gepubliceerd op 30 juni 2003
Koninklijk besluit betreffende de werkingswijze van het comité voor sociaal verantwoorde productie
4 APRIL 2003. - Koninklijk besluit betreffende de werkingswijze van het comité voor sociaal verantwoorde productie
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 27 februari 2002 ter bevordering van sociaal verantwoorde productie, inzonderheid op de artikelen 7 en 12;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 29 januari 2003;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 4 april 2003;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 28 maart 2003;
Op de voordracht van Onze Minister van Economie, Besluit :
Artikel 1.De Minister tot wiens bevoegdheid Economie behoort, duidt onder de ambtenaren van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie, de secretaris aan evenals de ambtenaren die deel uitmaken van het secretariaat van het comité voor sociaal verantwoorde productie.
Art. 2.Het comité maakt haar huishoudelijk reglement op. Dit wordt aan de minister ter goedkeuring voorgelegd.
Art. 3.§ 1. De werkingskosten van het comité vallen ten laste van de begroting van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie. § 2. Aan de voorzitter, ondervoorzitter, leden, plaatsvervangende leden en deskundigen van de commissie, die geen lid zijn van het Rijkspersoneel in de zin bepaald door het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende statuut van het Rijkspersoneel, wordt, per vergadering die minstens twee en een half uur duurt, een presentiegeld toegekend waarvan het bedrag vastgesteld is als volgt : - 123,95 EUR aan de voorzitter, - 74,37 EUR aan de ondervoorzitter, en - 12,39 EUR aan de leden, plaatsvervangende leden en deskundigen. § 3. Aan de voorzitter, ondervoorzitter, leden, plaatsvervangende leden en deskundigen die hun hoofdactiviteit hebben buiten de Brusselse agglomeratie, worden de effectieve reiskosten terugbetaald die zij hebben gedragen.
Art. 4.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2003.
Art. 5.Onze Minister van Economie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 4 april 2003.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Economie, Ch. PICQUE