gepubliceerd op 08 juli 2003
Koninklijk besluit tot vaststelling, voor het tweede semester 2003, van de dotaties bedoeld in Titel IV van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector
26 JUNI 2003. - Koninklijk besluit tot vaststelling, voor het tweede semester 2003, van de dotaties bedoeld in Titel IV van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers, inzonderheid op artikel 35, § 5, vierde lid, gewijzigd bij de wetten van 26 maart 1999, 24 december 1999, 30 december 2001, 2 augustus 2002 en 24 december 2002;
Gelet op de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen, inzonderheid op artikel 71, gewijzigd bij de wetten van 24 december 1999, 30 december 2001 en 24 december 2002;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 10 december 2002;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 5 mei 2003;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 17 mei 2003;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat, enerzijds, de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg de noodzakelijke gegevens voor de berekening van de dotaties slechts in de maand maart 2003 heeft ontvangen en, anderzijds, de aan de sectorale fondsen Sociale Maribel te storten bedragen voor het tweede semester 2003 zo snel mogelijk moeten worden meegedeeld aan de RSZ zodat deze onmiddellijk de nodige maatregelen kan nemen teneinde de stortingen uiterlijk de laatste werkdag van de maand juni door te voeren, zoals opgelegd door artikel 7 van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profitsector, en zodoende de verdere financiering van de bijkomende tewerkstelling die inmiddels gecreëerd werd niet in het gedrang te brengen;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid en Onze Minister van Sociale Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Voor het tweede semester van het jaar 2003 stort de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aan de Fondsen Sociale Maribel de volgende bedragen : - Fonds voor de ziekenhuizen en psychiatrische verzorgingstehuizen van de publieke sector aangesloten bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid : 6.002.544,45 EUR; - Fonds voor de privé-ziekenhuizen : 55.036.855,01 EUR; - Fonds voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten : 45.634.308,17 EUR; - Fonds voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp : 191.160,17 EUR; - Fonds voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap : 3.037.258,70 EUR; - Fonds voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap : 6.403.289,86 EUR; - Fonds voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten : 155.461,58 EUR; - Fonds voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap : 15.447.699,28 EUR; - Fonds voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Franse Gemeenschap : 8.738.092,52 EUR; - Fonds voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen Vlaanderen : 10.486.784,08 EUR; - « Fonds social bruxellois Maribel social » voor de bevordering van de tewerkstelling in de beschutte werkplaatsen : 972.813,60 EUR; - Sociaal Fonds ter bevordering van de tewerkstelling in de beschutte werkplaatsen (Wallonië) : 3.667.390,11 EUR; - Fonds voor de socio-culturele sector : 777.204,27 EUR; - Sociaal Fonds Sociale Maribel van de sociaal-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap : 6.088.100,14 EUR; - « Fonds social Maribel social du secteur socioculturel des Communautés française et germanophone » : 6.088.100,14 EUR.
Art. 2.Voor het tweede semester van het jaar 2003 stort de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aan het Fonds voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten de volgende bedragen : 1) voor de thuisverpleging : 9.299.404 EUR; 2) voor de diensten van het bloed van het Rode Kruis : 3.321.216 EUR; 3) voor de wijkgezondheidscentra : 495.787 EUR. De bedragen vermeld in dit artikel worden enkel aangewend voor de harmonisering en de verhoging van de barema's zoals voorzien in het akkoord voor de gezondheidssector van 1 maart 2000 gesloten tussen de Regering en de Sociale Gesprekspartners.
Art. 3.Voor het tweede semester van 2003 stort de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aan het Fonds voor de openbare sector aangesloten bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid : a) 168.895,96 EUR met toepassing van artikel 35, § 5, vierde lid, 1°, van de wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers, gewijzigd bij de wetten van 30 december 2001, 2 augustus 2002 en 24 december 2002 en van artikel 71, 1°, van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen, gewijzigd bij de wet van 30 december 2001; b) - 48.237,87 EUR met toepassing van artikel 71, 2°, van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen, gewijzigd bij de wet van 30 december 2001; - 631.610 EUR met toepassing van artikel 315 van de wet van 24 december 2002.
Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2003 en treedt buiten werking op 31 december 2003.
Art. 5.Onze Minister van Werkgelegenheid en Onze Minister van Sociale Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 26 juni 2003.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE