gepubliceerd op 28 november 2003
Koninklijk besluit tot vaststelling van het tarief van de erelonen en de kosten voor de deskundigen aangewezen door de arbeidsgerechten in het kader van medische deskundige onderzoeken inzake de geschillen betreffende de tegemoetkomingen aan gehandicapten, de gezinsbijslag voor werknemers en zelfstandigen, de werkloosheidsverzekering en de regeling voor verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen
14 NOVEMBER 2003. - Koninklijk besluit tot vaststelling van het tarief van de erelonen en de kosten voor de deskundigen aangewezen door de arbeidsgerechten in het kader van medische deskundige onderzoeken inzake de geschillen betreffende de tegemoetkomingen aan gehandicapten, de gezinsbijslag voor werknemers en zelfstandigen, de werkloosheidsverzekering en de regeling voor verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op artikel 982 van het Gerechtelijk Wetboek, gewijzigd bij de wet van 26 juni 1992;
Gelet op de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders, inzonderheid op artikel 118 hersteld bij de wet van 30 december 1992;
Gelet op de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, inzonderheid op artikel 7, § 11, vierde lid, ingevoegd bij de wet van 13 februari 1998;
Gelet op de wet van 29 maart 1976 betreffende de gezinsbijslag voor zelfstandigen, inzonderheid op artikel 4bis , ingevoegd bij de wet van 20 december 1995;
Gelet op de wet van 27 februari 1987 betreffende de tegemoetkomingen aan personen met een handicap, inzonderheid op artikel 19, gewijzigd bij de wetten van 26 juni 1992 en 22 februari 1998;
Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 167;
Gelet op de wet van 13 februari 1998 houdende bepalingen tot bevordering van de tewerkstelling, inzonderheid op artikel 119, § 1, tweede lid;
Gelet op het koninklijk besluit van 12 januari 1993 tot vaststelling van het tarief van het ereloon en de kosten voor de geneesheer-deskundigen aangewezen inzake geschillen betreffende de tegemoetkomingen aan gehandicapten, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 mei 1994;
Gelet op het koninklijk besluit van 21 november 1994 tot vaststelling van het tarief van de erelonen en de kosten voor de medische deskundigen aangewezen inzake geschillen betreffende kinderbijslag voor werknemers;
Gelet op het koninklijk besluit van 19 maart 1996 houdende sommige bepalingen betreffende het stelsel van de sociale zekerheid der zelfstandigen, in uitvoering van titel IV van de wet van 20 december 1995 houdende sociale bepalingen, inzonderheid op hoofdstuk II;
Gelet op het koninklijk besluit van 25 juni 1997 tot vaststelling van het tarief van de erelonen en de kosten voor de deskundigen aangewezen door de arbeidsgerechten inzake de geschillen betreffende de regeling voor verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen;
Gelet op het koninklijk besluit van 11 april 1999 tot vaststelling van het tarief van de erelonen en kosten voor de medische deskundigen aangewezen door de arbeidsgerechten inzake de betwistingen in verband met de werkloosheidsverzekering, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 13 juli 2001;
Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers, gegeven op 3 september 2002;
Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening, gegeven op 5 september 2002;
Gelet op het advies van de Nationale Hoge Raad voor personen met een handicap, gegeven op 16 september 2002;
Gelet op het advies van het Algemeen Beheerscomité van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, gegeven op 30 september 2002;
Gelet op het advies van het Algemeen Beheerscomité voor het sociaal statuut van de zelfstandigen, gegeven op 17 oktober 2002;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 20 december 2002;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 7 april 2003;
Gelet op advies 35.285/1 van de Raad van State, gegeven op 26 juni 2003;
Op de voordracht van Onze Minister van Justitie, Onze Minister van Werk, Onze Minister van Sociale Zaken, Onze Minister van Middenstand en Onze Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.De staat van erelonen en kosten voor de deskundige onderzoeken uitgevoerd inzake de geschillen betreffende de tegemoetkomingen aan gehandicapten, de gezinsbijslag voor werknemers en zelfstandigen, de werkloosheidsverzekering en de regeling voor verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, wordt opgemaakt met toepassing van het volgende tarief : 1° persoonlijk ereloon van de deskundige : 298,52 euro of, indien hij een psychiater of een neuropsychiater is, 354, 08 euro;2° administratieve kosten : 89,32 euro;3° kosten voor bijkomende onderzoeken : a) medische onderzoeken andere dan die vermeld onder b) : de kosten worden bepaald volgens de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte ziekte-en invaliditeitsverzekering;b) onderzoeken uitgevoerd door een psychiater of een neuropsychiater : 175,00 euro;c) onderzoeken uitgevoerd door een psycholoog, met volledige reeks testen, of door een ergoloog : 121,35 euro;d) elk ander onderzoek of advies, niet bedoeld in a, b of c : 60,67 euro. Onder de in het eerste lid, 3°, bedoelde bijkomende onderzoeken wordt verstaan, onderzoeken uitgevoerd door andere personen dan de deskundige, op verzoek van deze laatste, evenals de onderzoeken uitgevoerd ingevolge een aanvullend onderzoek, bevolen door de rechter.
Voor de kosten betreffende de in het eerste lid, 3°, bedoelde bijkomende onderzoeken, vermeldt de deskundige op zijn staat van erelonen en kosten de verschillende bedragen die overeenstemmen met de verrichte onderzoeken, de datum waarop de onderzoeken zijn verricht, de naam van de persoon die ze verricht heeft evenals, in voorkomend geval, het nummer van de nomenclatuur dat overeenstemt met de verrichte prestatie.
Art. 2.De in artikel 1, eerste lid, 1°, 2° en 3°, b, c en d , vastgestelde bedragen worden op 1 januari van elk jaar gekoppeld aan de schommelingen van het indexcijfer van de consumptieprijzen. Daartoe worden ze vermenigvuldigd, op 1 januari van elk jaar, met een breuk, waarvan de teller het rekenkundig gemiddelde is van de indexcijfers van de consumptieprijzen van de maanden augustus tot november inbegrepen van het voorafgaande jaar, en de noemer 110,48.
Art. 3.De toepasselijke bedragen zijn die, van kracht op de datum van de neerlegging van het definitief verslag.
Art. 4.Artikel 7, § 11, vierde lid, van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, zoals ingevoerd door artikel 61, 2°, van de wet van 13 februari 1998 houdende bepalingen tot bevordering van de tewerkstelling, treedt in werking op de eerste dag van de maand na die waarin dit besluit is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad .
Art. 5.Opgeheven worden : 1° het koninklijk besluit van 12 januari 1993 tot vaststelling van het tarief van het ereloon en de kosten voor de geneesheer-deskundigen aangewezen inzake geschillen betreffende de tegemoetkomingen aan gehandicapten, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 mei 1994;2° het koninklijk besluit van 21 november 1994 tot vaststelling van het tarief van de erelonen en de kosten voor de medische deskundigen aangewezen inzake geschillen betreffende kinderbijslag voor werkhpnemers;3° hoofdstuk II van het koninklijk besluit van 19 maart 1996 houdende sommige bepalingen betreffende het stelsel van de sociale zekerheid der zelfstandigen, in uitvoering van titel IV van de wet van 20 december 1995 houdende sociale bepalingen;4° het koninklijk besluit van 25 juni 1997 tot vaststelling van het tarief van de erelonen en de kosten voor de deskundigen aangewezen door de arbeidsgerechten inzake de geschillen betreffende de regeling voor verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen;5° het koninklijk besluit van 11 april 1999 tot vaststelling van het tarief van de erelonen en kosten voor de medische deskundigen aangewezen door de arbeidsgerechten inzake de betwistingen in verband met de werkloosheidsverzekering, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 13 juli 2001.
Art. 6.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad .
Art. 7.Onze Minister van Justitie, Onze Minister van Werk, Onze Minister van Sociale Zaken, Onze Minister van Middenstand en Onze Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 14 november 2003.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE De Minister van Sociale Zaken, R. DEMOTTE De Minister van Middenstand, Mevr. S. LARUELLE De Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap, Mevr. M. SIMONIS