gepubliceerd op 30 maart 2009
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 juni 1999 houdende vaststelling van de retributies voor de financiering van de opdrachten van de administratie met betrekking tot de verdovende middelen en de psychotrope stoffen
10 MAART 2009. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 juni 1999 houdende vaststelling van de retributies voor de financiering van de opdrachten van de administratie met betrekking tot de verdovende middelen en de psychotrope stoffen
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 22 februari 1998 houdende sociale bepalingen, inzonderheid op artikel 224, § 1, gewijzigd bij de programmawet van 22 december 2008, en § 2;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 juni 1999 houdende vaststelling van de retributies voor de financiering van de opdrachten van de administratie met betrekking tot de verdovende middelen en de psychotrope stoffen;
Gelet op het advies van het Doorzichtigheidscomité, opgericht bij het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten, gegeven op 17 september 2008;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 5 augustus 2008;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 12 november 2008;
Gelet op advies 45.800/3 van de Raad van State, gegeven op 20 januari 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 18 juni 1999 houdende vaststelling van de retributies voor de financiering van de opdrachten van de administratie met betrekking tot de verdovende middelen en de psychotrope stoffen worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het eerste lid wordt vervangen als volgt : « Voor elke aanvraag tot vergunning bedoeld in artikel 11, § 3, van het koninklijk besluit van 31 december 1930 houdende regeling van de slaap- en de verdovende middelen en betreffende risicobeperking en therapeutisch advies en in de artikelen 3, § 1, en 26, § 1, van het koninklijk besluit van 22 januari 1998 tot regeling van sommige psychotrope stoffen en betreffende risicobeperking en therapeutisch advies is een retributie van 153 EUR per betrokken burgerlijk jaar verschuldigd ».2° in het tweede lid wordt het bedrag « 32,50 EUR » vervangen door het bedrag « 40 EUR ».
Art. 2.In artikel 2 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid wordt het bedrag « 25 EUR » vervangen door het bedrag « 31 EUR ».2° in het tweede lid wordt het bedrag « 7,50 EUR » vervangen door het bedrag « 9,50 EUR ».
Art. 3.In artikel 3 van hetzelfde besluit wordt het bedrag « 12,50 EUR » vervangen door het bedrag « 15,50 EUR ».
Art. 4.Onze Minister van Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 10 maart 2009.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX