12 FEBRUARI 1999. - Koninklijk besluit houdende oprichting van de graden van de ambtenaren opgenomen in de afzonderlijke personeelsformatie van het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op artikel 107, tweede lid, van de Grondwet;

Gelet op het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 6 februari 1997;

Gelet op het koninklijk besluit van 20 juli 1964 betreffende de hiërarchische indeling van de graden waarvan de ambtenaren in de Rijksbesturen kunnen titularis zijn, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 juni 1998;

Gelet op het koninklijk besluit van 18 februari 1997 houdende maatregelen met het oog op de ontbinding van de Regie voor Maritiem Transport ter uitvoering van artikel 3, § 1, 6°, van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan de Europese Economische en Monetaire Unie;

Gelet op het koninklijk besluit van 18 februari 1997 houdende diverse maatregelen ten gunste van de statutaire personeelsleden van de Regie voor Maritiem Transport;

Gelet op het advies van de Directieraad van het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur van 2 februari 1999;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën van 15 oktober 1998;

Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 23 december 1998;

Gelet op het akkoord van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 23 december 1998;

Gelet op het protocol van 21 januari 1999 waarin de conclusies van de onderhandeling binnen het Sectorcomité VI "Verkeer en Infrastructuur" worden vermeld;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980, 16 juni 1989, 4 juli 1989 en 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat het van belang is, ingevolge de definitieve ontbinding van de Regie voor Maritiem Transport, onverwijld over te gaan tot de vaststelling van de rangen en graadbenamingen van de bijzondere graden opgenomen in de uitdovende personeelsformatie van het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur;

Op de voordracht van Onze Minister van Vervoer, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Bij het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur worden de volgende graden opgericht : in rang 10 : officier-hoofdwerktuigkundige in rang 10 : commandant in rang 10 : eerste luitenant in rang 28 : eerste officier-werktuigkundige A in rang 26 : officier-werktuigkundige A in rang 26 : luitenant in rang 26 : marconist in rang 22 : purser in rang 22 : kaaioffcier in rang 20 : scheepstechnicus in rang 20 : controleur in rang 32 : atelierchef in rang 32 : officier-werktuigkundige B in rang 30 : scheepswerktuigkundige 1e klasse in rang 30 : scheepswerktuigkundige in rang 30 : bootsman in rang 30 : bootsman (loodsboten en tenders) in rang 42 : kwartiermeester in rang 42 : matroos-specialist loodsboten in rang 42 : matroos in rang 42 : kok (ingescheept) in rang 42 : stoker

Art. 2.§ 1. In de tabel gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 juli 1964 betreffende de hiërarchische indeling van de graden waarvan de ambtenaren in de Rijksbesturen kunnen titularis zijn, worden onder het opschrift "I. Alfabetische rangschikking van de Nederlandse benamingen, Afdeling A, Administratief personeel", en onder het opschrift "II. Alfabetische rangschikking van de Franse benamingen, Afdeling A, Administratief personeel", de volgende graden ingevoegd :

in rang 10 : commandant (Verkeer en Infrastructuur) in rang 10 : eerste luitenant (Verkeer en Infrastructuur) in rang 10 : offcier-hoofdwerktuigkundige (Verkeer en Infrastructuur) in rang 28 : eerste offcier-werktuigkundige A (Verkeer en Infrastructuur) in rang 26 : luitenant (Verkeer en Infrastructuur) in rang 26 : marconist (Verkeer en Infrastructuur) in rang 26 : officier-werktuigkundige A (Verkeer en Infrastructuur) in rang 22 : kaaiofficier (Verkeer en Infrastructuur) in rang 22 : purser (Verkeer en Infrastructuur) in rang 20 : controleur (Verkeer en Infrastructuur) § 2. In de tabel gevoegd bij hetzelfde besluit, wordt onder het opschrift "I. Alfabetische rangschikking van de Nederlandse benamingen, Afdeling B, Technisch personeel", en onder het opschrift "II. Alfabetische rangschikking van de Franse benamingen, Afdeling B, Technisch personeel", de volgende graad ingevoegd: in rang 20 : scheepstechnicus (Verkeer en Infrastructuur) § 3. In de tabel gevoegd bij hetzelfde besluit, worden onder het opschrift "I. Alfabetische rangschikking van de Nederlandse benamingen, Afdeling C, Meesters-, Vak- en Dienstpersoneel", en onder het opschrift "II. Alfabetische rangschikking van de Franse benamingen, Afdeling C, Meesters-, Vak- en Dienstpersoneel", de volgende graden ingevoegd: in rang 32 : atelierchef (Verkeer en Infrastructuur) in rang 32 : officier-werktuigkundige B (Verkeer en Infrastructuur) in rang 30 : bootsman (Verkeer en Infrastructuur) in rang 30 : bootsman (loodsboten en tenders) (Verkeer en Infrastructuur) in rang 30 : scheepswerktuigkundige 1e klasse (Verkeer en Infrastructuur) in rang 30 : scheepswerktuigkundige (Verkeer en Infrastructuur) in rang 42 : kok (ingescheept) (Verkeer en Infrastructuur) in rang 42 : kwartiermeester (Verkeer en Infrastructuur) in rang 42 : matroos-specialist loodsboten (Verkeer en infrastructuur) in rang 42 : matroos (Verkeer en Infrastructuur) in rang 42 : stoker (Verkeer en Infrastructuur)

Art. 3.Het koninklijk besluit van 2 juni 1997 betreffende de hiërarchische indeling van de graden waarvan de ambtenaren van de Regie voor Maritiem Transport titularis kunnen zijn wordt opgegeven.

Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 28 februari 1999.

Art. 5.Onze Minister van Vervoer is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 12 februari 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Vervoer, M. DAERDEN