gepubliceerd op 18 april 2008
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen
27 MAART 2008. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het koninklijk besluit nr. 72 van 10 november 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen, inzonderheid op artikel 30bis, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 30 januari 1997;
Gelet op het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen;
Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 23 oktober 2007;
Gelet op de akkoordbevinding van onze Minister van Begroting van 17 december 2007;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gezien de hoogdringendheid gemotiveerd door het feit dat de bepalingen van dit besluit uitwerking hebben met ingang van 1 januari 2007 en dat de door dit belsuit betrokken personen de bepalingen ervan zo spoedig mogelijk moeten kennen;
Op de voordracht van Onze Minister van Pensioenen en van Onze Minister van Zelfstandigen, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen wordt een artikel 107quater ingevoegd, luidend als volgt : «
Artikel 107quater.§ 1. De vergoedingen wegens ziekte, invaliditeit, onvrijwillige volledige werkloosheid bij toepassing van een Belgische of buitenlandse wetgeving inzake sociale zekerheid en de aanvullende vergoedingen toegekend in het kader van een conventioneel brugpensioen kunnen, gedurende een eenmalige periode zoals gedefinieerd in § 3, en dit voor zover de voormelde vergoedingen betrekking hebben op alle werkdagen van die maand, gecumuleerd worden met uitsluitend één of meer overlevingspensioenen. § 2. De vergoedingen wegens ziekte, invaliditeit, onvrijwillige volledige werkloosheid bij toepassing van een Belgische of buitenlandse wetgeving inzake sociale zekerheid en de aanvullende vergoedingen toegekend in het kader van een conventioneel brugpensioen, die geen betrekking hebben op kalendermaanden, kunnen, gedurende een eenmalige periode zoals gedefinieerd in § 3, gecumuleerd worden met uitsluitend één of meer overlevingspensioenen.
De in het vorige lid bedoelde vergoedingen worden gelijkgesteld met een inkomen, voorvloeiend uit een beroepsactiviteit. § 3. De in §§ 1 en 2 vermelde cumulatieregels kunnen maximaal gedurende twaalf al dan niet opeenvolgende kalendermaanden van toepassing zijn.
Na verloop van de in het eerste lid bedoelde periode wordt, voor de daarop volgende periode waarin betrokkene vergoedingen geniet zoals bedoeld in §§ 1 en 2, het genot van het overlevingspensioen geschorst, tenzij betrokkene afstand doet van voormelde vergoedingen. § 4. Wanneer het in toepassing van §§ 1 tot 3 betaalbaar overlevingspensioen hoger is dan het in artikel 6, § 1, van de wet van 22 maart 2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen bepaalde bedrag, wordt het tot dit bedrag teruggebracht. § 5. In geval van genot van een rustpensioen, zijn de bepalingen van §§ 1 tot 4 vanaf de ingangsdatum van het rustpensioen niet langer van toepassing. »
Art. 2.§ 1. Dit besluit is van toepassing op de cumulaties, die ingaan na 1 januari 2007, van een in artikel 1 bedoelde vergoeding met uitsluitend één of meer overlevingspensioenen.
Dit besluit is eveneens van toepassing op de op 31 december 2006 bestaande cumulaties van een overlevingspensioen met een vergoeding, zoals bedoeld in artikel 1. Niettemin blijft de schorsing van het overlevingspensioen op 31 december 2006, in toepassing van artikel 30bis van het koninklijk besluit nr. 72 betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen, behouden in zoverre het gaat om uikeringen wegens ziekte, invaliditeit, volledige onvrijwillige werkloosheid of aanvullende vergoedingen toegekend in het kader van een conventioneel brugpensioen, tot zolang de gerechtigde vanaf 1 januari 2007 geen beroepsactiviteit heeft hervat.
Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2007.
Art. 4.Onze Minister van Pensioenen en onze Minister van Zelfstandigen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Châteauneuf-de-Grasse, 27 maart 2008.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Zelfstandigen, Mevr. S. LARUELLE De Minister van Pensioenen, Mevr. M. ARENA