Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 14 februari 2017
gepubliceerd op 03 maart 2017

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 juni 2011 tot aanwijzing van de veiligheidsinstantie van de spoorwegen

bron
federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer
numac
2017010874
pub.
03/03/2017
prom.
14/02/2017
ELI
eli/besluit/2017/02/14/2017010874/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

14 FEBRUARI 2017. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 juni 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/06/2011 pub. 08/07/2011 numac 2011014165 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot aanwijzing van de veiligheidsinstantie van de spoorwegen sluiten tot aanwijzing van de veiligheidsinstantie van de spoorwegen


VERSLAG AAN DE KONING Sire, Dit koninklijk besluit beoogt in hoofdzaak een bepaling in te voegen die de onafhankelijkheid garandeert van de jury SELOR, die de leden van de directie van de Dienst Veiligheid en Interoperabiliteit van de spoorwegen aanwijst, ten opzichte van elke spoorwegonderneming of elke infrastructuurbeheerder, en dit om tegemoet te komen aan een vraag van de Europese Commissie in het kader van de EU Pilot 8107/15 "Manque d'indépendance du Service de Sécurité et d'interopérabilité des Chemins de Fer".

Daarnaast voorziet het besluit in het verbeteren van materiële fouten en in het vervangen van verwijzingen naar de opgeheven wet van 19 december 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/12/2006 pub. 23/01/2007 numac 2006014300 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet betreffende de exploitatieveiligheid van de spoorwegen type wet prom. 19/12/2006 pub. 16/02/2007 numac 2007014067 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet tot wijziging van de wet van 6 april 1995 betreffende de voorkoming van verontreiniging van de zee door schepen met betrekking tot aangelegenheden als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet sluiten door verwijzingen naar de Spoorcodex.

Uitleg per artikel Artikel 1 De verwijzingen naar de wet van 19 december 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/12/2006 pub. 23/01/2007 numac 2006014300 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet betreffende de exploitatieveiligheid van de spoorwegen type wet prom. 19/12/2006 pub. 16/02/2007 numac 2007014067 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet tot wijziging van de wet van 6 april 1995 betreffende de voorkoming van verontreiniging van de zee door schepen met betrekking tot aangelegenheden als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet sluiten worden vervangen door verwijzingen naar de Spoorcodex.

Artikel 2 De wijziging in dit artikel strekt ertoe tegemoet te komen aan de EU Pilot 8107/15 waarin de Europese Commissie opmerkte dat de mogelijkheid voor spoorwegoperatoren om deel te nemen aan een jury voor de selectie van leden van de directie van de Dienst Veiligheid en Interoperabiliteit van de Spoorwegen, niet in overeenstemming is met artikel 16 (1) van de richtlijn 2004/49/EG. Dit artikel voegt negen nieuwe leden toe aan artikel 6 van het koninklijk besluit van 22 juni 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/06/2011 pub. 08/07/2011 numac 2011014165 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot aanwijzing van de veiligheidsinstantie van de spoorwegen sluiten waarin een procedure wordt uitgewerkt voor de samenstelling van een SELOR jury die onafhankelijk is van elke spoorwegonderneming en van elke infrastructuurbeheerder.

Deze procedure is geïnspireerd aan andere procedures voor de aanwerving van overheidspersoneel.

Overwegende dat de Raad van State in zijn advies nr. 60.563/4, gegeven op 28 december 2016, opmerkt dat de gewestregeringen bij het uitwerken van dit besluit dienen betrokken te worden.

Overwegende dat dit standpunt niet kan worden gevolgd. Dit besluit betreft inderdaad de uitwerking van regels met betrekking tot de interne organisatie van een federale overheidsdienst, wat geen materie is zoals bedoeld in artikel 6, § 4, 3°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, te weten het ontwerpen van regels van algemene politie en van reglementering op het verkeer en vervoer alsook van de technische voorschriften inzake verkeers- en vervoermiddelen, zodat de gewestregeringen niet dienen te worden betrokken.

Artikelen 3, 4 en 5 Deze artikelen verbeteren materiële fouten in respectievelijk de artikelen 9, 13 en 17 van het koninklijk besluit van 22 juni 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/06/2011 pub. 08/07/2011 numac 2011014165 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot aanwijzing van de veiligheidsinstantie van de spoorwegen sluiten.

Artikelen 6 en 7 Deze artikelen behoeven geen uitleg.

Wij hebben de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaars, De Minister van Middenstand, W. BORSUS De Minister van Mobiliteit, F. BELLOT

ADVIES 60.563/4 VAN 28 DECEMBER 2016 VAN DE RAAD VAN STATE, AFDELING WETGEVING, OVER EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT `TOT WIJZIGING VAN HET KONINKLIJK BESLUIT VAN 22 JUNI 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/06/2011 pub. 08/07/2011 numac 2011014165 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot aanwijzing van de veiligheidsinstantie van de spoorwegen sluiten TOT AANWIJZING VAN DE VEILIGHEIDSINSTANTIE VAN DE SPOORWEGEN' Op 30 november 2016 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Minister van Middenstand, Zelfstandigen, K.M.O.'s, Landbouw, en Maatschappelijke Integratie verzocht binnen een termijn van dertig dagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit `tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 juni 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/06/2011 pub. 08/07/2011 numac 2011014165 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot aanwijzing van de veiligheidsinstantie van de spoorwegen sluiten tot aanwijzing van de veiligheidsinstantie van de spoorwegen' .

Het ontwerp is door de vierde kamer onderzocht op 28 december 2016. De kamer was samengesteld uit Pierre Liénardy, kamervoorzitter, Bernard Blero en Wanda Vogel, staatsraden, en Anne-Catherine Van Geersdaele, griffier.

Het verslag is uitgebracht door Yves Chauffoureaux, eerste auditeur.

De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het advies is nagezien onder toezicht van Martine Baguet.

Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 28 december 2016.

Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande vormvereisten.

Wat deze drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerking.

Onderzoek van het ontwerp Net zoals dat het geval was voor het koninklijk besluit van 22 juni 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/06/2011 pub. 08/07/2011 numac 2011014165 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot aanwijzing van de veiligheidsinstantie van de spoorwegen sluiten `tot aanwijzing van de veiligheidsinstantie van de spoorwegen', waarvan het voorliggende ontwerp de wijziging beoogt, moeten, overeenkomstig artikel 6, § 4, 3°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten `tot hervorming der instellingen', de drie gewestregeringen betrokken worden bij het uitwerken van dit ontwerp (1).

Van het vervullen van dit voorafgaand vormvereiste dient melding te worden gemaakt in de aanhef. (1) Zie advies 49.520/4, gegeven op 11 mei 2011 over een ontwerp dat ontstaan gegeven heeft aan het koninklijk besluit van 22 juni 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/06/2011 pub. 08/07/2011 numac 2011014165 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot aanwijzing van de veiligheidsinstantie van de spoorwegen sluiten `tot aanwijzing van de veiligheidsinstantie van de spoorwegen'.

De griffier, De voorzitter, A.-C. Van Geersdaele. P. Liénardy.


14 FEBRUARI 2017. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 juni 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/06/2011 pub. 08/07/2011 numac 2011014165 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot aanwijzing van de veiligheidsinstantie van de spoorwegen sluiten tot aanwijzing van de veiligheidsinstantie van de spoorwegen FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de Spoorcodex, de artikelen 72 en 73, § 2;

Gelet op het koninklijk besluit van 22 juni 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/06/2011 pub. 08/07/2011 numac 2011014165 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot aanwijzing van de veiligheidsinstantie van de spoorwegen sluiten tot aanwijzing van de veiligheidsinstantie van de spoorwegen;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 18 mei 2016;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 4 juli 2016;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 13 juli 2016;

Gelet op het protocol nr. 2016/01 van het Sectorcomité VI;

Gelet op advies nr. 60.563/4 van de Raad van State, gegeven op 28 december 2016, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op de impactanalyse van de regelgeving, uitgevoerd overeenkomstig artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging;

Op de voordracht van de Minister van Middenstand, die het gezag uitoefent over de Dienst Veiligheid en Interoperabiliteit der Spoorwegen, en van de Minister van Mobiliteit, en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 2 van het koninklijk besluit van 22 juni 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/06/2011 pub. 08/07/2011 numac 2011014165 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot aanwijzing van de veiligheidsinstantie van de spoorwegen sluiten tot aanwijzing van de veiligheidsinstantie van de spoorwegen worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de bepaling onder 1° wordt opgeheven;2° in de bepaling onder 3° worden de woorden "10 van de wet" vervangen door de woorden "72 van de Spoorcodex";3° in de bepaling onder 4° worden de woorden "11, § 2, tweede lid, van de wet" vervangen door de woorden "73, § 2, tweede lid van de Spoorcodex".

Art. 2.Artikel 6 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met negen leden, luidende : "De selectiecommissie wordt samengesteld uit vijf leden : 1° de afgevaardigd bestuurder van SELOR of zijn afgevaardigde, voorzitter;2° één expert inzake management niet verbonden aan de Dienst Veiligheid en Interoperabiliteit der Spoorwegen van de Franse taalrol en één expert inzake management niet verbonden aan de Dienst Veiligheid en Interoperabiliteit der Spoorwegen van de Nederlandse taalrol die geen enkele functie of activiteit, al dan niet bezoldigd, uitoefenen bij een spoorwegonderneming of bij een infrastructuurbeheerder;3° één onafhankelijke expert niet verbonden aan de Dienst Veiligheid en Interoperabiliteit der Spoorwegen van de Franse taalrol en één onafhankelijke expert niet verbonden aan de Dienst Veiligheid en Interoperabiliteit der Spoorwegen van de Nederlandse taalrol met ervaring of een bijzondere kennis van de spoorwegsector en die geen enkele functie of activiteit, al dan niet bezoldigd, uitoefenen bij een spoorwegonderneming of bij een infrastructuurbeheerder. De taalaanhorigheid wordt bepaald door de taal van het getuigschrift of het diploma dat bewijst dat men geslaagd is voor de studies die in aanmerking worden genomen voor de beoordeling van de competentie die nodig is voor de expertiseopdracht.

De profielen van de leden van de selectiecommissie worden bepaald door SELOR in samenspraak met de Minister.

Wanneer een functie wordt vacant verklaard voor kandidaten van twee taalrollen, dienen de voorzitter van de selectiecommissie of zijn afgevaardigde hetzij de kennis van de tweede taal bewezen te hebben conform artikel 43, § 3, derde lid, van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, hetzij te worden bijgestaan door een ambtenaar die deze kennis heeft bewezen.

Wanneer een functie uitsluitend vacant wordt verklaard voor kandidaten van één enkele taalrol, of wanneer er enkel kandidaten van één enkele taalrol overblijven na het onderzoek van de ontvankelijkheid van de kandidaturen door SELOR - Selectiebureau van de Federale Overheid, wordt de selectiecommissie samengesteld door één enkele vertegenwoordiger per categorie van leden bedoeld in het tweede lid, 2° en 3°.Ze behoren tot dezelfde taalrol of taalaanhorigheid als deze van de kandidaat. De voorzitter van de selectiecommissie of zijn afgevaardigde, als hij tot die taalrol of tot deze taalaanhorigheid behoort, dienen niet te worden bijgestaan door een ambtenaar bedoeld in het vijfde lid.

De afgevaardigd bestuurder van SELOR deelt de samenstelling van de selectiecommissie mee aan de Minister. Deze brengt dadelijk de regeringsleden op de hoogte, die over een termijn van zeven werkdagen beschikken om hem hun bezwaren kenbaar te maken. In dit geval legt de Minister een volledig dossier ter beslissing voor aan de Ministerraad, nadat hiervan een kopie werd overgemaakt aan het betrokken regeringslid.

Als de Ministerraad op basis van het dossier dat voorgelegd werd door de Minister, een lid van de selectiecommissie wraakt, benoemt SELOR - Selectiebureau van de Federale Overheid - een ander lid; in dat geval is het lid zeven van toepassing.

De selectiecommissie kan slechts op geldige wijze overgaan tot het horen van de kandidaten en tot de deliberatie voor zover de meerderheid van de leden aanwezig is, minstens twee van de leden tot de taalrol van de kandidaat behoren en elke categorie van leden bedoeld in tweede lid vertegenwoordigd is.

Alleen de leden van de selectiecommissie die hebben deelgenomen aan het horen van al de kandidaten, kunnen deelnemen aan de deliberatie met het oog op de indeling van de kandidaten in de groepen "geschikt" of "niet-geschikt" en met het oog op hun rangschikking in de groep "geschikt". Geen enkel lid kan zich onthouden. Na afloop van de selectie, stelt SELOR een gemotiveerd en omstandig selectieverslag op dat toelaat de kandidaten per taalrol in te schrijven en ze in te delen in de categorieën "geschikt" en "niet geschikt" en ze te rangschikken binnen de categorie "geschikt". De kandidaten worden in kennis gesteld van hun inschrijving in één van de groepen. Een bijkomend onderhoud met de kandidaten van de groep `geschikt' wordt ingepland teneinde een vergelijking te kunnen maken op niveau van competenties zoals beschreven in de functiebeschrijving en het competentieprofiel van de bijhorende functie. Dit onderhoud wordt geleid door de Minister. Een verslag van elk onderhoud wordt opgemaakt en bij het aanstellingsdossier gevoegd. ".

Art. 3.In artikel 9, tweede lid, van hetzelfde besluit, in de Nederlandse tekst, worden de woorden "audit.Het" vervangen door de woorden "audit. Het".

Art. 4.In artikel 13, vierde lid, van hetzelfde besluit, in de Nederlandse tekst, wordt het woord "personneelsleden" vervangen door het woord "personeelsleden".

Art. 5.Artikel 17, tweede lid, van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 6.Artikel 18 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt: « De minister bevoegd voor het spoorwegvervoer en de minister bevoegd voor het uitoefenen van het gezag over de Dienst Veiligheid en Interoperabiliteit der Spoorwegen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.".

Art. 7.De minister bevoegd voor het spoorwegvervoer en de minister bevoegd voor het uitoefenen van het gezag over de Dienst Veiligheid en Interoperabiliteit der Spoorwegen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 14 februari 2017.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Middenstand, W. BORSUS De Minister van Mobiliteit, F. BELLOT

^