Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 12 maart 2000
gepubliceerd op 29 maart 2000

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 35bis van 9 februari 2000, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 35 van 27 februari 1981 betreffende sommige bepalingen van het arbeidsrecht ten aanzien van de deeltijdse arbeid

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
2000012146
pub.
29/03/2000
prom.
12/03/2000
ELI
eli/besluit/2000/03/12/2000012146/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

12 MAART 2000. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 35bis van 9 februari 2000, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 35 van 27 februari 1981 betreffende sommige bepalingen van het arbeidsrecht ten aanzien van de deeltijdse arbeid (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op de artikelen 18 en 28;

Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 35 van 27 februari 1981 betreffende sommige bepalingen van het arbeidsrecht ten aanzien van de deeltijdse arbeid, overeenkomst gesloten in de Nationale Arbeidsraad en algemeen verbindend verklaard door het koninklijk besluit van 21 september 1981;

Gelet op het verzoek van de Nationale Arbeidsraad;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst nr. 35bis gesloten op 9 februari 2000 in de Nationale Arbeidsraad, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 35 van 27 februari 1981 betreffende sommige bepalingen van het arbeidsrecht ten aanzien van de deeltijdse arbeid.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 12 maart 2000.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota's (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Koninklijk besluit van 21 september 1981, Belgisch Staatsblad van 6 octobre 1981. Erratum Belgisch Staatsblad van 4 december 1981.

Bijlage Nationale Arbeidsraad Collectieve arbeidsovereenkomst nr. 35bis van 9 februari 2000, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 35 van 27 februari 1981 betreffende sommige bepalingen van het arbeidsrecht ten aanzien van de deeltijdse arbeid Geregistreerd op 17 februari 2000 onder het nr. 54014/CO/300 Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités;

Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 35 van 27 februari 1981 betreffende sommige bepalingen van het arbeidsrecht ten aanzien van de deeltijdse arbeid;

Gelet op de richtlijn 97/81/EG van de Raad van 15 december 1997 betreffende de door de Unice, het CEEP en het EVV gesloten raamovereenkomst inzake deeltijdarbeid;

Gelet op advies nr. 1.302 van 9 februari 2000 betreffende de omzetting in Belgisch recht van de voornoemde richtlijn 97/81/EG van 15 december 1997;

Overwegende dat clausule 4 van de raamovereenkomst, die als bijlage bij de voornoemde richtlijn 97/81/EG van 15 december 1997 is gevoegd, voorziet in het beginsel van gelijke behandeling dat in het Belgische positieve recht moet worden omgezet;

Hebben de navolgende interprofessionele organisaties van werkgevers en van werknemers : - het Verbond van Belgische Ondernemingen - de nationale middenstandsorganisaties erkend overeenkomstig de wetten betreffende de organisatie van de Middenstand, gecoördineerd op 28 mei 1979 - de Belgische Boerenbond - "la Fédération nationale des Unions professionnelles agricoles" - "l'Alliance agricole belge" - het Algemeen Christelijk Vakverbond van België - het Algemeen Belgisch Vakverbond - de Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België op 9 februari 2000 in de Nationale Arbeidsraad de volgende collectieve arbeidsovereenkomst gesloten.

Artikel 1.Tussen het punt "Toepassingssfeer" en het punt "Bepalingen van de geschreven arbeidsovereenkomst" van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 35 van 27 februari 1981 betreffende sommige bepalingen van het arbeidsrecht ten aanzien van de deeltijdse arbeid, wordt een punt ingevoegd met een artikel 1 bis, luidende : « Beginsel van gelijke behandeling Art. 1bis. a. Met betrekking tot de arbeidsvoorwaarden worden deeltijdwerkers niet minder gunstig behandeld dan vergelijkbare voltijdwerkers louter op grond van het feit dat zij in deeltijd werkzaam zijn, tenzij het verschil in behandeling om objectieve redenen gerechtvaardigd is.b. Wanneer zulks passend is, wordt het "pro rata temporis"-beginsel toegepast.c. Wanneer zulks om objectieve redenen gerechtvaardigd is, kan de toegang tot bepaalde arbeidsvoorwaarden afhankelijk worden gesteld van een bepaalde diensttijd, arbeidsduur of beloning. De criteria voor de toegang tot bepaalde arbeidsvoorwaarden worden op gezette tijden opnieuw bezien met inachtneming van het beginsel van gelijke behandeling zoals bepaald in punt a. hierboven. » Commentaar Dit artikel heeft tot doel in deze overeenkomst het beginsel van gelijke behandeling in te schrijven, zoals bedoeld in clausule 4 van de raamovereenkomst die als bijlage is opgenomen bij de richtlijn 97/81/EG van 15 december 1997 betreffende de door de Unice, het CEEP en het EVV gesloten raamovereenkomst in zake deeltijdarbeid.

Art. 2.Deze overeenkomst treedt in werking met ingang van 2 februari 2000.

Zij kan op verzoek van de meest gerede ondertekenende partij geheel of gedeeltelijk worden herzien of opgezegd, met inachtneming van een opzeggingstermijn van zes maanden.

De organisatie die het initiatief tot herziening of opzegging neemt, moet de redenen ervan aangeven en amendementsvoorstellen indienen. De andere organisaties verbinden zich ertoe deze binnen een maand na ontvangst ervan in de Nationale Arbeidsraad te bespreken.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 maart 2000.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^