gepubliceerd op 31 december 2008
Koninklijk besluit tot vaststelling van de samenstelling, de werkwijze en de bevoegdheden van het beheerscomité van de administratieve dienst met boekhoudkundige autonomie FEDOREST, belast met de organisatie van cateringactiviteiten ten behoeve van meerdere overheidsdiensten
18 DECEMBER 2008. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de samenstelling, de werkwijze en de bevoegdheden van het beheerscomité van de administratieve dienst met boekhoudkundige autonomie FEDOREST, belast met de organisatie van cateringactiviteiten ten behoeve van meerdere overheidsdiensten
VERSLAG AAN DE KONING Sire, Op 29 februari 2008 besliste de Ministerraad in het kader van het begrotingsconclaaf 2008 om, in tegenstelling tot het verleden, de cateringactiviteiten in de Financietoren te laten uitbaten door een administratieve dienst met boekhoudkundige autonomie (ADBA). De ADBA-structuur moet tegemoet komen aan de gewijzigde toestand inzake restauratie, waarbij deze activiteit, door een hergroepering van meerdere federale overheidsdiensten (FOD) in grote ambtsgebouwen, de werking van 1 FOD overschrijdt. Het toepassingsgebied van de ADBA, dat in de opstartfase beperkt is tot de restauratie Financietoren, wordt gekenmerkt door twee potentiële uitbreidingsfasen, gericht op de integratie van (a ) de restauratie FOD Financiën en (b ) de restauratie federale overheid.
In ditzelfde conclaaf werd tevens beslist dat de Minister van Financiën, in samenspraak met de Minister van Begroting, de nodige wetgevende en reglementaire initiatieven zal nemen voor de oprichting van de ADBA. Artikel 73 van de Programmawet van 8 juni 2008 bepaalt dat met ingang van 1 januari 2009 de administratieve dienst met boekhoudkundige autonomie 'Fedorest' binnen de schoot van de FOD Financiën wordt opgericht. « De Koning bepaalt, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de uitvoeringsmodaliteiten. » De uitvoeringsbepalingen zijn vervat in bijgaand koninklijk besluit dat voorziet in de oprichting van een beheerscomité ten behoeve van de ADBA 'Fedorest', evenals in een tweede koninklijk besluit betreffende het financieel beheer van de ADBA 'Fedorest'.
Dit koninklijk besluit beschrijft : - de samenstelling van het beheerscomité; - de werkwijze van het beheerscomité; - haar bevoegdheden.
Artikel 1 van dit besluit bevat de samenstelling van het beheerscomité. In dit beheersorgaan participeren naast de FOD Financiën ook andere overheidsdiensten, die een belangrijke afnemer van de diensten van de ADBA 'Fedorest' zijn. Deze deelname moet hen in staat stellen zich te verzekeren van de goede besteding van hun dotatiebijdragen door de ADBA 'Fedorest'.
Art. 2 bepaalt dat de vertegenwoordigers van de andere overheidsdiensten voor een periode van 3 jaar worden aangesteld.
Gegeven het voorziene uitbreidingsscenario van de ADBA 'Fedorest' is het immers waarschijnlijk dat de drie overheidsdiensten, die naast de FOD Financiën de voornaamste bijdrage in de ADBA 'Fedorest' leveren, regelmatig zullen wijzigen. Deze evolutie dient bijgevolg ook in de samenstelling van het beheerscomité te worden weerspiegeld.
De FOD Budget en Beheerscontrole zetelt op permanente basis in het beheerscomité. Het voorgedragen lid wordt eveneens aangesteld voor een periode van 3 jaar.
Voor wat de werkwijze van het beheerscomité betreft (artikelen 3 en 4), wordt gewezen op de introductie van een beurtrol op het niveau van de voorzitter van het beheersorgaan. Zo zal 3 jaar na de opstart van de ADBA 'Fedorest' het voorzitterschap van het beheerscomité door de voorzitter van de FOD Financiën worden overgedragen aan een vertegenwoordiger van één van de andere overheidsdiensten. Hierdoor wordt het FOD-overschrijdende toepassingsgebied van de ADBA 'Fedorest' in de leiding van het beheerscomité weerspiegeld.
Wij hebben de eer te zijn, Sire, van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaars, De Eerste Minister, Y. LETERME De Minister van Financiën, D. REYNDERS De Staatssecretaris voor Begroting, M. WATHELET
ADVIES 45.349/2 VAN 12 NOVEMBER 2008 VAN DE AFDELING WETGEVING VAN DE RAAD VAN STATE De Raad van State, afdeling wetgeving, tweede kamer, op 20 oktober 2008 door de Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën verzocht hem, binnen een termijn van dertig dagen, van advies te dienen over een ontwerp van koninklijk besluit "tot vaststelling van de samenstelling, de werkwijze en de bevoegheden van het beheerscomité van de staatsdienst met afzonderlijk beheer FEDOREST, belast met de organisatie van cateringactiviteiten ten behoeve van meerdere overheidsdiensten", heeft het volgende advies gegeven : Aangezien de adviesaanvraag is ingediend op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoordineerde wetten op de Raad van State, zoals het is vervangen bij de wet van 2 april 2003, beperkt de afdeling wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten, haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande vormvereisten.
Wat deze drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.
Algemene opmerking Het ontworpen besluit werkt met het begrip "staatsdienst met afzonderlijk beheer". Bepaald is dat dit besluit in werking treedt op 1 januari 2009, dit is de datum waarop eveneens de inwerkingtreding van de wet van 22 mei 2003 houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat geschiedt. Deze wet bezigt evenwel een nieuwe terminologie om de staatsdienst met afzonderlijk beheer te bepalen, te weten "Administratieve dienst met boekhoudkundige autonomie".
De steller van het ontwerp wordt erop gewezen dat hij de terminologie die hij bezigt dient af te stemmen op die van de voormelde wet van 22 mei 2003, tenzij men ervan uitgaat dat de inwerkingtreding van deze wet zou worden uitgesteld (1).
Bijzondere opmerkingen Dispositief Artikel 7 In de uitvoeringsbepaling dienen de minister of ministers belast met de uitvoering van het besluit nauwkeurig te worden aangewezen, met vermelding van hun bevoegdheden.
Bovendien is er geen reden om in de uitvoeringsbepaling een staatssecretaris te vermelden, ook al is hij thans belast met de aangelegenheid die geregeld wordt bij het besluit en heeft hij dit bijgevolg voorgedragen en medeondertekend (2).
De kamer was samengesteld uit : De heren : Y. Kreins, kamervoorzitter;
P. Vandernoot en Mevr. M. Daguet, staatsraden, Mevr. B. Vigneron, griffier.
Het verslag werd uitgebracht door de heer J.-L. Paquet, eerste auditeur.
De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst werd nagezien onder toezicht van de heer P. Vandernoot.
De griffier, B. Vigneron.
De voorzitter, Y. Kreins. _______ Nota's (1) Zie in dat verband het achtereenvolgens uitstellen van de inwerkingtreding, waarbij de laatste is geregeld bij artikel 2 van de wet van 21 december 2007 houdende diverse bepalingen (I). (2) Zie Beginselen van de wetgevingstechniek - Handleiding voor het opstellen van wetgevende en reglementaire teksten, www.raadvst-consetat.be, tab "Wetgevingstechniek", aanbeveling § 167.
18 DECEMBER 2008. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de samenstelling, de werkwijze en de bevoegdheden van het beheerscomité van de administratieve dienst met boekhoudkundige autonomie FEDOREST, belast met de organisatie van cateringactiviteiten ten behoeve van meerdere overheidsdiensten ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de programmawet van 08/06/2008, artikel 73;
Gelet op de wetten betreffende de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, artikel 140, ingevoegd bij de wet van 28 juni 1963;
Overwegende dat rekening moet worden gehouden met de bepalingen van de wet van 22 mei 2003 houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat, waarvan de inwerkingtreding is voorzien op 1 januari 2009, alsook met de uitvoerende bepalingen van deze wet;
Gelet op de adviezen van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 27 augustus 2008 en 11 september 2008;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Staatssecretaris voor Begroting, d.d. 22 september 2008;
Gelet op het advies 45.349/2 van de Raad van State, gegeven op 12 november 2008, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Eerste Minister, de Minister van Financiën en de Staatssecretaris voor Begroting en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK 1. - Samenstelling
Artikel 1.§ 1 Er wordt een beheerscomité opgericht dat tot taak heeft de werking van de administratieve dienst met boekhoudkundige autonomie 'Fedorest', hierna de « Dienst » genoemd, te sturen en op te volgen.
Het beheerscomité is als volgt samengesteld : 1. de voorzitter van het Directiecomité van de Federale Overheidsdienst (FOD) Financiën;2. de stafdirecteur Personeel en Organisatie van de FOD Financiën;3. de stafdirecteur Budget en Beheerscontrole van de FOD Financiën;4. een vertegenwoordiger van de FOD Budget en Beheerscontrole;5. een vertegenwoordiger van elk van de drie overheidsdiensten, met uitzondering van de FOD Financiën en de FOD Budget en Beheerscontrole, die de grootste bijdrage leveren in de dotatie van de Dienst. § 2. Aan elke vertegenwoordiger bedoeld in sub 2° tot 5° van dit artikel wordt een plaatsvervanger toegevoegd. Ingeval van verhindering van de voorzitter van de FOD Financiën, wordt hij vervangen door een management- of staffunctie -1 bij de FOD Financiën. § 3. De voorzitter wijst een secretaris aan. § 4. De leidend ambtenaar van de Dienst en de inspecteur van Financiën, geaccrediteerd bij de Minister van Financiën, wonen de vergaderingen van het beheerscomité met raadgevende stem bij.
