14 FEBRUARI 2006. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers gecoördineerd op 28 juni 1971, inzonderheid op artikelen 10, eerste lid, en 11, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 10 juni 2001;

Gelet op het koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers, inzonderheid op artikel 16, vervangen bij het koninklijk besluit van 22 juni 2004 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 10 november 2004, en de artikelen 18, 20, 2°, 21, § 1, 9°, 41 en 43, vervangen bij het koninklijk besluit van 22 juni 2004;

Gelet op het advies van de Nationale Arbeidsraad, van 12 juli 2005;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 24 mei 2005;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 21 novembre 2005;

Gelet op het advies nr. 39.530/1 van de Raad van State, gegeven op 15 december 2005, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Onze Ministrer van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 16 van het koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers, vervangen bij het koninklijk besluit van 22 juni 2004 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 10 november 2004, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in 18° vervallen de woorden « of een adoptieverlof »;2° het wordt aangevuld als volgt : « 19° een adoptieverlof ».

Art. 2.In artikel 18 van hetzelfde koninklijk besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 22 juni 2004, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid, 8°, vervallen telkens de woorden « of adoptieverlof » en « of § 3 »;2° het eerste lid wordt aangevuld als volgt : « 9° in geval van adoptieverlof bedoeld in de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten en in de wet van 1 april 1936 op de arbeidsovereenkomsten wegens dienst op binnenschepen : tot de periodes van arbeidsonderbreking bij toepassing van artikel 30ter, § 1, van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten of van artikel 25sexies, § 1, van de wet van 1 april 1936 op de arbeidsovereenkomsten wegens dienst op binnenschepen.»

Art. 3.In artikel 20, 2°, van hetzelfde koninklijk besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 22 juni 2004, worden de woorden « en 18 » vervangen door de woorden « , 18° en 19° ».

Art. 4.In artikel 21, § 1, 9°, van hetzelfde koninklijk besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 22 juni 2004, worden de woorden « en 19° » toegevoegd na de woorden « artikel 16, 18° ».

Art. 5.In artikel 41 van hetzelfde koninklijk besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 22 juni 2004, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in 15° vervallen de woorden « of een adoptieverlof »;2° het wordt aangevuld als volgt : « 16° een adoptieverlof » .

Art. 6.In artikel 43 van hetzelfde koninklijk besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 22 juni 2004, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in 7°, vervallen telkens de woorden « of adoptieverlof » en « of § 3 »;2° het wordt aangevuld als volgt : « 8° in geval van adoptieverlof bedoeld in de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten en in de wet van 1 april 1936 op de arbeidsovereenkomsten wegens dienst op binnenschepen : tot de periodes van arbeidsonderbreking bij toepassing van artikel 30ter, § 1, van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten of van artikel 25sexies, § 1, van de wet van 1 april 1936 op de arbeidsovereenkomsten wegens dienst op binnenschepen.»

Art. 7.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 25 juli 2004.

Art. 8.Onze Minister van Sociale Zaken en Onze Minister van Werk zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 14 februari 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, R. DEMOTTE De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN