar 2001 vervallen;
Gelet op het advies nr. 32.419/1 van de Raad van State, gegeven op 25 oktober 2001, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.§ 1. De met toepassing van artikel 27bis van de wet van 6 augustus 1990 betreffende de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen in de begroting van het Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, onder de basisallocatie 52.11.42.12 ingeschreven toelagen, worden verdeeld onder de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen, die de dienst geneeskundige verzorging gedurende het jaar dat het betrokken begrotingsjaar voorafgaat hebben ingericht voor de zelfstandigen en de leden van de kloostergemeenschappen die vrijwillig zijn toegetreden tot deze dienst voor de andere geneeskundige verstrekkingen dan die bepaald bij de regeling voor verplichte verzekering inzake geneeskundige verzorging welke op hen betrekking heeft. § 2. De Rijkstoelagen van de jaren 1997 tot en met 2000 worden verdeeld onder de landsbonden op basis van de in artikel 3 bepaalde normatieve verdeelsleutel, voor elk jaar vastgesteld, op voorstel van de Raad van de Controledienst overgemaakt aan de Minister van Sociale Zaken. De Rijkstoelagen van de jaren 2001 en volgende worden verdeeld onder de landsbonden op basis van de in artikel 4 bepaalde normatieve verdeelsleutel, voor elk jaar vastgesteld, op voorstel van de Raad van de Controledienst overgemaakt aan de Minister van Sociale Zaken.
De eventuele negatieve resultaten die voortvloeien uit de toepassing van de voornoemde normatieve verdeelsleutel, worden verdeeld tussen alle landsbonden en ziekenfondsen die een positieve toelage hebben prorata van deze positieve toelage.
De landsbonden verdelen deze toelagen onder de bij hen aangesloten ziekenfondsen, overeenkomstig dezelfde criteria. De toelagen moeten door de ziekenfondsen geboekt worden in hetzelfde dienstjaar als het begrotingsjaar waarop zij aangerekend worden. § 3. Het Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu stort vóór het einde van ieder kwartaal aan de landsbonden van ziekenfondsen een voorschot gelijk aan een vierde van het met toepassing van artikel 27bis van de voornoemde wet van 6 augustus 1990 in de begroting van het lopende dienstjaar ingeschreven bedrag.
Dit voorschot wordt onder de landsbonden verdeeld in verhouding tot de toelagen die toegekend zijn voor het voorafgaande begrotingsjaar.
De landsbonden verdelen dit voorschot onder de bij hen aangesloten ziekenfondsen overeenkomstig dezelfde criteria.
In afwijking van het eerste lid, maken de toelagen ingeschreven in de begroting van de jaren 2000 en 2001 van het Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, onder de basisallocatie 52.11.42.12 en nog te liquideren respectievelijk in 2001 en 2002, het voorwerp uit van een enige storting.
Art. 2.Voor de jaren 2000, 2001, 2002 en 2003 wordt de verdeling van de toelagen, overeenkomstig de bepalingen uit artikel 1, §§ 2 en 3, als volgt gecorrigeerd : 1° de toelagen voor het jaar 2000, gestort overeenkomstig artikel 1, § 3, vierde lid, worden gecorrigeerd met het kwart van het verschil tussen het bedrag ingevolge de toepassing voor de jaren 1997, 1998 en 1999 van artikel 1, § 2, op de betrokken landsbond en het bedrag van de toelagen van de jaren 1997, 1998 en 1999, dat daadwerkelijk aan diezelfde landsbond werd toegekend bij toepassing van het koninklijk besluit van 12 augustus 1994 houdende vaststelling van de toekenningsvoorwaarden en de wijze van verdeling van de rijkstoelagen voor de dienst voor geneeskundige verzorging georganiseerd door de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen;2° de toelagen voor het jaar 2001, gestort overeenkomstig artikel 1, § 3, vierde lid, worden gecorrigeerd met het kwart van het verschil tussen het bedrag ingevolge de toepassing voor de jaren 1997, 1998 en 1999 van artikel 1, § 2, op de betrokken landsbond en het bedrag van de toelagen voor de jaren 1997, 1998 en 1999, dat daadwerkelijk aan diezelfde landsbond werd toegekend bij toepassing van voornoemd koninklijk besluit van 12 augustus 1994;3° voor de toelagen van het jaar 2002 worden de drie driemaandelijkse voorschotten en de liquidatie van het saldo elk gecorrigeerd met een zestiende van het verschil tussen het bedrag ingevolge de toepassing voor de jaren 1997, 1998 en 1999 van artikel 1, § 2, op de betrokken landsbond en het bedrag van de toelagen voor de jaren 1997, 1998 en 1999 dat bij toepassing van voornoemd koninklijk besluit van 12 augustus 1994 daadwerkelijk aan deze landsbond werd toegekend;4° voor de toelagen van het jaar 2003 worden de drie driemaandelijkse voorschotten en de liquidatie van het saldo elk gecorrigeerd met een zestiende van het verschil tussen het bedrag ingevolge de toepassing voor de jaren 1997, 1998 en 1999 van artikel 1, § 2, op de betrokken landsbond en het bedrag van de toelagen voor de jaren 1997, 1998 en 1999 dat bij toepassing van voornoemd koninklijk besluit van 12 augustus 1994 daadwerkelijk aan deze landsbond werd toegekend. De landsbonden verrichten de correctie van de toelagen aan de bij hen aangesloten ziekenfondsen, overeenkomstig dezelfde criteria.
Art. 3.§ 1. De toelagen van de jaren 1997 tot en met 2000 worden verdeeld op basis van de normatieve verdeelsleutel overeenkomstig het huidig artikel. § 2. Het totaal bedrag van de Rijkstoelagen toegekend voor het in aanmerking genomen jaar wordt in twee delen gesplitst : a) het eerste deel is in verhouding tot de uitgaven in prestaties, met uitzondering van de uitgaven in geneesmiddelen, in het geheel van de uitgaven aan prestaties van de vrije verzekering van het in aanmerking genomen jaar;b) het tweede deel is in verhouding tot de uitgaven in geneesmiddelen in het geheel van de uitgaven aan prestaties van de vrije verzekering van het in aanmerking genomen jaar. § 3. De met toepassing van de normatieve verdeelsleutel te bepalen toelage bedoeld in § 2, a), van elk ziekenfonds is de hoegrootheid S1m gedefinieerd door : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld waar : S1 het deel is van het globaal bedrag van de toegekende rijkstoelagen voor een bepaald jaar, in verhouding met de uitgaven aan prestaties, met uitzondering van de uitgaven in geneesmiddelen, in het geheel van de uitgaven aan prestaties van de vrije verzekering voor het in aanmerking genomen jaar; corm de geïndexeerde correctieterm voor het ziekenfonds m is met betrekking tot de uitgaven aan prestaties met uitzondering van de uitgaven in geneesmiddelen, bepaald in uitvoering van artikel 27bis van voornoemde wet van 6 augustus 1990, uitgedrukt als een bedrag in BEF per rechthebbende. Het ziekenfonds m is elk ziekenfonds of elke landsbond die een dienst geneeskundige verzorging bedoeld in artikel 1, § 1, heeft ingericht voor het jaar 2000; nm het aantal rechthebbenden voor het ziekenfonds m op 30 juni van het in aanmerking genomen jaar is; n het aantal rechthebbenden van het geheel van de ziekenfondsen op 30 juni van het in aanmerking genomen jaar is. § 4. De met toepassing van de normatieve verdeelsleutel te bepalen toelage bedoeld in § 2, b), van elk ziekenfonds is de hoegrootheid S2m gedefinieerd door : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld waar : S2 het deel is van het globaal bedrag van de toegekende rijkstoelagen voor een bepaald jaar, in verhouding met de uitgaven in geneesmiddelen, in het geheel van de uitgaven aan prestaties van de vrije verzekering voor het in aanmerking genomen jaar;
Mm het totaal is van de werkelijke uitgaven in geneesmiddelen van het ziekenfonds m voor het in aanmerking genomen jaar;
M het totaal is van de werkelijke uitgaven in geneesmiddelen voor het geheel van de ziekenfondsen voor het in aanmerking genomen jaar; nm, n, S1m en S1 de hoegrootheden zijn bepaald in § 3. § 5. De normatieve verdeelsleutel bedoeld in artikel 1, § 2, is de som van de twee verdelingen bedoeld in §§ 3 en 4 hierboven. § 6. De termen S1, S2, corm, nm en Mm worden, voor elk jaar, voor elk ziekenfonds, op voorstel van de Raad van de Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen, door Onze Minister van Sociale Zaken gegeven, onder de vorm van een tabel.
Art. 4.De toelagen van de jaren 2001 en volgende worden verdeeld op basis van de normatieve verdeelsleutel overeenkomstig het huidig artikel.
De met toepassing van de normatieve verdeelsleutel te bepalen toelage van elk ziekenfonds wordt berekend door het vermenigvuldigen van de unitaire normatieve toelage van elk ziekenfonds en het respectievelijk aantal rechthebbenden van elk ziekenfonds.
De unitaire normatieve toelage van elk ziekenfonds bestaat uit de gemiddelde toelage per rechthebbende, alle ziekenfondsen samen, gecorrigeerd, voor elk ziekenfonds, door het correctiebedrag zoals vastgesteld in uitvoering van artikel 27bis van voornoemde wet van 6 augustus 1990.
De met toepassing van de normatieve verdeelsleutel te bepalen toelage bedoeld in het tweede lid is de hoegrootheid Sm gedefinieerd door : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld waar : S het globaal bedrag van de toegekende rijkstoelagen voor een bepaald jaar is; corm de correctieterm voor het ziekenfonds m bedoeld bij het derde lid, geïndexeerd en uitgedrukt als een bedrag in BEF per rechthebbende is. Het ziekenfonds m is elk ziekenfonds of elke landsbond die een dienst geneeskundige verzorging bedoeld in artikel 1, § 1, heeft ingericht voor het in aanmerking genomen jaar; nm het aantal rechthebbenden voor het ziekenfonds m op 30 juni van het in aanmerking genomen jaar is; n het aantal rechthebbenden van het geheel van de ziekenfondsen op 30 juni van het in aanmerking genomen jaar is.
De termen corm en nm worden, voor elk jaar, voor elk ziekenfonds, onder de vorm van een tabel, door Onze Minister van Sociale Zaken gegeven, op voorstel van de Raad van de Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen.
Art. 5.De met toepassing van de normatieve verdeelsleutel te bepalen toelage per landsbond is de som van de met toepassing van de normatieve verdeelsleutel te bepalen toelagen van de aangesloten ziekenfondsen na toepassing van artikel 1, § 2, tweede lid.
Art. 6.De ziekenfondsen moeten zich onderwerpen aan de controle van hun landsbond, alsmede aan de door de Minister van Sociale Zaken, georganiseerde controle.
Art. 7.Het koninklijk besluit van 12 augustus 1994 houdende vaststelling van de toekenningsvoorwaarden en de wijze van verdeling van de rijkstoelagen voor de dienst voor geneeskundige verzorging georganiseerd door de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen wordt opgeheven.
Art. 8.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2001.
Het is eveneens van toepassing op de Rijkstoelagen nog niet uitbetaald op die datum alsook op de aan te brengen correcties op de toelagen van de jaren 1997, 1998 en 1999.
Art. 9.Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 29 oktober 2001.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE