Etaamb.openjustice.be
Decreet van 28 november 2008
gepubliceerd op 10 februari 2009

Decreet tot integratie van de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux » in de « Université de Liège », oprichting van de « Université de Mons » door de fusie van de « Université de Mons-Hainaut » en de « Faculté polytechnique de Mons », herstructurering van de universitaire machtigingen en herfinanciering van de Universiteiten

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2009029039
pub.
10/02/2009
prom.
28/11/2008
ELI
eli/decreet/2008/11/28/2009029039/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

28 NOVEMBER 2008. - Decreet tot integratie van de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux » in de « Université de Liège », oprichting van de « Université de Mons » door de fusie van de « Université de Mons-Hainaut » en de « Faculté polytechnique de Mons », herstructurering van de universitaire machtigingen en herfinanciering van de Universiteiten


Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Integratie van de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux » in de « Université de Liège » en oprichting van de « Université de Mons » door de fusie van de « Université de Mons-Hainaut » en de « Faculté polytechnique de Mons » Afdeling I. - Wijziging van de wet van 28 april 1953

betreffende de inrichting van het universitair onderwijs door de Staat

Artikel 1.In artikel 1 van de wet van 28 april 1953 betreffende de inrichting van het universitair onderwijs door de Staat, vervangen bij het decreet van 10 april 1995, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° De woorden « -Hainaut » worden geschrapt;2° De zin wordt vervangen door de zin « Deze wet is van toepassing op de Université de Liège en de Université de Mons.».

Art. 2.In artikel 3 van dezelfde wet, vervangen bij het decreet van 5 september 1994, worden de woorden « 5 september 1994 » vervangen door de woorden « 31 maart 2004 betreffende de organisatie van het hoger onderwijs ter bevordering van de integratie in de Europese ruimte van het hoger onderwijs en betreffende de herfinanciering van de universiteiten ».

Art. 3.In artikel 4 van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 9 april 1965, gewijzigd bij de wetten van 24 maart 1971, 28 mei 1971, 27 juli 1971 en 21 juni 1985 alsmede bij de decreten van 5 september 1994, 28 januari 2004, 19 mei 2005 en 13 december 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° In § 4 wordt het 2e lid geschrapt;2° Het artikel wordt aangevuld met vier paragrafen, luidend als volgt : « § 8.De « Université de Liège » richt vanaf het academiejaar 2009-2010 een orgaan in haar midden op met als benaming « Gembloux Agro-Bio Tech » die inzonderheid tot doel het onderwijs, het onderzoek en de diensten voor de gemeenschap heeft in het domein van de landbouwkundige wetenschappen en de biologische ingenieurswetenschappen.

Dat orgaan bezit een faculteit met als benaming « Faculté des sciences agronomiques et d'ingénierie biologique de Gembloux » alsmede een onderzoekscentrum met als benaming « Centre universitaire de recherche en agronomie et en ingénierie biologique de Gembloux ».

Dat orgaan staat vanaf het academiejaar 2009-2010 in voor de onderwijsactiviteiten en daarenboven vanaf 1 januari 2010 voor de onderzoeksactiviteiten en de dienstenactiviteiten die voordien georganiseerd werden door de « Facultés universitaires des sciences agronomiques de Gembloux ». § 9. Vanaf het academiejaar 2009-2010 wordt er een directiecomité van « Gembloux Agro-Bio Tech » opgericht.

Dat comité bestaat uit de rector van de « Université de Liège » of zijn vertegenwoordiger, vertegenwoordigers van het onderwijzend personeel, van het wetenschappelijk personeel en het administratief personeel, het gespecialiseerd beheers-, vak- en dienstpersoneel en van de studenten die behoren tot « Gembloux Agro-bio Tech ».

De vertegenwoordigers van die personeelsleden en studenten worden verkozen door en onder die personeelsleden en studenten die behoren tot « Gembloux Agro-Bio Tech » volgens dezelfde regels als die bepaald voor de leden verkozen op de bestuursraad van de universitaire instellingen georganiseerd door de Franse Gemeenschap. Hun mandaat begint en eindigt tegelijkertijd met het mandaat van de leden van de raad van bestuur van de « Université de Liège ».

Drie vertegenwoordigers van de economische kringen, de sociale kringen en de overheidsdiensten maken deel uit van dat directiecomité met raadgevende stem. Die leden worden door de rector voorgesteld voor aanstelling door de Regering van de Franse Gemeenschap op de voordracht van het directiecomité volgens de nadere regels bedoeld in artikel 15, 1e lid, voor de leden van de raad van bestuur. Hun mandaat eindigt tegelijkertijd met het mandaat van de leden bedoeld in het 3e lid. § 10. Een overeenkomst zal ten laatste op 31 december 2008 afgesloten worden tussen de « Université de Liège » en de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux ». Die overeenkomst bepaalt het specifieke beheer binnen de « Université de Liège » van Gembloux Agro-Bio-Tech alsmede de gevolgen van die bepaling inzonderheid wat betreft het beheer van het patrimonium en het budget. Zij bepaalt de samenstelling, de werking en de bekwaamheden van de organen bedoeld in de §§ 8 en 9 alsmede de nadere regels voor het beheer van het personeel inzonderheid gedurende de overgangsperiode gaande van 1 oktober 2009 tot 30 september 2014.

De in de vorige leden bedoelde overeenkomst wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de Regering van de Franse Gemeenschap.

Gedurende de overgangsperiode kunnen die nadere regels herzien worden door de Raad van bestuur van de « Université de Liège, op conform voorstel van « Gembloux Agro-Bio Tech ».

Vervolgens kunnen de nadere regels van die overeenkomst herzien worden door de raad van bestuur van de « Université de Liège », nadat « Gembloux Agro-Bio Tech » werd gehoord.

In elk geval worden de wijzigingen goedgekeurd door de Regering op basis van de beraadslagingen van de Raad van bestuur en van het directiecomité. § 11. Vanaf 1 januari 2009 vormen de « Université de Mons-Hainaut (UMH) » en de « Faculté Polytechnique de Mons (FPMs) » samen een universiteit van de Franse Gemeenschap die de naam « Université de Mons (UMons) » draagt. De FPMs wordt de faculteit voor toegepaste wetenschappen van die nieuwe instelling. Zij behoudt de benaming « Faculté Polytechnique de Mons (FPMs) ».

De commissaris van de Regering, benoemd of aangesteld, en de afgevaardigde van de minister van begroting, aangesteld, bij de « Université de Mons-Hainaut », oefenen hun ambt uit op de « Université de Mons ».

Art. 4.In artikel 8 van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 24 maart 1971, aangevuld bij de decreten van 8 februari 1999, 12 juni 2003, 28 januari 2004 en 19 mei 2004 en gewijzigd bij het decreet van 15 februari 2008, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° In het 1e lid : a) wordt het punt 2°bis het punt 2°ter ;b) wordt er na punt 2° een nieuw punt 2°bis ingevoegd, luidend als volgt : « 2°bis aan de « Université de Liège », uit de vicerector bedoeld in artikel 9, § 3;»; c) wordt het punt 6° aangevuld met de zin « Aan de « Université de Liège » is het aantal vertegenwoordigers van de studenten gelijk aan acht;»; d) worden in het punt 8° tussen de woorden « de Liège » en de woorden « alsmede de voorzitter » de woorden « een van de vertegenwoordigers van de economische kringen, de sociale kringen en van de overheidsdiensten bij het directiecomité van « Gembloux Agro-Bio Tech », voorgesteld door de rector op de voordracht van het bedoelde comité voor de aanstelling door de Regering van de Franse Gemeenschap » ingevoegd;2° In het 2e lid : a) wordt het woord « 2°bis » vervangen door het woord « 2°ter »;b) wordt de volgende zin toegevoegd op het einde van het lid : « Op de « Université de Liège » is dat getal gelijk aan twaalf ».

Art. 5.Artikel 9 van dezelfde wet, vervangen bij het decreet van 15 februari 2008, wordt aangevuld met een § 3, luidend als volgt : « § 3. Op de « Université de Liège » zit de vice-rector het directiecomité voor van « Gembloux Agro-Bio Tech » bedoeld in artikel 4, § 9.

Deze vice-rector wordt aangesteld door het geheel van het onderwijzend personeel dat behoort tot « Gembloux Agro-Bio Tech » onder de leden van dat personeel dat er sinds minstens twee jaar een ambt met een volledige opdracht uitvoert.

De duur van het mandaat bedraagt vier jaar.

Dat ambt is verenigbaar met dat van decaan van de « Faculté des sciences agronomiques et d'ingénierie biologique de Gembloux » en met dat van directeur van het « Centre de recherche agronomique et d'ingénierie biologique de Gembloux ».

Overigens wordt die vice-rector gelijkgesteld met de bijkomende vice-rectoren bedoeld in artikel 9, § 2, zonder dat deze evenwel tussenkomt voor de berekening van het maximaal aantal bijkomende vice-rectoren. ».

Art. 6.Artikel 64bis van dezelfde wet, vervangen bij het decreet van 10 april 1995 en gewijzigd bij de decreten van 12 juni 2006, van 31 maart 2004 en van 15 februari 2008, wordt opgeheven. Afdeling II. - Wijziging van de wet van 27 juli 1971

op de financiering en de controle van de universitaire instellingen

Art. 7.In het 1e lid van artikel 25 van de wet van 27 juli 1971 op de financiering en de controle van de universitaire instellingen, vervangen bij het decreet van 1 oktober 1998 en gewijzigd bij het decreet van 31 maart 2004, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° De regels d) en g) worden geschrapt en vervangen door d) « Université de Mons »;2° De regel e) wordt geschrapt.

Art. 8.In artikel 29 van dezelfde wet, vervangen bij het decreet van 31 maart 2004 en gewijzigd bij de decreten van 21 december 2004, 16 december 2005, 20 juli 2006, 15 december 2006 en 11 januari 2008, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° In § 1, 2e lid : a) Wordt de regel « Université de Liège : 23,34 % » vervangen door de regel « Université de Liège : 26,28 % » b) Wordt de regel « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux : 2,94 % » geschrapt;c) Worden de regels « Université de Mons-Hainaut : 4,23 % » en « Faculté polytechnique de Mons : 3,16 % » geschrapt en vervangen door « Université de Mons :7,39 % ». 2° In § 3 wordt het woord « g), » geschrapt en het bedrag « 5.221.525 euro » vervangen door « 4.997.532 euro ». 3° Tussen § 3 en § 4 wordt een § 3bis ingevoegd, luidend als volgt : « § 3bis.Het basisbedrag voor de complementen bij de toelage bedoeld in artikel 34 ten gunste van de « Université de Mons » wordt vastgesteld op 210.553 euro .

Dat bedrag wordt jaarlijks geïndexeerd op basis van de nadere regels bedoeld in § 4. Het wordt daarenboven jaarlijks aangepast op basis van de evolutie van het aantal personeelsleden van de « Université de Mons » die overgeheveld zijn van de « Faculté Polytechnique » of nog in dienst zijn op de « Université de Mons » en waarvoor artikel 34 van toepassing was op 1 oktober 2009 op basis van de volgende formule : Aantal ambtenaren lid van de « PATG » overgeheveld van de « FPMS » die nog ten laste van de werkingstoelage zijn op 1 oktober van het betrokken jaar / Aantal ambtenaren « PATG » overgebracht van de « FPMS » die ten laste van de werkingstoelage zijn op 1 oktober 2009 ».

Art. 9.In artikel 35bis, 1e, 2e en 4e lid van dezelfde wet, ingevoegd bij het decreet van 13 december 2007, wordt het woord « Mons-Hainaut » vervangen door het woord « Mons ».

Art. 10.Artikel 38 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 17 januari 1974, wordt aangevuld met het volgende lid : « Vanaf 1 oktober 2009 wordt de subsidie die toegekend wordt aan de « Faculté polytechnique de Mons » krachtens de vorige leden, toegekend aan de « Université de Mons » die de « Faculté polytechnique de Mons » vervangt. »

Art. 11.In artikel 45, § 1, 2e lid, van dezelfde wet, hersteld bij het decreet van 1 oktober 1998 en gewijzigd bij het decreet van 31 maart 2004, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° De regel « 1° Université de Liège : 27,78 % » wordt vervangen door de regel « 1° Université de Liège : 32,41 % »;2° De regel « 4° Université de Mons-Hainaut : 3,64 %;» wordt vervangen door de regel « 4° « Université de Mons » : 8,30 %; »; 3° De regel « 5° « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux » : 4,63 %;» wordt geschrapt; 4° De regel « 7° « Faculté polytechnique de Mons » : 4,66 %;» wordt geschrapt. Afdeling III. - Wijziging van het decreet van 31 maart 2004

betreffende de organisatie van het hoger onderwijs ter bevordering van de integratie in de Europese ruimte van het hoger onderwijs en betreffende de herfinanciering van de universiteiten

Art. 12.In artikel 10 van het decreet van 31 maart 2004 betreffende de organisatie van het hoger onderwijs ter bevordering van de integratie in de Europese ruimte van het hoger onderwijs en betreffende de herfinanciering van de universiteiten worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° De regel « 4° « Université de Mons-Hainaut » wordt vervangen door de regel « 4° de « Université de Mons »;»; 2° De regel « 5° de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux »;» wordt geschrapt; 3° De regel « 7° de « Faculté polytechnique de Mons »;» wordt geschrapt.

Art. 13.Artikel 110 van hetzelfde decreet wordt aangevuld met de volgende zin : « Zij kan evenwel de naam van de academie blijven gebruiken ».

Art. 14.In artikel 159 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 13 december 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 1, 1e lid, 2°, wordt vervangen door de volgende bepaling : « 2° de studenten die ingeschreven zijn voor studies die leiden tot het behalen van een academische graad van de tweede cyclus in de betrokken instelling bedoeld in artikel 25, d) van dezelfde wet worden vermenigvuldigd met 1,29 behalve voor die ingeschreven in het domein van de ingenieurswetenschappen die vermenigvuldigd worden met 1,68.De studenten die ingeschreven zijn voor studies die leiden tot het behalen van een academische graad van de tweede cyclus in het domein van de landbouwkundige en biologische ingenieurswetenschappen in de instelling bedoeld in artikel 25, a) van dezelfde wet worden vermenigvuldigd met 1,34. » 2° § 3 van hetzelfde artikel wordt vervangen door de volgende bepaling : « § 3.Vanaf het begrotingsjaar 2015 en tot in 2021, zal de coëfficiënt bedoeld in paragraaf 1, 2°, die het aantal studenten ingeschreven voor studies die leiden tot een academische graad van de tweede cyclus op de « Université de Mons » vermenigvuldigt, met uitzondering van die ingeschreven in het domein van de ingenieurswetenschappen, jaarlijks verminderd worden met 0,04. Vanaf het begrotingsjaar 2022 zal de coëfficiënt gelijk zijn aan de eenheid.

Vanaf het begrotingsjaar 2022 zal de Regering jaarlijks de in paragraaf 1 bedoelde coëfficiënten kunnen herzien met uitzondering van de coëfficiënt waarvan de vermindering georganiseerd wordt in het vorige lid. Die herziening zal gebeuren zonder dat de coëfficiënten hoger mogen zijn dan hun beginwaarde, noch lager dan één. » Afdeling IV. - Bepalingen die specifiek zijn voor de integratie

van de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux » binnen de « Université de Liège » Onderafdeling I. - Algemene bepalingen

Art. 15.De « Université de Liège » neemt de rechten en plichten over van de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux ». Het principe van beheerscontinuïteit is van toepassing.

De lijst van de onroerende goederen die zodoende overgebracht worden, wordt op 31 december 2009 vastgesteld door de Regering.

De schuldvorderingen en obligaties die gebaseerd zijn op de overeenkomsten betreffende de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux » die lopend zijn op de datum van inwerkingtreding van deze bepaling, worden naar de « Université de Liège » overgedragen.

Deze afstanden en overdrachten kunnen van rechtswege tegengeworpen worden aan medecontractanten en derden, zonder verdere formaliteit. Ze omvatten alle rechten en verplichtingen gebonden aan lopende en komende procedures.

Art. 16.Het Patrimonium van de « Université de Liège » neemt de rechten en plichten over van het Patrimonium van de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux ». Het principe van beheerscontinuïteit is van toepassing.

De lijst van de onroerende goederen die zodoende zijn overgebracht, wordt door de Regering vastgesteld op 31 december 2009.

De schuldvorderingen en verplichtingen die gebaseerd zijn op overeenkomsten betreffende het Patrimonium van de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux » die lopend zijn op de datum van inwerkingtreding van deze bepaling worden naar het Patrimonium van de « Université de Liège » overgedragen.

Deze afstanden en overdrachten kunnen van rechtswege tegengeworpen worden aan medecontractanten en derden, zonder verdere formaliteit. Ze omvatten alle rechten en plichten gebonden aan de lopende en komende procedures.

Art. 17.De studenten die ten laatste in de loop van het academiejaar 2008-2009 ingeschreven zijn op de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux » en die er hun studies mochten voortzetten, mogen die onder dezelfde voorwaarden voortzetten op de « Université de Liège ».

De academische graad en het diploma die eraan verbonden zijn, zullen uitgereikt worden door de « Université de Liège ».

Art. 18.§ 1. De leden van het vastbenoemd onderwijzend, wetenschappelijk, administratief, technisch en werkliedenpersoneel van de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux » worden overgebracht naar de « Université de Liège » en respectievelijk in het onderwijzend, wetenschappelijk en administratief, technisch en werkliedenkorps ervan; zij behouden hun graad en hun anciënniteit. § 2. Het Patrimonium van de « Université de Liège » wordt de werkgever van de leden van het wetenschappelijk, administratief, technisch en werkliedenpersoneel aangeworven door het Patrimonium van de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux »; zij behouden hun graad en hun anciënniteit. § 3. De lijst van de personeelsleden bedoeld in §§ 1 en 2 op 31 december 2009, verdeeld over onderwijzend, wetenschappelijk en administratief, technisch en werkliedenpersoneel, wordt vastgesteld door de Regering. § 4. De raad van bestuur van de « Université de Liège » wordt de bevoegde beslissingsinstantie tegenover personeelsleden bedoeld in de §§ 1 en 2. § 5. Gedurende de periode gaande van 1 januari 2010 tot 30 september 2014, worden de in de §§ 1 en 2 bedoelde personeelsleden niet onderworpen aan de bepalingen genomen voor de periode 2002-2010 in het herstructureringsplan genomen op 26 september 2001 door de raad van bestuur van de « Université de Liège ».

Onderafdeling II. - Bijzondere bepalingen voor de overgangsperiode 2009-2014

Art. 19.Met het oog op het beheer van de instelling wordt een overgangsperiode ingesteld gaande van 1 oktober 2009 tot 30 september 2014.

Art. 20.In afwijking van artikel 6 van de wet van 28 april 1953 betreffende de inrichting van het universitair onderwijs door de Staat, benoemt de Regering een rector voor de periode gaande van 1 oktober 2009 tot 30 september 2014 op een lijst van 3 gewone hoogleraren voorgesteld door de bijeengekomen academische raden van de « Université de Liège » en de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux ».

In afwijking van artikel 9, § 1, van dezelfde wet, benoemt de Regering tegelijk met de rector, onder dezelfde voorwaarden en voor dezelfde duur, een eerste vice-rector.

In afwijking van artikel 9, § 3, van dezelfde wet, wordt de in 2009 aangestelde vice-rector benoemd door de academische raad van de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux » voor een mandaat van een duur van vijf jaar, onder de gewone hoogleraren die behoren tot die faculteit en er sinds minstens twee jaar een ambt met volledige opdracht uitoefenen.

In afwijking van artikel 14, 1e lid, van dezelfde wet, worden de leden van de raad van bestuur bedoeld in artikel 8, 1e, 3e, 4e en 5e lid, van dezelfde wet, en aangesteld in 2009, verkozen, voor elk personeelslid dat zij vertegenwoordigen, door en onder het geheel van de personeelsleden van de « Université de Liège » en van de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux » voor een mandaat van 5 jaar.

In afwijking van artikel 14, 1e lid, van dezelfde wet, worden de leden van de raad van bestuur bedoeld in artikel 8, 1e lid, 6°, van dezelfde wet, en aangesteld in 2009, verkozen door en onder de leden van de studenten van de « Université de Liège » en de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux » voor een mandaat van 1 jaar.

In afwijking van artikel 14, 1e lid, van dezelfde wet, bedraagt de duur van het mandaat van de vertegenwoordigers van de externe kringen aangesteld in 2009 vijf jaar.

In afwijking van artikel 51bis van dezelfde wet zal het mandaat van de bestuurder die verkozen wordt door de raad van bestuur van de « Université de Liège » in mei 2009 vijf jaar duren.

Art. 21.In afwijking van artikel 16, 6e lid, van de wet van 28 april 1953 betreffende de inrichting van het universitair onderwijs door de Staat gedurende de overgangsperiode bedoeld in artikel 19, kunnen de rector of de vice-rectoren die de leeftijdsgrens bereikt hebben, hun mandaat blijven uitoefenen tot op de normale termijn ervan. De overeenstemmende bezoldigingen en vergoedingen worden ten laste gebracht van de werkingstoelage bedoeld in artikel 27 van de wet op de financiering en de controle van de universitaire instellingen.

Art. 22.In afwijking van artikel 51bis van dezelfde wet wordt het mandaat van de bestuurder van de « Faculté universitaire des Sciences agronomiques de Gembloux » in functie in mei 2009 verlengd tot 30 september 2009.

Van 1 oktober 2009 tot 31 december 2009 wordt hij verbonden aan de bestuurder in functie op de « Université de Liège ». Hij behoudt zijn graad en zijn bezoldiging. De wedde wordt ten laste gelegd van de werkingstoelage bedoeld in artikel 27 van de wet op de financiering en de controle van de universitaire instellingen. Afdeling V. - Bijzondere bepalingen voor de oprichting van de «

Université de Mons » Onderafdeling I. - Algemene bepalingen

Art. 23.« De « Université de Mons » neemt de rechten en plichten over van de « Université de Mons-Hainaut » wat betreft de administratieve, financiële, boekhoudings- en budgettaire aangelegenheden alsook wat betreft de eigendom en het beheer van haar patrimonium en van haar personeel. Het principe van beheerscontinuïteit is van toepassing.

Art. 24.De studenten die ingeschreven zijn op de « Faculté polytechnique de Mons » en op de « Université de Mons-Hainaut » ten laatste in de loop van het academiejaar 2008-2009 en die er hun studies mochten voortzetten, kunnen die op de « Université de Mons » binnen dezelfde voorwaarden voortzetten.

De academische graad en het diploma die erop betrekking hebben, zullen uitgereikt worden door de « Université de Mons ».

Art. 25.§ 1. De leden van het vastbenoemd onderwijzend, wetenschappelijk, administratief, technisch en werkliedenpersoneel van de « Faculté polytechnique de Mons » worden overgeheveld naar de « Université de Mons » en respectievelijk in het onderwijzend, wetenschappelijk en administratief, technisch en beheerskorps ervan; zij behouden hun graad en hun anciënniteit. § 2. Het Patrimonium van de « Université de Mons » wordt de werkgever van de leden van het wetenschappelijk en administratief, technisch en beheerspersoneel onder arbeidsovereenkomst aangeworven door de « Faculté polytechnique de Mons »; zij behouden hun graad en hun anciënniteit. § 3. De in de vorige leden bedoelde personeelsleden worden onderworpen aan de wets- en verordeningsbepalingen die, op het ogenblijk van hun overdracht, van toepassing zijn als personeelslid van de aldus opgerichte nieuwe universiteit onder voorbehoud van § 6. De wijzigingen die aan deze bepalingen aangebracht zijn, zijn eveneens van toepassing.

De bijkomende bezoldigingen en toelagen van de personeelsleden bedoeld in de vorige leden worden hun uitbetaald door de « Université de Mons » ten laste van dezelfde afdelingen van haar begroting als die waaronder ze op de « Faculté polytechnique de Mons » ressorteerden. § 4. De lijst van die personeelsleden op 30 september 2009, verdeeld over onderwijzend, wetenschappelijk en administratief, technisch en beheerspersoneel, wordt vastgesteld door de Regering. § 5. De raad van bestuur van de « Université de Mons » wordt de bevoegde beslissingsinstantie tegenover personeelsleden bedoeld in de §§ 1 en 2. § 6. De leden van het vastbenoemd administratief, technisch en beheerspersoneel van de « Faculté polytechnique de Mons » op 30 september 2009 blijven lid van de « Caisse Provinciale des Pensions de la Province du Hainaut ».

Art. 26.De roerende en onroerende goederen van de « Faculté polytechnique de Mons » worden overgeheveld naar het patrimonium van de « Université de Mons ». De lijst van die goederen op 30 september 2009 wordt bepaald door de Regering. De schuldvorderingen en obligaties gebaseerd op de lopende contracten betreffende de « Faculté polytechnique de Mons » op de datum van inwerkingtreding van deze bepaling, worden overgedragen naar het patrimonium van de « Université de Mons ».

De « Université de Mons » neemt de rechten en plichten over van de « Faculté Polytechnique de Mons » wat betreft de bestuurs-, financiële, boekhoudkundige en budgettaire zaken. Het principe van beheerscontinuïteit is van toepassing.

Deze afstanden en overdrachten kunnen van rechtswege tegengeworpen worden aan de medecontractanten en derden, zonder verdere formaliteit.

Ze begrijpen alle rechten en plichten gebonden aan de lopende en komende procedures.

Onderafdeling II. - Bijzondere bepalingen voor de overgangsperiode 2009-2014

Art. 27.Met het oog op het beheer van de instelling, wordt een overgangsperiode gepland gaande van 1 oktober 2009 tot 30 september 2014.

Art. 28.§ 1. In afwijking van artikel 8 van de wet van 28 april 1953 betreffende de inrichting van het universitair onderwijs door de Staat, voor de periode gaande van 1 oktober 2009 tot 30 september 2014, wordt de Raad van bestuur van de « Université de Mons » als volgt samengesteld : 1° De rector, voorzitter;2° De vice-rector, ondervoorzitter;3° Acht vertegenwoordigers van het onderwijzend korps verkozen door de academische raad van de « Université de Mons-Hainaut », onder de leden van het onderwijzend korps van de « Université de Mons-Hainaut » en die er sinds minstens twee jaar een ambt met volledige opdracht uitvoeren;4° De Decaan van de « Faculté Polytechnique de Mons » en vijf vertegenwoordigers van het onderwijzend korps verkozen door de academische raad van de « Faculté polytechnique de Mons », onder de leden van het onderwijzend korps van de « Faculté polytechnique de Mons » en die er sinds minstens twee jaar een ambt met volledige opdracht uitvoeren;5° Vijf vertegenwoordigers van het wetenschappelijk korps verkozen onder de leden van het wetenschappelijk korps van de « Université de Mons-Hainaut » en die er gedurende minstens twee jaar een universitaire beroepsactiviteit uitgevoerd hebben;6° Drie vertegenwoordigers van het wetenschappelijk korps verkozen door de leden van het wetenschappelijk korps van de « Faculté polytechnique de Mons » en die er gedurende minstens twee jaar een universitaire beroepsactiviteit uitgevoerd hebben;7° Drie vertegenwoordigers van het administratief personeel en gespecialiseerd meesters-, vak- en dienstpersoneel verkozen onder de leden van het bestuurs-, vak- en dienstpersoneel van de dienst van de « Université de Mons-Hainaut » en die er sinds minstens twee jaar een beroepsactiviteit uitgevoerd heeft;8° Twee vertegenwoordigers van het administratief, technisch en beheerspersoneel, verkozen onder de leden van het administratief, technisch en beheerspersoneel van de « Faculté polytechnique » en die er sinds minstens twee jaar een beroepsactiviteit uitgevoerd hebben;9° Vijf vertegenwoordigers van de studenten aangesteld overeenkomstig het decreet van 12 juni 2003 tot bepaling en organisatie van de deelneming van de studenten binnen de universitaire instellingen en tot instelling van de deelneming van de studenten op gemeenschapsvlak, die reeds een jaar aan de « Université de Mons-Hainaut » of aan de « Université de Mons » volbracht hebben in een cursus die niet behoort tot de Ingenieurswetenschappen;10° Vier vertegenwoordigers van de studenten aangesteld overeenkomstig het decreet van 12 juni 2003 tot bepaling en organisatie van de deelneming van de studenten binnen de universitaire instellingen en tot instelling van de deelneming van de studenten op gemeenschapsvlak, die reeds een jaar op de « Faculté polytechnique de Mons » of op de « Université de Mons » volbracht hebben in een cursus die behoort tot de Ingenieurswetenschappen;11° Zeven vertegenwoordigers uit de sociale, economische en politieke kringen. De leden van de raad van bestuur die lid zijn van het onderwijzend korps moeten aangesteld worden opdat elke faculteit vertegenwoordigd zou zijn, voor zover dit mogelijk is naargelang van het aantal leden bedoeld in de punten 1°, 2°, 3° en 4°. § 2. In afwijking van artikel 14, 1e lid, van dezelfde wet, worden de leden van de raad van bestuur bedoeld in de punten 3° tot 8° en 11° aangesteld voor 5 jaar. § 3. De verkiezing van de leden bedoeld in de punten 3°, 5° en 7° alsook de eerste verkiezing van de leden bedoeld in 9° zal verlopen op de « Université de Mons-Hainaut », volgens de nadere regels van het koninklijk besluit van 14 september 1971 tot vaststelling van de procedure tot aanwijzing van de leden van de raad van beheer van de rijksuniversiteiten en van het rijksuniversitair centrum. § 4. De verkiezing van de leden bedoeld in de punten 4°, b), 6° en 8° alsook de eerste verkiezing van de leden bedoeld in punt 10° zullen plaatshebben op de « Faculté polytechnique de Mons », volgens de nadere regels van het koninklijk besluit van 14 september 1971 tot vaststelling van de procedure tot aanwijzing van de leden van de raad van beheer van de rijksuniversiteiten en van het rijksuniversitair centrum. Voor die verkiezing zullen de artikelen 30 en 32 van voornoemd besluit van toepassing zijn. § 5. De verkiezingen bedoeld in de §§ 3 en 4 zullen georganiseerd worden op eenzelfde dag in mei 2009 bepaald in de overeenkomst bedoeld in artikel 32. De eventuele bijzondere bepalingen zullen eveneens erin worden opgenomen.

Art. 29.§ 1. In afwijking van artikel 15 van dezelfde wet van 1 oktober 2009 tot 30 september 2010 zal de rector van de « Université de Mons » de rector zijn van de « Faculté polytechnique de Mons » in functie op 30 september 2009. § 2. In afwijking van de artikelen 9 en 14 van dezelfde wet benoemt de regering, voor de periode gaande van 1 oktober 2009 tot 30 september 2010, op de voordracht van de Academische raad van de « Université de Mons-Hainaut » een vice-rector op een lijst van drie gewone hoogleraren benoemd op de « Université de Mons-Hainaut » en titularis van een dienst die behoort tot de « Facultés de sciences humaines ».

Art. 30.§ 1. In afwijking van de artikelen 9 en 14 van dezelfde wet, benoemt de regering op de voordracht van de Academische raad van de « Université de Mons », voor de periode van 1 oktober 2010 tot 30 september 2014, een rector op een lijst van drie gewone hoogleraren benoemd op de « Faculté polytechnique de Mons ». § 2. In afwijking van dezelfde artikelen benoemt de regering op de voordracht van de « Conseil académique de l'Université de Mons », voor de periode van 1 oktober 2010 tot 30 september 2014, een vicerector op een lijst van drie gewone hoogleraren benoemd op de « Université de Mons-Hainaut » en titularis van een dienst die behoort tot een van de faculteiten voor menswetenschappen.

Art. 31.In afwijking van artikel 51bis van dezelfde wet zal de bestuurder die verkozen wordt door de Raad van bestuur van de « Université de Mons-Hainaut » in mei 2009 bestuurder blijven van de « Université de Mons » en zal zijn mandaat vijf jaar duren.

Art. 32.Een overeenkomst ten laatste gesloten op 31 december 2008 tussen de « Université de Mons-Hainaut » en de « Faculté polytechnique de Mons » bepaalt inzonderheid de nadere regels voor de werking van de organen van de « Université de Mons » en voor het beheer van haar personeel gedurende de overgangsperiode.

De overeenkomst bedoeld in het vorige lid wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de Regering van de Franse Gemeenschap. Afdeling VI. - Andere overgangsmaatregelen

Art. 33.§ 1. Gedurende de periode gaande van 1 oktober 2009 tot 31 december 2009 oefenen de raad van bestuur, de rector, de vice-rectoren en de bestuurder van de « Université de Liège » hun bevoegdheden en hun prerogatieven uit voor de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux » en de bestuurscommissie van het patrimonium van dezelfde Faculteit met het oog op de definitieve overbrenging ervan.

In afwijking van artikel 43, § 2, van de wet van 27 juli 1971 op de financiering en de controle van de universitaire instellingen zullen de jaarrekeningen van 2009 van de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux » opgesteld worden door de Bestuursraad van de « Université de Liège ». § 2. In afwijking van de artikelen 40 en 43 van dezelfde wet wordt het budget van de « Faculté polytechnique de Mons » overgebracht naar de « Université de Mons » op 1 oktober 2009. De uitgaven van de « Faculté des sciences appliquées de l'Université de Mons » betreffende het begrotingsjaar 2009 worden aangerekend op dat overgebrachte budget.

In afwijking van artikel 43, § 2, van dezelfde wet, zullen de rekeningen van het begrotingsjaar 2009 van de « Faculté polytechnique de Mons » opgesteld worden door de bestuursraad van de « Université de Mons ».

In afwijking van datzelfde artikel zal de controle van het Rekenhof op de overgebrachte middelen van de « Faculté polytechnique de Mons » uitwerking hebben met ingang van 1 januari 2010.

Art. 34.Voor de berekening van de herziening van het vaste deel en voor de berekening van het variabele deel van de werkingstoelage bedoeld in artikel 25 van dezelfde wet, worden de studenten die ingeschreven zijn op de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux » vóór de integratie ervan binnen de « Université de Liège » geacht ingeschreven geweest te zijn op die Universiteit en de studenten die ingeschreven zijn op de « Université de Mons-Hainaut » en op de « Faculté polytechnique de Mons » vóór de samenvoeging geacht ingeschreven geweest te zijn op de « Université de Mons ».

Art. 35.Voor het begrotingsjaar 2010 gebeurt de berekening van de sociale subsidies bedoeld bij de wet van 3 augustus 1960 houdende toekenning van sociale voordelen aan de universiteiten en gelijkgestelde inrichtingen, voor de « Université de Liège », waarbij rekening wordt gehouden met het feit dat de studenten ingeschreven op de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux » ingeschreven waren op de « Université de Liège ». Dezelfde berekening gebeurt voor de « Université de Mons » waarbij rekening wordt gehouden met het feit dat de studenten ingeschreven op de « Université de Mons-Hainaut » en op de « Faculté polytechnique de Mons » ingeschreven waren op de « Université de Mons ».

In afwijking van artikel 2, 2e en 3e lid, van dezelfde wet, wordt voor de begrotingsjaren 2010 tot 2016, voor de instelling opgenomen onder letter a), het aantal studenten (5 000) vermeerderd met het aantal studenten van de « Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux » in aanmerking genomen voor het begrotingsjaar 2009 en voor de instelling opgenomen onder letter d), worden de 2 500 studenten vermeerderd met het aantal studenten van de « Faculté Polytechnique de Mons » in aanmerking genomen voor het begrotingsjaar 2009.

Art. 36.§ 1. In het kader van het gratis ter beschikking stellen van lokalen bedoeld in artikel 24, 1e lid, van het decreet van 12 juni 2003 tot bepaling en organisatie van de deelneming van de studenten binnen de universitaire instellingen en tot instelling van de deelneming van de studenten op gemeenschapsvlak, worden de lokalen die ter beschikking gesteld worden door de « Université de Liège » verdeeld over de site van Luik en die van Gembloux en worden de lokalen die ter beschikking gesteld worden door de « Université de Mons » verdeeld op de site van Bergen en op de site bezet door de « Faculté Polytechnique de Mons ». § 2. In afwijking van artikel 24, 2e lid, van hetzelfde decreet, en voor de begrotingsjaren 2010 tot 2016, gebeurt de berekening van de financiële middelen toegekend aan de Studentenraad en aan de representatieve organisaties op plaatselijk niveau, voor de « Université de Liège », door de studenten ingeschreven op de « Université de Liège » in een studiecursus uit het domein van de landbouwwetenschappen en biologische ingenieurswetenschappen van de andere studenten ingeschreven in de instelling afzonderlijk mee te tellen en, voor de « Université de Mons », door de studenten ingeschreven op de « Université de Mons » in een studiecursus uit het ingenieursdomein van de andere studenten ingeschreven in de instelling afzonderlijk mee te tellen. HOOFDSTUK II. - Herstructurering van de universitaire machtigingen Afdeling I. - Bepalingen inzake de universiteiten

Art. 37.In artikel 18, § 2, van het decreet van 31 maart 2004 betreffende de organisatie van het hoger onderwijs ter bevordering van de integratie in de Europese ruimte van het hoger onderwijs en betreffende de herfinanciering van de universiteiten, gewijzigd bij het decreet van 16 juni 2006, worden de woorden « , in afwijking van artikel 66, zesde lid, minstens 20 studiepunten georganiseerd en behaald worden in elke partnerinstelling die de overeenkomst heeft ondertekend en dat » geschrapt.

Art. 38.In artikel 38, § 2, 4e lid, van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 13 december 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) de woorden « van artikel 29, § 2, en » worden ingevoegd tussen het woord « toepassing » en de woorden « van deze paragraaf »;b) de tabel wordt aangevuld als volgt : TAB.1 - Landschapsarchitect

Bachelor landschapsarchitect

Bachelor landschapsarchitectuur

Master landschapsarchitect

Master landschapsarchitectuur


Art. 39.In artikel 66 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 16 juni 2006, wordt het 6e lid vervangen door het volgende lid : « Minstens dertig studiepunten van elke studiecyclus moeten effectief georganiseerd worden door de universiteit of universitaire academie die de academische graad toekent die de studies bekrachtigt of het diploma uitreikt dat het slagen voor die studies bevestigt. Die verplichting wordt evenwel in het kader van een samenwerkingsovereenkomst voor de organisatie van studies zoals bepaald in artikel 29, § 2, verminderd tot twintig studiepunten voor elke instelling voor hoger onderwijs georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap die partner is van de overeenkomst wanneer het gaat over een cursus van de eerste cyclus, tot vijftien studiepunten in alle andere gevallen. »

Art. 40.« In bijlage I van hetzelfde decreet, gewijzigd bij de decreten van 16 juni 2006, 25 mei 2007 en 13 december 2007, wordt de rubriek « 18° Landbouwwetenschappen en biologische ingenieurswetenschappen » vervangen door de volgende rubriek : Tabel 2 - 18° Landbouwwetenschappen en biologische ingenieurswetenschappen

Landbouwkundige en industriële levenswetenschappen

M

Ingenieurswetenschappen

Bio-ingenieur

B


Bio-ingenieur : Milieuwetenschappen en -technologieën

M

Bio-ingenieur : Beheer van bossen en natuur

M

Bio-ingenieur : landbouwwetenschappen

M

Bio-ingenieur : chemie en bio-industrie

M

Landschapsarchitectuur

B

M


Art. 41.In bijlage II van hetzelfde decreet wordt de 8e regel na de bekwaamheidsbewijzen vervangen door de regel :Masters bio-ingenieur (4 graden) - Bio-ingenieur

Art. 42.Bijlage III van hetzelfde decreet, gewijzigd bij de decreten van 16 juni 2006, 20 juli 2006, 25 mei 2007 en 13 december 2007 wordt als volgt vervangen : « De lijst, opgenomen in art. 38, van het decreet betreffende de machtigingen toegekend aan de universiteiten voor de studies van de eerste en de tweede initiële cycli, overeenkomstig bijlage I, wordt als volgt vastgesteld vanaf het academiejaar 2009-2010 (zie TABEL A).

Legende : Elke instelling wordt ertoe gemachtigd studies te organiseren naast welke de kolom die erop betrekking heeft, een cijfer bevat. De cijfers geven de geografische machtiging aan (zie Tabel 3.

Legende Figuur 1).

In de eerste tabel vermelden de cijfers in de kolommen betreffende de universitaire instellingen die aangevuld zijn met een sterretje (*) een voorwaardelijke bevoegdheid in de zin van artikel 38, § 2, en vermelden die aangevuld met een letter a dat de instelling slechts die cursus kan organiseren tijdens een uurrooster vastgesteld van maandag tot vrijdag, van 8 tot 18 uur.

Wat de voorwaardelijke machtiging betreft om de landschapsarchitectuur te organiseren, deze wordt onderworpen aan de bijkomende voorwaarde dat een Hoger Instituut voor architectuur partner is bij de samenwerkingsovereenkomst voor de organisatie van studies die leiden tot de graad van bachelor en master in de landschapsarchitectuur. De ondertekening van zulke overeenkomst met een Hogeschool en een universiteit door een van de Hogere instituten voor architectuur erkend door de wet van 18 februari 1977 houdende organisatie van het architectuuronderwijs, is een voldoende voorwaarde opdat dat Instituut gemachtigd wordt om de graden van bachelor en master in de landschapsarchitectuur toe te kennen die de overeenkomst betreft en bijhorende diploma's uit te reiken overeenkomstig de regels betreffende de gezamenlijke organisatie van studies ingevoegd bij het decreet van 25 mei 2007 in de bedoelde wet. » TAB. 3 - Legende Figuur 1

Afkorting

Sites

Ulg

Université de Liège

1° Kantonnen Luik, Aywaille, Herstal, Seraing en Fléron 2° Kanton Aarlen 3° Kanton Gembloux 4° Kanton Charleroi

UCL

Université Catholique de Louvain

1° Kanton Waver 2° Brusselse regio 3° Kanton Charleroi

ULB

Université Libre de Bruxelles

1° Brussels Hoofdstedelijk Gewest 2° Kanton Charleroi 3° Kanton Bergen

UMons

Université de Mons

1° Kanton Bergen 2° Kanton Charleroi

FUNDP

Facultés universitaires Notre-Dame de la Paix te Namen

1° Kanton Namen 2° Kanton Charleroi

FUSL

Facultés universitaires Saint-Louis te Brussel

1° Brusselse regio

FUCaM

Facultés universitaires catholiques de Mons

1° Kanton Bergen 2° Kanton Charleroi


Afdeling II.- Bepalingen betreffende het onderwijs buiten de

universiteit

Art. 43.In artikel 30 van het decreet van 5 augustus 1995 houdende de algemene organisatie van het hoger onderwijs in hogescholen, vervangen door het decreet van 30 juni 2006, wordt het 6e lid vervangen door het volgende lid : « Minstens dertig studiepunten van elke studiecyclus moeten effectief georganiseerd worden door de Hogeschool die de academische graad die de studies bekrachtigt of het diploma uitreikt dat het slagen voor die studies bekrachtigt, toekent. Die verplichting wordt evenwel in het kader van een samenwerkingsovereenkomst voor de organisatie van studies zoals bepaald in artikel 29, § 2, van het decreet van 31 maart 2004 betreffende de organisatie van het hoger onderwijs ter bevordering van de integratie in de Europese ruimte van het hoger onderwijs en betreffende de herfinanciering van de Universiteiten beperkt tot twintig studiepunten voor elke instelling voor hoger onderwijs georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap die partner is bij de overeenkomst wanneer het gaat om een cursus van de eerste cyclus, tot vijftien studiepunten in alle andere gevallen. »

Art. 44.In artikel 2 van de wet van 18 februari 1977 houdende organisatie van het architectuuronderwijs, gewijzigd bij de decreten van 31 maart 2004 en 25 mei 2007, wordt het 9e lid vervangen door het volgende lid : « Minstens dertig studiepunten van elke studiecyclus moeten effectief georganiseerd worden door het Hoger instituut voor architectuur die de academische graad toekent die de studies bekrachtigt of het diploma uitreikt dat het slagen voor die studies bekrachtigt. Die verplichting wordt evenwel in het kader van een samenwerkingsovereenkomst voor de organisatie van studies zoals bepaald in artikel 29, § 2, van het decreet van 31 maart 2004 betreffende de organisatie van het hoger onderwijs ter bevordering van de integratie in de Europese ruimte van het hoger onderwijs en betreffende de herfinanciering van de Universiteiten verminderd tot twintig studiepunten voor elke instelling voor hoger onderwijs georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap die partner is bij de overeenkomst wanneer het gaat om een cursus van de eerste cyclus, tot vijftien studiepunten in alle andere gevallen. »

Art. 45.In artikel 49, § 2, van het decreet van 20 december 2001 tot vaststelling van de regels die specifiek zijn voor het hoger kunstonderwijs georganiseerd in de hogere kunstscholen (organisatie, financiering, omkadering, statuut van het personeel, rechten en plichten van studenten), gewijzigd bij het decreet van 25 mei 2007, wordt het 6e lid vervangen door het volgende lid : « Minstens dertig studiepunten van elke studiecyclus moeten effectief georganiseerd worden door de Hogere kunstschool die de academische graad toekent die de studies bekrachtigt of het diploma uitreikt dat het slagen voor die studies bekrachtigt. Die verplichting wordt evenwel in het kader van een samenwerkingsovereenkomst voor de organisatie van studies zoals bepaald in artikel 29, § 2, van het decreet van 31 maart 2004 betreffende de organisatie van het hoger onderwijs ter bevordering van de integratie in de Europese ruimte van het hoger onderwijs en betreffende de herfinanciering van de Universiteiten verminderd tot twintig studiepunten voor elke instelling voor hoger onderwijs georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap die partner is bij de overeenkomst wanneer het gaat om een cursus van de eerste cyclus, tot vijftien studiepunten in alle andere gevallen. » HOOFDSTUK III. - Herfinanciering van de universiteiten

Art. 46.In artikel 29 van de wet van 27 juli 1971 op de financiering en de controle van de universitaire instellingen, vervangen bij het decreet van 31 maart 2004 en gewijzigd bij de decreten van 21 december 2004, 16 december 2005, 20 juli 2006, 15 december 2006 en 11 januari 2008, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° In § 4 worden de woorden « die moeten verdeeld worden tussen de instellingen » vervangen door de woorden « bepaald in de §§ 1, 2 en 3 »;2° In § 5 worden de woorden « 2 en 3 » vervangen door de woorden « 2, 3 en 7 »;3° Het artikel wordt aangevuld met de volgende paragraaf : « § 7.Binnen de perken van de begrotingskredieten wordt het bedrag van het variabele deel van de werkingstoelage vastgesteld in § 2 en geïndexeerd overeenkomstig § 4 vermeerderd met de volgende bedragen : - 4.000.000 euro vanaf het begrotingsjaar 2010; - 4.000.000 euro bijkomende middelen vanaf het begrotingsjaar 2011; - 4.000.000 euro bijkomende middelen vanaf het begrotingsjaar 2012; - 4.000.000 euro bijkomende middelen vanaf het begrotingsjaar 2013; - 4.000.000 euro bijkomende middelen vanaf het begrotingsjaar 2014; - 4.000.000 euro bijkomende middelen vanaf het begrotingsjaar 2015; - 4.000.000 euro bijkomende middelen vanaf het begrotingsjaar 2016; - 2.000.000 euro bijkomende middelen vanaf het begrotingsjaar 2017.

Elk bedrag dat aldus toegevoegd wordt, wordt aangepast aan de schommelingen van het gezondheidsindexcijfer door dit bedrag te vermenigvuldigen met het aanpassingspercentage volgens de formule : Gezondheidsindexcijfer van december van het betrokken begrotingsjaar /Gezondheidsindexcijfer van december van het begrotingsjaar waarin het bedrag voor het eerst verschijnt ». HOOFDSTUK IV. - Opheffings- en slotbepalingen

Art. 47.In artikel 1 van de wet van 2 juli 1927 waarbij rechtspersoonlijkheid verleend wordt aan de inrichtingen voor hoger onderwijs en aan de Stations voor landbouwkundige onderzoeken die van de Staat afhangen, worden de woorden « en in Gembloux » geschrapt.

Art. 48.Het koninklijk besluit van 24 januari 1928 houdende bepaling betreffende de samenstelling en de bevoegdheid der commissies belast met het beheer van het eigen vermogen en de bijzondere stichtingen van het « Institut agronomique de l'Etat » te Gembloux, wordt opgeheven.

Art. 49.Het koninklijk besluit van 14 november 1978 tot oprichting van een raad van beheer bij de Rijksfaculteit der landbouwwetenschappen te Gembloux wordt opgeheven.

Art. 50.De wet van 7 juli 1920 tot verlening van de rechtspersoonlijkheid aan de school voor mijnbouw en metaalbewerking, technische faculteit van de provincie Henegouwen, te Bergen, wordt opgeheven.

Art. 51.Dit decreet treedt in werking vanaf het academiejaar 2009-2010, met uitzondering van de artikelen 3 en 32, die in werking treden op 1 november 2008, van de artikelen 19 tot 22 en 28 tot 31, die in werking treden op 1 januari 2009, van de artikelen 4 tot 6, 10, 23, 25, 26, 33 en 50, die in werking treden op 1 oktober 2009 en van de artikelen 1, 2°, 15, 16, 18 en 46 tot 48, die in werking treden op 1 januari 2010.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 28 november 2008.

De Minister-President, R. DEMOTTE De Vice-Presidente en Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk Onderzoek en Internationale Betrekkingen, Mevr. M.-D. SIMONET De Vice-President en Minister van Begroting, Financiën, Ambtenarenzaken en Sport, M. DAERDEN De Minister van Leerplichtonderwijs, C. DUPONT De Minister van Cultuur en de Audiovisuele Sector, Mevr. F. LAANAN De Minister van Kinderwelzijn, Hulpverlening aan de Jeugd en Gezondheid, Mevr. C. FONCK De Minister van Jeugd en Onderwijs voor Sociale Promotie, M. TARABELLA Nota (1) Zitting 2008-2009. Stukken van de Raad. - Ontwerp van decreet, nr. 606-1. - Commissieamendementen, nr. 606-2. - Verslag, nr. 606-3.

Integraal verslag. - Bespreking en aanneming. Vergadering van 25 november 2008.

^