Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 21 december 2021
gepubliceerd op 21 januari 2022

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001 betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten en tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 oktober 2002 betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten

bron
federale overheidsdienst beleid en ondersteuning
numac
2022040000
pub.
21/01/2022
prom.
21/12/2021
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

21 DECEMBER 2021. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten en tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/10/2002 pub. 09/10/2002 numac 2002002263 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten


VERSLAG AAN DE KONING, Sire, In het kader van het verder uitbouwen van de partnerverhouding tussen de politieke overheid en de leidinggevenden van de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten, gebaseerd op het onderhandelen en vastleggen van wederzijdse verbintenissen en afspraken over de te volgen strategie en de te realiseren doelstellingen en over de daarvoor noodzakelijke middelen, en tevens met het oog op het vergroten van de responsabilisering en de autonomie van de leidinggevenden voor het beheer van deze diensten, worden de meerjarige bestuursovereenkomsten en de jaarlijkse bestuursplannen vervangen door een meer flexibel systeem van strategische plannen voor de legislatuur en jaarlijkse operationele plannen.

Omwille van de duidelijkheid en eenvoud worden de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten hierna aangeduid met de algemene term `openbare dienst'.

Het strategisch plan leidt tot een vervanging van een klassieke gezagsverhouding tussen de politieke overheid en de Openbare Dienst door een verhouding waarbij meer wordt ingezet op de principes van een partnership en dit gebaseerd op onderling overeengekomen doelstellingen, weliswaar zonder daarbij afbreuk te doen aan het principe van het primaat van de politiek. M.a.w. de politieke overheid behoudt steeds de mogelijkheid om een nieuw beleid te bepalen, ook na het ondertekenen van een strategisch plan.

Tijdens de totstandkoming van een strategisch plan zal de Openbare Dienst rekening houden met het budgettair kader en met de standpunten van de relevante stakeholders. Deze stakeholders kunnen onder meer onderverdeeld worden in interne stakeholders en externe stakeholders.

Een niet exhaustieve lijst van interne stakeholders betreft het personeel, de mandaathouders en de bevoegde ministers. Een niet exhaustieve lijst van de externe stakeholders betreft klanten, leveranciers en representatieve vakbondsorganisaties. De raadpleging van de stakeholders gebeurt in de fase voorafgaand aan de overmaking van het ontwerp van strategisch plan aan de bevoegde Ministers en/of Staatssecretarissen zoals voorzien in artikel 2, § 4, 2°, 1e lid.

Het strategisch plan wordt gekoppeld aan de volledige legislatuur. Dit houdt enerzijds in dat bij een regeringswijziging zonder ontbinding van de Kamer van volksvertegenwoordigers er niet moet worden overgegaan tot het opstellen van een nieuw strategisch plan en anderzijds dat de globale evaluatie uitgevoerd door FOD BOSA in samenwerking met het College van Voorzitters slechts één maal per legislatuur moet worden uitgevoerd.

De Openbare Dienst verbindt er zich toe zijn opdrachten ten opzichte van zijn gebruikers, zijn bevoegde ministers en zijn partners naar behoren tot een goed einde te brengen onder meer door een zo groot mogelijk aantal doelstellingen te realiseren zoals beschreven in het strategisch plan en in de operationele plannen. De Openbare Dienst zal alles in het werk stellen om gunstige voorwaarden te scheppen met het oog op het realiseren van de lange termijnstrategie en de strategie voor de legislatuur die beschreven staan in het strategisch plan.

De bevoegde ministers en staatssecretarissen ondersteunen ten volle de verwezenlijking van de doelstellingen zoals beschreven in het strategisch plan en in de operationele plannen.

De bevoegde ministers en staatssecretarissen verbinden er zich toe om structureel te overleggen met de Openbare Dienst met het oog op het afsluiten en realiseren van wederzijdse verbintenissen en dit in een geest van partnerschap met de volgende basisbeginselen: 1° ) Een proactief overleg en proactieve uitwisselingen van informatie;2° ) Een permanent zorg voor het behoud van het evenwicht tussen de te realiseren doelstellingen en de beschikbare middelen;3° ) Een gezamenlijke opvolging en evaluatie van de bereikte resultaten, daarbij rekening houdend met de impact van eventuele beïnvloedingsfactoren. De partijen in de partnerverhouding, te weten de Openbare Dienst, vertegenwoordigd door de voorzitter van het Directiecomité of desgevallend de voorzitter, en de regering, vertegenwoordigd door de bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied, verbinden zich ertoe als waarachtige partners deze basisbeginselen te respecteren.

De beoogde wijzigingen hebben betrekking op zowel de managementfuncties als de staffuncties van de Openbare Diensten. De opbouw van dit ontwerp is in overeenstemming daarmee gestructureerd.

Het ontwerp van koninklijk besluit werd aangepast aan de opmerkingen in het advies van de afdeling Wetgeving van de Raad van State.

Naast andere wijzigingen, werd de datum van inwerkingtreding van de nieuwe regeling inzake strategische plannen bepaald op 1 maart 2022 in niet op 1 januari 2022, zodat de betrokken diensten over voldoende tijd beschikken om zich te conformeren.

Wij hebben de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaars, De Minister van Ambtenarenzaken, P. DE SUTTER De Minister van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE De Staatssecretaris voor Begroting, E. DE BLEEKER

Raad van State, afdeling Wetgeving Advies 70.342/4 van 29 november 2021 over een ontwerp van koninklijk besluit `tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten en tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/10/2002 pub. 09/10/2002 numac 2002002263 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten' Op 20 oktober 2021 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Vice-eersteminister en Minister van Ambtenarenzaken, Overheidsbedrijven, Telecommunicatie en Post verzocht binnen een termijn van dertig dagen verlengd tot 29 november 2021* een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit `tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten en tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/10/2002 pub. 09/10/2002 numac 2002002263 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten'.

Het ontwerp is door de vierde kamer onderzocht op 29 november 2021 .

De kamer was samengesteld uit Martine Baguet, kamervoorzitter, Bernard Blero en Florence Piret, staatsraden, en Charles-Henri Van Hove, toegevoegd griffier.

Het verslag is uitgebracht door Véronique Schmitz, eerste auditeur, en Ambre Vassart, adjunct-auditeur.

Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 29 november 2021 . * Bij e-mail van 21 oktober 2021.

Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 2° , van de wetten `op de Raad van State', gecoördineerd op 12 januari 1973, beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande vormvereisten.

Wat die punten betreft, geeft de voorliggende tekst aanleiding tot de volgende opmerkingen.

Aanhef 1. In het tweede lid dienen de woorden "en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten" te worden weggelaten.2. In het derde lid dienen de woorden "en gewijzigd door het koninklijk besluit van 15 juli 2016Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 15/07/2016 pub. 20/07/2016 numac 2016000439 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit tot wijziging van sommige bepalingen betreffende de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en in de programmatorische federale overheidsdiensten type koninklijk besluit prom. 15/07/2016 pub. 20/07/2016 numac 2016000438 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit tot wijziging van sommige bepalingen betreffende de staffuncties in de federale overheidsdiensten en in de programmatorische federale overheidsdiensten sluiten tot wijziging van sommige bepalingen betreffende de staffuncties in de federale overheidsdiensten en in de programmatorische federale overheidsdiensten" te worden weggelaten.3. In de Franse tekst van het vierde lid dient te worden vermeld dat het advies van de inspecteur van Financiën in 2021 is verstrekt.4. Uit artikel 6, § 1, van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging type wet prom. 15/12/2013 pub. 24/12/2013 numac 2013024436 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Wet houdende diverse bepalingen inzake landbouw sluiten `houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging' volgt dat voor het voorliggende ontwerp van koninklijk besluit, waarover in de Ministerraad overleg is gepleegd, in principe een impactanalyse moet worden uitgevoerd. Zoals is aangegeven in de nota aan de Ministerraad, is de steller van het ontwerp echter vrijgesteld van het vervullen van dat vormvereiste krachtens artikel 8, § 1, 4°, van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging type wet prom. 15/12/2013 pub. 24/12/2013 numac 2013024436 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Wet houdende diverse bepalingen inzake landbouw sluiten (autoregulering van de federale overheid).

De aanhef moet dan ook aldus worden aangevuld dat die vrijstelling daarin vermeld wordt overeenkomstig artikel 10 van het koninklijk besluit van 21 december 2013 `houdende uitvoering van titel 2, hoofdstuk 2 van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging type wet prom. 15/12/2013 pub. 24/12/2013 numac 2013024436 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Wet houdende diverse bepalingen inzake landbouw sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging'.

Dispositief Artikel 2 1. Het ontworpen artikel 11bis is ingedeeld in twaalf paragrafen.In de Franse tekst dient aan het begin van dat artikel " § 1er" te worden ingevoegd. 2. In de Franse tekst van het ontworpen artikel 11bis, § 3, eerste lid, 4°, van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten, moeten de woorden "missions essentielles" worden vervangen door de woorden "missions principales", gelet op de terminologie die wordt gebruikt in paragraaf 1, 5, en verderop in het ontwerp.3. Gelet op de definitie van "beleidsverklaring" die is vervat in het ontworpen artikel 11bis, § 1, 3, van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten, moeten de woorden "(zoals vermeld in art 121bis van het Reglement van de Kamer van volksvertegenwoordigers)" telkens worden weggelaten in het ontworpen artikel 11bis, § 4, 1°. Dezelfde opmerking geldt voor het vervolg van het ontwerp.

Artikel 4 In de Franse tekst dient te worden geschreven: "Des plans stratégiques ...(voorts zoals in het ontwerp)." Artikel 6 1. Artikel 6 van het ontwerp strekt ertoe te voorzien in overgangsmaatregelen. De steller van het ontwerp neemt als referentiedatum 1 januari 2022 in aanmerking om van de huidige bestuursovereenkomsten/bestuurs plannen over te schakelen naar de nieuwe regeling van de strategische plannen/operationele plannen.

Drie situaties kunnen zich voordoen: - een openbare dienst beschikt op het ogenblik van inwerkingtreding van het ontworpen besluit over een ondertekende bestuursovereenkomst die een looptijd heeft die het kalenderjaar 2021 overschrijdt; - een openbare dienst beschikt op het ogenblik van inwerkingtreding van het ontworpen besluit niet over een ondertekende bestuursovereenkomst die een looptijd heeft die het kalenderjaar 2021 overschrijdt; - een openbare dienst beschikt op 1 januari 2022 niet over een ondertekend strategisch plan.

In het kader van die overgangsmaatregelen neemt de steller van het ontwerp als uitgangspunt voor de verplichting om een bestaande bestuursovereenkomst aan te passen of om een nog tot stand te komen bestuursovereenkomst te ondertekenen, de datum van inwerkingtreding van het ontworpen koninklijk besluit en als uiterste datum 31 december 2021.

Voorts bepaalt hij dat "[de] regeling van de strategische en de operationele plannen in werking [treedt] vanaf 1 januari 2022".

Gelet op de datum waarop de ontworpen tekst wordt onderzocht, staat het aan de steller van het ontwerp om de regels inzake de uitvoering van de ontworpen regeling te herzien en erop toe te zien dat de verschillende actoren over voldoende tijd beschikken om zich te conformeren aan de ontwerptekst. 2. De aanpassingen die worden aangebracht aan een bestaande bestuursovereenkomst waarvan de looptijd het kalenderjaar 2021 overschrijdt, alsook de ondertekening van een bestuursovereenkomst door de besturen die daarover niet beschikken op de dag waarop de ontworpen tekst in werking treedt, zullen plaatsvinden volgens "de modaliteiten vermeld in het koninklijk besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten en in het koninklijk besluit van 2 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/10/2002 pub. 09/10/2002 numac 2002002263 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten". De steller van het ontwerp verwijst aldus naar teksten die bij het ontworpen besluit worden gewijzigd. De verwijzing naar de procedure voor de vaststelling van de bestuursovereenkomst is automatisch een dynamische verwijzing, wat betekent dat de steller vanaf de inwerkingtreding van de tekst de verplichting oplegt om zich te voegen naar de nieuwe procedure zoals die bij dit ontwerp wordt ingevoerd.

De steller van het ontwerp wordt verzocht na te gaan of dat wel zijn bedoeling is of dat in casu aan de verwijzing niet veeleer een statisch karakter dient te worden gegeven.

Artikel 7 Er wordt verwezen naar opmerking 1 die bij artikel 6 is gemaakt.

De griffier, Charles-Henri Van Hove De voorzitter, Martine Baguet

21 DECEMBER 2021. - Koninklijk besluit van 21 december 2021 tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten en tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/10/2002 pub. 09/10/2002 numac 2002002263 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de artikelen 37 en 107, tweede lid, van de Grondwet;

Gelet op het koninklijk besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten;

Gelet op het koninklijk besluit van 2 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/10/2002 pub. 09/10/2002 numac 2002002263 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 3 juli 2021;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting van 12 juli 2021;

Gelet op het protocol van onderhandelingen nr. 771 van het Comité voor de federale, de gemeenschaps- en de gewestelijke overheidsdiensten van 29 september 2021;

Gelet op het artikel 8 van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging type wet prom. 15/12/2013 pub. 24/12/2013 numac 2013024436 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Wet houdende diverse bepalingen inzake landbouw sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging, is deze wet (/dit besluit) vrijgesteld van een regelgevingsimpactanalyse omdat het bepalingen van autoregulering betreft;

Gelet op advies 70.342/4 van de Raad van State, gegeven op 29 november 2021, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Ambtenarenzaken en de Staatssecretaris voor Begroting en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten

Artikel 1.In het koninklijk besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten wordt het opschrift van afdeling I van hoofdstuk IV, ingevoegd door het koninklijk besluit van 14 april 2014 en gewijzigd door het koninklijk besluit van 15 juli 2016Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 15/07/2016 pub. 20/07/2016 numac 2016000439 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit tot wijziging van sommige bepalingen betreffende de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en in de programmatorische federale overheidsdiensten type koninklijk besluit prom. 15/07/2016 pub. 20/07/2016 numac 2016000438 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit tot wijziging van sommige bepalingen betreffende de staffuncties in de federale overheidsdiensten en in de programmatorische federale overheidsdiensten sluiten, vervangen als volgt: "Afdeling 1. - De strategische plannen en de operationele plannen".

Art. 2.Artikel 11bis van het koninklijk besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 4 april 2014 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 15 juli 2016Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 15/07/2016 pub. 20/07/2016 numac 2016000439 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit tot wijziging van sommige bepalingen betreffende de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en in de programmatorische federale overheidsdiensten type koninklijk besluit prom. 15/07/2016 pub. 20/07/2016 numac 2016000438 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit tot wijziging van sommige bepalingen betreffende de staffuncties in de federale overheidsdiensten en in de programmatorische federale overheidsdiensten sluiten, wordt vervangen als volgt: "

Art. 11bis.- § 1. In de zin van dit artikel wordt verstaan onder: 1. Openbare Dienst: federale overheidsdienst of programmatorische federale overheidsdienst;2. Bevoegde ministers en/of bevoegde staatssecretarissen: alle ministers en staatssecretarissen die bevoegd zijn voor eenzelfde Openbare Dienst;3. Beleidsverklaring: de beleidsverklaring van het lid van de regering zoals bedoeld in artikel 121bis van het Reglement van de Kamer van volksvertegenwoordigers;4. Beleidsnota: de beleidsnota van de minister zoals bedoeld in artikel 111 van het Reglement van de Kamer van volksvertegenwoordigers of de beleidsnota van de staatssecretaris;5. Kernopdracht: een opdracht die de Openbare Dienst door of krachtens de wet, door of krachtens het koninklijk besluit, door of krachtens het ministerieel besluit of bij regeringsbeslissing is toevertrouwd;6. Transversale doelstelling : doelstellingen ter verwezenlijking van een transversaal Regeringsbeleid dat betrekking kan hebben ofwel op de kernopdrachten van de meeste Openbare Diensten ofwel op hun intern beheer;7. Transversaal activiteitsgebied: een activiteitsgebied binnen een Openbare Dienst dat generiek van aard is en desgevallend in het strategisch plan van elke Openbare Dienst moet kunnen opgenomen worden.Een niet-exhaustieve opsomming van transversale activiteitsgebieden betreft: de efficiëntieverbetering en kostenreductie, de administratieve vereenvoudiging, de klantgerichtheid, de duurzame ontwikkeling, de bevordering van gelijke kansen, de bevordering van het integriteitsbeleid en integriteitsmanagement, de bevordering van welzijn en organisatiecultuur, de verbetering van de interne controle en interne audit en de dienstoverschrijdende samenwerking; 8. Voorzitter: voorzitter van het directiecomité van de federale overheidsdienst of van de programmatorische federale overheidsdienst, zoals bedoeld in het koninklijk besluit van 7 november 2000Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/11/2000 pub. 18/11/2000 numac 2000002106 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit houdende oprichting en samenstelling van de organen die gemeenschappelijk zijn aan iedere federale overheidsdienst sluiten houdende oprichting en samenstelling van de organen die gemeenschappelijk zijn aan iedere federale overheidsdienst. § 2. Tussen enerzijds de Federale Regering, vertegenwoordigd door de bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst en anderzijds de Openbare Dienst, vertegenwoordigd door de voorzitter wordt één strategisch plan onderhandeld en afgesloten voor de duur van de legislatuur. § 3. Ongeacht het niveau van detail en de graad van operationalisering dat in overleg wordt overeengekomen tussen de partijen vermeld in § 2, bevat het strategisch plan minstens volgende elementen : 1° Een lange-termijn-strategie die de legislatuur overstijgt, bestaande uit: a) Een beschrijving van de toegewezen missies en opdrachten;b) De visie en de waarden;c) De resultaten van een omgevingsanalyse en een belanghebbendenanalyse.2° De te volgen strategie voor de legislatuur, met betrekking tot: a) De uitvoering van de beleidsverklaringen van de bevoegde ministers en de bevoegde staatssecretarissen;b) De uitvoering van de kernopdrachten van de Openbare Dienst;c) Het interne beheer van de Openbare Dienst;d) De deelname van de Openbare Dienst aan het beleid inzake een transversaal activiteitsgebied.3° Een communicatieplan - en dat zowel voor interne als externe communicatie - inzake de inhoud van het strategisch plan.Voor wat betreft de transversale activiteitsgebieden wordt dit communicatieplan gecoördineerd door de FOD BOSA; 4° Het meerjarig middelenschema, waarbij er voorzien wordt in een verband tussen de kernopdrachten van de openbare dienst zoals bedoeld in § 1,5° en de middelen;5° De wederzijdse verbintenissen om gunstige voorwaarden te scheppen met het oog op de correcte uitvoering van de strategieën en de bijhorende doelstellingen die beschreven staan in het strategisch plan en in de operationele plannen; De Openbare Dienst verbindt zich ertoe om tijdens de uitwerking van deze vijf elementen rekening te houden met de standpunten van de relevante stakeholders alsook met het budgettair kader.

De transversale doelstellingen die uitvoering geven aan het transversaal beleid, zoals bedoeld onder punt 2°, d), worden voorgesteld door het College van Voorzitters van het directiecomité, volgens de modaliteiten bepaald in § 4,1°.

Het strategisch plan voorziet bovendien in de toewijzing van de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van elke doelstelling die wordt geformuleerd in uitvoering van de strategieën bedoeld in punt 2° hierboven en die is opgenomen in het strategisch plan aan een houder van een managementfunctie of een houder van een staffunctie. § 4. De totstandkoming van het strategisch plan verloopt als volgt: 1° Ten laatste één maand na het einde van de bespreking in commissie van de beleidsverklaring maakt de bevoegde minister en/of bevoegde staatssecretaris, ieder wat hem betreft, zijn verwachtingen en prioriteiten over aan de Openbare Dienst waarvoor ze bevoegd zijn. Ten laatste één maand na het einde van de bespreking in commissie van de beleidsverklaring maakt de minister en/of staatssecretaris bevoegd voor een transversaal activiteitsgebied, ieder wat hem betreft, zijn eventuele verwachtingen en prioriteiten inzake transversale doelstellingen voor de strategische plannen over aan de Minister van Ambtenarenzaken. De Minister van Ambtenarenzaken bewaakt in overleg met de ministers en/of staatssecretarissen bevoegd voor een transversaal activiteiteitsgebied de coherentie van deze prioriteiten en verwachtingen. De Minister van Ambtenarenzaken agendeert de op elkaar afgestemde prioriteiten en verwachtingen inzake transversale doelstellingen voor goedkeuring op de Ministerraad. De minister van Ambtenarenzaken informeert vervolgens - uiterlijk één maand na goedkeuring op de Ministerraad - de voorzitter van het College van Voorzitters van het directiecomité over de op elkaar afgestemde prioriteiten en verwachtingen inzake transversale doelstellingen, alsook van het niveau van detail en de graad van operationalisering van de transversale doelstellingen.

