gepubliceerd op 25 augustus 1998
Koninklijk besluit tot vaststelling van de minimumprijs voor de overdracht door de overheid van aandelen van de naamloze vennootschap van publiek recht « Brussels International Airport Company »
19 AUGUSTUS 1998. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de minimumprijs voor de overdracht door de overheid van aandelen van de naamloze vennootschap van publiek recht « Brussels International Airport Company »
VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het besluit dat de Regering de eer heeft aan Uw goedkeuring voor te leggen, wordt genomen met toepassing van artikel 6, §1, 2°, van de wet van 19 december 1997 tot rationalisering van het beheer van de luchthaven Brussel-Nationaal, gewijzigd door de wet van 9 juli 1998.
Deze bepaling betreft de aandelen die de overheid (de Staat en, in voorkomend geval, de Federale Participatiemaatschappij) zal bezitten in het kapitaal van de naamloze vennootschap van publiek recht « Brussels International Airport Company » (« B.I.A.C. ») na de reorganisatie van de naamloze vennootschap « Brussels Airport Terminal Company » (« B.A.T.C. ») beoogd door de wet van 19 december 1997 en uitgevoerd door het koninklijk besluit van 2 april 1998. Artikel 6 van de wet staat de overdracht van een deel van deze aandelen toe aan de particuliere aandeelhouders van B.A.T.C. (voor zover dezen hun bij wet bepaald uitstaprecht niet hebben uitgeoefend) of aan derden. Dit deel stemt overeen met het aantal effecten boven 50 % van de aandelen plus één aandeel. Hetzelfde artikel 6 nodigt de Koning uit om de modaliteiten van deze overdrachten te bepalen (hetgeen het voorwerp uitmaakt van artikel 20, §§ 1 en 2, van het koninklijk besluit van 2 april 1998) en om een minimumprijs vast te stellen.
Onderhavig besluit bepaalt deze minimumprijs op 10 498 frank per aandeel, dit wil zeggen de waarde per aandeel vastgesteld door de revisor-arbiter, de heer J.F. Cats, Voorzitter van het Instituut der Bedrijfsrevisoren, na afloop van het waarderingsproces ingericht door het koninklijk besluit van 2 april 1998. Het gaat om de prijs bepaald overeenkomstig artikel 5, § 1, 1°, van de wet van 19 december 1997 met het oog op het uitstaprecht van de particuliere aandeelhouders van B.A.T.C. Voor overdrachten die na 1998 plaatsvinden, wordt deze minimumprijs naar boven (doch niet naar beneden) aangepast volgens de evolutie van de BEL 20 ten opzichte van het gemiddelde van deze index voor 1998.
Wij hebben de eer te zijn, Sire, van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaars, Voor de Minister van Vervoer, afwezig : De Minister van Ambtenarenzaken, A. FLAHAUT Voor de Minister van Financiën, afwezig : De Minister van Buitenlandse Zaken, E. DERYCKE
ADVIES VAN DE RAAD VAN STATE De Raad van State, afdeling wetgeving, tweede vakantiekamer, op 29 juli 1998 door de Minister van Vervoer verzocht hem, binnen een termijn van ten hoogste drie dagen, van advies te dienen over een ontwerp van koninklijk besluit « tot vaststelling van de minimumprijs voor de overdracht door de overheid van aandelen van de naamloze vennootschap van publiek recht "Brussels International Airport Company" », heeft op 31 juli 1998 het volgende advies gegeven : Overeenkomstig artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, ingevoegd bij de wet van 4 augustus 1996, moeten in de adviesaanvraag in het bijzonder de redenen worden aangegeven tot staving van het spoedeisend karakter ervan.
In het onderhavige geval luidt die motivering als volgt : « ... par le fait que les cessions de titres en question pourraient intervenir dès le mois de septembre 1998. ».
De Raad van State, afdeling wetgeving, beperkt zich overeenkomstig artikel 84, tweede lid, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State tot het onderzoek van de rechtsgrond, van de bevoegdheid van de steller van de handeling, alsmede van de vraag of aan de vormvereisten is voldaan.
Op die drie punten geeft het ontwerp geen aanleiding tot opmerkingen.
De kamer was samengesteld uit : De heer J.-J. Stryckamns, voorzitter.
De heren Y. Kreins, P. Lienardy, staatsraden, Mevr. B. Vigneron, toegevoegd griffier.
Het verslag werd uitgebracht door de H. D. Batsele, auditeur. De nota van het Coördinatiebureau werd opgesteld en toegelicht door de H. C. Amelynck, adjunct-referendaris.
De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst werd nagezien onder toezicht van de heer R. Andersen, kamervoorzitter.
De griffier, B. Vigneron.
De voorzitter, J.-J. Stryckmans.
19 AUGUSTUS 1998. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de minimumprijs voor de overdracht door de overheid van aandelen van de naamloze vennootschap van publiek recht « Brussels International Airport Company » ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 19 december 1997 tot rationalisering van het beheer van de luchthaven Brussel-Nationaal, inzonderheid op artikel 6, § 1, 2°, gewijzigd door de wet van 9 juli 1998;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 23 juli 1998;
Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 23 juli 1998;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid wegens de omstandigheid dat de overdrachten van de betrokken effecten zouden kunnen plaatsvinden vanaf september 1998;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 31 juli 1998 in uitvoering van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Vervoer en Onze Minister van Financiën en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.De prijs van de overdrachten, bedoeld in artikel 6, § 1, van de wet van 19 december 1997 tot rationalisering van het beheer van de luchthaven Brussel-Nationaal, die vóór 1 januari 1999 plaatsvinden, mag niet lager zijn dan 10.498 frank per aandeel, inclusief de coupon voor 1998. Voor de overdrachten die na deze datum plaatsvinden, wordt deze minimumprijs verhoogd in verhouding tot de stijging van de BEL 20-index ten opzichte van het gemiddelde van deze index voor 1998.
Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 3.Onze Minister van Vervoer en Onze Minister van Financiën zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 19 augustus 1998.
ALBERT Van Koningswege : Voor de Minister van Vervoer, afwezig : De Minister van Ambtenarenzaken, A. FLAHAUT Voor de Minister van Financiën, afwezig : De Minister van Buitenlandse Zaken, E. DERYCKE