Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 19 juli 2006
gepubliceerd op 04 september 2006

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 maart 2006, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest, tot afwijking, voor wat betreft het referentiejaar 2005, van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 november 2004 betreffende de toekenning van een vakbondspremie aan het personeel van de socio-culturele sector dat afhangt van de Franse Gemeenschap en tot wijziging van het formulier tot aanvraag van een vakbondspremie

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2006202372
pub.
04/09/2006
prom.
19/07/2006
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

19 JULI 2006. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 maart 2006, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest, tot afwijking, voor wat betreft het referentiejaar 2005, van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 november 2004 betreffende de toekenning van een vakbondspremie aan het personeel van de socio-culturele sector dat afhangt van de Franse Gemeenschap en tot wijziging van het formulier tot aanvraag van een vakbondspremie (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 10 maart 2006, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest, tot afwijking, voor wat betreft het referentiejaar 2005, van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 november 2004 betreffende de toekenning van een vakbondspremie aan het personeel van de socio-culturele sector dat afhangt van de Franse Gemeenschap en tot wijziging van het formulier tot aanvraag van een vakbondspremie.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 19 juli 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 maart 2006 Afwijking, voor wat betreft het referentiejaar 2005, van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 november 2004 betreffende de toekenning van een vakbondspremie aan het personeel van de socio-culturele sector dat afhangt van de Franse Gemeenschap en tot wijziging van het formulier tot aanvraag van een vakbondspremie (Overeenkomst geregistreerd op 11 april 2006 onder het nummer 79392/CO/329.02)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Franstalige en Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest en waarvan de instelling valt onder een van de volgende erkennings- en/of subsidiëringsregelingen : - productie- en gastateliers, erkend en gesubsidieerd krachtens het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 26 juli 1990 betreffende de erkenning en de betoelaging van de productieateliers en de gastateliers voor films en videogrammen en door het besluit van 23 februari 2000 tot erkenning van de vzw "Atelier de création sonore et radiophonique" als onthaalstructuur inzake creatie op radio; - bibliotheken, erkend en gesubsidieerd krachtens het decreet van 28 februari 1978 tot instelling van de Openbare Dienst voor Lectuurvoorziening, gewijzigd door de decreten van 21 oktober 1988, 19 juli 1991 en 30 november 1992, voorzover het betrekking heeft op de privaatrechtelijke verenigingen en stichtingen erkend als openbare bibliotheken; - culturele centra, erkend en gesubsidieerd krachtens het decreet van 28 juli 1992 tot vaststelling van de voorwaarden voor de erkenning en de toekenning van toelagen aan de culturele centra, gewijzigd door het decreet van 10 april 1995; - jeugdhuizen, erkend en gesubsidieerd krachtens het decreet van 20 juli 2000, tot bepaling van de voorwaarden voor de erkenning en de subsidiëring van jeugdhuizen, van ontmoetings- en accommodatiecentra, van jongereninformatiecentra en van hun federaties; - organisaties voor permanente opvoeding, erkend en gesubsidieerd krachtens het koninklijk besluit van 5 september 1921, het koninklijk besluit van 4 april 1925, het koninklijk besluit van 16 juli 1971, het decreet van 8 april 1976 tot vaststelling van de voorwaarden voor de erkenning en de toekenning van toelagen aan de organisaties voor permanente vorming van de volwassenen in het algemeen en aan de organisaties voor de sociaal-culturele bevordering van de arbeiders en het decreet van 17 juli 2003 met betrekking tot de steun aan het verenigingsleven op het gebied van de permanente opvoeding; - sportfederaties, erkend en gesubsidieerd krachtens het decreet van 26 april 1999 tot organisatie van de sport in de Franse Gemeenschap; - "La Médiathèque", erkend en gesubsidieerd krachtens het koninklijk besluit van 7 april 1971; - jeugdorganisaties, erkend en gesubsidieerd krachtens het decreet van 20 juni 1980 tot vaststelling van de voorwaarden voor de erkenning en de toekenning van toelagen aan de jeugdorganisaties; - lokale televisies, erkend en gesubsidieerd krachtens het artikel 74 van het decreet van 27 februari 2003 betreffende de radio-omroep.

Onder "werknemer" wordt verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werknemers.

Art. 2.In afwijking van artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 november 2004 betreffende de toekenning van een vakbondspremie aan het personeel van de socio-culturele sector dat afhangt van de Franse Gemeenschap (koninklijk besluit van 1 september 2005, Belgisch Staatsblad van 13 oktober 2005), zal het "Fonds intersyndical" de werkgevers ten laatste op 30 april 2006 de aanvraagformulieren betreffende de vakbondspremie voor het referentiejaar 2005 opsturen.

Art. 3.In afwijking van het artikel 5 van voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst van 19 november 2004, zijn de werkgevers verplicht het aanvraagformulier tot betaling van de vakbondspremie voor het referentiejaar 2005, te bezorgen aan alle werknemers samen met de loonfiche van de maand mei 2006.

Indien de werknemers geen deel meer uitmaken van het personeel in de maand mei 2006, zullen de werkgevers het formulier aan de werknemers bezorgen op het ogenblik van hun vertrek uit de instelling of zullen ze het per post opsturen uiterlijk tegen 31 mei 2006.

Art. 4.De in artikel 4 van voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst bedoelde aanvraagformulieren voor de vakbondspremie worden gewijzigd.

Op de nieuwe formulieren zullen de gegevens vermeld zijn die voorkomen op het formulier in bijlage.

In afwijking van de hierbij gevoegde elementen moeten, de werknemers die lid zijn van een vakbond, voor het referentiejaar 2005, het ingevulde formulier terugsturen naar hun vakbondsorganisatie vóór 31 juli 2006.

Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2006. Zij wordt voor onbepaalde tijd gesloten. Evenwel zullen de artikelen 2, 3 en 4, 2de alinea, ophouden van kracht te zijn op 31 december 2006.

De bepalingen die gelden gedurende onbepaalde tijd, kunnen worden opgezegd, mits een opzeggingstermijn van zes maanden wordt nageleefd, via een ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Franstalige en de Duitstalige Gemeenschap en het Waalse Gewest, die er de andere partijen van op de hoogte brengt.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2006.

De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN

Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 maart 2006 - "Fonds intersyndical" van de sectoren van de Franse Gemeenschap - socio-culturele sector Aanvraag van een vakbondspremie Boekjaar 200...... - te betalen in 200......

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld - Productie- en gastateliers, erkend en gesubsidieerd krachtens het besuit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 26 juli 1990 betreffende de erkenning en de betoelaging van de productieateliers en de gastateliers voor films en videogrammen en door het besluit van 23 februari 2000 tot erkenning van de VZW "Atelier de création sonore et radiophonique" als onthaalstructuur inzake creatie op radio; - Bibliotheken, erkend en gesubsidieerd krachtens het decreet van 28 februari 1978 tot instelling van de Openbare Dienst voor Lectuurvoorziening, gewijzigd door de decreten van 21 oktober 1988, 19 juli 1991 en 30 november 1992, voorzover het betrekking heeft op de privaatrechtelijke verenigingen en stichtingen erkend als openbare bibliotheken; - Culturele centra, erkend en gesubsidieerd krachtens het decreet van 28 juli 1992 tot vaststelling van de voorwaarden voor de erkenning en de toekenning van toelagen aan de culturele centra, gewijzigd door het decreet van 10 april 1995; - Jeugdhuizen, erkend en gesubsidieerd krachtens het decreet van 20 juli 2000, tot bepaling van de voorwaarden voor de erkenning en de subsidiëring van jeugdhuizen, van ontmoetings- en accommodatiecentra, van jongereninformatiecentra en van hun federaties; - Organisaties voor permanente opvoeding, erkend en gesubsidieerd krachtens het koninklijk besluit van 5 september 1921, het koninklijk besluit van 4 april 1925, het koninklijk besluit van 16 juli 1971, het decreet van 8 april 1976 tot vaststelling van de voorwaarden voor de erkenning en de toekenning van toelagen aan de organisaties voor permanente vorming van de volwassenen in het algemeen en aan de organisaties voor de sociaal-culturele bevordering van de arbeiders en het decreet van 17 juli 2003 met betrekking tot de steun aan het verenigingsleven op het gebied van de permanente opvoeding; - Sportfederaties, erkend en gesubsidieerd krachtens het decreet van 26 april 1999 tot organisatie van de sport in de Franse Gemeenschap; - "La Médiathèque", erkend en gesubsidieerd krachtens het koninklijk besluit van 7 april 1971; - Jeugdorganisaties, erkend en gesubsidieerd krachtens het decreet van 20 juni 1980 tot vaststelling van de voorwaarden voor de erkenning en de toekenning van toelagen aan de jeugdorganisaties; - Lokale televisies, erkend en gesubsidieerd krachtens het artikel 74 van het decreet van 27 februari 2003 betreffende de radio-omroep.

N.B . Enkel de door het "Fonds intersyndical des secteurs de la Communauté française" genummerde en verstrekte formulieren zullen in aanmerking worden genomen.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2006.

De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN

^