gepubliceerd op 22 februari 2007
Koninklijk besluit tot vaststelling, voor het jaar 2006, van de dotaties bedoeld in Titel IV van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector
2 FEBRUARI 2007. - Koninklijk besluit tot vaststelling, voor het jaar 2006, van de dotaties bedoeld in Titel IV van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers, inzonderheid op artikel 35, § 5, punt D, vervangen bij de wet van 22 december 2003 en gewijzigd bij de wetten van 27 december 2004 en van 27 december 2005;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 10 december 2002, 31 december 2003, 13 september 2004, 21 september 2004, 18 juli 2005 en 1 september 2006;
Gelet op het koninklijk besluit van 9 januari 2003, tot vaststelling van de dotaties, bedoeld in Titel IV van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector;
Gelet op het koninklijk besluit van 26 juni 2003 tot vaststelling, voor het tweede semester 2003, van de dotaties bedoeld in Titel IV van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector;
Gelet op het koninklijk besluit van 7 januari 2004 tot vaststelling, voor het eerste semester 2004, van de dotaties bedoeld in Titel IV van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector;
Gelet op koninklijk besluit van 13 september 2004 tot vaststelling, voor het tweede semester 2004, van de dotaties bedoeld in Titel IV van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector;
Gelet op het koninklijk besluit van 7 maart 2005 tot vaststelling, voor het eerste semester 2005, van de dotaties bedoeld in Titel IV van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector;
Gelet op het koninklijk besluit van 3 oktober 2005 tot vaststelling, voor het eerste semester 2005, van de dotaties bedoeld in Titel IV van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën gegeven op 16 mei 2006;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 25 oktober 2006;
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid en Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Art. 1.Voor het jaar 2006, worden de bedragen van de patronale bijdrageverminderingen bedoeld in artikel 35, § 5, van de wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers vastgesteld als volgt : - Fonds voor de privé-ziekenhuizen : 137.681.875,34 EUR; - Fonds voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten : 111.008.653,51 EUR; - Fonds voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap : 7.418.919,73 EUR; - Fonds voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap : 21.422.113,00 EUR; - Fonds voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten : 381.512,03 EUR; - Fonds voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap : 37.920.026,18 EUR; - Fonds voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Franse Gemeenschap : 21.246.957,85 EUR; - Fonds voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen Vlaanderen : 22.102.736,13 EUR; - Fonds social bruxellois Maribel social voor de bevordering van de tewerkstelling in de beschutte werkplaatsen : 2.496.790,56 EUR; - Sociaal Fonds ter bevordering van de tewerkstelling in de beschutte werkplaatsen (Wallonië) : 9.509.634,01 EUR; - Fonds voor de socio-culturele sector : 1.825.045,75 EUR; - Sociaal Fonds Sociale Maribel van de sociaal-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap : 14.296.191,67 EUR; - Fonds Social Maribel social voor de socioculturele sector van de Franse en Duitstalige Gemeenschap : 14.296.191,67 EUR; - Fonds sociale Maribel bedoeld in artikel 35, § 5, C, van de wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers : 221.975.113,77 EUR.
Art. 2.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 9 januari 2003, tot vaststelling van de dotaties, bedoeld in Titel IV van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het eerste streepje wordt vervangen door de volgende bepaling : « - Fonds voor de ziekenhuizen en de psychiatrische verzorgingstehuizen van de publieke sector aangesloten bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid : 6.065.481,21 EUR; »; 2° het vierde streepje wordt vervangen door de volgende bepaling : « Fonds voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp : 0 EUR;»; 3° het zesde streepje wordt vervangen door de volgende bepaling : « Fonds voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap : 6.594.641,38 EUR; ».
Art. 3.In artikel 4 van hetzelfde besluit worden de woorden « en van artikel 71, 1° en 2°, van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen, gewijzigd bij de wet van 30 december 2001. » vervangen door de woorden « en 11.657,43 EUR overeenkomstig het artikel 71, 1° en 2°, van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen, gewijzigd bij de wet van 30 december 2001. ».
Art. 4.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 26 juni 2003, tot vaststelling, voor het tweede semester 2003, van de dotaties bedoeld in Titel IV van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het eerste streepje wordt vervangen door de volgende bepaling : « Fonds voor de ziekenhuizen en psychiatrische verzorgingstehuizen van de publieke sector aangesloten bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid : 6.065.481,21 EUR; »; 2° het vierde streepje wordt vervangen door de volgende bepaling : « Fonds voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp : 0 EUR;»; 3° het zesde streepje wordt vervangen door de volgende bepaling : « Fonds voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap : 6.594.641,38 EUR; ».
Art. 5.In artikel 3 van hetzelfde besluit, wordt het eerste streepje van punt b) vervangen door de volgende bepaling : « - 59.895,31 EUR overeenkomstig het artikel 71, 2°, van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen, gewijzigd bij de wet van 30 december 2001. ».
