19 MEI 2004. - Decreet houdende oprichting van een Waarborgfonds voor contractuele navorsers (1)

Het Parlement heeft aangenomen en wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Worden onderworpen aan de bepalingen van dit decreet : 1° de verschillende administratieve of wetenschappelijke diensten van de Franse Gemeenschap;2° de volgende universitaire instellingen : de « Université de Liège », de « Université de Mons-Hainaut », de « Université libre de Bruxelles », de « Université catholique de Louvain », de « Faculté des sciences agronomiques de Gembloux », de « Facultés universitaires Notre-Dame de la Paix » te Namen », de « Facultés universitaires Saint-Louis » te Brussel, de « Faculté polytechnique de Mons » en de « Faculté universitaire catholique de Mons »;3° het patrimonium van de universitaire instellingen van de Franse Gemeenschap en van het museum Mariemont;4° l'Académie royale des sciences, des lettres et des beaux-arts de Belgique, l'Académie royale de médecine et l'Académie royale de langue et de littérature française;5° elke inrichting of instelling of onderneming die daartoe een overeenkomst met de Regering van de Franse Gemeenschap zal hebben ondertekend, na een met redenen omkleed advies van het « Fonds national de la recherche scientifique » te hebben ingewonnen.

Art. 2.Er wordt, in de vorm van een vereniging zonder winstoogmerk, een Waarborgfonds gesticht dat bestemd is voor contractuele wetenschappelijke navorsers.

Dit Waarborgfonds heeft zijn zetel bij het « Fonds national de la recherche scientifique ».

Het Waarborgfonds heeft tot doel de instellingen bedoeld in artikel 1 een individuele toelage te geven die de loonkosten van de navorsers moet dekken bij tijdelijk gebrek aan andere bronnen van financiering.

Art. 3.De algemene vergadering van het Waarborgfonds is samengesteld uit twaalf leden, aangesteld door de Regering van de Franse Gemeenschap, op voorstel van de raad van bestuur van het « Fonds national de la recherche scientifique ». Hebben zitting : a) drie leden voorgedragen door de erkende vakorganisaties die de wetenschappelijke personeelsleden vertegenwoordigen van de universitaire instellingen van de Franse Gemeenschap opgesomd in artikel 1, 2°, aangesloten bij de vakorganisaties die zitting hebben in de Nationale Arbeidsraad en die leden aansluiten in de sector;b) drie vertegenwoordigers van het wetenschappelijk personeel van de instellingen opgesomd in artikel 1, 2° van dit decreet;c) zes vertegenwoordigers van de instellingen opgesomd in artikel 1, 2° van dit decreet. De raad van bestuur telt één voorzitter en één ondervoorzitter die bijgestaan worden door een secretaris-verslaggever.

De leden van de raad van bestuur van het Waarborgfonds worden benoemd voor vier jaar. Hun mandaat is één enkele keer hernieuwbaar.

De leden van de raad van bestuur van het Waarborgfonds oefenen hun mandaat onbezoldigd uit.

De secretaris-generaal van het « Fonds national de la recherche scientifique » is de secretaris-verslaggever van het Waarborgfonds.

Art. 4.Om hem de mogelijkheid te geven zijn opdrachten te vervullen zal het Waarborgfonds elk jaar een subsidie krijgen binnen de perken van de kredieten ingeschreven in de begroting van de Franse Gemeenschap en onder de voorwaarden bepaald in de artikelen 5 tot 14 van dit decreet.

Art. 5.Vanaf 2004 bepaalt de raad van bestuur van het Waarborgfonds, elk jaar, vóór 1 oktober, het bedrag van de subsidie dat hij aanvraagt. Hij brengt deze aanvraag en de verantwoording ervan aan de raad van bestuur van het « Fonds national de la recherche scientifique » over die ze aan de minister tot wiens bevoegdheid het Wetenschappelijk Onderzoek behoort, meedeelt.

De Regering stelt het bedrag vast van de subsidie die hij aan het Waarborgfonds toekent.

Art. 6.De subsidie die toegekend wordt aan het Waarborgfonds, wordt gestort op een bijzondere rekening, open op zijn naam bij de bankinstelling die belast is met de opdracht van kashouder van de Franse Gemeenschap.

Art. 7.Het administratief en werkingsbeheer van het Waarborgfonds zal ten laste genomen worden van het « Fonds national de la recherche scientifique ». Met het oog op de dekking van de administratieve kosten en van de werkingskosten van het Waarborgfonds zal 2 % van de subsidie toegekend aan het Waarborgfonds gestort worden aan het Nationaal Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek.

Art. 8.Het Waarborgfonds wordt gecontroleerd door de minister tot wiens bevoegdheid het Wetenschappelijk Onderzoek behoort. Deze controle wordt uitgevoerd door toedoen van de afgevaardigde bij het « Fonds national de la recherche scientifique », aangesteld door de Regering van de Franse Gemeenschap, op voorstel van de bovenvermelde minister.

Deze afgevaardigde woont de vergaderingen van de raad van bestuur van het Waarborgfonds bij.

Hij heeft het recht een beroep in te stellen bij de voornoemde minister tegen elke beslissing van algemene betekenis van de raad van bestuur. Dit beroep, dat binnen de tien dagen na de beslissing moet worden ingesteld, wordt tegelijkertijd aan de raad van bestuur medegedeeld. Het beroep is opschortend.

De Minister stemt al dan niet in met de beslissing na de raad van bestuur te hebben verzocht hem zijn opmerkingen betreffende de redenen van het beroep binnen de dertig dagen bekend te maken. In geval van afkeuring brengt de raad van bestuur verslag uit van zijn beslissing tijdens zijn volgende vergadering.

Art. 9.De afgevaardigde van de Minister tot wiens bevoegdheid de Begroting bij het « Fonds national de la recherche scientifique » behoort, is ook afgevaardigd bij de raad van bestuur van het Waarborgfonds.

Deze afgevaardigde woont de vergaderingen van de raad van bestuur van het Waarborgfonds bij.

Hij heeft tot taak de afgevaardigde bedoeld in artikel 8 advies te geven en aan controle over de regelmatigheid van het beheer deel te nemen.

Hij heeft het recht een beroep in te stellen bij de minister tot wiens bevoegdheid de Begroting behoort, volgens dezelfde nadere regels als die bedoeld in het vorige artikel, voor alle budgettaire aangelegenheden.

Art. 10.De Regering van de Franse Gemeenschap stelt een bedrijfsrevisor aan, belast met het toezicht op de regelmatigheid van de rekeningen van het Waarborgfonds en met de controle op de regelmatigheid van het administratief beheer van de nominatieve en aangerekende subsidies die worden toegekend.

Art. 11.Opdat een instelling bedoeld in artikel 1 de tussenkomst van het Waarborgfonds zou kunnen genieten, moet de betrokken navorser : 1° ofwel titularis zijn van een diploma van ten minste de tweede cyclus, uitgereikt door een instelling opgenomen in artikel 1, 2° van dit decreet of van een door de wettelijke, decreets- of reglementsbepalingen daarmee gelijkgesteld diploma, en 2° ofwel aangeworven zijn met een arbeidsovereenkomst door een instelling bedoeld in artikel 1 en er onderzoeksactiviteiten uit te oefenen, en 3° niet bezoldigd zijn voor dit ambt ten laste van de werkingstoelage bepaald, voor de universitaire instellingen, door de wet van 27 juli 1971 op de financiering en de controle van de universitaire instellingen, en 4° het kwalificatieniveau B (belast met de navorsing) of meer te hebben behaald, krachtens het decreet van 19 juli 1991 betreffende de loopbaan van de wetenschappelijke navorsers.

Art. 12.Op voorstel van de raad van bestuur van het Waarborgfonds stelt de Regering het reglement betreffende de nadere regels voor de tussenkomst van het Waarborgfonds vast voor een navorser bedoeld in artikel 11 van dit decreet.

Art. 13.De raad van bestuur van het Waarborgfonds stelt, op voorstel van de secretaris-verslaggever, de wetenschappelijke commissie(s) samen die de dossiers van de kandidaten zal (zullen) onderzoeken.

De raad van bestuur van het Waarborgfonds stelt het reglement en de criteria vast waarover de wetenschappelijke commissie(s) uitspraak doet(n). Hij brengt een afschrift ervan over aan de raad van bestuur van het « Fonds national de la recherche scientifique » en aan de minister tot wiens bevoegdheid het Wetenschappelijk Onderzoek behoort.

Art. 14.De raad van bestuur van het Waarborgfonds maakt elk jaar een verslag op over zijn activiteit en over het gebruik dat hij maakt van de middelen die te zijner beschikking worden gesteld door de Franse Gemeenschap.

De raad van bestuur van het « Fonds national de la recherche scientifique » neemt kennis ervan en brengt het aan de Regering over.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 19 mei 2004.

De Minister-President, belast met de Internationale Betrekkingen, H. HASQUIN De Minister van Cultuur, Ambtenarenzaken, Jeugdzaken en Sport, C. DUPONT De Minister van Kinderwelzijn, belast met het Basisonderwijs, de Opvang en de Opdrachten toegewezen aan de « O.N.E. », J.-M. NOLLET De Minister van Secundair Onderwijs en Buitengewoon Onderwijs, P. HAZETTE De Minister van Begroting, M. DAERDEN De Minister van Kunsten en Letteren en van de Audiovisuele Sector, O. CHASTEL De Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor Sociale Promotie en Wetenschappelijk Onderzoek, Mevr. F. DUPUIS De Minister van Hulpverlening aan de Jeugd en Gezondheid, Mevr. N. MARECHAL _______ Nota (1) Zitting 2003-2004. Stukken van de Raad. - Ontwerp van decreet, nr. 565-1. - Verslag, nr. 565-2.

Integraal verslag. - Bespreking en aanneming. Vergadering van 11 mei 2004.