21 APRIL 2007. - Koninklijk besluit waarbij de onmiddellijke inbezitneming van sommige percelen nodig voor de herlokalisatie van het INAD-centrum en het transitcentrum 127 op de luchthaven Brussel-Nationaal en gelegen op het grondgebied van de gemeente Steenokkerzeel van algemeen nut wordt verklaard

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 26 juli 1962 betreffende de rechtspleging bij hoogdringende omstandigheden inzake onteigening ten algemenen nutte, gewijzigd bij de wet van 6 april 2000;

Gelet op artikel 6, § 1, X., 7°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen;

Gelet op het koninklijk besluit van 27 mei 2004 betreffende de omzetting van Brussels International Airport Company (B.I.A.C.) in een naamloze vennootschap van privaatrecht en betreffende de luchthaveninstallaties;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 10 april 2007;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 19 april 2007;

Overwegende dat de §§ 3.43 en 3.45 van Hoofdstuk 3 van de Bijlage 9 « Facilitation » bij de Conventie van Chicago van 7 december 1944 bepalen dat de vervoerder verantwoordelijk is voor de hoede over en de zorg voor de passagiers vanaf het ogenblik dat zij het vliegtuig verlaten tot op het ogenblik dat zij zich voor controle bij de met de grenscontrole belaste overheden aanbieden en dat deze verantwoordelijkheid slechts een einde neemt op het ogenblik dat de passagier tot het grondgebied wordt toegelaten;

Overwegende dat de §§ 5.9 en 5.11 van Hoofdstuk 5 van de Bijlage 9 « Facilitation » bij de Conventie van Chicago van 7 december 1944 bepalen dat de vervoerder verantwoordelijk is voor het dragen van de kosten van opvang, verzorging en terugzending van de passagier die ontoelaatbaar werd verklaard en aan de vervoerder werd overgedragen met het oog op zijn terugdrijving;

Overwegende artikel 74/5 van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen waarbij de vreemdeling die in toepassing van de bepalingen van deze wet kan worden teruggedreven of tracht het Rijk binnen te komen zonder aan de voorwaarden gesteld in artikel 2 van de wet te voldoen, en die zich vluchteling verklaart en aan de grens vraagt om als dusdanig erkend te worden, in een welbepaalde aan de grens gelegen plaats kan worden vastgehouden;

Overwegende artikel 30, 1°, van het koninklijk besluit van 27 mei 2004 betreffende de omzetting van Brussels International Airport Company (B.I.A.C.) - nu The Brussels Airport Company - in een naamloze vennootschap van privaatrecht en betreffende de luchthaveninstallaties dat bepaalt dat de houder van een exploitatielicentie de luchthaveninstallaties moet onderhouden en ontwikkelen in economisch aanvaardbare omstandigheden op zodanige wijze dat de beveiliging van de personen en de veiligheid van de luchthaveninstallaties, de voortdurende certificatie van de luchthaveninstallaties, een voldoende capaciteit rekening houdend met de ontwikkeling van de vraag en de internationale rol van de luchthaven Brussel-Nationaal evenals een hoog kwaliteitsniveau worden verzekerd;

Overwegende inzonderheid op artikel 9 van het koninklijk besluit van 21 juni 2004 betreffende de toekenning van de exploitatielicentie van de luchthaven Brussel-Nationaal aan de naamloze vennootschap B.I.A.C. - nu The Brussels Airport Company - waarbij deze er zich toe verbindt om toegang tot de luchthaveninstallaties te verlenen aan de instanties die openbare diensten verlenen, verbonden met de uitbating van de luchthaven binnen de luchthaveninstallaties in het kader van de wetgeving, reglementering of de internationale overeenkomsten en om aan Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken de noodzakelijk infrastructuur en diensten ter beschikking te stellen voor de ontvangst van niet-toelaatbare personen in de zin van de Bijlage 9 bij de Conventie van Chicago;

Overwegende dat de nodige infrastructuur ter beschikking moet worden gesteld in de internationale zone van de luchthaventerreinen en dat de vervoerder zijn verplichting tot terugbrenging en tot het dragen van de kosten verbonden aan de hoede over en de zorg voor de niet toelaatbare passagiers maar dient na te komen voor zover de passagier geen toegang tot het grondgebied heeft bekomen en de vasthouding in een welbepaalde aan de grens gelegen plaats dient te gebeuren;

Overwegende dat de federale overheid, inzonderheid de Federale Overheidsdienst van Binnenlandse Zaken, moet instaan voor de correcte toepassing van de wetgeving betreffende de toegang tot het grondgebied; dat bepaalde personen die op de luchthaven Brussel-Nationaal aankomen de toegang tot het grondgebied geweigerd worden; dat Federale Overheidsdienst van Binnenlandse Zaken deze personen onderbrengt in het INAD-centrum op de luchthaven; dat dezelfde Federale Overheidsdienst, op dezelfde locatie het Transitcentrum 127 heeft dat, in het verlengde van het INAD-centrum, personen opvangt die asiel hebben gevraagd aan de grens en dit tijdens het onderzoek naar de ontvankelijkheid van de asielaanvraag en desgevallend in afwachting van een eventuele verwijdering;

Overwegende dat er uit het verslag van de Regie der Gebouwen blijkt dat de centra dringend aan vernieuwing toe zijn en dat bovendien de huidige ligging van beide centra de efficiënte uitbouw van de luchthaven Brussel-Nationaal belemmeren;

Overwegende dat het niet mogelijk is om de nieuwe ontwikkeling ruimtelijk te voorzien op de plaats waar het INAD-centrum en het transitcentrum 127 nu gevestigd is; dat in het kader van het intern ruimtelijk herstructureringsplan, de nieuwe activiteiten gepland worden in de zone waar ook het repatriëringscentrum 127bis gevestigd is;

Overwegende dat daarom, op dit ogenblik, de nodige maatregelen genomen moeten worden om over te gaan tot een herlokalisatie van het INAD-centrum en het transitcentrum 127 zodat enerzijds de Federale Overheidsdienst van Binnenlandse Zaken haar taken efficiënt kan uitvoeren en anderzijds The Brussels Airport Company kan voldoen aan de vereisten van artikel 9 van het bovenvermeld koninklijk besluit van 21 juni 2004 en artikel 30, 1°, van het bovenvermeld koninklijk besluit van 27 mei 2004, inzonderheid het verzekeren van de beveiliging van de personen en de veiligheid van de luchthaveninstallaties;

Overwegende dat het noodzakelijk is om de goede uitvoering van de wet van 15 december 1980 en haar uitvoeringsbesluiten niet te verstoren en dat het daarom noodzakelijk is dat de houder van de exploitatielicentie zo snel mogelijk kan beschikken over de nodige gronden palend aan het repatriëringscentrum 127bis ;

Overwegende dat deze gronden deel uitmaken van de gebieden die door de bevoegde overheid bestemd werden voor gemeenschapsvoorziening en openbare nutsvoorzieningen en dat de gronden van dit gebied nu reeds grotendeels eigendom van de The Brussels Airport Company zijn;

Overwegende echter dat deze gronden enkel doeltreffend kunnen worden aangewend voorzover de houder van de exploitatielicentie over alle gronden in de desbetreffende zone kan beschikken;

Overwegende dat de federale overheid, op grond van artikel 6, X., 7°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, kan overgaan tot de onteigening van de resterende gronden;

Overwegende dat de voormelde vereiste uitbreidingswerken het noodzakelijk maken de percelen aangeduid op het bijgevoegde plan nr. 002 en gelegen op het grondgebied van de gemeente Steenokkerzeel in bezit te nemen, om The Brussels Airport Company toe te laten om de noodzakelijke installaties te kunnen bouwen om het INAD-centrum en het transitcentrum 127 te kunnen herlokaliseren en dit in een ruimtelijk planologisch geharmonieerd geheel met het repatriëringscentrum 127bis ;

Overwegende dat de onmiddellijke inbezitneming van de bedoelde gronden ten algemenen nutte en ter verwezenlijking van gezegd opzet derhalve onontbeerlijk is;

Op de voordracht van Onze Minister van Mobiliteit, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Het algemeen nut vordert voor de herlokalisatie van het INAD-centrum en het transitcentrum 127 op de luchthaven Brussel-Nationaal op het grondgebied van de gemeente Steenokkerzeel de onmiddellijke inbezitneming van de percelen gelegen op het grondgebied van de gemeente Steenokkerzeel en opgenomen in het bijgevoegde plan.

Art. 2.Bij gebrek aan afstand in der minne worden, ingevolge de hoogdringendheid van de uitvoering van de werken, de benodigde en op het voormelde plan aangewezen percelen ingenomen en bezet overeenkomstig de wet van 26 juli 1962 betreffende de rechtspleging bij hoogdringende omstandigheden inzake onteigening ten algemenen nutte, gewijzigd bij de wet van 6 april 2000.

Art. 3.De inbezitneming gebeurt voor rekening van The Brussels Airport Company.

Art. 4.Onze Minister van Mobiliteit is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 21 april 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Mobiliteit R. LANDUYT

Bijlage 1 De kadastrale gegevens van de te onteigenen percelen moeten Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van 21 april 2007 waarbij de onmiddellijke inbezitneming van sommige percelen nodig voor de herlokalisatie van het INAD-centrum en het transitcentrum 127 op de luchthaven Brussel-Nationaal en gelegen op het grondgebied van de gemeente Steenokkerzeel van algemeen nut wordt verklaard.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Mobiliteit, R. LANDUYT

Bijlage 2 Het onteigeningsplan nr. 002 van percelen gelegen op het grondgebied van de gemeente Steenokkerzeel, 1e afdeling, sectie C, 96C, 98, 96B, 99A, 97A Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van 21 april 2007 waarbij de onmiddellijke inbezitneming van sommige percelen nodig voor de herlokalisatie van het INAD-centrum en het transitcentrum 127 op de luchthaven Brussel-Nationaal en gelegen op het grondgebied van de gemeente Steenokkerzeel van algemeen nut wordt verklaard.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Mobiliteit R. LANDUYT