25 JULI 2024. - Koninklijk besluit houdende diverse bepalingen betreffende de controle van energieproducten en elektriciteit inzake accijnzen

VERSLAG AAN DE KONING Sire, Dit ontwerp van koninklijk besluit heeft tot doel een aantal wijzigingen door te voeren aan het koninklijk besluit van 28 juni 2015Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 28/06/2015 pub. 23/07/2015 numac 2015003213 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit betreffende de belasting van energieproducten en elektriciteit sluiten betreffende de belasting van energieproducten en elektriciteit, ingevolge aanpassingen aan de wetgeving inzake accijnzen op energieproducten en elektriciteit.

Artikel 1 wijzigt in artikel 7, § 1, van het koninklijk besluit de verwijzing naar het koninklijk besluit van 3 november 1993 betreffende de landtanks. Dit koninklijk besluit werd immers vervangen door het koninklijk besluit van 21 februari 2024Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 21/02/2024 pub. 27/03/2024 numac 2024002201 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit betreffende de ijkverrichtingen voor opslagtanks sluiten betreffende de ijkverrichtingen voor opslagtanks.

Artikel 2, 1°, wijzigt artikel 14 van het koninklijk besluit en is noodzakelijk ingevolge de aanpassing van de vrijstelling van accijnzen voor elektriciteit geproduceerd aan de hand van milieuvriendelijke middelen (o.a. zon, wind, water en warmtekrachtkoppeling) die werd doorgevoerd met de wet van 20 november 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/11/2022 pub. 30/11/2022 numac 2022034191 bron federale overheidsdienst financien Wet houdende diverse fiscale en financiële bepalingen sluiten houdende diverse fiscale en financiële bepalingen en wordt de huidige situatie verduidelijkt waarbij er geen registratie nodig is voor de leveringen van energieproducten voor vrijgesteld gebruik voor de communautaire vaart, de luchtvaart en de binnenvaart.

Artikel 2, 2°, wijzigt artikel 14 § 3, 6°, van het koninklijk besluit om een legistieke fout recht te zetten.

Artikel 2, 3°, wijzigt artikel 14 § 4, van het koninklijk besluit met betrekking tot de aanvragen voor de registratie, het betreft een aanpassing omwille van een wijziging met betrekking tot de administratieve afhandeling van deze aanvragen.

Artikel 2, 4°, a), wijzigt artikel 14 van het koninklijk besluit ingevolge de wijziging opgenomen in artikel 3 dat een nieuw artikel 16/1 invoegt in het koninklijk besluit.

Artikel 2, 4°, b), wijzigt artikel 14 van het koninklijk besluit waarbij een aantal wijzigingen worden doorgevoerd ingevolge het afschaffen van de verlaagde tarieven voor energie-intensieve bedrijven die tot op heden nog niet werden doorgevoerd in het koninklijk besluit.

Artikel 2, 4°, c), wijzigt artikel 14 van het koninklijk besluit waarbij een aantal situaties die momenteel reeds administratief geregeld zijn worden geofficialiseerd.

Artikel 3 vervangt een bepaling in artikel 16 van het koninklijk besluit waardoor de betrokkenen maandelijks hun aanvraag tot het bekomen van een attest kunnen indienen, iets wat in de praktijk reeds mogelijk is. Het betreft dus louter het formeel maken van deze mogelijkheid.

Artikel 4 voegt een nieuw artikel 16/1 in in het koninklijk besluit waardoor de verplichting tot het stellen van een zekerheid door distributeurs van aardgas en elektriciteit wordt opgenomen. Deze verplichting is momenteel opgenomen in artikel 2 van het koninklijk besluit van 2 februari 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/02/2006 pub. 15/02/2006 numac 2006003128 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit houdende diverse bepalingen betreffende de controle van energieproducten en elektriciteit inzake accijnzen sluiten houdende diverse bepalingen betreffende de controle van energieproducten en elektriciteit inzake accijnzen. In artikel 16 wordt het betrokken artikel van dat koninklijk besluit opgeheven teneinde de bepalingen inzake de controle van energieproducten en elektriciteit inzake accijnzen te centraliseren.

In artikel 5 wordt naar analogie met de definitie van verbruikslocatie met betrekking tot aardgas het begrip "directe leiding" opgenomen in de definitie van verbruikslocatie met betrekking tot elektriciteit.

Artikel 6 voegt een nieuw artikel 18/2 in in het koninklijk besluit waarbij aan netbeheerders en distributeurs inzake aardgas of elektriciteit de verplichting wordt opgelegd om, indien zij niet in België gevestigd zijn, een, in België gevestigde, fiscaal vertegenwoordiger aan te duiden. Deze vertegenwoordiger zal, in naam en voor rekening van de betrokken distributeur, de verplichtingen en formaliteiten inzake accijnzen vervullen. Deze bepaling wordt ingesteld om de heffing en de invordering van de accijnzen te verzekeren.

Artikel 7, 1°, wijzigt artikel 31 van het koninklijk besluit waarbij wijzigingen worden aangebracht die noodzakelijk zijn ingevolge de aanpassing van de vrijstelling van accijnzen voor elektriciteit geproduceerd aan de hand van milieuvriendelijke middelen (o.a. zon, wind, water en warmtekrachtkoppeling) die werd doorgevoerd met de wet van 20 november 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/11/2022 pub. 30/11/2022 numac 2022034191 bron federale overheidsdienst financien Wet houdende diverse fiscale en financiële bepalingen sluiten houdende diverse fiscale en financiële bepalingen en ingevolge de situaties waarbij geen registratie nodig is voor de leveringen van energieproducten voor vrijgesteld gebruik voor de communautaire vaart, de luchtvaart en de binnenvaart.

In artikel 7, 2°, wordt, teneinde een betere controle te kunnen uitvoeren, verplicht om een kopie van de ingevulde bijlage VII, indien van toepassing, toe te voegen aan de aanvraag tot registratie.

De artikelen 8 tot en met 13 die de artikelen 35, 39, 43, 44, 45 en 47 van het koninklijk besluit wijzigen of opheffen zijn noodzakelijk ingevolge de aanpassingen aan de vrijstelling voor landbouw, binnenvaart, baggerwerken en de afschaffing van de vrijstelling van aardgas en LPG gebruikt als motorbrandstof aangezien er eveneens een nultarief is ingesteld voor deze producten. Deze wijzigingen werden doorgevoerd met de wet van 20 november 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/11/2022 pub. 30/11/2022 numac 2022034191 bron federale overheidsdienst financien Wet houdende diverse fiscale en financiële bepalingen sluiten houdende diverse fiscale en financiële bepalingen.

Artikel 14 dat artikel 57 van het koninklijk besluit wijzigt, heeft tot doel een controlemiddel in te voeren met betrekking tot de vrijstellingen voorzien in artikel 429, § 2, b) en d), van de programmawet van 27 december 2004Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 27/12/2004 pub. 31/12/2004 numac 2004021170 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten.

Artikel 15 heft artikel 58 van het koninklijk besluit op. Dit artikel had tot doel een overzicht te verkrijgen van andere indirecte belastingen die werden geheven bij de uitslag ten verbruik van energieproducten en elektriciteit. Deze heffingen kunnen immers mee in aanmerking genomen worden om te bepalen of de in de richtlijn 2003/96/EG van de Raad van 27 oktober 2003 tot herstructurering van de communautaire regeling voor de belasting van energieproducten en elektriciteit opgenomen minimumtarieven behaald worden in België.

Uit de praktijk blijkt dat deze informatie niet werd verstrekt door de federaties.

Het zijn overheden die indirecte belastingen opleggen en dergelijke informatie wordt bij voorkeur van deze overheden bekomen (bijvoorbeeld CREG, FOD Economie (ASEVA (ex-Apetra) bijdrage, PROMAZ, ...). De informatie is vandaag de dag beschikbaar op overheidswebsites waardoor de federaties voor de uitvoering van dit artikel geen meerwaarde betekenen.

Ten slotte kan nog meegedeeld worden dat deze informatie enkel dient om zich er van te vergewissen dat de minimumbelastingniveaus voorzien in de richtlijn 2003/96/EG worden gehaald.

Op dit moment worden de minimumbelastingniveaus zoals voorzien in de richtlijn 2003/96/EG behaald door enkel en alleen de accijnzen in aanmerking te nemen.

De artikelen 17 en 18 van het koninklijk besluit betreffen de slotbepalingen en behoeven geen commentaar.

Onderhavig ontwerp van koninklijk besluit dat wij de eer hebben aan Uwe Majesteit voor te leggen, strekt er dan ook toe de hiervoor vermelde wijzigingen door te voeren.

Ik heb de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Financiën, V. VAN PETEGHEM

25 JULI 2024. - Koninklijk besluit houdende diverse bepalingen betreffende de controle van energieproducten en elektriciteit inzake accijnzen FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de programmawet van 27 december 2004Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 27/12/2004 pub. 31/12/2004 numac 2004021170 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten, artikelen 424, §§ 3 en 5, 427, 431 en 432, en op artikel 108 van de Grondwet;

Gelet op het koninklijk besluit van 2 februari 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/02/2006 pub. 15/02/2006 numac 2006003128 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit houdende diverse bepalingen betreffende de controle van energieproducten en elektriciteit inzake accijnzen sluiten houdende diverse bepalingen betreffende de controle van energieproducten en elektriciteit inzake accijnzen;

Gelet op het koninklijk besluit van 28 juni 2015Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 28/06/2015 pub. 23/07/2015 numac 2015003213 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit betreffende de belasting van energieproducten en elektriciteit sluiten betreffende de belasting van energieproducten en elektriciteit;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 8 februari 2024;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris van Begroting, d.d. 8 maart 2024;

Gelet op het voorstel van de Douaneraad van de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie van 2 april 2024;

Gelet op het overleg van het Comité van Ministers van de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie van 12 april 2024;

Gelet op het advies nr. 75.856/3 van de Raad van State, gegeven op 4 april 2024 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op de beslissing van de Gegevensbeschermingsautoriteit (referentie: CO-A-2024-176) van 6 juni 2024, waarin wordt verwezen naar het standaardadvies nr. 65/2023 van 24 maart 2023 betreffende de redactie van normatieve teksten;

Op voordracht van de minister van Financiën,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

HOOFDSTUK I. - Wijzigingen aan het koninklijk besluit van 28 juni 2015Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 28/06/2015 pub. 23/07/2015 numac 2015003213 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit betreffende de belasting van energieproducten en elektriciteit sluiten betreffende de belasting van energieproducten en elektriciteit

Artikel 1.In artikel 7, § 1, van het koninklijk besluit van 28 juni 2015Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 28/06/2015 pub. 23/07/2015 numac 2015003213 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit betreffende de belasting van energieproducten en elektriciteit sluiten betreffende de belasting van energieproducten en elektriciteit worden de woorden "3 november 1993 betreffende de landtanks" vervangen door de woorden "21 februari 2024 betreffende de ijkverrichtingen voor opslagtanks".

Art. 2.In artikel 14 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, gewijzigd door het koninklijk besluit van 16 augustus 2016Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 16/08/2016 pub. 12/09/2016 numac 2016003309 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 juni 2015 betreffende de belasting van energieproducten en elektriciteit sluiten, worden de punten 6° en 7° vervangen als volgt: "6° iedere persoon die voor zijn zakelijk gebruik van een vrijstelling inzake accijnzen wenst te genieten, met uitzondering van: a) de personen die van de vrijstellingen voorzien in artikel 429, § 1, f), of g) of § 2, g), van de wet wensen te genieten;b) de personen die van de vrijstelling voorzien in artikel 429, § 2, b), van de wet wensen te genieten;c) de personen die van de vrijstelling voorzien in artikel 429, § 2, d), van de wet wensen te genieten; 7° iedere persoon die voor zijn zakelijk gebruik wenst te genieten van de toepassing van het verlaagd tarief inzake accijnzen voorzien in artikel 419, i), iii), 1, a, van de wet."; 2° in paragraaf 3, 6°, worden de woorden "de artikelen 28 tot en met 45" vervangen door de woorden "Hoofdstuk X";3° paragraaf 4 wordt vervangen als volgt: " § 4.De vergunning energieproducten en elektriciteit moet worden aangevraagd bij de dienst aangeduid door de minister van Financiën.

Zij moet worden aangevraagd ten laatste 10 werkdagen vóór de aanvang van iedere activiteit, door middel van het formulier opgenomen in bijlage II. De administrateur-generaal stelt de verklarende nota op betreffende dit formulier."; 4° in paragraaf 5 worden de volgende wijzigingen aangebracht: a) 1° wordt vervangen als volgt: "1° voor "distributeur van aardgas" of "distributeur van elektriciteit": indien een zekerheidsstelling is vereist door artikel 16/1, een kopie van de akte van zekerheidsstelling;"; b) in 3° wordt het woord "rechtspersoon" vervangen door het woord "persoon" en worden de zinnen "De in aanmerking te nemen waarden en bedrag zijn deze van het laatste definitief afgesloten boekjaar uitgestrekt over een periode van minimum één jaar.Een berekeningsnota dient eventueel bij de aanvraag te worden gevoegd. Voor bedrijven die nog geen 12 maanden activiteit hebben of waarvan het eerste boekjaar nog niet definitief afgesloten is, kunnen deze elementen geëxtrapoleerd worden, hetzij uit de beschikbare boekhoudkundige geschriften, hetzij uit om het even welk document dat werd opgesteld voor financiële of andere redenen." geschrapt; c) nieuwe punten 4° en 5° worden ingevoegd, luidende als volgt: "4° voor "eindgebruiker" die wenst te genieten van de gedeeltelijke vrijstelling voorzien in artikel 429, § 5, van de wet: een lijst van de voertuigen waarvoor de terugbetaling wordt gevraagd; 5° voor ondernemingen die niet gevestigd zijn in België, indien noodzakelijk, de documenten met betrekking tot de aanstelling van een vertegenwoordiger.".

Art. 3.In artikel 16, § 3, 4de lid, van hetzelfde besluit wordt 1° vervangen als volgt: "1° de leverancier dient, volgens de periodiciteit voorzien in het aanvraagformulier (punt 1) van de toelichting bij bijlage IV) de aanvraag tot terugbetaling in, uiterlijk twee maanden na het verstrijken van de periode waarvoor de terugbetaling gevraagd wordt, bij de dienst aangeduid door de minister van Financiën. De bepalingen voorzien in artikel 9 van de wet van 22 december 2009Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2009 pub. 31/12/2009 numac 2009003493 bron federale overheidsdienst financien Wet betreffende de algemene regeling inzake accijnzen sluiten betreffende de algemene regeling inzake accijnzen blijven onverminderd van toepassing.".

Art. 4.In hoofdstuk VI. van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 27 december 2021Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/12/2021 pub. 31/12/2021 numac 2021022817 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 juni 2015 betreffende de belasting van energieproducten en elektriciteit sluiten, wordt een artikel 16/1 ingevoegd, luidende als volgt: "

Art. 16/1.De distributeur bedoeld in artikel 424, § 1, van de wet moet een zekerheid stellen voor een bedrag dat gelijk is aan twee representatieve maanden accijnzen om de fiscale risico's, inherent aan de levering van elektriciteit of aardgas door deze distributeur aan de eindgebruiker, te dekken, zonder dat het bedrag van deze zekerheid minder mag bedragen dan 500,00 euro.

Deze zekerheid moet, voorafgaand aan de eerste levering bij het Departement Boekhouding van de Algemene Administratie van de Douane en Accijnzen geregistreerd zijn.".

Art. 5.In artikel 18/1, § 3, van hetzelfde besluit ingevoegd bij het koninklijk besluit van 27 december 2021Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/12/2021 pub. 31/12/2021 numac 2021022817 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 juni 2015 betreffende de belasting van energieproducten en elektriciteit sluiten, worden de woorden "van het net door eenzelfde transmissie- of distributienetgebruiker" vervangen door de woorden "van het transmissie- of distributienet en/of van een directe leiding door eenzelfde netgebruiker".

Art. 6.In hetzelfde besluit wordt een artikel 18/2 ingevoegd, luidende als volgt: "Iedere netbeheerder van aardgas of elektriciteit en iedere distributeur van aardgas of elektriciteit die niet in België gevestigd is, moet een fiscaal vertegenwoordiger aanstellen. Deze fiscaal vertegenwoordiger moet een natuurlijk persoon of een rechtspersoon zijn die gevestigd is in België, en die zich ertoe verbindt ten opzichte van de Belgische Staat alle door de Belgische wetgeving voorgeschreven verplichtingen en formaliteiten inzake accijnzen te vervullen, in naam en voor rekening van de betrokken netbeheerder of distributeur.".

Art. 7.In artikel 31, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het 1ste lid wordt vervangen als volgt: "Onverminderd de bijzondere bepalingen vermeld in artikelen 32 tot en met 48 moet iedere persoon die een economische activiteit uitoefent en die wenst te genieten van één van de vrijstellingen van de accijnzen vermeld in artikel 429, § 1, a) tot en met e) en § 2, a) en c) en f) en h) tot en met i), en artikel 429, § 5, van de wet, voorafgaandelijk een aanvraag tot het bekomen van een vergunning indienen, met vermelding van het gebruik dat zal worden gemaakt van de energieproducten of van de elektriciteit.". 2° het artikel wordt aangevuld met een lid luidende: "Een ingevulde kopie van bijlage VII moet in voorkomend geval toegevoegd worden aan het dossier.".

Art. 8.In artikel 35 van hetzelfde besluit worden de woorden ", met uitzondering van zware stookolie, kolen, cokes en bruinkool," ingevoegd tussen de woorden "energieproducten" en het woord "of".

Art. 9.Artikel 39 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 10.In artikel 43, 1ste lid van hetzelfde besluit worden de woorden "gasolie, kerosine en zware stookolie" vervangen door het woord "energieproducten".

Art. 11.In artikel 44 van hetzelfde besluit worden de woorden "gasolie, kerosine of zware stookolie" vervangen door het woord "energieproducten".

Art. 12.In artikel 45 van hetzelfde besluit worden de woorden "gasolie, kerosine, zware stookolie, LPG, aardgas, elektriciteit, kolen, cokes of bruinkool" vervangen door de woorden "energieproducten of elektriciteit".

Art. 13.Artikel 47 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 14.Artikel 57, eerste zin van hetzelfde besluit wordt aangevuld met de woorden: ", evenals de lijst van de producenten van elektriciteit.".

Art. 15.Artikel 58 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

HOOFDSTUK II. - Opheffingsbepaling

Art. 16.Artikel 2 van het koninklijk besluit van 2 februari 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/02/2006 pub. 15/02/2006 numac 2006003128 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit houdende diverse bepalingen betreffende de controle van energieproducten en elektriciteit inzake accijnzen sluiten houdende diverse bepalingen betreffende de controle van energieproducten en elektriciteit inzake accijnzen wordt opgeheven.

HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen

Art. 17.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand die volgt op het verstrijken van een termijn van tien dagen die ingaat de dag na de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.

Art. 18.De minister bevoegd voor Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 25 juli 2024.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Financiën, V. VAN PETEGHEM