gepubliceerd op 16 november 2006
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 november 2003 betreffende de aanduiding, de uitoefening en de weging van de managementfuncties in de openbare instellingen van de sociale zekerheid
17 OKTOBER 2006. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 november 2003 betreffende de aanduiding, de uitoefening en de weging van de managementfuncties in de openbare instellingen van de sociale zekerheid
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, inzonderheid op artikel 7, § 2, gewijzigd bij de wetten van 10 oktober 1967 en van 8 april 2003;
Gelet op de wet van 26 juli 1960 tot herinrichting van de instellingen voor kinderbijslag, inzonderheid op artikel 9, vervangen bij de wet van 8 april 2003;
Gelet op de wet van 25 april 1963 betreffende het beheer van de instellingen van openbaar nut voor sociale zekerheid en sociale voorzorg, inzonderheid op de artikelen 9, vervangen bij de wet van 8 april 2003 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 18 oktober 2004, en 18, gewijzigd bij de wetten van 29 december 1990 en van 8 april 2003 en bij het koninklijk besluit van 18 oktober 2004;
Gelet op de wet van 17 juli 1963 betreffende de overzeese sociale zekerheid, inzonderheid op artikel 2, § 2, gewijzigd bij de wetten van 21 december 1994 en van 8 april 2003;
Gelet op het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen, inzonderheid op artikel 21, §§ 5 en 6, vervangen bij de wet van 8 april 2003;
Gelet op het koninklijk besluit nr. 50 van 24 oktober 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers, inzonderheid op artikel 48, vervangen bij de wet van 8 april 2003;
Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op de artikelen 177, vervangen bij de wet van 29 april 1996 en gewijzigd bij de wetten van 14 januari 2002, 24 december 2002 en 8 april 2003, en 180, vervangen bij de wet van 8 april 2003;
Gelet op het koninklijk besluit van 3 april 1997 houdende maatregelen met het oog op de responsabilisering van de openbare instellingen van sociale zekerheid, met toepassing van artikel 47 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels, bekrachtigd bij de wet van 12 december 1997;
Gelet op het koninklijk besluit van 30 november 2003 betreffende de aanduiding, de uitoefening en de weging van de managementfuncties in de openbare instellingen van de sociale zekerheid, inzonderheid het artikel 8, vervangen bij het koninklijk besluit van 12 juli 2004;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 8 augustus 2005;
Gelet op het advies van het College van openbare instellingen van sociale zekerheid, gegeven op 13 september 2005;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken van 28 oktober 2005;
Gelet op het protocol van 18 januari 2006 van het Sectorcomité XX - Instellingen van sociale zekerheid;
Gelet op het advies 41.040/1/V van de Raad van State, gegeven op 17 augustus 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Begroting, Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Onze Minister van Middenstand en Landbouw, Onze Minister van Pensioenen, Onze Minister van Werk en Onze Minister van Ambtenarenzaken en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Aan artikel 8 van het koninklijk besluit van 30 november 2003 betreffende de aanduiding, de uitoefening en de weging van de managementfuncties in de openbare instellingen van de sociale zekerheid, vervangen bij het koninklijk besluit van 12 juli 2004, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 1, eerste lid, wordt vervangen als volgt : « § 1.De selectiecommissie wordt samengesteld uit : 1° de afgevaardigd bestuurder van SELOR - Selectiebureau van de Federale Overheid - of zijn afgevaardigde, voorzitter;2° één externe expert inzake management;3° één externe expert inzake human ressources management;4° één vertegenwoordiger van de representatieve werkgeversorganisaties;5° één vertegenwoordiger van de representatieve werknemersorganisaties;6° twee externe experts met ervaring of een bijzondere kennis van de materie die eigen is aan de te begeven functie;7° twee ambtenaren uit een andere federale overheidsdienst of programmatorische federale overheidsdienst, uit een federaal ministerie, uit een andere openbare instelling van sociale zekerheid dan degene waarvoor een selectieprocedure voor een managementfunctie wordt georganiseerd, uit een federale wetenschappelijke instelling, uit een federale instelling van openbaar nut of uit diensten van de Gewest- of Gemeenschapsregeringen of uit de Colleges van de Gemeenschapscommissies, die functies uitoefenen die minstens gelijkwaardig zijn aan de te begeven managementfunctie;8° een plaatsvervanger voor elk van de leden vermeld onder 2° tot 7°. Deze worden tezelfder tijd aangesteld als de vast aangestelde leden. » 2° § 1, tweede lid, wordt vervangen als volgt : « De taalpariteit wordt verzekerd binnen elk van de categorieën van effectieve en plaatsvervangende leden van de selectiecommissie bedoeld in het eerste lid, 6° en 7°.Het effectief lid bedoeld in het eerste lid, 2° en zijn plaatsvervanger behoren tot een andere taalaanhorigheid dan die van het effectief lid bedoeld in het eerste lid, 3°, en zijn plaatsvervanger. Het effectief lid bedoeld in het eerste lid, 4° en zijn plaatsvervanger behoren tot een andere taalaanhorigheid van die van het effectief lid bedoeld in het eerste lid, 5°, en zijn plaatsvervanger. De taalaanhorigheid van de leden, bedoeld in het eerste lid, 2° tot 6°, en hun plaatsvervangers, wordt bepaald door de taal van het getuigschrift of het diploma dat bewijst dat men geslaagd is voor de studies die in aanmerking worden genomen voor de beoordeling van de competentie die nodig is voor de opdracht binnen de selectiecommissie. De taalaanhorigheid van de leden, bedoeld in het eerste lid, 7°, en hun plaatsvervangers, wordt bepaald door de taalrol van de ambtenaar of door toepassing van de artikelen 35 tot 41 van de gewone wet van 9 augustus 1980 over de institutionele hervormingen. »; 3° § 1, vijfde lid, wordt vervangen al volgt : « Indien een managementfunctie uitsluitend vacant wordt verklaard voor kandidaten van één enkele taalrol, of indien er enkel kandiaten van één enkele taalrol overblijven na het onderzoek van de ontvankelijkheid van de kandidaturen door SELOR - Selectiebureau van de Federale Overheid, wordt de selectiecommissie samengesteld door één enkele vertegenwoordiger per categorie van leden bedoeld in het eerste lid, 2° tot 7°.Ze behoren tot dezelfde taalrol of taalaanhorigheid als deze van de kandidaat. De voorzitter van de selectiecommissie, als hij tot die taalrol of tot deze taalaanhorigheid behoort, dient niet te worden bijgestaan door een ambtenaar bedoeld in het vierde lid. »; 4° in § 4, vervallen de woorden « binnen vijftien werkdagen na de deliberatie door de selectiecommissie ».
Art. 2.Onze Ministers en Onze Staatssecretarissen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 17 oktober 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Begroting, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE De Minister van Middenstand en Landbouw, Mevr. S. LARUELLE De Minister van Pensioenen, B. TOBBACK De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN De Minister van Ambtenarenzaken, C. DUPONT