Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 22 april 2020
gepubliceerd op 24 april 2020

Koninklijk besluit nr. 11 houdende maatregelen op het vlak van de modaliteiten inzake hypothecair krediet in het kader van de Coronacrisis

bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie
numac
2020030708
pub.
24/04/2020
prom.
22/04/2020
ELI
eli/besluit/2020/04/22/2020030708/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

22 APRIL 2020. - Koninklijk besluit nr. 11 houdende maatregelen op het vlak van de modaliteiten inzake hypothecair krediet in het kader van de Coronacrisis


VERSLAG AAN DE KONING Sire, De coronapandemie treft ons land op vele manieren. Daarom is het aangewezen dat elke maatregel die onze economie en onze ondernemingen tijdelijk kan ondersteunen, wordt genomen.

De coronapandemie zal bij veel ondernemingen financieel zware gevolgen hebben die ook voor vele werknemers en zelfstandigen tot inkomensverlies zullen leiden.

Zonder specifieke begeleidende maatregelen zal de financiële situatie van deze werknemers en zelfstandigen onhoudbaar dreigen te worden en zullen zij niet aan hun financiële verplichtingen kunnen voldoen.

Dit besluit omvat dan ook een aantal maatregelen om de financiële situatie van deze personen te verlichten.

Artikel VII.145 van het Wetboek van economisch recht voorziet op dit ogenblik enkel in de mogelijkheid tot tijdelijke opschorting van de betaling van kapitaalaflossingen. Dit zou moeten kunnen uitgebreid worden tot het interestgedeelte, wat voorzien wordt in een nieuw tijdelijk artikel VII.145/1. Dit uitstel zal vaak gepaard gaan met een verlenging van de looptijd van het krediet.

In het specifieke kader van het verlenen van betalingsuitstel ingevolge inkomensverlies ten gevolge van de coronacrisis, zal dit verruimde betalingsuitstel enkel kunnen verleend worden indien het krediet waarop de aanvraag tot uitstel betrekking heeft op 1 februari geen betalingsachterstand vertoont. Er is dan ook geen overeenkomstige toepassing van artikel VII.133 WER vereist aangezien het voor de betrokken kredieten zeker is dat er geen betalingsachterstand is.

Het verlenen van een betalingsuitstel in de specifieke context van het verlichten van de verslechterde financiële situatie van deze personen ingevolge de coronacrisis zal bovendien geen aanleiding geven tot de registratie van een betalingsachterstand in het negatief luik van de Centrale voor Kredieten aan Particulieren van de Nationale Bank van België (hierna CKP). Wel dienen de gegevens van de kredietovereenkomst te worden geactualiseerd in het positieve luik van de CKP. Het betreft hier in geval van verlenging van de kredietovereenkomst met het aantal maanden waarin betalingsuitstel wordt verleend immers een wijziging van een lopend contract. De CKP dient te allen tijde een geactualiseerd beeld te geven van de financiële draaglast van de consument teneinde een betrouwbare bron te zijn in de strijd tegen de overmatige schuldenlast. Om die redenen dienen de toekenning van het tijdelijk uitstel van betaling en de datum van die toekenning te worden medegedeeld.

Voor het sluiten van overeenkomsten voor een tijdelijke "schorsing van de aflossingen" van de hypothecaire kredieten, moeten de kredietnemer en -gever tot een akkoord komen om de bestaande kredietovereenkomst te wijzigen.

Hierbij is het, volgens de vigerende wetgeving, vereist dat er ofwel een fysiek contact is om te ondertekenen ofwel gebruik wordt gemaakt van de elektronische handtekening. Deze elektronische handtekening is echter aan zware formaliteiten gebonden, waardoor dit niet geschikt is voor iedereen en velen aangewezen zijn op een fysiek contact om de kredietovereenkomst te wijzigen.