Ten laatste 2 maanden nadat de minister van Ambtenarenzaken het College van Voorzitters van het Directiecomité de op elkaar afgestemde prioriteiten en verwachtingen inzake transversale doelstellingen, alsook van het niveau van detail en de graad van operationalisering van de transversale doelstellingen heeft overgemaakt, informeert het College van Voorzitters van het directiecomité de Regering - via de Minister van Ambtenarenzaken - hoe ze deze verwachtingen inzake transversale doelstellingen zal integreren in de strategische plannen van de Openbare Diensten. 2° Ten laatste vier maanden nadat de bevoegde ministers of bevoegde staatssecretarissen hun verwachtingen en prioriteiten hebben kenbaar gemaakt, maakt de Openbare Dienst een ontwerp van strategisch plan over aan de bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst, die het op zijn beurt onverwijld bezorgt aan de andere voor de Openbare Dienst bevoegde ministers en/of staatssecretarissen. Indien er een directiecomité is in de Openbare Dienst is het ontwerp van strategisch plan besproken in dit directiecomité en zodanig opgemaakt dat alle houders van een managementfunctie of staffunctie, althans gedeeltelijk en minstens voor wat betreft de elementen die betrekking hebben op hun functie en verantwoordelijkheidsdomein, actief betrokken zijn geweest bij de opmaak ervan.

Indien geen directiecomité is opgericht in de Openbare Dienst, is het ontwerp van strategisch plan zodanig opgemaakt dat alle eventuele houders van een managementfunctie of staffunctie, althans gedeeltelijk en minstens voor wat betreft de elementen die betrekking hebben op hun functie en verantwoordelijkheidsdomein, actief betrokken zijn geweest bij de opmaak ervan. 3° Ten laatste één maand nadat de Openbare Dienst zijn ontwerp van strategisch plan heeft overgemaakt aan zijn bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst, ontvangt de Openbare Dienst een gerichte en onderbouwde feedback op het ontwerp van strategisch plan vanwege de bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst.De termijn voor feedback kan maximaal twee maanden in beslag nemen wanneer meerdere ministers en/of staatssecretarissen bevoegd zijn voor de Openbare Dienst. De bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst coördineert desgevallend de gerichte en onderbouwde feedback van de bevoegde ministers en/of bevoegde staatssecretarissen. 4° Indien na twaalf maanden, te rekenen vanaf het einde van de bespreking in commissie van de beleidsverklaring (zoals vermeld in art.121bis van het Reglement van de Kamer van volksvertegenwoordigers), het strategisch plan nog niet is ondertekend, neemt de bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst, de nodige initiatieven om onverwijld tot een ondertekend strategisch plan te komen. In afwachting daarvan, behoren de uitvoering van de te volgen strategie met betrekking tot de uitvoering van de kernopdrachten van de Openbare Dienst, het interne beheer van de Openbare Dienst en de deelname van de Openbare Dienst aan het transversaal beleid, zoals opgenomen in het ontwerp van strategisch plan, tot de verantwoordelijkheid van de voorzitter.

Dit totstandkomingsproces is niet van toepassing wanneer binnen dezelfde legislatuur een andere regering aantreedt. In dit geval gelden de wijzigingsmodaliteiten zoals bepaald in § 7. § 5. Het strategisch plan treedt in werking na ondertekening door de bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst.

De bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst vraagt voorafgaand aan de ondertekening van het strategisch plan, het advies van de andere voor de Openbare Dienst bevoegde ministers en/of bevoegde staatssecretarissen. Deze beschikken over een termijn van maximum vijftien werkdagen om hun advies te formuleren. Wanneer deze termijn is verstreken, is hun advies niet meer vereist. De bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst houdt rekening met de eventuele opmerkingen in het advies van de andere voor de Openbare Dienst bevoegde ministers en/of Staatssecretarissen.

De bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst waakt erover dat het strategisch plan in overeenstemming is met het economisch, sociaal en financieel beleid van de Staat.

Na de ondertekening van het strategisch plan door de bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst publiceert de Openbare Dienst de inhoud van het strategisch plan op zijn website en start met de uitvoering van de communicatieacties die zijn opgenomen in het communicatieplan van het strategisch plan, zoals vermeld in § 3, 3°.

Tevens bezorgt de Openbare Dienst onverwijld een digitaal exemplaar van het ondertekend strategisch plan aan de Voorzitter van het directiecomité van de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning.

De ministers en/of staatssecretarissen bevoegd voor Ambtenarenzaken en Begroting informeren door middel van een gezamenlijke nota de Ministerraad over de stand van zaken van de ondertekende strategische plannen.

De voorzitter van de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning informeert het College van Voorzitters over de stand van zaken van de ondertekende strategische plannen. § 6. Het strategisch plan wordt gesloten voor de duur van de legislatuur, te rekenen vanaf de datum van ondertekening door de bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst tot de datum waarop het volgend strategisch plan in een nieuwe legislatuur wordt ondertekend.

Indien na twaalf maanden, te rekenen vanaf het einde van de bespreking in commissie van de beleidsverklaring (zoals vermeld in art 121bis van het Reglement van de Kamer van volksvertegenwoordigers), het volgend strategisch plan in de nieuwe legislatuur nog niet is ondertekend, treedt het ontwerp van strategisch plan in werking, volgens de modaliteiten bepaald in § 4, 4°, tot het moment dat het volgend strategisch plan wordt ondertekend.

Indien na twaalf maanden, te rekenen vanaf het einde van de bespreking in commissie van de beleidsverklaring (zoals vermeld in art 121bis van het Reglement van de Kamer van volksvertegenwoordigers), het volgend strategisch plan in de nieuwe legislatuur nog niet is ondertekend neemt de minister of staatssecretaris bevoegd voor het grootste activiteitsgebied, desgevallend in overleg met de andere bevoegde ministers en/of staatssecretarissen een beslissing inzake de inhoud van het strategisch plan. Deze beslissing geldt als een ondertekend strategisch plan met de datum van beslissing als datum van inwerkingtreding. § 7. Het strategisch plan kan tijdens zijn duurtijd worden aangepast.

Elk van de partijen vermeld in § 2, alsook desgevallend alle andere voor de Openbare Dienst bevoegde ministers en/of staatssecretarissen, kunnen daartoe een wijziging van strategisch plan voorstellen, waarvan de impact wordt besproken door de partijen vermeld in § 2, alsook desgevallend door alle andere bij het voorstel tot wijziging betrokken bevoegde ministers en/of staatssecretarissen.

Op basis van het voorstel tot wijziging van het strategisch plan maakt de Openbare Dienst een ontwerp van wijziging van strategisch plan op.

Indien er een directiecomité is in de Openbare Dienst, is het ontwerp van wijziging van strategisch plan besproken in dit directiecomité en zodanig opgemaakt dat alle houders van een managementfunctie of staffunctie, althans gedeeltelijk en minstens voor wat betreft de elementen die betrekking hebben op hun functie en verantwoordelijkheidsdomein, actief betrokken zijn geweest bij de opmaak ervan.

Indien geen directiecomité is opgericht in de Openbare Dienst, is het ontwerp van wijziging van strategisch plan zodanig opgemaakt dat alle eventuele houders van een managementfunctie of staffunctie, althans gedeeltelijk en minstens voor wat betreft de elementen die betrekking hebben op hun functie en verantwoordelijkheidsdomein, actief betrokken zijn geweest bij de opmaak ervan.

Een wijziging van strategisch plan treedt in werking na ondertekening door de bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst.

Indien het ontwerp van wijziging van strategisch plan betrekking of impact heeft op de bevoegdheid van andere voor de Openbare Dienst bevoegde ministers en/of staatssecretarissen, vraagt de bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst, voorafgaand aan de ondertekening van de wijziging van strategisch plan, het advies van de betrokken bevoegde ministers en/of staatssecretarissen.

Deze beschikken over een termijn van maximum tien werkdagen om hun advies te formuleren. Wanneer deze termijn is verstreken, is hun advies niet meer vereist.

Bij de ondertekening van een wijziging van strategisch plan houdt de bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst rekening met de eventuele opmerkingen in het advies van de andere betrokken bevoegde ministers of bevoegde staatssecretarissen.

Na de ondertekening van de wijziging van strategisch plan door de bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst publiceert de Openbare Dienst de inhoud van de wijziging van strategisch plan op zijn website.

Tevens bezorgt de Openbare Dienst onverwijld een digitaal exemplaar van de ondertekende wijziging van het strategisch plan aan de Voorzitter van het directiecomité van de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning. § 8. Elke Openbare Dienst concretiseert elk jaar de uitvoering van de strategieën en de bijhorende doelstellingen die zijn opgenomen in het strategisch plan, alsook in eventuele latere wijzigingen van het strategisch plan en de uitvoering van de prioriteiten in de jaarlijkse beleidsnota's van de bevoegde ministers en/of staatssecretarissen in een jaarlijks operationeel plan.

Het jaarlijks operationeel plan bevat daartoe minstens de volgende elementen: 1° De SMART-omschrijving (Specifiek, Meetbaar, Aanvaardbaar, Realistisch en Tijdsgebonden) van de operationele doelstellingen, alsook de middelen die hiervoor worden aangewend;2° De beknopte omschrijving van de processen, projecten, en acties/initiatieven die uitvoering geven aan deze operationele doelstellingen met bijhorende indicatoren aan de hand waarvan de uitvoering zal worden opgevolgd en gemeten en de toewijzing van de verantwoordelijkheid voor de uitvoering aan een bepaalde dienst, afdeling of andere subentiteit van de Openbare Dienst. Ten laatste één maand na goedkeuring van de begroting voor het komende jaar in de Kamer van volksvertegenwoordigers bezorgt de Openbare Dienst het operationeel plan ter informatie aan de bevoegde ministers en/of bevoegde Staatssecretarissen.

Indien de begroting voor het komende kalenderjaar op 31 december van het lopende kalenderjaar niet is goedgekeurd door de Kamer van volksvertegenwoordigers, bezorgt de Openbare Dienst het operationeel plan ter informatie aan de bevoegde ministers en/of bevoegde Staatssecretarissen tegen ten laatste 31 januari van het kalenderjaar waarop het betrekking heeft.

Een operationeel plan treedt in werking op 1 januari van het kalenderjaar waarop het betrekking heeft en eindigt op 31 december van datzelfde kalenderjaar.

De operationele plannen vormen samen met het strategisch plan en de eventuele wijzigingen van het strategisch plan het uitgangspunt voor het bepalen van de doelstellingen voor de individuele medewerkers van de Openbare Dienst in het kader van hun evaluatie. § 9. Elke Openbare Dienst kan zijn operationeel plan herzien.

Belangrijke wijzigingen aan het operationeel plan worden toegelicht in de jaarlijkse rapportering aan de bevoegde ministers en/of staatssecretarissen, zoals vermeld in § 10. § 10. Een rapportering toetst de vooruitgang van de uitvoering van de in het strategisch plan en in de eventuele wijzigingen van het strategisch plan opgenomen strategieën voor de legislatuur, alsook de realisatie van de operationele doelstellingen die zijn opgenomen in het operationeel plan van het betreffende jaar en de processen, de projecten, de acties en/of de initiatieven die er uitvoering aan geven. Deze rapportering gebeurt minstens één maal per jaar door de voorzitter.

Deze rapportering wordt ten laatste op 15 maart van het kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarop de rapportering betrekking heeft, overgemaakt aan de bevoegde ministers en/of staatssecretarissen.

Een kopie van deze rapportering wordt overgemaakt aan de voorzitter van FOD BOSA. Op basis van deze rapportering informeert de voorzitter van FOD BOSA de minister van Ambtenarenzaken inzake de voortgang van de transversale doelstellingen. § 11. De Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning biedt de Openbare Diensten vrijblijvend ondersteuning bij het redactieproces van hun strategisch plan en operationele plannen, bij de organisatie van hun rapportering naar de bevoegde ministers en/of staatssecretarissen en bij het gebruik van relevante instrumenten, ontwikkeld in co-creatie met de klanten van de Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning. § 12. De Federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning zal in samenwerking met het College van Voorzitters een globale evaluatie maken van de toepassing van de strategische plannen in de Openbare Diensten. Deze globale evaluatie gebeurt in het laatste kalenderjaar van de legislatuur waarop de strategische plannen betrekking hebben en betreft een methodologische evaluatie alsook het formuleren van methodologische verbetervoorstellen voor de toekomstige toepassing van de strategische plannen.

Het College van Voorzitters van het directiecomité bepaalt aan het begin van de legislatuur de criteria die zullen gehanteerd worden tijdens de globale evaluatie van de strategische plannen.

De modaliteiten om het strategisch plan aan de federale Overheidsdienst Beleid en Ondersteuning te bezorgen, zijn bepaald in § 5.

Het College van de voorzitters van het directiecomité bezorgt het resultaat van de globale evaluatie gelijktijdig aan de minister of staatssecretaris bevoegd voor Ambtenarenzaken en aan de minister of staatssecretaris bevoegd voor Begroting.

Art. 3.In de artikelen 16bis, 1°, 17, tweede lid, 18, § 5, 6, 7, 7bis en 7quater en 18bis, § 1, 3° van hetzelfde besluit worden de woorden "de bestuursovereenkomst en het bestuursplan" telkens vervangen door "het strategisch plan en het operationeel plan". HOOFDSTUK II. - Wijziging van het koninklijk besluit van 2 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/10/2002 pub. 09/10/2002 numac 2002002263 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten

Art. 4.In het koninklijk besluit van 2 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/10/2002 pub. 09/10/2002 numac 2002002263 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten wordt het opschrift van afdeling I van hoofdstuk IV vervangen als volgt: "De strategische plannen en de operationele plannen".

Art. 5.In de artikelen 16, 18, lid 3, 19, paragrafen 5, 6, 7, 7bis en 7quater, en19bis, paragraaf 1, van het koninklijk besluit van 2 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/10/2002 pub. 09/10/2002 numac 2002002263 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten worden de woorden "bestuursovereenkomst" vervangen door de woorden "strategisch plan" en de woorden "bestuursplan" vervangen door de woorden "operationeel plan". HOOFDSTUK III. - Overgangsbepalingen, inwerkingtreding, slotbepaling

Art. 6.De regeling van de strategische en de operationele plannen treedt in werking vanaf 1 maart 2022.

Vanaf die datum worden de bestuursplannen niet meer ondertekend, maar ter informatie bezorgd aan de bevoegde ministers of staatssecretarissen volgens de modaliteiten die voorzien zijn in de nieuwe regelgeving. De inhoud van de bestuursplannen is bovendien afgestemd op de minimale inhoud van de operationele plannen.

Het College van Voorzitters van het directiecomité neemt de nodige initiatieven om tot een beslissing te komen inzake de vanaf 1/3/2022 te realiseren transversale doelstellingen.

Voor elke Openbare Dienst die op het moment van inwerkingtreding van dit besluit beschikt over een ondertekende bestuursovereenkomst die een looptijd heeft die de datum van 1/3/2022 overstijgt volgens de modaliteiten vermeld in het koninklijk besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten en in het koninklijk besluit van 2 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/10/2002 pub. 09/10/2002 numac 2002002263 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten volgens de versie inwerking op 1/12/2021, zijn de volgende modaliteiten van toepassing: 1) De voorzitter en de bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst stemmen de inhoud van ondertekende bestuursovereenkomst af op de minimale inhoud van het strategisch plan en verlengen de planningshorizon van de ondertekende bestuursovereenkomst tot het einde van de legislatuur.Deze aanpassingen, met inbegrip van aanpassingen tengevolge een beslissing inzake transversale doelstellingen door het College van voorzitters, worden tegen uiterlijk 28/2/2022 via een ondertekend addendum toegevoegd aan de reeds ondertekende bestuursovereenkomst. 2) Alle andere wijzigingen aan de ondertekende bestuursovereenkomst tussen het moment van inwerkingtreding van dit besluit en 28/2/2022 gebeuren via de modaliteiten vermeld in het Koninklijk Besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten en in het koninklijk besluit van 2 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/10/2002 pub. 09/10/2002 numac 2002002263 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten volgens de versie inwerking op 1/12/2021.3) Vanaf 1/3/2022 wordt de ondertekende bestuursovereenkomst, inclusief addendum als een ondertekend strategisch plan begrepen. Voor elke Openbare Dienst die op het moment van inwerkingtreding van dit besluit niet beschikt over een ondertekende bestuursovereenkomst die een looptijd heeft die de datum van 1/3/2022 overstijgt volgens de modaliteiten vermeld in het koninklijk besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten en in het koninklijk besluit van 2 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/10/2002 pub. 09/10/2002 numac 2002002263 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten volgens de versie inwerking op 1/12/2021, zijn de volgende modaliteiten van toepassing: 1) De minister of staatssecretaris bevoegd voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied kan voorlopige regels vaststellen.Deze voorlopige regels zullen als nieuwe bestuursovereenkomst gelden tot op het ogenblik dat een nieuwe bestuursovereenkomst in werking treedt of tot en met 28/2/2022. 2) De voorzitter en de bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst nemen de nodige initiatieven om volgens de modaliteiten van het Koninklijk besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten en van het koninklijk besluit van 2 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/10/2002 pub. 09/10/2002 numac 2002002263 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten volgens de versie inwerking op 1/12/2021, tegen uiterlijk 28/2/2022 een bestuursovereenkomst te ondertekenen.De inhoud van deze ondertekende bestuursovereenkomst is afgestemd op de minimale inhoud van het strategisch plan en de planningshorizon van deze ondertekende bestuursovereenkomst loopt tot het einde van deze legislatuur. Deze aanpassingen, met inbegrip van aanpassingen tengevolge een beslissing inzake transversale doelstellingen door het College van voorzitters, worden eventueel via een ondertekend addendum toegevoegd aan de ondertekende bestuursovereenkomst. 3) Het wijzigingen van de ondertekende bestuursovereenkomst gebeurt tot en met 28/2/2022 via de modaliteiten vermeld in het Koninklijk Besluit van 29 oktober 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/2001 pub. 31/10/2001 numac 2001002158 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de managementfuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten en van het koninklijk besluit van 2 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/10/2002 pub. 09/10/2002 numac 2002002263 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten sluiten betreffende de aanduiding en de uitoefening van de staffuncties in de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten volgens de versie inwerking op 1/12/2021.4) Vanaf 1/3/2022 wordt de ondertekende bestuursovereenkomst, inclusief addendum als een ondertekend strategisch plan begrepen. Voor elke Openbare Dienst die op 1/3/2022 niet beschikt over een ondertekend strategisch plan zijn volgende modaliteiten van toepassing: De bevoegde minister of bevoegde staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst, neemt de nodige initiatieven om onverwijld tot een ondertekend strategisch plan met een planningshorizon die loopt tot het einde van de legislatuur te komen. In afwachting daarvan, behoren de uitvoering van de te volgen strategie met betrekking tot de uitvoering van de kernopdrachten van de Openbare Dienst, het interne beheer van de Openbare Dienst en de deelname van de Openbare Dienst aan het transversaal beleid, zoals opgenomen in het ontwerp van strategisch plan tot de verantwoordelijkheid van de voorzitter.

De voorzitter en de minister of staatssecretaris die bevoegd is voor het grootste gedeelte van het activiteitsgebied van de Openbare Dienst komen overeen om de inhoud van de bestuursovereenkomst af te stemmen op de minimale inhoud van het strategisch plan en om hun lopende of toekomstige bestuursovereenkomst te verlengen tot het einde van de huidige legislatuur.

Alle wijzigingen aan de bestuursplannen en bestuursovereenkomsten worden zodanig besproken en voorbereid dat alle houders van een managementfunctie of staffunctie betrokken worden bij de opmaak ervan, althans gedeeltelijk en minstens voor wat betreft de elementen die betrekking hebben op hun functie en verantwoordelijkheidsgebied.

Art. 7.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.

Art. 8.De minister bevoegd voor Ambtenarenzaken en de minister bevoegd voor Begroting zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 21 december 2021.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Ambtenarenzaken, P. DE SUTTER De Minister Van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE De Staatssecretaris Voor Begroting, E. DE BLEEKER

^