gepubliceerd op 03 februari 2017
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 november 2015, gesloten in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers, betreffende de wijziging en de coördinatie van de statuten van het sociaal fonds genaamd "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers" de dato 1 augustus 2015
14 DECEMBER 2016. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 november 2015, gesloten in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers, betreffende de wijziging en de coördinatie van de statuten van het sociaal fonds genaamd "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers" de dato 1 augustus 2015 (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 26 november 2015, gesloten in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers, betreffende de wijziging en de coördinatie van de statuten van het sociaal fonds genaamd "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers" de dato 1 augustus 2015.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 14 december 2016.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 november 2015 Wijziging en coördinatie van de statuten van het sociaal fonds genaamd "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers" de dato 1 augustus 2015 (Overeenkomst geregistreerd op 3 maart 2016 onder het nummer 131938/CO/120.01)
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, de werklieden en werksters van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers.
Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt onder "werklieden" verstaan : de werklieden en de werksters.
Art. 2.De gecoördineerde statuten van het sociaal fonds genaamd "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers" zijn bijgevoegd als bijlage.
Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 augustus 2015 en is gesloten voor onbepaalde duur.
Zij kan door één van de partijen worden opgezegd mits een opzegging van zes maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitster van het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers.
Art. 4.De collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 1960 tot oprichting van het sociaal fonds genaamd "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers" en tot vaststelling van zijn statuten (koninklijk besluit van 19 augustus 1960 - Belgisch Staatsblad van 21 september 1960), gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 september 1990 (koninklijk besluit van 16 januari 1991 - Belgisch Staatsblad van 21 februari 1991), door de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 november 1993 (koninklijk besluit van 30 september 1994 - Belgisch Staatsblad van 19 oktober 1994), door de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 november 2001 (koninklijk besluit van 5 juni 2004 - Belgisch Staatsblad van 6 juli 2004), door de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 september 2006 (geregistreerd op 15 januari 2007 onder het nr. 81607), door de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 november 2007 (koninklijk besluit van 2 juni 2008 - Belgisch Staatsblad van 16 september 2008) en door de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 mei 2009 (koninklijk besluit van 10 oktober 2010 - Belgisch Staatsblad van 8 november 2010) wordt opgeheven.
Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst annuleert en vervangt de arbeidsovereenkomst van 11 mei 2009 (nr. 95606/CO/120.01).
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 14 december 2016.
De Minister van Werk, K. PEETERS
Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 november 2015, gesloten in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers, betreffende de wijziging en de coördinatie van de statuten van het sociaal fonds genaamd "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers" de dato 1 augustus 2015 GECOÖRDINEERDE STATUTEN HOOFDSTUK I. - Benaming, zetel, doel, duur
Artikel 1.Met ingang van 1 september 1960 wordt een fonds voor bestaanszekerheid opgericht, genaamd "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers".
Art. 2.De maatschappelijke zetel van het fonds is gevestigd op het volgende adres : Avenue du Parc 42 te 4650 Chaineux.
Art. 3.Het fonds heeft tot doel : 1) de toekenning, de financiering en de uitkering te verzekeren van de aanvullende sociale voordelen inzake sociale zekerheid, verleend bij beslissing van het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers;2) de organisatie van de vakopleiding van de jonge arbeiders;3) de arbeidsgeneeskunde;4) de initiatieven inzake vorming ten gunste van de risicogroepen;5) de tewerkstellings- en vormingsinitiatieven;6) de bijdragen te innen nodig voor de werking van het fonds.
Art. 4.Het fonds wordt opgericht voor onbepaalde tijd.
Elk van de in het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers vertegenwoordigde werkgevers- en werknemersorganisaties kan opzeggen mits naleving van een opzeggingstermijn van zes maanden, betekend per aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van voornoemd paritair subcomité. HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied
Art. 5.Deze statuten zijn van toepassing op de werkgevers en de werklieden door hen tewerkgesteld die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers (P.S.C. 120.01).
In deze statuten wordt onder "werklieden" verstaan : de werklieden en werksters, en onder "werkman" : de werkman en werkster. HOOFDSTUK III. - Sociale voordelen Afdeling 1. - Beroepsopleiding van de jonge werknemers
Art. 6.Er wordt een beroepsopleiding georganiseerd op het niveau van de bedrijfstak ten gunste van de jonge werknemers die één of meerdere beroepen kiezen in de textielsector, waarvan de lijst wordt opgesteld door het beheerscomité van het fonds voor bestaanszekerheid genaamd "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers".
Art. 7.Om te worden toegelaten tot de beroepsopleiding moeten de jonge meisjes en jongens de leeftijd bereikt hebben die vereist is door de wettelijke en reglementaire bepalingen inzake technisch onderwijs.
Art. 8.De beroepsopleiding omvat een technische, praktische en theoretische vorming en een algemene vorming.
Art. 9.De cyclus van deze beroepsopleiding, het programma en het uurrooster zijn, voor elk van de beroepen, overeenkomstig de wettelijke en reglementaire bepalingen inzake technisch onderwijs.
Art. 10.Het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers bepaalt elk jaar het bedrag en de aard van de toelagen of sociale voordelen die eventueel worden toegekend tijdens de beroepsopleiding.
Art. 11.De jonge werknemers die de cyclus van de beroepsopleiding hebben voltooid, leggen een examen af om het bewijs te leveren dat zij de vereiste capaciteiten bezitten om het gekozen beroep uit te oefenen.
Het beheerscomité van het fonds voor bestaanszekerheid genaamd "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers" bepaalt, overeenkomstig de wettelijke en reglementaire bepalingen, de vorm, het programma en de procedure van de examens, evenals de samenstelling van de jury's; deze moeten samengesteld zijn uit vertegenwoordigers van de werknemers en uit vertegenwoordigers van de werkgevers van de bedrijfstak.
Art. 12.De examenjury's leveren een "bekwaamheidsattest" af aan de jonge werknemers die met succes het examen van beroepsopleiding hebben afgelegd. Afdeling 2. - Arbeidsgeneeskunde
Art. 13.De externe dienst voor preventie en bescherming op het werk (E.D.P.B.) besteedt haar activiteit aan de preventieve geneeskunde en bescherming op het werk, met uitzondering van de curatieve geneeskunde, onder de voorwaarden bepaald in de volgende artikelen.
Art. 14.Op vraag van de werkgever gaat de externe dienst voor preventie en bescherming op het werk over tot klinische radiologische medische onderzoeken en oefent de administratieve formaliteiten uit overeenkomstig de wettelijke bepalingen van de wet van 4 augustus 1996Relevante gevonden documenten type wet prom. 04/08/1996 pub. 24/07/1997 numac 1996015142 bron ministerie van buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende goedkeuring van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Arabische Republiek Egypte tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen, ondertekend te Kaïro op 3 januari 1991 type wet prom. 04/08/1996 pub. 08/06/2005 numac 2005015073 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende instemming met de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek Gabon tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, ondertekend te Brussel op 14 januari 1993 sluiten en inzake beroepsziekten.
Art. 15.Op vraag van de werkgever gaat de externe dienst voor preventie en bescherming op het werk over tot aanwervingsonderzoeken.
Art. 16.De externe dienst voor preventie en bescherming op het werk, aangeduid overeenkomstig het koninklijk besluit van 27 maart 1998Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 27/03/1998 pub. 31/03/1998 numac 1998012228 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk sluiten, geeft de werknemers raad inzake het beheer van de risico's in de ondernemingen.
Art. 17.De externe dienst voor preventie en bescherming op het werk kan eveneens belast worden met elke taak waarover het beheerscomité van het fonds voor bestaanszekerheid genaamd "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers", beslist. Afdeling 3. - Initiatieven inzake opleiding ten gunste
van de risicogroepen
Art. 18.In uitvoering van de wet van 3 april 1995Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/04/1995 pub. 03/06/2010 numac 2010000321 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot bevordering van de tewerkstelling Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, hoofdstuk II, houdende maatregelen ter bevordering van de werkgelegenheid moeten de werkgevers onderworpen aan de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 26 december 1944 betreffende de sociale zekerheid van de werknemers, voor het jaar 1995, een inspanning doen van 0,15 pct. berekend op basis van het globale loon van de werknemers, zoals bedoeld in artikel 23 van de wet van 29 juni 1981Relevante gevonden documenten type wet prom. 29/06/1981 pub. 31/05/2011 numac 2011000295 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers. - Officieuze coördinatie in het Duits type wet prom. 29/06/1981 pub. 02/09/2014 numac 2014000386 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen type wet prom. 29/06/1981 pub. 17/11/2015 numac 2015000647 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers.
Voor het jaar 1996 zijn de werkgevers een bijdrage verschuldigd van 0,20 pct. die het volgende omvat : - de besteding van 0,15 pct. bepaald door voornoemde wet van 3 april 1995Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/04/1995 pub. 03/06/2010 numac 2010000321 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende maatregelen tot bevordering van de tewerkstelling Officieuze coördinatie in het Duits sluiten; - de besteding van 0,05 pct. bepaald door de wet van 22 december 1995, hoofdstuk IV, houdende maatregelen met het oog op de uitvoering van het meerjarenplan voor de werkgelegenheid.
Voor de jaren 1997 en 1998 storten de werkgevers een bijdrage van 0,20 pct. die het volgende omvat : - een inspanning van 0,10 pct. in uitvoering van het koninklijk besluit van 27 januari 1997, hoofdstuk II, houdende maatregelen ter bevordering van de werkgelegenheid bij toepassing van artikel 7, § 2 van de wet van 26 juli 1996 betreffende de bevordering van de werkgelegenheid en de preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen; - een inspanning van 0,10 pct. toegestaan door het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers.
Voor de jaren 1999 en 2000 storten de werkgevers een bijdrage van 0,20 pct. die het volgende omvat : - een inspanning van 0,10 pct. in uitvoering van artikel 105 van de wet van 26 maart 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/03/1999 pub. 01/04/1999 numac 1999012205 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Wet betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen sluiten betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998; - een inspanning van 0,10 pct. toegestaan door het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers.
Voor de jaren 2001 en 2002 storten de werkgevers een bijdrage van 0,20 pct. die het volgende omvat : - een inspanning van 0,10 pct. in uitvoering van het interprofessioneel akkoord van 22 december 2000 voor de jaren 2001-2002; - een inspanning van 0,10 pct. toegestaan door het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers.
Voor de jaren 2003 en 2004 storten de werkgevers een bijdrage van 0,20 pct. die het volgende omvat : - een inspanning van 0,10 pct. in uitvoering van het interprofessioneel akkoord van 17 januari 2003 voor de jaren 2003-2004; - een inspanning van 0,10 pct. toegestaan door het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers.
Voor de jaren 2005 en 2006 storten de werkgevers een bijdrage van 0,20 pct. die het volgende omvat : - een inspanning van 0,10 pct. in uitvoering van de wet van 3 juli 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/07/2005 pub. 19/07/2005 numac 2005012166 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet houdende diverse bepalingen betreffende het sociaal overleg sluiten houdende wettelijke uitvoering van het ontwerp van interprofessioneel akkoord voor de jaren 2005-2006 (Belgisch Staatsblad van 19 juli 2005); - een inspanning van 0,10 pct. toegestaan door het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers.
Voor de jaren 2007 tot 2010 storten de werkgevers een bijdrage van 0,20 pct. die het volgende omvat : - een inspanning van 0,10 pct. in uitvoering van artikel 30 van de wet betreffende het Generatiepact van 23 december 2005 - zoals gewijzigd bij artikel 24 van de wet van 17 mei 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/05/2007 pub. 19/06/2007 numac 2007012208 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet houdende uitvoering van het interprofessioneel akkoord voor de periode 2007-2008 sluiten houdende uitvoering van het interprofessioneel akkoord voor de jaren 2007-2008; - een inspanning van 0,10 pct. toegestaan door het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers. Afdeling 4. - Tewerkstellings- en vormingsinitiatieven
Art. 19.- In uitvoering van het interprofessioneel akkoord 1999-2000 doet de textielsector een bijkomende inspanning inzake vorming. Deze bijkomende inspanning wordt uitgevoerd door een bijdrage van 0,10 pct. op de lonen van de jaren 1999-2000. - In uitvoering van het interprofessioneel akkoord 2001-2002 doet de textielsector een bijkomende inspanning inzake vorming. Deze bijkomende inspanning wordt uitgevoerd door een bijdrage van 0,10 pct. op de lonen van de jaren 2001-2002. - In uitvoering van het interprofessioneel akkoord 2003-2004 doet de textielsector een bijkomende inspanning inzake vorming. Deze bijkomende inspanning wordt uitgevoerd door een bijdrage van 0,10 pct. op de lonen van de jaren 2003-2004. - In uitvoering van de wet van 3 juli 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/07/2005 pub. 19/07/2005 numac 2005012166 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet houdende diverse bepalingen betreffende het sociaal overleg sluiten houdende wettelijke uitvoering van het ontwerp van interprofessioneel akkoord 2005-2006 doet de textielsector een bijkomende inspanning inzake vorming. Deze bijkomende inspanning wordt uitgevoerd door een bijdrage van 0,10 pct. op de lonen van de jaren 2005-2006. - In uitvoering van artikel 30 van de wet betreffende het Generatiepact van 23 december 2005 - zoals gewijzigd bij artikel 24 van de wet van 17 mei 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/05/2007 pub. 19/06/2007 numac 2007012208 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet houdende uitvoering van het interprofessioneel akkoord voor de periode 2007-2008 sluiten houdende uitvoering van het interprofessioneel akkoord voor de jaren 2007-2008 doet de textielsector een bijkomende inspanning inzake vorming. Deze bijkomende inspanning wordt uitgevoerd door een bijdrage van 0,10 pct. op de lonen van de jaren 2007-2010.
De textielsector neemt ook een deel voor haar rekening in de verbintenis om een bijkomende inspanning te doen inzake permanente vorming, met als doel België op de weg te zetten die na 6 jaar zal leiden tot een gemiddeld niveau van de drie buurlanden. - Voor de jaren 1999-2000 wordt een trekkingsrecht ingesteld met een maximum van 0,10 pct. van de loonmassa van de werklieden. Het trekkingsrecht wordt toegekend aan de onderneming die uiterlijk op 31 december 1999 bij het fonds voor bestaanszekerheid een vormingsplan indient dat goedgekeurd is door de ondernemingsraad.
De onderneming kan zich beperken tot een enkel vormingsplan voor 1999-2000. - Voor de jaren 2001-2002 wordt dit trekkingsrecht, met een maximum van 0,10 pct. van de loonmassa van de werklieden, verlengd. Het trekkingsrecht wordt toegekend aan de onderneming die uiterlijk op 31 december 2001 bij het fonds voor bestaanszekerheid een vormingsplan indient dat goedgekeurd is door de ondernemingsraad.
De onderneming kan zich beperken tot een enkel vormingsplan voor 2001-2002. - Voor de jaren 2003-2004 wordt dit trekkingsrecht, met een maximum van 0,10 pct. van de loonmassa van de werklieden, verlengd. Het trekkingsrecht wordt toegekend aan de onderneming die uiterlijk op 31 december 2003 bij het fonds voor bestaanszekerheid een vormingsplan indient dat goedgekeurd is door de ondernemingsraad.
De onderneming kan zich beperken tot een enkel vormingsplan voor 2003-2004. - Voor de jaren 2005-2006 wordt dit trekkingsrecht, met een maximum van 0,10 pct. van de loonmassa van de werklieden, verlengd. Het trekkingsrecht wordt toegekend aan de onderneming die uiterlijk op 31 december 2005 bij het fonds voor bestaanszekerheid een vormingsplan indient dat goedgekeurd is door de ondernemingsraad.
De onderneming kan zich beperken tot een enkel vormingsplan voor 2005-2006. - Voor de jaren 2007-2008 wordt dit trekkingsrecht, met een maximum van 0,10 pct. van de loonmassa van de werklieden, verlengd. Het trekkingsrecht wordt toegekend aan de onderneming die uiterlijk op 31 december 2007 bij het fonds voor bestaanszekerheid een vormingsplan indient dat goedgekeurd is door de ondernemingsraad.
De onderneming kan zich beperken tot een enkel vormingsplan voor 2007-2008. - Voor de jaren 2009-2010 wordt dit trekkingsrecht, met een maximum van 0,10 pct. van de loonmassa van de werklieden, verlengd. Het trekkingsrecht wordt toegekend aan de onderneming die uiterlijk op 31 december 2009 bij het fonds voor bestaanszekerheid een vormingsplan indient dat goedgekeurd is door de ondernemingsraad.
De onderneming kan zich beperken tot een enkel vormingsplan voor 2009-2010.
Bij gebreke van een ondernemingsraad moet het vormingsplan worden goedgekeurd door de vakbondsafvaardiging of, bij gebreke van deze laatste, door het bevoegd regionaal contactcomité (rue de Bruxelles 41 te 4800 Verviers).
Het bewijs van de gemaakte kosten in 1999 voor de vormingen in het kader van het goedgekeurde vormingsplan moeten worden ingediend bij de "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers", uiterlijk op 31 maart 2000. Voor de vormingen gegeven in 2000 moet het bewijs van de gemaakte kosten ingediend worden bij de "Caisse de compensation pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers", uiterlijk op 31 maart 2001.
Het bewijs van de gemaakte kosten in 2001 voor de vormingen in het kader van het goedgekeurde vormingsplan moeten worden ingediend bij de "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers", uiterlijk op 31 maart 2002. Voor de vormingen gegeven in 2002 moet het bewijs van de gemaakte kosten ingediend worden bij de "Caisse de compensation pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers", uiterlijk op 31 maart 2003.
Het bewijs van de gemaakte kosten in 2003 voor de vormingen in het kader van het goedgekeurde vormingsplan moeten worden ingediend bij de "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers", uiterlijk op 31 maart 2004. Voor de vormingen gegeven in 2004 moet het bewijs van de gemaakte kosten ingediend worden bij de "Caisse de compensation pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers", uiterlijk op 31 maart 2005.
Het bewijs van de gemaakte kosten in 2005 voor de vormingen in het kader van het goedgekeurde vormingsplan moeten worden ingediend bij de "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers", uiterlijk op 31 maart 2006. Voor de vormingen gegeven in 2006 moet het bewijs van de gemaakte kosten ingediend worden bij de "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers", uiterlijk op 31 maart 2007.
Het bewijs van de gemaakte kosten in 2007 voor de vormingen in het kader van het goedgekeurde vormingsplan moeten worden ingediend bij de "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers", uiterlijk op 31 maart 2008. Voor de vormingen gegeven in 2008 moet het bewijs van de gemaakte kosten ingediend worden bij de "Caisse de compensation pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers", uiterlijk op 31 maart 2009.
Het bewijs van de gemaakte kosten in 2009 voor de vormingen in het kader van het goedgekeurde vormingsplan moeten worden ingediend bij de "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers", uiterlijk op 31 maart 2010. Voor de vormingen gegeven in 2010 moet het bewijs van de gemaakte kosten ingediend worden bij de "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers", uiterlijk op 31 maart 2011.
De "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers" is belast met de betaling van dit trekkingsrecht ten laste van de afdeling "vorming".
Art. 20.De bijdragen bedoeld in artikelen 18 en 19 zijn trimestrieel verschuldigd aan de "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers" en zijn onafhankelijk van de bijdrage verschuldigd krachtens de bepalingen opgenomen in hoofdstuk V van deze statuten. HOOFDSTUK IV. - Beheer
Art. 21.Het fonds wordt beheerd door een beheerscomité dat paritair samengesteld is uit een gelijk aantal vertegenwoordigers van werkgevers en werklieden (minimaal 4 en maximaal 8).
De leden van het beheerscomité worden aangesteld - en dit met een helft voor elk van de twee groepen - respectievelijk door de representatieve beroepsorganisaties van de werkgevers en van de werknemers die de leden van het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers moeten voordragen, momenteel namelijk : Febeltex en de regionale afdelingen van Verviers van het Algemeen Belgisch Vakverbond Textiel, Kleding en Diamant (A.B.V.V. Textiel, Kleding en Diamant) en van het A.C.V. Textura.
De duur van het mandaat van de beheerders bedraagt vier jaar.
Het mandaat eindigt wanneer zij ophouden lid te zijn van het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers (P.S.C. 120.01). In dat geval worden zij vervangen door een lid van het paritair subcomité dat behoort tot dezelfde groep als het lid waarvan het mandaat een einde neemt.
Art. 22.Elk jaar duidt het beheerscomité in zijn midden een voorzitter en een ondervoorzitter aan.
Via een jaarlijkse beurtrol zal het voorzitterschap tijdens de even jaren worden uitgeoefend door een lid van het beheerscomité dat de vakorganisaties vertegenwoordigt en de oneven jaren door een lid van het beheerscomité dat de werkgevers vertegenwoordigt. Voor het ondervoorzitterschap is de beurtrol omgekeerd.
Art. 23.Het beheerscomité vergadert wanneer de belangen van het fonds het nodig achten op uitnodiging van de voorzitter. Hij is verplicht de raad bijeen te roepen op vraag van drie van zijn leden.
De uitnodigingen moeten de agenda vermelden.
De notulen van de vergaderingen van het beheerscomité worden ondertekend door de voorzitter van de vergadering en ter goedkeuring voorgelegd aan het beheerscomité.
De uittreksels of kopies van deze notulen, die door rechtbanken of andere instanties kunnen worden geëist, worden ondertekend door de voorzitter of door twee leden van het beheerscomité.
De beslissingen worden genomen bij volstrekte meerderheid van stemmen der aanwezige leden.
De stemming is enkel geldig indien twee derden van de leden die de werkgevers vertegenwoordigen en twee derden van de leden die de werknemers vertegenwoordigen aanwezig zijn.
Een lid van het comité dat verhinderd is kan schriftelijk een mandaat geven aan één van zijn collega's om hem te vertegenwoordigen, zonder dat een lid van deze raad meer dan één afwezige collega kan vervangen.
Art. 24.Het beheerscomité delegeert aan de werkgeversfederatie van de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers de administratie van het fonds. Zij verzekert het dagelijks beheer en voert de beslissingen uit die genomen zijn door het beheerscomité.
Art. 25.Het beheerscomité onderzoekt en spreekt zich uit over de verslagen en de documenten die worden meegedeeld door de administrateur van het fonds. Het beheerscomité heeft meer bepaald als taak : a) het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers bij het verstrijken van elk kalenderjaar voorstellen het cijfer van de bijdrage vast te stellen door dit paritair subcomité voor het volgende kalenderjaar als het afloopt.Daarom neemt het beheerscomité enerzijds het volume van de vergoedingen in aanmerking die als basis dienen voor de berekening van de bijdragen en anderzijds de kosten van de sociale voordelen waarvoor het fonds de dienst moet verzekeren, evenals de kosten van de administratiekosten; b) het fonds beheren en alle nodige maatregelen nemen voor de goede werking ervan;c) het bedrag van de administratiekosten, evenals het evenredig bedrag van de jaarlijkse ontvangsten die dienen om deze te dekken;d) elk jaar, in de loop van de maand juni, een schriftelijk verslag voorleggen aan het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers over haar beheer van het afgelopen boekjaar.
Art. 26.De leden van het beheerscomité gaan geen enkele persoonlijke verplichting aan betreffende de verbintenissen van het fonds. Hun verantwoordelijkheid is beperkt tot de uitvoering van het beheersmandaat dat hen is toegekend.
Art. 27.De juridische handelingen, zowel als eiser als verweerder, worden ondernomen uit naam van het fonds op vervolging en benaarstiging van de voorzitter van het beheerscomité of van de beheerder daartoe afgevaardigd.
Het beheerscomité kan bijzondere en bepaalde bevoegdheden aan één of meer van zijn leden overdragen of zelfs aan derden.
De handelingen van dagelijks beheer worden ondertekend door de personen die daartoe aangesteld zijn door het beheerscomité.
Voor alle andere handelingen dan die waarvoor de raad bijzondere opdrachten heeft gegeven, volstaat, opdat het fonds tegenover derden rechtsgeldig vertegenwoordigd zou zijn, de gezamenlijke handtekening van twee beheerders, één van iedere groep, zonder dat deze beheerders van enige beraadslaging of machtiging moeten laten blijken.
Art. 28.Het fonds kan juridisch optreden voor de inning van de bijdragen en daarvoor laten overgaan tot bewarend en uitvoerend beslag, met inbegrip van de volgende fondsen : - "Fonds de sécurité d'existence de l'industrie textile de l'arrondissement administratif de Verviers"; - "Fonds d'Assurance Complémentaire de l'industrie textile verviétoise".
Art. 29.Het beheerscomité heeft de meest uitgebreide bevoegdheden voor de administratie en het beheer van de materiële en morele belangen van het fonds, ongeacht deze gereserveerd voor het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers, door de wet of door deze statuten.
Het beheerscomité mag namelijk hiervoor alle contracten en overeenkomsten sluiten en verlijden, alle roerende en onroerende goederen die nodig zijn om het sociaal doel te bereiken, kopen, verkopen, ruilen, verwerven, overdragen, huren en verhuren, alle leningen op korte of lange termijn aangaan, alle werkelijke rechten zowel op de roerende als onroerende goederen toestaan, zoals voorrechten, hypotheken, panden en andere, toestemmen in de dagelijkse uitwinning, handlichting verlenen van alle bevoorrechte of hypothecaire inschrijvingen, alsmede alle bevelen tot betaling, overschrijvingen, beslagleggingen of andere beletselen, met of zonder vaststelling van betaling, doen betekenen, afzien van de rechtsvordering tot ontbinding, alle directeurs of beambten benoemen en afzetten, hun wedden en hun bevoegdheden vaststellen en, desnoods, hun borgstelling, alle reglementen vastleggen, dadingen treffen en compromissen aangaan. HOOFDSTUK V. - Financiering
Art. 30.De bijdragen worden geïnd door het fonds voor bestaanszekerheid, genaamd "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers".
Het bedrag van de bijdragen is aan het fonds verschuldigd op de volgende vier data van elk jaar : 1 maart, 1 juni, 1 september en 1 december.
De bijdragen die verschuldigd zijn voor het verstreken kwartaal, moeten door de werkgever uiterlijk de laatste dag van de maand die volgt op dit kwartaal worden uitbetaald.
De betaling van de bijdragen, van de verhoging en van de eventuele intrest wordt gewaarborgd overeenkomstig artikel 8 van de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid.
Art. 31.Elk jaar legt het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers, op voordracht van het beheerscomité, het bedrag vast van de jaarlijkse bijdrage. Deze is verschuldigd voor 1/4 van het volume van de brutolonen betaald tijdens het kalenderjaar dat het sociale boekjaar onmiddellijk voorafgaat.
Sinds 1983 wordt de bijdrage vastgelegd op 1,25 pct. van de brutolonen betaald tijdens het kalenderjaar dat onmiddellijk voorafgaat aan het sociale boekjaar (koninklijk besluit van 4 mei 1983, Belgisch Staatsblad van 21 mei 1983).
Voor de periode 2001-2002 wordt bijdrage van de "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers" verminderd met 0,70 pct. en wordt dus vastgelegd op 0,55 pct..
Er zal een tussentijdse evaluatie uitgevoerd worden in het beheerscomité van de sociale fondsen van Verviers op 31 december 2001 om al dan niet de gehele of gedeeltelijke schorsing van de bijdrage in 2002 te behouden.
Voor de periode 2003-2004 wordt de vermindering met 0,70 pct. van de bijdrage van de "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers" verlengd en blijft de bijdrage dus vastgelegd op 0,55 pct.
Er zal een tussentijdse evaluatie uitgevoerd worden in het beheerscomité van de sociale fondsen van Verviers op 31 december 2003 om al dan niet de gehele of gedeeltelijke schorsing van de bijdrage in 2004 te behouden.
Voor de periode 2005-2006 wordt de vermindering met 0,70 pct. van de bijdrage van de "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers" verlengd en blijft de bijdrage dus vastgelegd op 0,55 pct. tot 31 januari 2007.
De werkgevers die verbonden zijn door de collectieve arbeidsovereenkomst 2005-2006 verbinden zich ertoe om maatregelen te nemen met het oog op de bevoorrading van de sociale fondsen in geval van uitzonderlijke vermindering van de reserves.
De evolutie van de reserves zal geanalyseerd worden tussen 1 en 15 januari 2006, tussen 15 en 30 juni 2006 en tussen 1 en 15 januari 2007. De referentie is het bedrag van de reserves op 31 december 2004. Onder "uitzonderlijke daling van de reserves die beschermingsmaatregelen vereisen" wordt verstaan : een gemiddelde daling die hoger is dan 5 pct. tijdens de laatste zes maanden; het absolute plafond dat een automatische bevoorrading tot gevolg heeft om ze te stabiliseren is een daling van 50 pct. tegenover 31 december 2004.
Voor de periode 2007-2010 wordt de vermindering met 0,70 pct. van de bijdrage van de "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers" verlengd en blijft de bijdrage dus vastgelegd op 0,55 pct. tot 31 december 2010.
De werkgevers die verbonden zijn door de collectieve arbeidsovereenkomst 2007-2010 verbinden zich ertoe om maatregelen te nemen met het oog op de bevoorrading van de sociale fondsen in geval van uitzonderlijke vermindering van de reserves.
De evolutie van de reserves zal geanalyseerd worden in de loop van het 1ste kwartaal van elk burgerlijk jaar en zulks vanaf 2008. De referentie is het bedrag van de reserves op 31 december 2006.
Onder "uitzonderlijke daling van de reserves die beschermingsmaatregelen vereisen" wordt verstaan : een gemiddelde daling die hoger is dan 5 pct. tijdens de laatste zes maanden; het absolute plafond dat een automatische bevoorrading tot gevolg heeft om ze te stabiliseren is een daling van 50 pct. tegenover 31 december 2006.
De punten betreffende de sociale fondsen en de bijdragen die erop betrekking hebben moeten goedgekeurd worden door het beheerscomité van het fonds.
Voor elke nieuwe onderneming die ressorteert onder het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers worden de bijdragen geïnd op basis van de brutolonen betaald tijdens het kwartaal voorafgaand aan hetgeen dat de uitbetaling van het fonds dekt. Deze formule wordt uitzonderlijk toegepast tot op het moment dat de onderneming de voorwaarden bereikt heeft die vereist zijn voor de toepassing van de bepalingen vastgelegd in het vorige lid en betreffende de inningsbasis van de bijdragen.
Art. 32.Op het einde van elk kalenderkwartaal moeten de ondernemingen bedoeld in deze statuten het fonds voor bestaanszekerheid genaamd "Caisse de compensation paritaire pour les institutions sociales de l'industrie textile de Verviers", het volume meedelen van de brutolonen betaald tijdens het vorige kwartaal die in aanmerking komen voor de berekening van de bijdrage, overeenkomstig de bepalingen van artikel 31.
De kwartaalaangifte van de lonen betaald tijdens het vorige kwartaal moet verplicht worden bezorgd aan het fonds binnen de dertig dagen die volgen op het kalenderkwartaal waarop deze betrekking heeft.
Art. 33.Bij niet-betaling van de bijdragen binnen de termijn vastgelegd in artikel 28 is de werkgever een verhoging van 10 pct. van hun bedrag verschuldigd.
Indien de bijdragen niet betaald zijn bij het verstrijken van de dertig dagen die volgen op de herinneringsdatum van het fonds gericht aan de werkgever, is een verwijlintrest verschuldigd van 10 pct. per jaar, vanaf het verstrijken van deze termijn tot op de dag van hun betaling.
De niet-betaling van de bijdragen binnen de termijn bepaald door artikel 30 zal automatisch aanleiding geven tot een invorderingsprocedure van deze bijdragen, vermeerderd met de verhogingen en verwijlintresten bepaald in dit artikel.
De werkgever tegen wie tweemaal een procedure tot invordering van de bijdragen wordt ingesteld, moet, behalve de uitbetaling van de in artikel 30 bedoelde driemaandelijkse bijdragen, aan het fonds als voorschot een som storten die gelijk is aan zijn laatste driemaandelijkse bijdrage.
Ingeval van behoorlijk bewezen overmacht, kan het beheerscomité van het fonds afzien van de betaling van de bijdrageverhogingen en verwijlintresten. HOOFDSTUK VI. - Budget, balans en rekeningen
Art. 34.Het boekjaar begint op 1 januari en sluit op 31 december.
Art. 35.De rekeningen van het vorige jaar worden gesloten op 31 december. De sluiting en de balans moeten voldoende boekhoudkundig verduidelijkt worden.
Het beheerscomité, evenals de revisor of accountant, aangesteld door het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers bij toepassing van artikel 12 van de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, stellen jaarlijks elk een verslag op betreffende de uitvoering van hun taken tijdens het vorige jaar.
De balans en voornoemde jaarlijkse verslagen moeten ter goedkeuring worden voorgelegd aan het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers uiterlijk tijdens de maand juni. HOOFDSTUK VII. - Ontbinding en vereffening
Art. 36.De ontbinding van het fonds wordt uitgesproken door unanieme beslissing van het Paritair Subcomité voor de textielnijverheid uit het administratief arrondissement Verviers.
In geval van ontbinding geeft genoemd paritair subcomité aan het netto actief van het maatschappelijk vermogen, dat overblijft op het ogenblik van de ontbinding een bestemming in overeenstemming met het doel waarop de "Caisse de compensation paritaire pour les istitutions sociales de l'industrie textile de Verviers" opgericht is.
Indien het paritair subcomité echter oordeelt dat deze bovenvermelde bestemming niet uitvoerbaar of gewoon ongepast is - en waarover het zich soeverein uitspreekt - kan het onder voorbehoud van de eventuele uitvoering van elke ontbindende clausule of teruggave van goederen, het netto actief van het maatschappelijk vermogen toewijzen aan de natuurlijke of rechtspersonen die door genoemd comité geschikt worden geacht.
Het paritair subcomité stelt de vereffenaar of vereffenaars aan, bij voorkeur onder de waarnemende leden van het beheerscomité op het ogenblik waarop de vereffening wordt besloten; het regelt de wijze van vereffening en bepaalt de bevoegdheden alsmede de eventuele bezoldiging van de vereffenaar of vereffenaars.
Art. 37.De partijen vragen dat deze statuten algemeen verbindend verklaard worden bij koninklijk besluit.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 14 december 2016.
De Minister van Werk, K. PEETERS