gepubliceerd op 02 oktober 2001
Registratie van de laatste wilsbeschikking inzake de wijze van lijkbezorging. - Wijziging
MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN
29 AUGUSTUS 2001. - Registratie van de laatste wilsbeschikking inzake de wijze van lijkbezorging. - Wijziging
Aan Mevr. de Provinciegouverneur, Aan Mevr. de Gouverneur van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad, Aan de heren Provinciegouverneurs, Ter informatie : Aan de heren Arrondissementscommissarissen, Aan de dames en heren Burgemeesters en schepenen, Mevr. de Gouverneur, Mijnheer de Gouverneur, De wet van 20 september 1998 tot wijziging van de wet van 20 juli 1971 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 28 oktober 1998, heeft o.a. artikel 15bis van deze laatste wet gewijzigd.
Ter uitvoering van deze gewijzigde bepaling werd het koninklijk besluit van 28 januari 2000, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 1 maart 2000, genomen, dat het koninklijk besluit van 2 augustus 1990 tot inschrijving door de gemeenten van de laatste wilsbeschikking inzake de wijze van teraardebestelling, wijzigt.
Verdere verduidelijkingen werden in de omzendbrief van 7 februari 2000 betreffende de registratie van de laatste wilsbeschikking inzake de wijze van lijkbezorging, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 4 maart 2000, aangebracht.
De wet van 8 februari 2001 wijzigt artikel 24 van de wet van 20 juli 1971. Naast de uitstrooiing van de as op het daartoe bestemd perceel van de begraafplaats of in de Belgische territoriale zee of de begraving van de as of de bijzetting ervan in een columbarium op de begraafplaats, kan de as ook worden uitgestrooid op een andere plaats dan de begraafplaats of in Belgische territoriale zee of begraven of bewaard worden op een andere plaats dan de begraafplaats. Het koninklijk besluit van 24 augustus 2001 strekt ertoe de artikelen 1, derde lid, en 2 van het koninklijk besluit van 2 augustus 1990, gewijzigd door het koninklijk besluit van 28 januari 2000, aan te passen aan die wetswijziging.
Het gewijzigde artikel 1, derde lid, van het koninklijk besluit van 2 augustus 1990 breidt de keuze van de declarant in zijn laatste wilsbeschikking inzake de wijze van lijkbezorging uit : hij kan inderdaad kiezen, door de duidelijke en ondubbelzinnige vermelding van één van de volgende termen, tussen ofwel begraving ofwel crematie gevolgd door uitstrooiing van de as op het daartoe bestemde perceel van de begraafplaats of in de Belgische territoriale zee, ofwel crematie gevolgd door begraving van de as of door bijzetting ervan in een columbarium op de begraafplaats ofwel crematie gevolgd door de uitstrooiing van de as op een andere plaats dan de begraafplaats of in de Belgische territoriale zee ofwel crematie gevolgd door begraving of bewaring van de as op een andere plaats dan de begraafplaats.
Na ontvangst wordt die verklaring overeenkomstig artikel 2 van het betrokken besluit in de bevolkingsregister opgetekend, onder een rubriek betreffende de laatste wilsbeschikking inzake de wijze van lijkbezorging; naargelang van de keuze van de declarant, worden in die rubriek één van de volgende acht vermeldingen aangebracht : 1. begraving van het stoffelijk overschot;2. crematie gevolgd door uitstrooiing van de as op de strooiweide van de begraafplaats;3. crematie gevolgd door uitstrooiing van de as in de Belgische territoriale zee;4. crematie gevolgd door begraving van de as binnen de omheining van de begraafplaats;5. crematie gevolgd door bijzetting van de as in het columbarium van de begraafplaats;6. crematie gevolgd door uitstrooiing van de as op een andere plaats dan de begraafplaats of in de Belgische territoriale zee;7. crematie gevolgd door begraving van de as op een andere plaats dan de begraafplaats;8. crematie gevolgd door bewaring van de as op een andere plaats dan de begraafplaats. De onderrichtingen van de omzendbrief van 7 februari 2000 blijven van toepassing.
Het bij de omzendbrief van 7 februari 2000 als bijlage 1 gevoegde model van verklaring betreffende de laatste wilsbeschikking inzake de wijze van teraardebestelling dient evenwel gewijzigd te worden.
Daarom stel ik het bij de huidige omzendbrief als bijlage gevoegde model voor dat aan de declarant onder de vorm van een voorgedrukt formulier kan worden overhandigd.
Het als bijlage 2 bij de omzendbrief van 7 februari 2000 gevoegde ontvangstbewijs van deze verklaring blijft uiteraard geldig.
Brussel, 29 augustus 2001.
De Minister, A. Duquesne
Bijlage 1 Verklaring betreffende de laatste wilsbeschikking inzake de wijze van teraardebestelling Ondergetekende . . . . . (naam/voornaam) verblijvend te . . . . . . . . . . (woonplaats en volledig adres) verklaart aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de stad/gemeente . . . . . te kiezen voor begraving/crematie gevolgd door uitstrooiing van de as op een daartoe bestemd perceel van de begraafplaats/crematie gevolgd door uitstrooiing van de as in de Belgische territoriale zee/crematie gevolgd door begraving van de as binnen de omheining van de begraafplaats/crematie gevolgd door bijzetting van de as in een columbarium van de begraafplaats/crematie gevolgd door uitstrooiing van de as op een andere plaats dan de begraafplaats of in de Belgische territoriale zee/crematie gevolgd door begraving van de as op een andere plaats dan de begraafplaats/crematie gevolgd door bewaring van de as op een andere plaats dan de begraafplaats.
De inhoud van deze verklaring, die uit eigen wil opgemaakt werd, is mijn laatste wilsbeschikking inzake de wijze van teraardebestelling.
Opgemaakt te . . . . . , op . . . . .
Handtekening