Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 26 februari 2010
gepubliceerd op 16 maart 2010

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2010024076
pub.
16/03/2010
prom.
26/02/2010
ELI
eli/besluit/2010/02/26/2010024076/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

26 FEBRUARI 2010. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, gecoördineerd op 10 juli 2008, artikel 105, § 1;

Gelet op het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen;

Gelet op het advies van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen, Afdeling Financiering, gegeven op 12 november 2009;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 23 december 2009;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 18 februari 2010;

Gelet op het advies 47.742/3 van de Raad van State, gegeven op 9 februari 2010 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 15 van het koninklijk besluit van 25 april 2002, betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen, wordt aangevuld als volgt : « 36° de kosten met betrekking tot de techniek van snelle desintoxicatie onder narcose van patiënten met een opiatenafhankelijkheid, "Ulta Rapid Opiate Detoxification (UROD) genoemd". »

Art. 2.Artikel 30, § 2, van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een lid luidend als volgt : « In afwijking van de bepalingen van het eerste lid wordt de intrestvoet voor het dienstjaar 2010 vastgesteld op 4,5 %. »

Art. 3.In artikel 63 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1, wordt het eerste lid vervangen als volgt : « Binnen de perken van het beschikbare budget dat is vastgesteld op 1 januari 2010 op 93.278.674 euro wordt het onderdeel B4 verhoogd met een forfaitair bedrag voor de algemene ziekenhuizen die deelnemen aan de realisatie van proefstudies. »; 2° in § 1, tweede lid, wordt het eerste streepje vervangen als volgt : « - de studie moet het ziekenhuisbeheer betreffen de constitutieve elementen van het budget van financiële middelen, de kwaliteit van de ziekenhuiszorgen, het verzamelen van de ziekenhuisgegevens, de procedures en middelen voor telematica.»; 3° in § 2, wordt het eerste lid vervangen als volgt : « Binnen de perken van het beschikbare budget dat is vastgesteld op 1 januari 2010 van 52.646.247 euro wordt het onderdeel B4 verhoogd met een forfaitair bedrag voor de psychiatrische ziekenhuizen die deelnemen aan de realisatie van proefstudies. »

Art. 4.Artikel 69 van hetzelfde besluit, geschrapt bij het koninklijk besluit van 11 juli 2005, wordt hersteld als volgt : «

Art. 69.Vanaf 1 januari 2010 wordt ter ondersteuning van de techniek van snelle desintoxicatie onder narcose van patiënten met een opiatenafhankelijkheid, "Ultra Rapid Opiate Detoxification (UROD)" genoemd, onderdeel B4 van de ziekenhuizen, die een overeenkomst hebben ondertekend met de Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheden heeft, verhoogd.

Art. 5.Artikel 70 van hetzelfde besluit, vervangen door het koninklijk besluit van 19 juni 2007, wordt opgeheven.

Art. 6.Artikel 80 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een § 7 luidend als volgt : « § 7. Om de schaalverhogingen te dekken die voortvloeien uit de evolutie van de geldelijke anciënniteit worden vanaf 1 januari 2010 de budgetten, bepaald overeenkomstig de artikelen 33, § 3, 42, 43, 44, 45, 47, 47bis, 48, 48bis, 49, 50, 51, 52, 53, 54, 55, 56, 57, 58, 59, 60, 61, 62, 64, §§ 1 tot 3, 65, 66, 67, 68, 73, 73bis, 73ter, 74, 74bis, 74ter, 74quater, 74quinquies, 74sexies, 74septies, 75, 77, 78, 79, 79bis, 79ter, 79quinquies, 79sexies, 79octies, 88, 89, 90, 91, 91quater en 95 met 0,78 % voor de algemene ziekenhuizen en met 0,84 % voor de psychiatrische ziekenhuizen verhoogd. »

Art. 7.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2010.

Art. 8.De Minister bevoegd voor Sociale Zaken en de Minister bevoegd voor Volksgezondheid zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 26 februari 2010.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX

^