gepubliceerd op 20 juli 2020
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 oktober 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de landbouw, betreffende het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 59 jaar met 40 jaar loopbaan (vlas) (1)
11 JUNI 2020. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 oktober 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de landbouw, betreffende het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 59 jaar met 40 jaar loopbaan (2019-2020) (vlas) (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de landbouw;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 oktober 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de landbouw, betreffende het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 59 jaar met 40 jaar loopbaan (2019-2020) (vlas).
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 11 juni 2020.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, N. MUYLLE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de landbouw Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 oktober 2019 Stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 59 jaar met 40 jaar loopbaan (2019-2020) (vlas) (Overeenkomst geregistreerd op 10 december 2019 onder het nummer 155823/CO/144) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de landbouw en waarvan de hoofdactiviteit bestaat uit de vlasteelt, de hennepteelt, de eerste verwerking van vlas en/of hennep. Onder "eerste verwerking" wordt verstaan : het scheiden van de verschillende onderdelen van de plant. § 2. Met "werknemers" worden de mannelijke en vrouwelijke arbeiders bedoeld. HOOFDSTUK II. - Rechtsgrond
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van : - het koninklijk besluit van 3 mei 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 22/05/2007 numac 2007201185 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 september 2006, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de toekenning van een eindejaarspremie type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 08/06/2007 numac 2007201609 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het generatiepact sluiten tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, laatst gewijzigd door het koninklijk besluit van 13 december 2017 (Belgisch Staatsblad van 21 december 2017); - de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 (geregistreerd op 31 december 1974 onder het nummer 3107/CO/NAR) en haar aanpassingen, gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 19 december 1974, tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, behalve om een dringende reden in de zin van de wetgeving betreffende de arbeidsovereenkomsten, en rekening houdend met de in voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst voorziene overlegprocedure; - de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 134, gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 23 april 2019, tot invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor sommige oudere werknemers met een lange loopbaan die worden ontslagen; - de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 135, gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 23 april 2019, tot vaststelling op interprofessioneel niveau, voor 2019-2020, van de leeftijd vanaf welke een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag kan worden toegekend aan sommige oudere werknemers met een lange loopbaan die worden ontslagen. HOOFDSTUK III. - Leeftijds- en loopbaanvoorwaarden
Art. 3.De werknemers hebben recht op een aanvullende vergoeding op volgende voorwaarden : - Ontslagen zijn door de werkgever om een andere reden dan een dringende reden; - In de periode van 1 januari 2019 tot 31 december 2020 59 jaar of ouder zijn tijdens de geldigheidsduur van deze overeenkomst en op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst; - Op het einde van de arbeidsovereenkomst een beroepsloopbaan van 40 jaar als loontrekkende bewijzen. HOOFDSTUK IV. - Aanvullende vergoeding
Art. 4.De werknemers bedoeld in artikel 3 hebben na ontslag, om een andere reden dan een dringende reden, recht op een aanvullende vergoeding ten laste van het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de landbouw", opgericht bij collectieve arbeidsovereenkomst van 18 mei 1995, nr. 38270, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en tot vaststelling van zijn statuten. Die aanvullende vergoeding wordt toegekend vanaf het einde van de wettelijke opzeggingstermijn tot aan de pensioengerechtigde leeftijd.
Art. 5.De aanvullende vergoeding is gelijk aan 75 pct. van het verschil tussen het netto refertemaandloon en de werkloosheidsuitkering en wordt berekend en aangepast overeenkomstig de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad.
Art. 6.Het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de landbouw" neemt de administratie op zich en betaalt de in artikel 4 bedoelde aanvullende vergoeding, met inbegrip van de bijzondere maandelijkse werkgeversbijdragen.
Art. 7.De artikelen 4 tot en met 6 van deze collectieve arbeidsovereenkomst zijn slechts van toepassing voor de werknemers die gedurende de twee jaren voorafgaand aan hun werkloosheid met bedrijfstoeslag onafgebroken door een arbeidsovereenkomst verbonden zijn geweest met een werkgever die onder het Paritair Comité voor de landbouw ressorteert.
Worden hiermee gelijkgesteld : de 2 jaren voorafgaand aan hun werkloosheid met bedrijfstoeslag die werden gepresteerd voor een werkgever die onder het voormalige Paritair Subcomité voor de vlasbereiding ressorteerde.
Art. 8.Onverminderd artikel 5 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, wordt de aanvullende vergoeding door het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de landbouw" berekend op basis van het gemiddelde van de lonen die de werknemer heeft ontvangen gedurende de twaalf maanden voorafgaand aan zijn werkloosheid met bedrijfstoeslag en niet op basis van het loon van de refertemaand.
Art. 9.De raad van beheer van het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de landbouw" stelt de praktische modaliteiten vast met betrekking tot de uitvoering deze overeenkomst.
Art. 10.Voor de werknemers die een vermindering van de arbeidsprestaties genieten tot een halftijdse betrekking of tot een vier vijfde betrekking, en die overstappen in het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, wordt de aanvullende vergoeding berekend op basis van het bruto maandloon dat de werknemer zou verdienen indien hij zijn arbeidsprestaties niet zou verminderd hebben en de werkloosheidsuitkeringen overeenstemmend met het arbeidsregime in voege vóór de aanvang van het tijdskrediet, het thematisch verlof of de landingsbaan.
Art. 11.Werknemers die hun hoofdverblijfplaats hebben in een land van de Europese Economische Ruimte, hebben eveneens recht op een aanvullende vergoeding ten laste van het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de landbouw" voor zover zij geen werkloosheidsuitkeringen kunnen genieten of kunnen blijven genieten in het kader van de regelgeving inzake stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, alleen omdat zij hun hoofdverblijfplaats niet of niet meer in België hebben in de zin van artikel 66 van het koninklijk besluit van 25 november 1991Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/11/1991 pub. 06/11/2020 numac 2020015855 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie. - Deel V type koninklijk besluit prom. 25/11/1991 pub. 05/11/2018 numac 2018014576 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie - Deel I type koninklijk besluit prom. 25/11/1991 pub. 24/05/2019 numac 2019012364 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie - Deel II type koninklijk besluit prom. 25/11/1991 pub. 14/12/2020 numac 2020043849 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie. - Deel VI type koninklijk besluit prom. 25/11/1991 pub. 01/10/2021 numac 2021033177 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit houdende de werkloosheids-reglementering. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie - Deel VII sluiten houdende de werkloosheidsreglementering en voor zover zij werkloosheidsuitkeringen genieten krachtens de wetgeving van hun woonland.
Die aanvullende vergoeding moet berekend worden zoals bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, artikel 4, § 1, 4de lid, alsof die werknemers werkloosheidsuitkeringen genieten op basis van de Belgische wetgeving.
Art. 12.De werknemers die gebruik maken van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag dienen vervangen te worden overeenkomstig hoofdstuk V van bovenvermeld koninklijk besluit van 3 mei 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 22/05/2007 numac 2007201185 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 september 2006, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de toekenning van een eindejaarspremie type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 08/06/2007 numac 2007201609 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het generatiepact sluiten. De sancties die voortvloeien uit het niet-eerbiedigen door de werkgevers van de wettelijke verplichtingen inzake werkloosheid met bedrijfstoeslag, vallen geheel ten laste van de individuele werkgevers. HOOFDSTUK V. - Geldigheid - Duur
Art. 13.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2019. Zij houdt op van kracht te zijn op 31 december 2020.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 11 juni 2020.
De Minister van Werk, N. MUYLLE