14 OKTOBER 2002. - Koninklijk besluit tot overname van opdrachten van de secretaris-generaal van het Ministerie van Justitie, andere dan die voor de toepassing van de statutaire bepalingen, door de voorzitter van het Directiecomité van de Federale Overheidsdienst Justitie

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op artikel 37 van de Grondwet;

Gelet op het koninklijk besluit van 19 februari 1956 houdende instelling van een vaste commissie tot bescherming van de maatschappij bij het Ministerie van Justitie, inzonderheid op artikel 4;

Gelet op het koninklijk besluit van 21 mei 1965 houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen, inzonderheid op artikel 24, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 26 september 1995;

Gelet op het koninklijk besluit van 27 november 1997 tot oprichting van het Secretariaat bij het college van procureurs-generaal, inzonderheid op artikel 7;

Gelet op het koninklijk besluit van 13 juni 1999 houdende de vaststelling van de verkiezingsprocedure van de leden van de Adviesraad van de magistratuur, gewijzigd bij koninklijk besluit van 22 maart 2002, inzonderheid op de artikelen 39 en 42;

Overwegende dat de Federale Overheidsdienst Justitie werd opgericht bij koninklijk besluit van 23 mei 2001;

Overwegende dat bij ministerieel besluit van 10 juli 2002 de Federale Overheidsdienst Justitie de diensten van het Ministerie van Justitie heeft overgenomen op datum van 15 juli 2002 en dat hoofdstuk I van het koninklijk besluit van 19 juli 2001 houdende diverse bepalingen betreffende de inwerkingstelling van de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten, in werking is getreden op die datum voor wat de Federale Overheidsdienst Justitie betreft;

Overwegende dat overeenkomstig artikel 9, van het koninklijk besluit van 19 juli 2001 houdende diverse bepalingen betreffende de inwerkingstelling van de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten, voor de toepassing van de statutaire bepalingen in de federale overheidsdiensten, de voorzitter van het Directiecomité de opdrachten overneemt van de secretaris-generaal;

Overwegende dat er voor de Federale Overheidsdienst Justitie, geen bepaling bestaat voor wat betreft de overname door de voorzitter van het Directiecomité van de opdrachten van de secretaris-generaal in het kader van de niet statutaire bepalingen;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 2 oktober 2002;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid dat de continuiteit van de dienst verzekerd blijft;

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 4 van het koninklijk besluit van 19 februari 1956 houdende instelling van een vaste commissie tot bescherming van de maatschappij bij het Ministerie van Justitie worden de woorden « secretaris-generaal van het Ministerie van Justitie » vervangen door de woorden « voorzitter van de Federale Overheidsdienst Justitie ».

Art. 2.In artikel 24, § 1, vierde streepje, van koninklijk besluit van 21 mei 1965 houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 26 september 1995, worden de woorden « secretaris-generaal van het Ministerie van Justitie » vervangen door de woorden « voorzitter van de Federale Overheidsdienst Justitie ».

Art. 3.In artikel 7, tweede lid, van het koninklijk besluit van 27 november 1997 tot oprichting van het Secretariaat bij het college van procureurs-generaal, worden de woorden « secretaris-generaal van het Ministerie van Justitie » vervangen door de woorden « voorzitter van de Federale Overheidsdienst Justitie ».

Art. 4.In artikel 39 van het koninklijk besluit van 13 juni 1999 houdende de vaststelling van de verkiezings-procedure van de leden van de Adviesraad van de magistratuur worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in 1°, worden de woorden « secretaris-generaal van het Ministerie van Justitie » vervangen door de woorden « voorzitter van de Federale Overheidsdienst Justitie »;b) in 2° en 3°, worden de woorden « secretaris-generaal » vervangen door de woorden « voorzitter »;c) in 5°, worden de woorden « het Ministerie van Justitie » vervangen door de woorden « de Federale Overheidsdienst Justitie »;d) in 6° worden de woorden « het Ministerie van Justitie, Secretariaat-generaal », vervangen door de woorden « de Federale Overheidsdienst Justitie, Staf van de voorzitter van het Directiecomité ». In artikel 42 van het koninklijk besluit van 13 juni 1999 houdende de vaststelling van de verkiezingsprocedure van de leden van de Adviesraad van de magistratuur worden de woorden « secretaris-generaal van het Ministerie van Justitie » vervangen door de woorden « voorzitter van de Federale Overheidsdienst Justitie ».

Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 15 juli 2002.

Art. 6.Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 14 oktober 2002.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, M. VERWILGHEN