Gelet op de huidige omstandigheden en in het belang van onze Volksgezondheid, is het echter aangewezen om fysiek contact zoveel mogelijk te mijden. Daarom voorziet dit besluit erin de formaliteiten van artikel VII. 134, § 1 WER, waar een handmatige handtekening of een elektronische ondertekening vereist is, tijdelijk uit te breiden naar andere bewijzen van de aanvraag tot uitstel en van het akkoord, zoals bijvoorbeeld een e-mail of een gesprek on tape.

De betrokken kredietgever moet ten alle tijden het bewijs van hun instemming met de inhoud van de wijziging van de kredietovereenkomst kunnen voorleggen en de algemene regels inzake bewijs blijven hierop van toepassing, waardoor er aldus geen gevaar voor de bescherming van de consument is. Het is ook cruciaal dat in uitvoering van artikel VII. 145 WER een avenant van de wijzigingen wordt toegevoegd aan het bestaand contract.

In tegenstelling tot wat bepaald is in artikel VII.145, mogen hiervoor geen dossierkosten worden aangerekend.

De financiële sector heeft een charter afgesloten om betalingsfaciliteiten voor particulieren mogelijk te maken, onder voorwaarden die door het charter omschreven zijn. Dit Koninklijk Besluit maakt de uitwerking van dit charter mogelijk door de juridische beperkingen op te heffen die de uitwerking ervan in de weg staan. Na de aankondiging van voornoemd charter, heeft de sector in grote getallen aanvragen ontvangen die zelden aan de formaliteiten van art. VII 134 voldoen.

Daar de kredietgevers echt werk maken van de aanvragen van uitstel mag het gebrek aan de nodige formaliteiten een onderzoek naar de aanvragen niet in de weg staan en is een retroactieve inwerkingtreding aangewezen.

Ook andere aan kredietinstellingen urgent gevraagde opdrachten voor uitvoering door een titularis van een rekening, kunnen door de coronamaatregelen niet altijd met een handmatige of elektronische handtekening worden ondertekend zoals voorzien in de algemene voorwaarden van de kredietinstellingen.

Daarom bepaalt dit besluit eveneens hiervoor een gelijke en tijdelijke uitzondering zoals voor de aanvragen tot uitstel van terugbetaling van hypothecaire kredieten. Ook hier blijven de algemene regels inzake het bewijs van toepassing.

Ik heb de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Economie en Consumenten, N. MUYLLE De Minister van Financiën, A. DE CROO

RAAD VAN STATE, afdeling Wetgeving Advies 67.215/1 van 15 april 2020 over een ontwerp van koninklijk besluit nr. 11 `houdende maatregelen op het vlak van de modaliteiten inzake hypothecair krediet in het kader van de Coronacrisis' Op 7 april 2020 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Minister van Economie en Consumenten verzocht binnen een termijn van vijf werkdagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit nr. ... `houdende maatregelen op het vlak van de modaliteiten inzake hypothecair krediet in het kader van de Coronacrisis'.

Het ontwerp is door de eerste kamer onderzocht op 9 april 2020. De kamer was samengesteld uit Marnix VAN DAMME, kamervoorzitter, Wilfried VAN VAERENBERGH en Chantal BAMPS, staatsraden, Michel TISON en Johan PUT, assessoren, en Wim GEURTS, griffier.

Het verslag is uitgebracht door Cedric JENART, adjunct-auditeur.

De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het advies is nagezien onder toezicht van Marnix VAN DAMME, kamervoorzitter.

Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 15 april 2020. 1. Met toepassing van artikel 4, eerste lid, van de wet van 27 maart 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040938 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040937 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 31/03/2020 numac 2020040944 bron federale overheidsdienst financien Wet tot machtiging van de Koning om een staatswaarborg te verstrekken voor bepaalde kredieten in de strijd tegen de gevolgen van het coronavirus en tot wijziging van de wet van 25 april 2014 op het statuut en toezicht op kredietinstellingen en beursvennootschappen type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030524 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030525 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling sluiten `die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (I)', waarin verwezen wordt naar artikel 84, § 1, eerste lid, 3°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, heeft de afdeling Wetgeving zich moeten beperken tot het onderzoek van de bevoegdheid van de steller van de handeling, van de rechtsgrond, alsmede van de vraag of aan de te vervullen vormvereisten is voldaan. STREKKING EN RECHTSGROND VAN HET ONTWERP 2. Het om advies voorgelegde ontwerp van koninklijk besluit is een ontwerp van bijzonderemachtenbesluit.Het beoogt een aantal in de tijd beperkte wijzigingen aan te brengen in boek VII van het Wetboek van economisch recht ("Betalings- en kredietdiensten"), teneinde het voor personen met betalingsmoeilijkheden ten gevolge van de Coronacrisis mogelijk te maken om sommige afbetalingen van hypothecaire kredieten uit te stellen. 3. De ontworpen regeling kan worden geacht rechtsgrond te vinden in artikel 5, § 1, 3° en 4°, van de wet van 27 maart 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040938 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040937 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 31/03/2020 numac 2020040944 bron federale overheidsdienst financien Wet tot machtiging van de Koning om een staatswaarborg te verstrekken voor bepaalde kredieten in de strijd tegen de gevolgen van het coronavirus en tot wijziging van de wet van 25 april 2014 op het statuut en toezicht op kredietinstellingen en beursvennootschappen type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030524 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030525 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling sluiten `die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (II)'.In het eerste lid van de aanhef van het ontwerp wordt ook nog melding gemaakt van artikel 5, § 1, 2°, van de laatstgenoemde wet, maar die bepaling heeft betrekking op de "logistieke en opvangcapaciteit" die niet wordt geregeld in het ontwerp, zodat er geen rechtsgrond in kan worden gevonden voor het ontworpen koninklijk besluit.1 4. Overeenkomstig artikel 7, tweede en derde lid, van de wet van 27 maart 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040938 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040937 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 31/03/2020 numac 2020040944 bron federale overheidsdienst financien Wet tot machtiging van de Koning om een staatswaarborg te verstrekken voor bepaalde kredieten in de strijd tegen de gevolgen van het coronavirus en tot wijziging van de wet van 25 april 2014 op het statuut en toezicht op kredietinstellingen en beursvennootschappen type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030524 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030525 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling sluiten (II), moet het te nemen besluit bij wet worden bekrachtigd binnen een termijn van een jaar vanaf de inwerkingtreding, bij gebreke waarvan het geacht wordt nooit uitwerking te hebben gehad. VOORAFGAANDE OPMERKING 5. Het ontwerp van koninklijk besluit bevat zowel autonome bepalingen (artikelen 1, §§ 1 en 2, tweede lid, en 2 van het ontwerp) als bepalingen die beogen een aantal in de tijd beperkte wijzigingen aan te brengen in de artikelen VII.145 en VII.148 van het Wetboek van economisch recht (artikel 1, §§ 2, eerste lid, 3 en 4, van het ontwerp). Dergelijke werkwijze is niet bevorderlijk voor de rechtszekerheid omdat de tijdelijke wijzigingen in de artikelen VII.145 en VII.148 van het Wetboek van economisch recht enkel gelden onder de voorwaarden die, door middel van een autonome bepaling, in artikel 1, § 1, van het ontwerp, worden vastgesteld en de bestemmelingen van de regeling de beide soorten bepalingen in hun onderlinge samenhang zullen moeten lezen. Bovendien mag niet uit het oog worden verloren dat een wijzigingsbepaling slechts eenmalig uitwerking heeft als gevolg waarvan de ontworpen wijziging plaatsvindt. De buitenwerkingtreding van de wijzigingsbepaling zal de aangebrachte wijziging niet ongedaan maken. Nochtans wordt in artikel 2 van het ontwerp bepaald dat het ontworpen besluit "buiten werking [treedt] op 1 november 2020".

Rekening houdend met wat voorafgaat wordt het ontworpen koninklijk besluit het best geconcipieerd als een autonoom koninklijk besluit waarin weliswaar kan worden vermeld dat ermee tijdelijk wordt afgeweken van de meermaals genoemde bepalingen van het Wetboek van economisch recht, maar dat voor het overige enkel bestaat uit autonome bepalingen. In dat geval kan wel degelijk ook worden bepaald dat de ontworpen regeling op een vastgestelde datum buiten werking zal treden.2 ONDERZOEK VAN DE TEKST Aanhef 6. Mede gelet op hetgeen sub 3 is opgemerkt met betrekking tot de rechtsgrond van het ontwerp, passe men de redactie van het eerste lid van de aanhef ervan aan als volgt : "Gelet op de wet van 27 maart 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040938 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040937 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 31/03/2020 numac 2020040944 bron federale overheidsdienst financien Wet tot machtiging van de Koning om een staatswaarborg te verstrekken voor bepaalde kredieten in de strijd tegen de gevolgen van het coronavirus en tot wijziging van de wet van 25 april 2014 op het statuut en toezicht op kredietinstellingen en beursvennootschappen type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030524 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030525 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling sluiten die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (II), artikel 5, § 1, 3° en 4° ;". 7. In artikel 4, derde lid, van de wet van 27 maart 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040938 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040937 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 31/03/2020 numac 2020040944 bron federale overheidsdienst financien Wet tot machtiging van de Koning om een staatswaarborg te verstrekken voor bepaalde kredieten in de strijd tegen de gevolgen van het coronavirus en tot wijziging van de wet van 25 april 2014 op het statuut en toezicht op kredietinstellingen en beursvennootschappen type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030524 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030525 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling sluiten (I) wordt het mogelijk gemaakt dat een beroep wordt gedaan op de procedure bedoeld in artikel 84, § 1, eerste lid, 3°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, om de afdeling Wetgeving, om een advies te verzoeken "binnen een termijn van vijf werkdagen" zonder dat het spoedeisende karakter van de adviesaanvraag nog met bijzondere redenen moet worden omkleed.In de aanhef van besluiten bedoeld in artikel 4, derde lid, van de wet van 27 maart 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040938 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040937 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 31/03/2020 numac 2020040944 bron federale overheidsdienst financien Wet tot machtiging van de Koning om een staatswaarborg te verstrekken voor bepaalde kredieten in de strijd tegen de gevolgen van het coronavirus en tot wijziging van de wet van 25 april 2014 op het statuut en toezicht op kredietinstellingen en beursvennootschappen type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030524 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030525 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling sluiten (I), moet derhalve niet de motivering van de spoedeisendheid worden weergegeven. Rekening houdend hiermee dient het vierde lid van de aanhef te worden geschrapt en moet het lid waarin wordt gerefereerd aan het advies van de Raad van State worden geredigeerd als volgt : "Gelet op advies 67.215/1 van de Raad van State, gegeven op ..., met toepassing van artikel 4, derde lid, van de wet van 27 maart 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040938 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040937 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 31/03/2020 numac 2020040944 bron federale overheidsdienst financien Wet tot machtiging van de Koning om een staatswaarborg te verstrekken voor bepaalde kredieten in de strijd tegen de gevolgen van het coronavirus en tot wijziging van de wet van 25 april 2014 op het statuut en toezicht op kredietinstellingen en beursvennootschappen type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030524 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030525 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling sluiten die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (I);" Artikel 1 8. Artikel 1, § 3, van het ontwerp, strekt ertoe om "een paragraaf" toe te voegen aan artikel VII.145 van het Wetboek van economisch recht. Het huidige artikel VII.145 is evenwel niet ingedeeld in paragrafen zodat de bestaande leden van artikel VII.145 in een paragraaf 1 zouden moeten worden ondergebracht en vervolgens aan die bepaling een paragraaf 2 zou moeten worden toegevoegd met daarin de ontworpen leden onder artikel 1, § 3, van het ontwerp.3 Zoals artikel 1, § 3, van het ontwerp, thans is geconcipieerd, is dit evenwel enkel van aard om de rechtsonzekerheid, waarop ook al in de "Voorafgaande opmerking" wordt gewezen, te doen toenemen. Dezelfde vaststelling geldt trouwens ten aanzien van artikel 1, § 4, van het ontwerp, waarin niet "artikel VII.148 WER, paragraaf 1" zou moeten worden aangevuld - zoals nu in de tekst van het ontwerp wordt vermeld - doch wel "artikel VII.148, § 2, eerste lid," van het Wetboek van economisch recht. 9. In zowel het eerste als het vierde lid van de ontworpen bepalingen onder artikel 1, § 3, van het ontwerp, wordt voorzien in de mogelijkheid tot afwijking van artikel VII.134, § 1, van het Wetboek van economisch recht. De gemachtigde verstrekte in dat verband de volgende toelichting : "In het [eerste] lid wordt gesteld dat er kan afgeweken worden van [artikel] VII.134, § 1 WER, in het [vierde] lid wordt herhaald dat in bovenstaande omstandigheden voornoemd artikel niet van toepassing is.

Inderdaad kan men in het [eerste] lid schrijven dat voornoemd artikel niet van toepassing is en dan het [vierde] lid schrappen".

Artikel 1, § 3, van het ontwerp, dient te worden aangepast op de door de gemachtigde voorgestelde wijze. 10. Het tweede lid van de ontworpen bepalingen onder artikel 1, § 3, van het ontwerp, luidt : "Deze wijziging kan onder meer de tijdelijke opschorting van betaling inhouden of de verlenging van de looptijd van zijn contract". Het gebruik van de woorden "onder meer", in de aangehaalde bepaling, doet de vraag rijzen hoe deze laatste zich verhoudt tot het bepaalde in artikel 1, § 1, 2°, van het ontwerp, dat de vraag van de kredietnemer om "een tijdelijk uitstel van betaling of verlenging van de looptijd van zijn lopende hypothecaire kredietovereenkomst" als één van de voorwaarden omschrijft. Teneinde rechtsonzekerheid te voorkomen, zou de verhouding tussen de beide voornoemde bepalingen duidelijker uit de tekst van het ontwerp moeten blijken.4 11. De regeling die in artikel 1, § 3, van het ontwerp, is uitgewerkt, doet de vraag rijzen of in voorkomend geval kan worden teruggevallen op de gemeenrechtelijke bewijsvoering zoals die, met de desbetreffende plafonds, is voorzien in de artikelen 1341 tot 1345 en 1353 van het Burgerlijk Wetboek.De gemachtigde beantwoordde deze vraag als volgt : "Wat betreft uw vraag omtrent de gemeenrechtelijke bewijsvoering, meen ik dat deze veel verder gaat dan de bewijsvoering die in dit volmachtenbesluit bedoeld is. Er zal nog steeds een gedocumenteerd spoor zijn van het akkoord tot wijziging, hetzij via geschreven weg zoals een uitwisseling van e-mails waarbij de vraag van de kredietnemer en vooral de wil tot wijziging van zijn overeenkomst duidelijk tot uiting komt, hetzij via een opname van een gesprek".

Het verdient ter wille van de duidelijkheid aanbeveling om deze toelichting te integreren in hetgeen nu al in het verslag aan de Koning wordt vermeld inzake de bewijsvoering.

Artikel 2 12. Artikel 2 maakt, net zoals de uitvoeringsbepaling, deel uit van "Hoofdstuk 2.Slotbepalingen". Het heeft evenwel geen zin om in dergelijk hoofdstuk te voorzien. Het ontwerp bevat niet enkel geen hoofdstuk 1, maar bovendien zijn de draagwijdte en de omvang van het ontwerp van die aard dat een groepering van artikelen in hoofdstukken niet wenselijk is. 13. Het is niet opportuun om in artikel 2 van het ontwerp te expliciteren dat het "met terugwerkende kracht" in werking treedt.5 Er kan mee worden volstaan om te schrijven : "Dit besluit heeft uitwerking vanaf 1 april 2020 en treedt buiten werking op 1 november 2020".

De stellers van het ontwerp zullen erover oordelen of de loutere verwijzing naar de datum van 1 april 2020 voldoende duidelijk is en of niet het best, in een bijkomend lid van artikel 2, wordt geëxpliciteerd dat het ontworpen koninklijk besluit uitsluitend geldt met betrekking tot de vanaf 1 april 2020 verschuldigde betalingen, voor zover dit uiteraard de bedoeling is.

De griffier, Wim GEURTSDE De Voorzitter, Marnix VAN DAMME _______ Nota's 1 Zulks wordt bevestigd door de gemachtigde die, benevens aan artikel 5, § 1, 2° en 3°, van de wet van 27 maart 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040938 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040937 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 31/03/2020 numac 2020040944 bron federale overheidsdienst financien Wet tot machtiging van de Koning om een staatswaarborg te verstrekken voor bepaalde kredieten in de strijd tegen de gevolgen van het coronavirus en tot wijziging van de wet van 25 april 2014 op het statuut en toezicht op kredietinstellingen en beursvennootschappen type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030524 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030525 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling sluiten (II), als rechtsgrond ook nog verwijst naar artikel 5, § 1, 5°, van die wet. Deze laatste bepaling laat toe om bepaalde aanpassingen door te voeren in het arbeidsrecht en het socialezekerheidsrecht maar biedt evenmin rechtsgrond voor het ontwerp. 2 Beginselen van de wetgevingstechniek. Handleiding voor het opstellen van wetgevende en reglementaire teksten, Raad van State, 2008, aanbeveling 159, te raadplegen op de internetsite van de Raad van State (www.raadvst-consetat.be). 3 Andere mogelijkheden zouden zijn om, in de plaats van de toevoeging van een paragraaf in artikel VII.145 van het Wetboek van economisch recht, te opteren voor het invoegen van een nieuw artikel VII.145/1 in het voornoemde wetboek, of voor het toevoegen van de in artikel 1, § 3, van het ontwerp, weergegeven leden aan artikel VII.145 van het Wetboek van economisch recht, zonder deze evenwel in een afzonderlijke paragraaf onder te brengen. Net zoals het geval is voor de werkwijze die erin zou bestaan om aan artikel VII.145 van het Wetboek van economisch recht een paragraaf toe te voegen, gelden de twee laatstgenoemde opties eveneens onder voorbehoud van de onder de "Voorafgaande opmerking" gedane suggestie om het ontworpen koninklijk besluit te concipiëren als een volledig autonoom besluit. 4 De gemachtigde wijst er in dat verband op dat "[o]m het charter te honoreren en de banken maximale vrijheid te geven in de uitwerking van een individuele regeling voor de particulieren indien nodig, (...) er gekozen [is] om `onder meer' toe te voegen", maar deze toelichting kan geen afbreuk doen aan de noodzaak om de verhouding tussen de twee betrokken bepalingen in de tekst van het ontwerp te verduidelijken. 5 Aan het begrip "terugwerkende kracht" wordt niet steeds een even eenduidige betekenis gehecht (zie in dat verband onder meer T. VANCOPPERNOLLE, Intertemporeel recht, Antwerpen, Intersentia, 2019).

22 APRIL 2020. - Koninklijk besluit nr. 11 houdende maatregelen op het vlak van de modaliteiten inzake hypothecair krediet in het kader van de Coronacrisis FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 27 maart 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040938 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040937 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 31/03/2020 numac 2020040944 bron federale overheidsdienst financien Wet tot machtiging van de Koning om een staatswaarborg te verstrekken voor bepaalde kredieten in de strijd tegen de gevolgen van het coronavirus en tot wijziging van de wet van 25 april 2014 op het statuut en toezicht op kredietinstellingen en beursvennootschappen type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030524 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030525 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling sluiten die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus Covid-19 (II), artikel 5, § 1, 3° en 4° ;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 02 april 2020;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 04 april 2020;

Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, zoals dit is voorzien in artikel 6, tweede lid, van de wet van 27 maart 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040938 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040937 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 31/03/2020 numac 2020040944 bron federale overheidsdienst financien Wet tot machtiging van de Koning om een staatswaarborg te verstrekken voor bepaalde kredieten in de strijd tegen de gevolgen van het coronavirus en tot wijziging van de wet van 25 april 2014 op het statuut en toezicht op kredietinstellingen en beursvennootschappen type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030524 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030525 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling sluiten; "Gelet op advies 67.215/1 van de Raad van State, gegeven op 15 april 2020, met toepassing van artikel 4, derde lid, van de wet van 27 maart 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040938 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 30/03/2020 numac 2020040937 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (1) type wet prom. 27/03/2020 pub. 31/03/2020 numac 2020040944 bron federale overheidsdienst financien Wet tot machtiging van de Koning om een staatswaarborg te verstrekken voor bepaalde kredieten in de strijd tegen de gevolgen van het coronavirus en tot wijziging van de wet van 25 april 2014 op het statuut en toezicht op kredietinstellingen en beursvennootschappen type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030524 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling type wet prom. 27/03/2020 pub. 03/04/2020 numac 2020030525 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 . - Duitse vertaling sluiten die machtiging verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (I);

Op de voordracht van de minister van Economie en Consumenten en de minister van Financiën en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In Boek VII, hoofdstuk 2, afdeling 5, onderafdeling 2, van het Wetboek economisch recht, ingevoegd bij de wet van 22 april 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/04/2016 pub. 04/05/2016 numac 2016011178 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet houdende wijziging en invoeging van bepalingen inzake consumentenkrediet en hypothecair krediet in verschillende boeken van het Wetboek van economisch recht sluiten, wordt een artikel VII.145/1 ingevoegd, luidende : « VII.145/1. § 1. Bij een hypothecair krediet met een onroerende bestemming kan de kredietnemer de kredietgever verzoeken tot de verlenging van de looptijd of de tijdelijke opschorting van betaling van kapitaalaflossingen en interest. De kredietgever is vrij om al dan niet in te gaan op dit verzoek.

De bepalingen van artikel VII.133 WER zijn niet van toepassing op het tijdelijke uitstel van betaling of verlenging van de looptijd. § 2. Om wijzigingen aan het contract van hypothecair krediet met onroerende bestemming te verzoeken zoals bedoeld in § 1, is voldaan aan de volgende cumulatieve voorwaarden : 1° De kredietnemer lijdt een inkomensverlies door de economische gevolgen van het Coronavirus;2° De kredietnemer vraagt om die reden aan zijn of haar kredietgever een tijdelijk uitstel van betaling of verlenging van de looptijd van zijn lopende hypothecaire kredietovereenkomst;3° Het krediet dat het voorwerp uitmaakt van de aanvraag tot tijdelijk uitstel van betaling of verlenging van de looptijd vertoonde geen betalingsachterstand op 1 februari 2020. § 3. De wijziging van de kredietovereenkomst die bestaat uit het uitstel van terugbetaling of verlenging van de looptijd hoeft niet in de kredietovereenkomst zelf te worden geformaliseerd, maar kan worden vastgesteld via een bijvoegsel op een duurzame drager dat het bewijs levert van de instemming van de partijen met de inhoud.

De kredietgever zal in dit geval geen dossierkosten aanrekenen.".

Art. 2.Artikel VII.148, paragraaf 2, eerste lid, van het WER wordt aangevuld met een punt 7°, luidende : "7° de toekenning van een tijdelijk uitstel van betaling bedoeld in artikel VII.145/1 en de datum van die toekenning.".

Art. 3.Dit besluit en artikelen VII.145/1 en VII.148, § 2, lid1, 7° hebben uitwerking vanaf 1 april 2020 en treden buiten werking op 1 november 2020.

Art. 4.De minister bevoegd voor Economie en Consumenten is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 22 april 2020.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Economie en Consumenten, N. MUYLLE De Minister van Financiën, A. DE CROO

^