Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 05 augustus 2006
gepubliceerd op 17 augustus 2006

Koninklijk besluit ter uitvoering van artikel 4, § 1, derde lid, tweede streepje, van de wet van 17 mei 2004 tot omzetting in het Belgisch recht van de richtlijn 2003/48/EG van 3 juni 2003 van de Raad van de Europese Unie betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling en tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 inzake de roerende voorheffing

bron
federale overheidsdienst financien
numac
2006003388
pub.
17/08/2006
prom.
05/08/2006
ELI
eli/besluit/2006/08/05/2006003388/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

5 AUGUSTUS 2006. - Koninklijk besluit ter uitvoering van artikel 4, § 1, derde lid, tweede streepje, van de wet van 17 mei 2004 tot omzetting in het Belgisch recht van de richtlijn 2003/48/EG van 3 juni 2003 van de Raad van de Europese Unie betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling en tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 inzake de roerende voorheffing (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 17 mei 2004 tot omzetting in het Belgisch recht van de richtlijn 2003/48/EG van 3 juni 2003 van de Raad van de Europese Unie betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling en tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 inzake de roerende voorheffing, inzonderheid op artikel 4, § 1, derde lid, tweede streepje;

Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 6 juni 2006;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 20 juli 2006;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende : - dat de modaliteiten van de overdracht van het deel van het geïnde bedrag van de woonstaatheffing dat aan de woonstaat van de uiteindelijk gerechtigde toekomt, die zijn beoogd in artikel 4, § 1, derde lid, tweede streepje, van de wet van 17 mei 2004 tot omzetting in het Belgisch recht van de richtlijn 2003/48/EG van 3 juni 2003 van de Raad van de Europese Unie betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling en tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 inzake de roerende voorheffing, zo spoedig mogelijk moeten worden vastgesteld om de overdrachtverrichtingen van de woonstaatheffing naar de verschillende woonstaten van de uiteindelijk gerechtigden niet te vertragen of te belemmeren; - dat dit besluit dus dringend moet worden getroffen;

Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De modaliteiten van de overdracht van het deel van het geïnde bedrag van de woonstaatheffing dat aan de woonstaat van de uiteindelijk gerechtigde toekomt, die zijn beoogd in artikel 4, § 1, derde lid, tweede streepje, van de wet van 17 mei 2004 tot omzetting in het Belgisch recht van de richtlijn 2003/48/EG van 3 juni 2003 van de Raad van de Europese Unie betreffende belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling en tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 inzake de roerende voorheffing, zijn de volgende : - de overdracht van het genoemde deel zal worden uitgevoerd door de Federale Overheidsdienst Financiën op de voorlaatste bankwerkdag van elk trimester met betrekking tot de betalingen van het voorgaande trimester; - hij gebeurt verplicht in euro; - hij wordt uitgevoerd door middel van een overschrijving met de vermelding : "overdracht van woonstaatheffing - spaarrichtlijn" en de aanduiding van de periode van de storting van de inhouding uitgedrukt in maand (MM) en jaar (JJJJ), op een afzonderlijke rekening per woonstaat.

Art. 2.Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 5 augustus 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS _______ Nota's (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 17 mei 2004, Belgisch Staatsblad van 27 mei 2004, 2e editie. Wetten op de Raad van State, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 12 januari 1973, Belgisch Staatsblad van 21 maart 1973.

Wet van 4 juli 1989, Belgisch Staatsblad van 25 juli 1989.

Wet van 4 augustus 1996, Belgisch Staatsblad van 20 augustus 1996, err. 8 oktober 1996.

^