Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 11 februari 2010
gepubliceerd op 19 februari 2010

Koninklijk besluit tot vaststelling van de regels voor de medische verkiezingen zoals bedoeld in artikel 211, § 1, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2010022128
pub.
19/02/2010
prom.
11/02/2010
ELI
eli/besluit/2010/02/11/2010022128/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

11 FEBRUARI 2010. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de regels voor de medische verkiezingen zoals bedoeld in artikel 211, § 1, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 211, § 1, zoals gewijzigd bij de wetten van 29 april 1996 en 22 februari 1998;

Gelet op het koninklijk besluit van 8 augustus 1997 tot vaststelling van de regels voor de medische verkiezingen zoals bedoeld in artikel 211, § 1, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994; gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 2 december 1997, 2 maart 1998, 18 mei 1998, 13 juli 2001 en 13 februari 2006;

Gelet op het advies van het Nationale Commissie Geneesheren-ziekenfondsen, uitgebracht op 21 oktober 2009;

Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging, uitgebracht op 16 november 2009;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 21 december 2009;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat rekening houdende met de timing die in acht moet worden genomen voor het houden van verkiezingen en waarin is bepaald dat de verkiezingen voor de geneesheren in de loop van 2010 moeten worden georganiseerd; dat een regelmatig en optimaal verloop van die verkiezingen immers alleen kan worden bereikt indien wordt toegestaan dat de begindatum van de kiesprocedure, dit is de datum waarop de kieslijsten worden opgesteld, kan worden vastgesteld op een ogenblik in de timing waarop kan worden gegarandeerd dat de periodes tijdens welke het noodzakelijke democratische debat tussen de representatieve organisaties die zich kandidaat stellen voor de verkiezingen en de oproeping om te gaan stemmen, op optimale wijze zijn vastgesteld;

Gelet op het advies nr 47.707/2 van de Raad van State, gegeven op 18 januari 2010, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.§ 1. Om als representatief te worden erkend zoals bedoeld in artikel 211, § 1, derde lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 moeten de beroepsorganisaties van de geneesheren voldoen aan de volgende voorwaarden : A. 1° statutair de verdediging van de beroepsbelangen van tegelijk de algemeen geneeskundigen en de geneesheren-specialisten tot hoofddoel hebben; 2° zich statutair richten tot de geneesheren van ten minste twee gewesten, bedoeld in artikel 3 van de Grondwet;3° statutair van de aangesloten geneesheren jaarbijdragen innen die minimaal het tweevoud bedragen van wat wordt toegekend aan de ambtenaren van de federale overheid ingevolge de wet van 1 september 1980 betreffende de toekenningen en de uitbetaling van een vakbondspremie aan sommige personeelsleden van de overheidssector onverminderd de statutaire bepalingen die gelden voor geneesheren die minder dan vijf jaar gerepertorieerd zijn bij het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering;4° aantonen dat reeds gedurende 2 jaar wordt beantwoord aan de vorengenoemde bepalingen op de door Ons vastgestelde datum waarop de kiezerslijst wordt opgesteld; 5° uiterlijk op de datum van de zending bedoeld in § 4 minstens 1.500 individueel aangesloten leden-geneesheren, gerepertorieerd bij het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, tellen die de in 3° bepaalde bijdrage betalen of waarvan het totaal jaarlijks bijdragebedrag gelijk is aan ten minste 1.500 maal de in 3° bepaalde bijdrage;

B. Aan de voorwaarden bedoeld in A, 3°, en 5°, moet worden voldaan hetzij door de beroepsorganisatie hetzij door het geheel van de verenigingen waaruit de beroepsorganisatie is samengesteld. § 2. Een groepering van twee beroepsorganisaties van geneesheren die een onderlinge overeenkomst sluiten met het oog op een gemeenschappelijke vertegenwoordiging in de organen van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering kan als representatief worden erkend indien voldaan is aan de volgende voorwaarden : A. 1° één van de beroepsorganisaties voldoet aan de voorwaarden bedoeld in § 1, A, 1°, 2°, 3° en 4° en de tweede beroepsorganisatie voldoet aan de voorwaarde bedoeld in § 1, A, 3°, en toont aan dat ze reeds gedurende twee jaar de beroepsbelangen van geneesheren vertegenwoordigt, waarbij aan de voorwaarde bedoeld in § 1, A, 3°, moet worden voldaan hetzij door de beroepsorganisatie hetzij door het geheel van de verenigingen waaruit de beroepsorganisatie is samengesteld; 2° de onderlinge overeenkomst vermeldt de onderlinge verdeling van de mandaten behaald bij de verkiezingen; B. de twee beroepsorganisaties samen of de verenigingen waaruit ze zijn samengesteld moeten uiterlijk op de datum van de zending bedoeld in § 4 minstens 1 500 individueel aangesloten leden-geneesheren, gereportorieerd bij het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering tellen die de in § 1, A, 3°, bepaalde bijdrage betalen of waarvan het totaal jaarlijks bijdragebedrag gelijk is aan minstens 1 500 maal de in 3° bepaalde bijdrage. § 3. Voor de toepassing van § 1, A, 5°, en § 2, B, kan per geneesheer slechts één lidmaatschap van één beroepsorganisatie of één vereniging in aanmerking genomen worden. § 4. De beroepsorganisaties die als representatief willen erkend worden, zenden daartoe de gegevens betreffende de voorwaarden vermeld in § 1, A, 1° tot 4° of § 2, A, samen met een verklaring op eer betreffende de voorwaarden vermeld in § 1, A, 5° of § 2, B, aan de leidend ambtenaar van de Dienst voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering samen met de naam waaronder ze aan de verkiezingen willen deelnemen, en, wat betreft de beroepsorganisaties bedoeld in § 2, een voor eensluidend verklaarde kopie van de overeenkomst.

De Leidend ambtenaar neemt in overleg met de betrokken organisaties of groeperingen alle noodzakelijke maatregelen indien meerdere organisaties of groeperingen onder dezelfde naam of onder verwarringstichtende namen aan de verkiezingen willen deelnemen.

De gegevens betreffende de verklaringen op eer bedoeld in eerste lid van dit paragraaf worden gecontroleerd op de administratieve zetel van de beroepsorganisaties.

Die controle wordt verricht door twee inspecteurs van verschillende taalrol aangewezen door de Leidend ambtenaar van de Dienst voor administratieve controle van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering en in het bijzijn van een gerechtsdeurwaarder aangewezen door de beroepsorganisatie of gerechtsdeurwaarders aangewezen door de beroepsorganisaties die een groepering vormen.

De gegevens met betrekking tot de toepassing van artikel 1, § 3, worden gecontroleerd op de administratieve zetel van de beroepsorganisaties door deurwaarders aangeduid door de Leidend ambtenaar van de Dienst voor geneeskundige verzorging.

De processen-verbaal van al deze controles worden overgemaakt aan de Leidend ambtenaar van de Dienst voor geneeskundige verzorging.

De Leidend ambtenaar van de Dienst voor geneeskundige verzorging stelt voor elke beroepsorganisatie vast of zij al dan niet aan de voorwaarden voldoet en geeft aan elke beroepsorganisatie kennis van zijn beslissing.

Tegen deze beslissing kan beroep worden ingesteld bij de Minister van Sociale zaken binnen een termijn van 15 dagen te rekenen vanaf de betekening ervan. § 5. De als representatief erkende beroepsorganisaties behouden hun erkenning tot zolang zij, op basis van de verkiezingen, mandaten bekleden in de door Ons aangeduide organen. § 6. De praktische organisatie met betrekking tot de uitvoering van dit artikel wordt bepaald door de Minister van Sociale zaken.

Art. 2.§ 1. Er zijn twee kiescolleges. Het ene bestaat uit alle bij het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering als dusdanig gerepertorieerde geneesheren-specialisten en geneesheren-specialisten in opleiding, het andere uit alle andere bij het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering gerepertorieerde geneesheren. § 2. Het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering stelt de kiezerslijst op de door Ons vastgestelde datum op.

De erkende beroepsorganisaties die zich kandidaat stellen voor de verkiezingen en de kiezers kunnen de kiezerslijst raadplegen op de website van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering.

Kiezers die niet beschikken over een internettoegang kunnen de kiezerslijst raadplegen op schermen in de hoofdzetel en de provinciale diensten van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering. § 3. Vanaf de datum waarop de kiezerslijst kan worden geraadpleegd op de website van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, mag elke geneesheer die ten onrechte is ingeschreven of niet is ingeschreven op de kiezerslijst, een bezwaarschrift indienen bij het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering. De Leidend ambtenaar van de Dienst voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering moet zich uitspreken binnen 15 dagen na de indiening van het bezwaarschrift. § 4. De praktische organisatie met betrekking tot de uitvoering van dit artikel wordt vastgesteld door de minister van Sociale Zaken.

Art. 3.§ 1. De stemming is geheim. De stem wordt uitgebracht voor een erkende beroepsorganisatie van de geneesheren; de stemming is facultatief en geschiedt per brief of elektronisch. Bij stemming per brief wordt het stembiljet onder gesloten omslag per post aan het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering bezorgd. § 2. De stembiljetten worden verwerkt en geteld op het RIZIV in aanwezigheid van getuigen aangewezen door de organisaties die hebben deelgenomen aan de verkiezingen. Daartoe wordt een telbureau samengesteld dat bestaat uit : 1° de Leidend ambtenaar van de Dienst voor geneeskundige verzorging van het RIZIV;2° twee ambtenaren van klasse A 4, aangeduid door de Dienst voor geneeskundige verzorging van het RIZIV, met de grootste graadanciënniteit. Indien één of meerdere leden van het hoofdtelbureau om welke reden ook verhinderd zijn er deel van uit te maken, of bij afwezigheid van een titularis voor één of meerdere functies voorzien om lid te zijn, worden zij vervangen, in de eerste plaats door een ambtenaar-generaal van de Dienst voor geneeskundige verzorging, te beginnen met diegene met de grootste graadanciënniteit, en subsidiair, door een ambtenaar van rang A 3 van de Dienst voor geneeskundige verzorging, te beginnen met diegene met de grootste graadanciënniteit. § 3. In het proces-verbaal dat na de verwerking en telling door het telbureau wordt opgesteld, worden inzonderheid de eventuele opmerkingen van de getuigen vermeld alsmede het aantal stemmen voor elke organisatie, uitgesplitst per kiescollege en het aantal blanco of ongeldige stembiljetten. § 4. De praktische organisatie met betrekking tot de uitvoering van dit artikel wordt vastgesteld door de Minister van Sociale zaken.

Art. 4.De verdeling per kiescollege van de mandaten onder de beroepsorganisaties van de geneesheren die krachtens artikel 1 als representatief worden erkend, geschiedt volgens het kiessysteem van evenredige vertegenwoordiging. Per mandaat dat in een bepaald orgaan moet worden toegewezen, is een aantal stemmen vereist dat gelijk is aan het resultaat van de deling van het totale aantal uitgebrachte stemmen door het aantal toe te wijzen mandaten; van de resterende mandaten wordt het eerste toegewezen aan de organisatie die na de voormelde bewerking de grootste rest aan stemmen heeft, het tweede aan de organisatie die de tweede grootste rest aan stemmen heeft, enz..

Bij gelijkheid van het aantal overblijvende stemmen wordt het mandaat toegewezen aan de representatieve organisatie die het kleinste aantal stemmen heeft behaald.

Art. 5.De mandaten van de leden die vóór de inwerkingtreding van dit besluit benoemd zijn in de organen waarop de bepalingen van dit besluit van toepassing zijn, nemen een einde op het ogenblik dat de mandaten ingaan van de leden, benoemd op voordracht van de erkende beroepsverenigingen op basis van de uitslag van de voornoemde verkiezingen.

Art. 6.De bepalingen van dit koninklijk besluit zijn van toepassing op de mandaten die de vertegenwoordigers van de beroepsorganisaties van geneesheren hebben in de organen die wettelijk deel van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering uitmaken.

Art. 7.De termijnen waarbinnen uitvoering wordt gegeven aan de bepalingen van dit besluit worden vastgesteld door de Minister van Sociale zaken. Tussen de datum bedoeld in artikel 2, § 2, alinea 1, en het beëindigen van de telling bedoeld in artikel 3, § 3, mag evenwel niet meer dan vijf maanden liggen.

Voor de berekening van die termijnen en van de bovenvermelde periode van vijf maanden, wordt er geen rekening gehouden met de periodes tussen 1 juli en 31 augustus en tussen 25 december en 1 januari.

Art. 8.Het koninklijk besluit van 8 augustus 1997 tot vaststelling van de regels voor de medische verkiezingen zoals bedoeld in artikel 211, § 1, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, wordt opgeheven.

Art. 9.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 10.Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 11 februari 2010.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie, Mevr. L. ONKELINX

^