Art. 2.§ 1. De vertegenwoordigers van de overheidsdiensten bedoeld onder artikel 1, § 1, 4° en 5°, worden aangesteld voor een periode van 3 jaar. De aanstelling ervan gebeurt door de Minister van Financiën, op voordracht van de bevoegde Ministers. § 2. Bij ontslag of overlijden wordt het lid onmiddellijk vervangen.
Het nieuwe lid voltooit het mandaat van zijn voorganger. HOOFDSTUK 2. - Werkwijze
Art. 3.De voorzitter van de FOD Financiën zit het beheerscomité de eerste drie jaar van de Dienst voor. Nadien wordt het voorzitterschap via beurtrol opgenomen door een vertegenwoordiger van één van de overheidsdiensten bepaald onder artikel 1, § 1, 4° en 5°.
Art. 4.§ 1. Het beheerscomité beraadslaagt onder het voorzitterschap van de voorzitter. Bij staking van stemmen, is de stem van de voorzitter van de vergadering beslissend. § 2. Het beheerscomité komt minstens viermaal per jaar samen, rekening houdend met de vereiste goedkeuringskalender binnen de begrotingscyclus. De voorzitter roept schriftelijk minstens acht werkdagen vooraf de leden samen en dit ambtshalve of op verzoek. De uitnodiging op verzoek geschiedt op initiatief van één of meerdere leden. De bijeenroeping vermeldt de agenda. De bijeenroeping op verzoek geeft de punten mee die de betrokken leden op de agenda plaatsen. § 3. Het beheerscomité kan slechts geldig beraadslagen indien de meerderheid van zijn leden aanwezig is. Indien dit quorum niet wordt bereikt, kan het comité, na een 2e bijeenroeping, geldig beraadslagen over dezelfde agenda en dit ongeacht het aantal aanwezige leden. § 4. Van de beraadslagingen worden notulen opgemaakt die door de voorzitter en de secretaris worden ondertekend. HOOFDSTUK 3. - Bevoegdheden
Art. 5.Het beheerscomité is inzonderheid belast met : 1. de vaststelling van de verdeelsleutel tot bijdrage in de dotatie van elke overheidsdienst, waarvan het personeel kan gebruik maken van de cateringfaciliteiten van de Dienst;2. de evaluatie en bijsturing van de voorziene toegangsmogelijkheden van overheidsdiensten tot de cateringfaciliteiten van de Dienst;3. de goedkeuring van het begrotingsontwerp en een eventuele begrotingsaanpassing evenals het gerelateerde personeels- en investeringsplan van de Dienst;4. de goedkeuring van de dotatieregeling, gerelateerd aan het begrotingsontwerp, ten behoeve van de Dienst;5. de aanduiding van de leidend ambtenaar van de Dienst;6. de aanduiding van en het toezicht op de rekenplichtige van de Dienst.Het comité keurt als toezichthoudend orgaan de trimestriële verzamelstaat van ontvangsten en uitgaven evenals de jaarlijkse beheersrekening goed; 7. de tussentijdse opvolging van het operationele en financiële beheer van de Dienst;8. de jaarlijkse bespreking en goedkeuring van de algemene rekening en het activiteitenverslag, en dit vóór 15 februari volgend op het begrotingsjaar waarop de rekening en het verslag betrekking hebben;9. de bepaling van het tariefbeleid in hoofde van de Dienst, binnen de krijtlijnen van het interdepartementaal kader;10. de opvolging van de integratie van bijkomende restaurants in de Dienst; 11. de bespreking van alle strategische beslissingen m.b.t. de Dienst; 12. de goedkeuring van de Service level agreements' die de Dienst afsluit;13. de opvolging van de kwaliteit van het intern controlesysteem en de bijsturingen op basis van aanbevelingen van de bevoegde interne auditdienst en van het Rekenhof. HOOFDSTUK 4. - Inwerkingtreding
Art. 6.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2009.
Art. 7.De Eerste Minister en de Minister bevoegd voor Financiën zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 18 december 2008.
De Eerste Minister, Y. LETERME De Minister van Financiën, D. REYNDERS De Staatssecretaris voor Begroting, M. WATHELET