gepubliceerd op 03 januari 2007
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 december 1967 tot vaststelling van het algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers
20 DECEMBER 2006. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 december 1967 tot vaststelling van het algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het koninklijk besluit nr. 50 van 24 oktober 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers, inzonderheid op artikel 25, gewijzigd bij de wet van 10 februari 1981 en bij het koninklijk besluit van 23 december 1996;
Gelet op het koninklijk besluit van 21 december 1967 tot vaststelling van het algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers;
Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor pensioenen van 23 oktober 2006;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 28 november 2006;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 1 december 2006;
Gelet op het advies van de Raad van State, nr. 41.841/1, gegeven op 7 december 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Gelet op het feit dat de hoogdringendheid gerechtvaardigd is door de overweging dat de Rijksdienst voor pensioenen onverwijld de nodige maatregelen moet nemen om de gerechtigden tijdig te informeren, wat de aanpassing van een aantal documenten met zich brengt;
Op de voordracht van Onze Minister van Leefmilieu en Pensioenen, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.De artikelen 64quinquies, sexies, septies en octies worden ingevoegd in het koninklijk besluit van 21 december 1967 tot vaststelling van het algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers, luidend als volgt : «
Artikel 64quinquies.In afwijking van artikel 25 van het koninklijk besluit nr 50 van 24 oktober 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers, kunnen de vergoedingen wegens ziekte of onvrijwillige volledige werkloosheid bij toepassing van een Belgische of buitenlandse wetgeving inzake sociale zekerheid of met een vergoeding wegens invaliditeit bij toepassing van een Belgische of buitenlandse wetgeving inzake sociale zekerheid, gedurende een eenmalige periode van twaalf al dan niet opeenvolgende kalendermaanden, en dit voor zover de voormelde vergoedingen betrekking hebben op alle werkdagen van die maand, gecumuleerd worden met uitsluitend een overlevingspensioen.
Na verloop van de in het eerste lid bedoelde periode wordt, voor de daarop volgende periode waarin betrokkene vergoedingen geniet zoals bedoeld in artikel 25 van voormeld koninklijk besluit nr. 50, het genot van het overlevingspensioen geschorst, tenzij betrokkene afstand doet van voormelde vergoedingen.
Artikel 64sexies.In afwijking van artikel 25 van het voormeld koninklijk besluit nr 50, kunnen de vergoedingen wegens ziekte of onvrijwillige volledige werkloosheid bij toepassing van een Belgische of buitenlandse wetgeving inzake sociale zekerheid of de vergoedingen wegens invaliditeit bij toepassing van een Belgische of buitenlandse wetgeving inzake sociale zekerheid, die geen betrekking hebben op kalendermaanden, gecumuleerd worden met uitsluitend een overlevingspensioen.
De in het vorige lid bedoelde vergoedingen worden gelijkgesteld met een inkomen, voorvloeiend uit een beroepsactiviteit.
Artikel 64septies.Wanneer het in toepassing van artikel 64quinquies of van artikel 64sexies betaalbaar overlevingspensioen hoger is dan het in artikel 6, § 1, van de wet van 22 maart 2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen bepaalde bedrag, wordt het tot dit bedrag teruggebracht.
Artikel 64octies.Wanneer de gerechtigde op een overlevingspensioen en een in artikel 64quinquies, of een in artikel 64sexies bedoelde vergoeding, gerechtigd wordt of is op een rustpensioen dat niet cumuleerbaar is met de voormelde vergoeding, zijn de bepalingen van die artikelen vanaf de ingangsdatum van het rustpensioen niet langer van toepassing. »
Art. 2.Dit besluit is van toepassing op de gerechtigden die na 1 januari 2007 een vergoeding, zoals bedoeld in artikel 64quinquies of artikel 64sexies genieten.
Dit besluit is eveneens van toepassing op de op 31 december 2006 bestaande cumulaties tussen een overlevingspensioen en een vergoeding, zoals bedoeld in artikel 64quinquies of artikel 64sexies. Niettemin blijft de schorsing van het overlevingspensioen op 31 december 2006, genomen in toepassing van artikel 25 van het voormeld koninklijk besluit nr. 50, behouden in zoverre het gaat om uitkeringen wegens ziekte, invaliditeit of volledige onvrijwillige werkloosheid, tot zolang de gerechtigde vanaf 1 januari 2007 geen beroepsactiviteit heeft hervat.
Art. 3.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2007.
Art. 4.Onze Minister van Leefmilieu en Pensioenen is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 20 december 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Leefmilieu en Pensioenen, B. TOBBACK