Art. 6.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 7 januari 2004 tot vaststelling, voor het eerste semester 2004, van de dotaties bedoeld in Titel IV van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het derde streepje wordt vervangen door de volgende bepaling : « Fonds voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp : 0 EUR;»; 2° het vijfde streepje wordt vervangen door de volgende bepaling : « Fonds voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap : 6.609.189,62 EUR; ».
Art. 7.Artikel 3, tweede lid van hetzelfde besluit, wordt vervangen door de volgende bepaling : « Voor het eerste semester 2004 wordt het beheerscomité Sociale Maribel voor de ziekenhuizen en de psychiatrische verzorgingstehuizen van de publieke sector aangesloten bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid gemachtigd om voor een bedrag van 5.998.235,68 EUR betalingsopdrachten te geven aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. ».
Art. 8.Artikel 4, derde lid van hetzelfde besluit, wordt vervangen door de volgende bepaling : « Voor het eerste semester 2004 wordt het beheerscomité Sociale Maribel voor de openbare sector aangesloten bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid gemachtigd om voor een bedrag van 3.702.262,03 EUR betalingsopdrachten te geven aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. ».
Art. 9.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 13 september 2004 tot vaststelling, voor het tweede semester 2004, van de dotaties bedoeld in Titel IV van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het derde streepje wordt vervangen door de volgende bepaling : « Fonds voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp : 0 EUR;» 2° het vijfde streepje wordt vervangen door de volgende bepaling : « Fonds voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap : 7.493.640,72 EUR; ».
Art. 10.Artikel 3, tweede lid, van hetzelfde besluit, wordt vervangen door de volgende bepaling : « Voor het tweede semester 2004 wordt het beheerscomité Sociale Maribel voor de ziekenhuizen en de psychiatrische verzorgingstehuizen van de publieke sector aangesloten bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid gemachtigd om voor een bedrag van 6.899.933,17 EUR betalingsopdrachten te geven aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. ».
Art. 11.Artikel 4, derde lid, van hetzelfde besluit, wordt vervangen door de volgende bepaling : « Voor het tweede semester 2004 wordt het beheerscomité Sociale Maribel voor de openbare sector aangesloten bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid gemachtigd om voor een bedrag van 4.231.802,92 EUR betalingsopdrachten te geven aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. ».
Art. 12.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 7 maart 2005 tot vaststelling, voor het eerste semester 2005, van de dotaties bedoeld in Titel IV van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het derde streepje wordt vervangen door de volgende bepaling : « Fonds voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp : 0 EUR;»; 2° het vijfde streepje wordt vervangen door de volgende bepaling : « Fonds voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap : 8.026.879,95 EUR; ».
Art. 13.Artikel 2, tweede lid, van hetzelfde besluit, wordt vervangen door de volgende bepaling : « Voor het eerste semester 2005 wordt het beheerscomité Sociale Maribel voor de ziekenhuizen en de psychiatrische verzorgingstehuizen van de publieke sector aangesloten bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid gemachtigd om voor een bedrag van 6.231.763,70 EUR betalingsopdrachten te geven aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. »
Art. 14.Artikel 3, derde lid, van hetzelfde besluit, wordt vervangen door de volgende bepaling : « Voor het eerste semester 2005 wordt het beheerscomité Sociale Maribel voor de openbare sector aangesloten bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid gemachtigd om voor een bedrag van 4.524.952,60 EUR betalingsopdrachten te geven aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. ».
Art. 15.In het artikel 1 van het koninklijk besluit van 3 oktober 2005 tot vaststelling, voor het eerste semester 2005, van de dotaties bedoeld in Titel IV van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het derde streepje wordt vervangen door de volgende bepaling : « Fonds voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp : 0 EUR;»; 2° het vijfde streepje wordt vervangen door de volgende bepaling : « Fonds voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap : 8.026.879,95 EUR; ».
Art. 16.Artikel 3, tweede lid, van hetzelfde besluit, wordt vervangen door de volgende bepaling : « Voor het tweede semester 2005 wordt het beheerscomité Sociale Maribel voor de ziekenhuizen en de psychiatrische verzorgingstehuizen van de publieke sector aangesloten bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid gemachtigd om voor een bedrag van 6.231.763,70 EUR betalingsopdrachten te geven aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. ».
Art. 17.Artikel 4, derde lid, van hetzelfde besluit, wordt vervangen door de volgende bepaling : « Voor het tweede semester 2005 wordt het beheerscomité Sociale Maribel voor de openbare sector aangesloten bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid gemachtigd om voor een bedrag van 3.257.999,99 EUR betalingsopdrachten te geven aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. ».
Art. 18.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2006 en treedt buiten werking op 31 december 2006, met uitzondering van : 1° de artikelen 7 tot en met 12 die in werking treden op 1 januari 2007 en buiten werking treden op 31 december 2007;2° de artikelen 13 tot en met 18 die in werking treden op 1 januari 2008 en buiten werking treden op 31 december 2008.
Art. 19.Onze Minister van Werk en Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, op 2 februari 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN