gepubliceerd op 30 april 2015
Decreet tot wijziging van het decreet van 20 oktober 2011 betreffende de strijd tegen doping
19 MAART 2015. - Decreet tot wijziging van het decreet van 20 oktober 2011 betreffende de strijd tegen doping (1)
Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen, en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt :
Artikel 1.Artikel 1 van het decreet van 20 oktober 2011 betreffende de strijd tegen doping wordt vervangen als volgt : "Voor de toepassing van dit decreet, wordt verstaan onder : 1° geen schuld of nalatigheid : het bewijs van een sporter of andere persoon dat hij niet wist of vermoedde, en zelfs met de grootst mogelijke voorzichtigheid niet redelijkerwijs had kunnen weten of vermoeden, dat hij de verboden stof of verboden methode had gebruikt of toegediend had gekregen of anderszins een antidopingregel heeft overtreden.Behalve in het geval van een minderjarige, moet de sporter voor elke overtreding van artikel 6, 1° ook aantonen hoe de verboden stof in zijn of haar lichaam is terechtgekomen; 2° geen significante schuld of nalatigheid : het bewijs van een sporter of de andere in artikel 50° bedoelde persoon dat er, gezien binnen het geheel van omstandigheden en rekening houdend met de criteria voor geen schuld of nalatigheid, geen significant verband was tussen zijn schuld of nalatigheid en de dopingovertreding.Behalve in het geval van een minderjarige, moet de sporter voor elke overtreding van artikel 6, 1°, ook aantonen hoe de verboden stof in zijn lichaam is terechtgekomen 3° sportactiviteit : elke vorm van lichamelijke activiteit die, via een al dan niet georganiseerde deelneming, de uiting of de verbetering van de lichamelijke en psychische conditie, de ontwikkeling van de maatschappelijke betrekkingen of het bereiken van resultaten in wedstrijden op alle niveaus tot doel heeft, met uitsluiting van de lichamelijke activiteiten en/of sportactiviteiten die door scholen worden georganiseerd, die in een familiaal kader of in een voor het publiek niet toegankelijk privaat kader worden uitgeoefend en/of georganiseerd;4° ADAMS (Anti-Doping Administration and Management System) : administratie- en beheerssysteem tegen doping, dit is een online beheersinstrument, in de vorm van een databank, die gebruikt wordt om gegevens in te voeren, te bewaren, te verdelen en te verspreiden, bestemd om het WADA en zijn partners te helpen bij hun dopingbestrijdingsacties, met naleving van de wetgeving betreffende de bescherming van gegevens;5° toediening : het verstrekken, leveren of faciliteren van, of het houden van toezicht op, of het op een andere wijze deelnemen aan het gebruik of de poging tot gebruik door een andere persoon van een verboden stof of verboden methode, met uitzondering van de handelingen van bonafide medisch personeel met betrekking tot een verboden stof of verboden methode die wordt gebruikt voor legitieme en geoorloofde therapeutische doeleinden of om een andere aanvaardbare reden, en de handelingen met betrekking tot verboden stoffen die niet verboden zijn tijdens dopingtests buiten wedstrijdverband, tenzij de omstandigheden in hun geheel erop wijzen dat dergelijke verboden stoffen niet bedoeld zijn voor legitieme en geoorloofde therapeutische doeleinden of dat ze bedoeld zijn om de sportprestaties te verbeteren; 6° substantiële hulp : overeenkomstig artikel 10.6.1 van de Code, moet de persoon die substantiële hulp verleent : 1) alle informatie waarover hij beschikt met betrekking tot dopingovertredingen volledig onthullen in een ondertekende schriftelijke verklaring, en 2) zijn volledige medewerking verlenen aan het onderzoek en de uitspraak in elke zaak die verband houdt met die informatie, inclusief, bijvoorbeeld, het afleggen van een getuigenis op een hoorzitting indien een antidopingorganisatie of tuchtcommissie dat vraagt.Bovendien moet de verstrekte informatie geloofwaardig zijn en betrekking hebben op een belangrijk deel van een ingeleide zaak of, indien er nog geen zaak is ingeleid, volstaan om een zaak in te leiden; 7° WADA (Wereldantidopingagentschap) : de stichting die opgericht is onder Zwitsers recht op 10 november 1999 als internationale organisatie ter bestrijding van doping;8° intrekking : mogelijk gevolg van de overtreding van de antidopingregels, zoals bedoeld in 16°, a); 9° voorlopige hoorzitting : overeenkomstig artikel 7.9 van de Code, betreffende de beginselen die toepasselijk zijn op de voorlopige schorsingen, korte en versnelde hoorzitting, voorafgaande aan de hoorzitting bepaald in artikel 8 van de Code, met kennisgeving aan de sporter, waarbij deze zich schriftelijk kan uitdrukken of kan worden gehoord; 10° TTN : toestemming wegens therapeutische noodzaak : een toestemming waarbij de sporter, na onderzoek van zijn medisch dossier door de commissie ingesteld bij artikel 8 van het decreet, een verboden stof of methode vermeld in de lijst van de verboden stoffen en methodes wegens therapeutische noodzaak kan gebruiken, met naleving van de volgende criteria : a) de verboden stof of methode is noodzakelijk voor de behandeling van een acute of chronische aandoening, zodat de sporter een belangrijke gezondheidsbeschadiging zou lijden indien de verboden stof of methode niet was toegediend;b) het is hoogst onwaarschijnlijk dat het therapeutische gebruik van de verboden stof of methode zou leiden tot een verbetering van de prestatie boven deze die toe te schrijven zou zijn aan de terugkeer tot de normale gezondheidstoestand van de sporter na de behandeling van de acute of chronische aandoening;c) er mag geen toegelaten therapeutisch alternatief bestaan ter vervanging van de verboden stof of methode;d) de noodzaak van het gebruik van de verboden stof of methode is geen gedeeltelijk of volledig gevolg van het vroegere gebruik, zonder TTN, van een stof of methode die op het ogenblik van zijn gebruik verboden was;11° Code : de Wereld Anti Doping Code aangenomen door het WADA op 5 maart 2003 te Kopenhagen, zoals opgenomen in bijlage 1 van de UNESCO-conventie en haar latere wijzigingen;12° Internationaal Olympisch Comité (IOC) : niet gouvernementele internationale organisatie, zonder winstoogmerk, van onbepaalde duur, in de vorm van een vereniging met rechtspersoonlijkheid, erkend door de Bondsraad van Zwitserland, overeenkomstig een akkoord dat op 1 november 2000 werd gesloten;13° Internationaal Paralympisch Comité (IPC) : niet gouvernementele internationale organisatie, zonder winstoogmerk, op 22 september 1989 opgericht, waarvan de zetel in Bonn gevestigd is;14° Nationaal Olympisch Comité : organisatie die door het Internationaal Olympisch Comité als zodanig wordt erkend, dit is, in België, het Belgisch Olympisch en Interfederaal Comité (BOIC);15° wedstrijd : een enige race, een enige match, een enig spel of een enige concours.Bij voorbeeld, een basketball match of de finale 100 meter atletiek. Bij rittenkoersen en andere wedstrijden waar prijzen elke dag en gaandeweg worden uitgereikt, is het onderscheid tussen een wedstrijd en een evenement het onderscheid dat bepaald is in de regels van de betrokken internationale federatie; 16° gevolgen van de overtredingen van antidopingregels, hierna "gevolgen" genoemd : de overtreding door een sporter of een andere persoon van een antidopingregel kan één of verschillende van de volgende gevolgen hebben : a) intrekking : dit betekent dat de resultaten van de sporter binnen wedstrijdverband of buiten wedstrijdverband ongeldig worden gemaakt, met alle gevolgen ervan, met inbegrip van de intrekking van de medailles, punten en prijzen; b) schorsing : het is de sporter of elke andere persoon verboden, wegens overtreding van antidopingregels, deel te nemen aan elke wedstrijd, aan elke andere activiteit of elke financiering gedurende een bepaalde periode, overeenkomstig artikel 10.12.1 van de Code; c) voorlopige schorsing : het is de sporter of elke andere persoon verboden deel te nemen aan elke wedstrijd, aan elke andere activiteit, in de zin van artikel 10.12.1. van de Code, tot de definitieve beslissing die gedurende de in artikel 8 van de Code bedoelde hoorzitting werd genomen; d) financiële gevolgen : het opleggen van een financiële sanctie wegens overtreding van antidopingregels of om de kosten in verband met de schending van antidopingregels terug te vorderen;e) openbaar onthullen of aan het publiek meedelen : dit betekent het onthullen of het verstrekken van informatie aan andere personen dan de personen waaraan vooraf kennis moet worden gegeven, overeenkomstig artikel 14 van de Code.Op ploegen, in het kader van ploegsport, kunnen ook gevolgen worden opgelegd overeenkomstig artikel 11 van de Code; 17° financiële gevolgen : mogelijk gevolg van de overtreding van antidopingregels, zoals bepaald in 16°, d);18° dopingtest : onderdeel van het dopingcontroleproces waarbij monsternames worden gepland, monsters worden afgenomen, monsters worden verwerkt en monsters naar een laboratorium worden getransporteerd;19° gerichte test : test gericht naar een sporter of een groep sporters die specifiek worden geselecteerd voor een test op een bepaald ogenblik, overeenkomstig de criteria die bepaald zijn in de internationale standaard voor controles en enquêtes;20° dopingcontrole : alle stappen en procedures vanaf het plannen van de spreiding van dopingtests tot de laatste beslissing in beroep, inclusief alle tussenstappen, zoals het verschaffen van verblijfsgegevens, het afnemen en verwerken van monsters, de laboratoriumanalyse, de toestemming wegens therapeutische noodzaak, het beheer van de resultaten en hoorzittingen;21° test binnen wedstrijdverband : met het oog op het onderscheiden van de begrippen binnen wedstrijdverband en buiten wedstrijdverband, tenzij het anders bepaald is in de regels van de internationale federatie of van de betrokken antidopingorganisatie, wordt daaronder verstaan, een test waaraan een daartoe aangestelde sporter moet worden onderworpen in het kader van een bepaalde wedstrijd binnen de in 28° vermelde periode;22° test buiten wedstrijdverband : test die niet gedurende een wedstrijd plaatsvindt;23° onaangekondigde test : test die zonder aankondiging aan de sporter wordt uitgevoerd en gedurende welke deze permanent wordt begeleid, sedert de kennisgeving tot de levering van het monster;24° UNESCO-Conventie : de Internationale Conventie tegen het dopinggebruik in de sport, ondertekend door de Algemene Conferentie van de UNESCO te Parijs op 19 oktober 2005, die toepasselijk gemaakt wordt in de Franse Gemeenschap overeenkomstig het decreet van 1 februari 2008 houdende instemming met de Internationale Conventie tegen het dopinggebruik in de sport, opgemaakt te Parijs op 19 oktober 2005;25° openbaar onthullen of aan het publiek meedelen : mogelijk gevolg van de overtreding van een antidopingregel, zoals bepaald in 16°, e);26° evenementenperiode : de tijd tussen de start en het einde van het evenement, zoals vastgelegd door het bestuursorgaan van het evenement;27° Monster of afname : elke biologische matrijs afgenomen in het kader van de dopingcontrole;28° binnen wedstrijdverband : tenzij het anders bepaald is in de regels van de internationale federatie of het bestuursorgaan van het evenement in kwestie, betekent dit de periode tussen twaalf uur voor het begin van de wedstrijd waaraan de sporter zal deelnemen, tot het einde van de wedstrijd en de monsterneming die in verband staat met de wedstrijd;29° bedrog : veranderingen aanbrengen met een ongeoorloofd doel of op een ongeoorloofde manier;een ongeoorloofde invloed uitoefenen; op een ongeoorloofde manier tussenkomen; obstructie voeren, misleiden of om het even welke andere frauduleuze handelingen stellen om resultaten te veranderen of om te verhinderen dat de normale procedures kunnen worden gevolgd; 30° schuld : elk plichtsverzuim of elk gebrek aan zorgvuldigheid die in een bepaalde situatie vereist is.Factoren die bij de beoordeling van de schuldgraad van een sporter of een andere persoon in aanmerking moeten worden genomen, zijn bijvoorbeeld de ervaring van de sporter of de andere persoon, of de sporter of de andere persoon minderjarig is, speciale overwegingen zoals een handicap, het risico dat de sporter had moeten zien en de zorgvuldigheid en voorzichtigheid die de sporter aan de dag heeft gelegd met betrekking tot wat het gepercipieerde risico had moeten zijn. Bij de beoordeling van de schuldgraad van een sporter of andere persoon moeten de in overweging genomen omstandigheden specifiek en relevant zijn voor de verklaring van het feit dat de sporter of andere persoon is afgeweken van het verwachte standaardgedrag. Zo zijn, bij voorbeeld, het feit dat een sporter de kans zou missen veel geld te verdienen gedurende de schorsingsperiode, of het feit dat de sporter nog maar een korte overblijvende loopbaan voor de boeg heeft, of het ogenblik binnen het sportkalender, geen relevante factoren die in overweging te nemen zijn om de schorsingsperiode te verminderen, volgens de artikelen 10.5.1 of 10.5.2 van de Code; 31° Regering : de Regering van de Franse Gemeenschap; 32° geregistreerde doelgroep : de groep elitesporters van de hoogste prioriteit die door een internationale sportfederatie of door een NADO zijn aangewezen om onderworpen te worden aan gerichte dopingtests, zowel binnen als buiten competitie, en die verplicht zijn hun verblijfsgegevens mee te delen, zoals bepaald in artikel 5.6 van de Code en in de Internationale Standaard voor Dopingtests en Onderzoeken. In de Franse Gemeenschap stemt de geregistreerde doelgroep overeen met de elitesporters van categorie A; 33° doelgroep van de Franse Gemeenschap : groep elitesporters die door de NADO van de Franse Gemeenschap worden aangewezen wegens hun aansluiting bij een sportorganisatie die uitsluitend tot de bevoegdheid van de Franse Gemeenschap behoort of wegens hun hoofdverblijfplaats op het grondgebied van het Franse taalgebied, in het geval van een aansluiting bij een nationaal gebleven sportfederatie, die onderworpen worden aan gerichte dopingtests, zowel binnen als buiten competitie, en die verplicht zijn hun verblijfsgegevens mee te delen, zoals bepaald in artikel 18;34° buiten wedstrijdverband : niet binnen wedstrijdverband;35° verboden lijst : de lijst met verboden stoffen en verboden methoden, zoals gevoegd bij de UNESCO-Conventie, en door het WADA bijgewerkt;36° evenement : een reeks individuele wedstrijden die samen worden uitgevoerd onder een verantwoordelijke organisatie (voorbeeld : Olympische Spelen, Wereldkampioenschappen van internationale federaties;enz.); 37° internationaal evenement : een evenement of wedstrijd waarbij het Internationaal Olympisch Comité, het Internationaal Paralympisch Comité, een internationale federatie, een organisator van een groot evenement of een andere internationale sportorganisatie het bestuursorgaan is of de technische officials voor het evenement aanstelt;38° nationaal evenement : een sportevenement of -wedstrijd, dat geen internationaal evenement is, waaraan sporters van internationaal niveau of sporters van nationaal niveau deelnemen;39° marker : een verbinding, groep verbindingen of een of meer biologische variabelen die wijzen op het gebruik van een verboden stof of een verboden methode;40° metaboliet : elke stof die ontstaat door een biologisch omzettingsproces;41° verboden methode : elke methode die als zodanig wordt beschreven in de verboden lijst;42° minderjarige : een natuurlijke persoon die de leeftijd van achttien jaar nog niet bereikt heeft;43° organisator : elke natuurlijke of rechtspersoon die, afzonderlijk of samen met andere organisatoren, kosteloos of onder bezwarende titel, een sportwedstrijd of - evenement organiseert;44° antidopingorganisatie : ondertekenaar die regels goedkeurt betreffende de oprichting, uitwerking of toepassing van elk luik van het dopingcontroleproces.Dit begrip omvat, bij voorbeeld, het Internationaal Olympisch Comité, het Internationaal Paralympisch Comité, andere organisaties die grote evenementen organiseren en die tests uitvoeren bij evenementen waarvoor ze verantwoordelijk zijn, het WADA, de internationale federaties en de nationale antidopingorganisaties; 45° nationale antidopingorganisatie, afgekort NADO : de voornaamste entiteit of entiteiten waaraan een land de bevoegdheid en verantwoordelijkheid heeft toegewezen om antidopingregels vast te stellen en uit te voeren, monsternames te coördineren, de resultaten ervan te beheren en hoorzittingen te houden op nationaal niveau;46° Sportorganisatie : de sportfederaties, de sportfederaties voor vrijetijdbesteding en sportverenigingen, zoals bepaald in artikel 1 van het decreet van 8 december 2006 betreffende de organisatie en de subsidiëring van sport in de Franse Gemeenschap;47° organisator van een groot evenement : de continentale associaties van nationale olympische comités en andere internationale organisaties voor verschillende sporten, die optreden als bestuursorgaan voor om het even welk continentaal, regionaal of ander internationaal evenement;48° deelnemer : elke sporter of elk personeelslid dat de sporter begeleidt;49° biologisch paspoort : het programma en de methodes om een overzicht te verzamelen van alle relevante gegevens die beschreven zijn in de Internationale Standaard voor Dopingtests en Onderzoeken en de Internationale Standaard voor Laboratoria;50° persoon : natuurlijke persoon of organisatie of elke andere entiteit;51° begeleider : elke coach, trainer, manager, agent, teammedewerker, teamverantwoordelijke, official, elk medisch of paramedisch personeelslid, elke ouder of elke andere persoon die een sporter die deelneemt aan of zich voorbereidt op een sportactiviteit, behandelt, assisteert of met hem samenwerkt;52° bezit : het daadwerkelijke of fysieke bezit, dat alleen kan worden vastgesteld als de persoon exclusieve controle heeft, of de intentie heeft om controle uit te oefenen, over de verboden stof of verboden methode of de ruimte waar een verboden stof of verboden methode zich bevindt, met dien verstande dat als de persoon geen exclusieve controle heeft over de verboden stof of verboden methode of de ruimte waar een verboden stof of verboden methode zich bevindt, het daadwerkelijke bezit alleen kan worden vastgesteld als de persoon op de hoogte was van de aanwezigheid van de verboden stof of verboden methode en de intentie had er controle over uit te oefenen.Er is echter geen sprake van een dopingovertreding alleen op basis van bezit als de persoon, voor hij op de hoogte is gebracht van het feit dat hij een dopingovertreding heeft begaan, concrete actie heeft ondernomen waaruit blijkt dat de persoon nooit de intentie van het bezit heeft gehad en heeft afgezien van het bezit door dat uitdrukkelijk aan een antidopingorganisatie te verklaren. Niettegenstaande enige andersluidende bepaling in deze definitie staat de aankoop, elektronisch of op een andere wijze, van een verboden stof of verboden methode gelijk met bezit door de persoon die de aankoop doet; 53° besmet product : een product dat een verboden stof bevat die niet vermeld staat op het etiket of in de informatie die via een redelijke zoekopdracht op het internet te vinden is;54° programma van onafhankelijke waarnemers : team waarnemers onder de supervisie van het WADA, die het dopingcontroleproces naar aanleiding van sommige evenementen waarnemen, raadgevingen verstrekken en rekenschap geven van hun waarnemingen;55° objectieve verantwoordelijkheid : regel die bepaalt dat de antidopingorganisatie, krachtens artikel 6, 1° en 2°, de intentie, de schuld, de nalatigheid of het bewuste gebruik door de sporter niet hoeft aan te tonen om de overtreding van de antidopingregels vast te stellen;56° atypisch analyseresultaat : een rapport van een WADA-geaccrediteerd of door het WADA goedgekeurd controlelaboratorium, dat krachtens de Internationale Standaard voor Laboratoria of de technische aanhangsels verder onderzoek noodzaakt om uit te maken of er sprake is van een afwijkend analyseresultaat;57° afwijkend analyseresultaat : een rapport van een WADA-geaccrediteerd of door het WADA goedgekeurd controlelaboratorium dat, in overeenstemming met de Internationale Standaard voor Laboratoria en de technische aanhangsels, in een monster de aanwezigheid is gevonden van een verboden stof of van de metabolieten of markers ervan, inclusief verhoogde hoeveelheden van endogene stoffen, of een bewijs van het gebruik van een verboden methode;58° afwijkend paspoortresultaat : een rapport dat als een afwijkend paspoortresultaat wordt beschreven in de toepasselijke Internationale Standaarden;59° atypisch paspoortresultaat : een rapport dat als een atypisch paspoortresultaat wordt beschreven in de toepasselijke Internationale Standaarden;60° ondertekenaars : entiteiten die de Code hebben ondertekend en zich ertoe verbinden die na te leven, overeenkomstig artikel 23 van de Code;61° evenementenlocaties : de locaties die als dusdanig zijn aangewezen door het bestuursorgaan van het evenement;62° ploegsport : een sport waarbij de vervanging van spelers tijdens een wedstrijd toegestaan is;63° individuele sport : elke sport die geen ploegsport is;64° sporter : elke persoon die een sportactiviteit beoefent, ongeacht het niveau waarop hij die sportactiviteit beoefent, als amateur of als elitesporter;65° amateursporter : elke sporter die geen elitesporter van nationaal of internationaal niveau is;66° elitesporter : sporter die een sportactiviteit beoefent op internationaal niveau, zoals bepaald door zijn internationale federatie, of op nationaal niveau, zoals bepaald in 67° ;67° elitesporter van nationaal niveau : elke sporter van wie de internationale federatie de Code ondertekend heeft en deel uitmaakt van de olympische of paralympische beweging of erkend is door het Internationaal Olympisch Comité of Internationaal Paralympisch Comité of lid is van Sport Accord, die geen elitesporter van internationaal niveau is, en die aan een of meer van de volgende criteria voldoet : a) hij neemt regelmatig deel aan internationale wedstrijden van hoog niveau;b) hij beoefent zijn sportdiscipline als voornaamste bezoldigde activiteit, in de hoogste categorie of de hoogste nationale competitie van de betreffende discipline;c) hij is geselecteerd voor of heeft in de voorbije twaalf maanden deelgenomen aan een of meer van de volgende evenementen in de hoogste competitiecategorie van de desbetreffende discipline : Olympische Spelen, Paralympische Spelen, wereldkampioenschappen, Europese kampioenschappen;d) hij neemt deel aan een ploegsport in een competitie waarbij de meerderheid van de ploegen die aan de competitie deelnemen, bestaat uit sporters als vermeld in punt a), b) of c);68° Elitesporter van de categorie A : elitesporter van nationaal niveau, die een individuele discipline beoefent, gerangschikt volgens de bijlage in de categorie A, 69° Elitesporter van de categorie B : elitesporter die een individuele discipline van nationaal niveau beoefent, gerangschikt volgens de bijlage in de categorie B;70° Elitesporter van de categorie C : elitesporter die een ploegsport beoefent in een discipline gerangschikt volgens de bijlage in de categorie C; 71°. Elitesporter van de categorie D : elitesporter van nationaal niveau, die een sportdiscipline beoefent die niet als bijlage wordt opgenomen; 72° Elitesporter van internationaal niveau : elke sporter die een sportactiviteit beoefent op internationaal niveau, zoals gedefinieerd door zijn internationale federatie;73° Internationale Standaard : standaard, aangenomen door het WADA ter ondersteuning van de Code.De overeenstemming met een internationale standaard, in tegenstelling tot andere standaarden, praktijken of procedures, volstaat om tot de conclusie te komen dat de procedures die in die Internationale Standaard bedoeld zijn, correct worden uitgevoerd. De internationale standaarden omvatten de technische documenten die overeenkomstig hun bepalingen worden bekendgemaakt; 74° verboden stof : elke stof of stofklasse die als zodanig wordt beschreven in de verboden lijst;75° specifieke stof : in het kader van de toepassing van sancties ten aanzien van individuele personen, zijn alle verboden stoffen specifieke stoffen, met uitzondering van stoffen in de klassen van de anabolica en hormonen en de stimulerende middelen en hormoonantagonisten en modulatoren die als dusdanig zijn geïdentificeerd in de verboden lijst.De categorie van de specifieke stoffen omvat niet de categorie van de verboden stoffen; 76° schorsing : mogelijk gevolg van de overtreding van de antidopingregels, zoals bedoeld in 16°, b);77° voorlopige schorsing : mogelijk gevolg van de overtreding van de antidopingregels, zoals bedoeld in 16°, c);78° TAS : Tribunal Arbitral du Sport (Hof van Arbitrage voor Sport), ingesteld binnen de stichting naar Zwitsers recht "Conseil international de l'arbitrage en matière de sport" (internationaal scheidsgerecht voor de arbitrage van sportzaken);79° poging : opzettelijk handelingen stellen die een substantiële stap zijn in de richting van handelingen die uitmonden in het overtreden van een antidopingregel.Er is echter geen sprake van een dopingovertreding alleen op basis van een poging tot het plegen van een overtreding als de persoon afziet van de poging voor die is ontdekt door een derde die niet bij de poging betrokken is; 80° handel : het aan een derde verkopen, het verstrekken, vervoeren, versturen, leveren of verspreiden, of bezitten voor een van die doeleinden, van een verboden stof of verboden methode, hetzij fysiek, hetzij elektronisch of op een andere wijze, door een sporter, begeleider of andere persoon die onder het gezag van een antidopingorganisatie valt, met uitzondering van de handelingen van bonafide medisch personeel met betrekking tot een verboden stof die wordt gebruikt voor reële en legitieme therapeutische doeleinden of om een andere aanvaardbare reden, en handelingen met betrekking tot verboden stoffen die niet verboden zijn tijdens dopingtests buiten wedstrijdverband, tenzij de omstandigheden in hun geheel erop wijzen dat dergelijke verboden stoffen niet bedoeld zijn voor reële en legitieme therapeutische doeleinden of dat ze bedoeld zijn om de sportprestaties te verbeteren; 81° gebruik : het op om het even welke wijze gebruiken, aanbrengen, innemen, injecteren of consumeren van een verboden stof of verboden methode.".
Art. 2.Artikel 5 van hetzelfde decreet wordt aangevuld als volgt : "De Directie Dopingbestrijding van het Ministerie van de Franse Gemeenschap is de NADO van de Franse Gemeenschap, als ondertekenaar van de Code, overeenkomstig artikel 23.1.1. van de Code.".
Art. 3.Artikel 6 van hetzelfde decreet wordt vervangen als volgt : "
Art. 6.Onverminderd artikel 8, wordt onder doping verstaan : 1° de aanwezigheid van een verboden stof of van een metaboliet of marker daarvan in een monster dat afkomstig is van het lichaam van de sporter; Het komt elke sporter toe zich ervan te vergewissen dat geen verboden stof in zijn lichaam wordt opgenomen.
Sporters zijn verantwoordelijk voor elke verboden stof of de metabolieten of markers daarvan waarvan de aanwezigheid in hun monsters wordt ontdekt.
Het bewijs van de intentie, de schuld, de nalatigheid of het bewuste gebruik vanwege de sporter hoeft bijgevolg niet te worden geleverd om de overtreding van de antidopingregels op grond van 1° vast te stellen.
De schending van een antidopingregel op grond van 1° wordt vastgesteld in elk van de volgende gevallen : - de aanwezigheid van een verboden stof of van de metabolieten of markers ervan in het A-monster van de sporter, wanneer deze geen analyse vraagt van het B-monster en het B-monster niet wordt geanalyseerd; - of wanneer het B-monster wordt geanalyseerd, de bevestiging, door de analyse van het B-monster, van de aanwezigheid van de verboden stof of van de metabolieten of de markers ervan die in het A-monster van de sporter worden ontdekt; - of wanneer het B-monster van de sporter over twee flessen wordt verdeeld en de analyse van de tweede fles de aanwezigheid van de verboden stof of metabolieten of markers ervan in de eerste fles bevestigt;
Met uitzondering van de stoffen waarvoor in de verboden lijst specifiek een kwantitatieve limiet is opgegeven, vormt de aanwezigheid van om het even welke hoeveelheid van een verboden stof of metaboliet of marker ervan in een monster van een sporter een overtreding van de dopingregels.
Als uitzondering op de algemene regel bedoeld in 1°, kunnen de verboden lijst of de Internationale Standaarden bijzondere criteria vaststellen voor de beoordeling van verboden stoffen die ook door het lichaam kunnen worden aangemaakt; 2° het gebruik of de poging tot gebruik door een sporter van een verboden stof of een verboden methode. De sporter moet ervoor zorgen dat geen verboden stof in zijn lichaam terecht komt en dat geen verboden methode wordt gebruikt.
Het bewijs van de intentie, de schuld, de nalatigheid of het bewuste gebruik vanwege de sporter hoeft bijgevolg niet te worden geleverd om de overtreding van de antidopingregels wegens het gebruik van een verboden stof of een verboden methode vast te stellen.
Het succes of het falen van het gebruik of de poging tot gebruik van een verboden stof of een verboden methode is niet bepalend.
Het gebruik of de poging tot gebruik van een verboden stof of een verboden methode volstaat om de overtreding van de antidopingregels vast te stellen; 3° het ontwijken van een monsterneming, of het weigeren of zich niet aanbieden voor een monstername. De overtreding van een in 3° bedoelde antidopingregel is het ontwijken van een monsterneming of, zonder geldige reden, na de kennisgeving overeenkomstig de bepalingen van dit decreet en de besluiten ter uitvoering ervan, het weigeren van een monsterneming of het zich niet aanbieden voor een monsterneming; 4° elke combinatie, voor een elitesporter van categorie A, binnen een periode van twaalf maanden te rekenen vanaf de datum van het eerste verzuim, van drie gemiste dopingtests en/of aangifteverzuimen betreffende het doorgeven van verblijfsgegevens, zoals bepaald in artikel 18;5° het plegen van bedrog, of de poging daartoe, bij om het even welk onderdeel van de dopingcontrole. De overtreding van de in 5° bedoelde antidopingregel is elke handeling die nadelig is voor het dopingcontroleproces maar die niet valt onder de definitie van de verboden methode.
Bedrog heeft inzonderheid betrekking op het intentioneel hinderen of de poging tot hinderen van een controleambtenaar, het verschaffen van bedrieglijke informatie aan een antidopingorganisatie of het intimideren of de poging tot intimidatie van een potentiële getuige; 6° het bezit van een verboden stof of een verboden methode. De overtreding van de in 6° bedoelde antidopingregel kan worden gevormd door het bezit door een sporter, binnen wedstrijdverband, van een verboden stof of verboden methode, of het bezit door een sporter, buiten wedstrijdverband, van een buiten wedstrijdverband verboden stof of verboden methode, tenzij de sporter aantoont dat het bezit strookt met een geldige TTN, toegekend bij toepassing van artikel 8, of een andere aanvaardbare rechtvaardiging;
De overtreding van de in 6° bedoelde antidopingregel kan ook worden gevormd door het bezit door een begeleider, binnen wedstrijdverband, van een verboden stof of verboden methode, of het bezit door een begeleider, buiten wedstrijdverband, van een buiten wedstrijdverband verboden stof of verboden methode, in verband met een sporter, een wedstrijd of een training, tenzij de betrokken persoon aantoont dat het bezit strookt met een geldige TTN, toegekend aan de sporter bij toepassing van artikel 8, of een andere aanvaardbare rechtvaardiging; 7° de handel of de poging tot handel in een verboden stof of verboden methode;8° de toediening of de poging tot toediening aan een sporter binnen wedstrijdverband van een verboden methode of verboden stof, of de toediening of de poging tot toediening aan een sporter buiten wedstrijdverband van een verboden methode of een verboden stof die verboden is buiten wedstrijdverband; 9° het meewerken, aanmoedigen, helpen, aanzetten tot, samenzweren, verbergen of om het even welke andere vorm van opzettelijke medeplichtigheid in het kader van de overtreding van antidopingregels of poging tot overtreding van antidopingregels of de overtreding van artikel 10.12.1 van de Code, betreffende het verbod tot deelneming gedurende een schorsingsperiode, door een andere persoon; 10° de professionele of sportgerelateerde samenwerking van een sporter of een andere persoon met een andere persoon die onder het gezag staat van een antidopingorganisatie en een begeleider die : a) ofwel een schorsing uitzit;b) ofwel werd veroordeeld of schuldig werd bevonden in een burgerlijke, strafrechtelijke of tuchtprocedure, een handeling te hebben verricht die de antidopingregels zou hebben overtreden, indien regels die in overeenstemming zijn met de Code op die persoon toepasselijk zouden zijn geweest.De diskwalificerende status zal van kracht zijn gedurende een periode van zes jaar, een periode van zes jaar vanaf de strafrechtelijke, burgerrechtelijke of tuchtrechtelijke uitspraak of voor de periode van de opgelegde strafrechtelijke, burgerrechtelijke of tuchtrechtelijke sanctie, als deze laatste langer is dan zes jaar; c) ofwel optreedt als eerste aanspreekpunt of tussenpersoon voor een persoon zoals beschreven in a) of b). Voor de vaststelling van de overtreding van de in 10° bedoelde antidopingregels, is het noodzakelijk dat de sporter of de andere persoon vooraf schriftelijk door een bevoegde NADO, of door het WADA, op de hoogte is gebracht van de diskwalificerende status van de begeleider en de mogelijke gevolgen van de verboden samenwerking voor de sporter of de andere persoon.
In het in 10° bedoelde geval zal de NADO van de Franse Gemeenschap de begeleider van de betrokken sporter meedelen dat van zijn geval kennis is gegeven aan de sporter of aan de andere persoon, in het kader van een potentieel verboden samenwerking.
De begeleider van de betrokken sporter beschikt over 14 dagen, vanaf de mededeling vermeld in het voorafgaande lid, om door alle rechtsmiddelen te bepalen dat geen van de criteria vermeld in a) tot c) van 10° op hem van toepassing is. In het geval bedoeld in 10° is het aan de sporter of de andere persoon om aan te tonen dat de samenwerking met de begeleider, vermeld in a) tot c) niet professioneel of sportgerelateerd is.
Na de kennisgeving bedoeld in het derde lid van 10°, en voor zover de begeleider van de sporter niet heeft kunnen aantonen dat geen van de in a) tot c) van 10° vermelde criteria op hem van toepassing is, brengt de NADO van de Franse Gemeenschap het Wada ervan op de hoogte dat die begeleider van de sporter aan één van de in a) tot c) vermelde criteria beantwoordt.
De Regering stelt de nadere regels voor de in 10° bedoelde kennisgevingsprocedure vast.".
Art. 4.In hetzelfde decreet wordt een artikel 6/1 ingevoegd, luidend als volgt : "
Art. 6/1.§ 1. De bewijslast komt aan de bevoegde antidopingorganisatie toe, welke de in artikel 6 bedoelde overtredingen van de antidopingregels moet aantonen.
De bewijsstandaard waartoe de antidopingorganisatie verplicht is, bestaat erin de overtreding van de antidopingregels aan te tonen om voldoening te geven aan de hoorzittingsinstantie, die, met inachtneming van artikel 19, de ernst van de bewering zal beoordelen.
De bewijsstandaard is, in ieder geval, meer dan een afweging van waarschijnlijkheid, maar minder dan een bewijs boven redelijke twijfel.
Wanneer dit decreet de sporter of elke andere persoon waarover het vermoeden bestaat dat hij antidopingregels heeft overtreden, belast met het omkeren van het vermoeden of met het vaststellen van specifieke feiten en omstandigheden, is de bewijsstandaard een afweging van waarschijnlijkheid. § 2. Feiten met betrekking tot een dopingpraktijk kunnen met alle middelen van recht worden vastgesteld, inclusief bekentenissen.
De volgende regels voor de vaststelling van de feiten en inzake vermoeden zijn van toepassing : a) analytische methoden of beslissingslimieten die door het WADA zijn goedgekeurd na overleg met de desbetreffende wetenschappelijke gemeenschap en die zijn onderworpen aan collegiale toetsing, worden verondersteld wetenschappelijk geldig te zijn.Elke sporter of begeleider die de veronderstelling van wetenschappelijke validiteit wil weerleggen, moet als opschortende voorwaarde eerst het WADA op de hoogte brengen van de betwisting en de grondslag ervan. Het TAS kan op eigen initiatief ook het WADA op de hoogte brengen van een dergelijke betwisting. Op verzoek van het WADA zal de TAS-commissie een geschikte wetenschappelijke expert aanstellen om haar te helpen bij de beoordeling van de betwisting. Binnen tien dagen nadat het WADA die kennisgeving en het TAS-dossier heeft ontvangen, heeft het WADA het recht om als partij te interveniëren, als amicus curiae op te treden of op een andere wijze bewijzen te leveren in een dergelijke procedure; b) de door het WADA geaccrediteerde of goedgekeurde laboratoria worden vermoed de analyses van monsters en de bewaarprocedures te hebben uitgevoerd in overeenstemming met de Internationale Standaard voor Laboratoria.De sporter of een andere persoon kan dat vermoeden weerleggen door aan te tonen dat een afwijking van de Internationale Standaard voor Laboratoria heeft plaatsgevonden die redelijkerwijs het afwijkende analyseresultaat kan hebben veroorzaakt. In het in het vorige lid bedoelde geval, als de sporter of de andere persoon het vermoeden weerlegt, moet de ADO aantonen dat die afwijking het afwijkende analyseresultaat niet heeft veroorzaakt; c) de afwijkingen van elke andere internationale standaard of van elke andere regel of elk antidopingbeginsel die in de Code of in de regels van een antidopingorganisatie vermeld zijn, maken die bewijzen of resultaten niet ongeldig, indien deze afwijkingen niet de oorzaak zijn van het afwijkende analyseresultaat of van de andere overtreding van de antidopingregels.Als de sporter of elke andere persoon aantoont dat een afwijking van elke andere internationale standaard of elke andere antidopingregel of elk ander dopingbeginsel redelijkerwijs geleid heeft tot het overtreden van antidopingregels op grond van een vastgesteld afwijkend analyseresultaat of van een andere overtreding van de antidopingregels, moet de antidopingorganisatie aantonen dat die afwijking het afwijkend analyseresultaat niet heeft veroorzaak of niet de feitelijke basis is voor de overtreding van de antidopingregels; d) feiten die worden aangetoond op grond van een beslissing van een rechtbank of een bevoegd professioneel disciplinair orgaan waartegen geen beroepsprocedure loopt, vormen een onweerlegbaar bewijs van de feiten tegen de sporter of de andere persoon waarop de beslissing betrekking heeft, tenzij de sporter of de andere persoon aantoont dat de beslissing de principes van eerlijke rechtsbedeling schendt; e) de rechtbank die optreedt in een hoorzitting over de overtreding van antidopingregels, mag een negatieve gevolgtrekking maken ten aanzien van een sporter of andere persoon die wordt beschuldigd van de overtreding van antidopingregels op basis van zijn weigering, nadat hij daarvoor redelijke tijd op voorhand is opgeroepen, om te verschijnen tijdens de zitting, en de vragen van de rechtbank of de ADO die de overtreding van de antidopingregels ten laste legt, te beantwoorden.".
Art. 5.In hetzelfde decreet wordt een artikel 6/2 ingevoegd, luidend als volgt : "
Art. 6/2.Met het oog op het opzoeken en inzamelen van inlichtingen en, in voorkomend geval, het verzamelen van bewijs, waardoor dopinggevallen kunnen worden aangetoond, zoals bedoeld in artikel 6, beschikt de NADO van de Franse Gemeenschap over een onderzoeksbevoegdheid, overeenkomstig de Internationale Standaard voor Dopingtests en Onderzoeken.
In het kader van de in het vorige lid bedoelde onderzoeksbevoegdheid, kan de NADO van de Franse Gemeenschap : a) inlichtingen over doping die van alle beschikbare bronnen afkomstig zijn, verkrijgen, onderzoeken en behandelen, om de invoering van een doeltreffend, verstandig en evenwichtig plan voor de verdeling van de controles te ondersteunen, gerichte tests plannen en/of als basis dienen voor een onderzoek dat betrekking heeft op één of meer eventuele overtreding(en) van antidopingregels, zoals bedoeld in artikel 6;b) de atypische resultaten en de afwijkende paspoortresultaten onderzoeken, om inlichtingen of bewijzen in te zamelen, met inbegrip van, inzonderheid, analytische bewijzen, om te bepalen of één of meer eventuele overtreding(en) van de antidopingregels, bedoeld in artikel 6, 1° en/of 2° werd/werden begaan;c) elke andere inlichting of elk ander analytisch of niet analytisch gegeven onderzoeken die/dat één of meer eventuele overtreding(en) van de in artikel 6, 3° tot 10° bedoelde antidopingregels vermeldt, om het bestaan van een overtreding uit te sluiten of om bewijsmateriaal te verzamelen met het oog op het openen van een procedure voor de overtreding van de antidopingregels;d) een automatisch onderzoek voeren over de begeleider van de sporter in geval van overtreding van de antidopingregels door een minderjarige, en een automatisch onderzoek voeren over elke begeleider van de sporter die zijn steun heeft verleend aan meer dan één sporter die schuldig werd bevonden aan overtreding van de antidopingregels. De Regering kan eventuele bijkomende regels nader bepalen voor de toepassing van dit artikel.
Onverminderd het voorafgaande lid, met het oog op de toepassing van dit artikel, inzonderheid om schaaleconomieën tot stand te brengen, kan de Regering akkoorden sluiten met andere antidopingorganisaties, inzonderheid met de 3 andere Belgische overheidsinstellingen, bevoegd voor dopingbestrijding.".
Art. 6.In artikel 8 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° paragraaf 3, eerste lid, wordt vervangen als volgt : " § 3.Onverminderd de door artikel 2 van bijlage 2 van de UNESCO-Conventie bepaalde regels, verleent de CAUT (TTN-Commissie, Commissie voor het verlenen van de toestemming wegens therapeutische noodzaak) de toestemming wegens therapeutische noodzaak : a) aan de elitesporters van nationaal niveau, bedoeld in artikel 1, 67°, van het decreet, die behoren tot de doelgroep van de Franse Gemeenschap, ongeacht hun categorie;b) aan de topsporters bedoeld in artikel 12 van het decreet van 8 december 2006 houdende organisatie en subsidiëring van de sport in de Franse Gemeenschap; c) amateursporters." 2° paragraaf 6 wordt vervangen als volgt : " § 6.De in § 3, eerste lid, c) bedoelde amateursporters kunnen bij de TTN-Commissie een TTN met terugwerkende kracht aanvragen en bekomen.
De Regering bepaalt de nadere regels voor de in het vorige lid bedoelde procedure."
Art. 7.In hetzelfde decreet wordt een artikel 9/1 ingevoegd, luidend als volgt : "In het kader van de toepassing van artikel 9, 1°, onverminderd de specifieke bepalingen die daartoe tussen de Belgische NADO's overeengekomen zijn, indien een elitesporter tegelijk in de doelgroep van de Franse Gemeenschap en in de doelgroep van een andere antidopingorganisatie wordt opgenomen, zullen deze onder elkaar bepalen dat enkel één onder die de verblijfsgegevens van de betrokken elitesporter zal beheren, en opdat de andere toegang tot die gegevens zou kunnen hebben. Als ze het niet eens zijn, worden de beginselen van de Code en van de Internationale Standaard voor controles en enquêtes toegepast.
In het kader van de toepassing van artikel 9, 1° en 2°, onverminderd de specifieke bepalingen die daartoe tussen de Belgische NADO's overeengekomen zijn, indien de NADO van de Franse Gemeenschap controles op één of meer sporters wenst uit te voeren bij een sportevenement waarvoor ze in principe niet bevoegd is, moet ze vooraf de toelating vragen aan de organisatie onder de bescherming waarvan dat evenement wordt georganiseerd, overeenkomstig artikel 5.3.2. van de Code.
De Regering kan de eventuele nadere regels voor de in het vorige lid bedoelde procedure bepalen.
Art. 8.In artikel 12 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in paragraaf 1, wordt het volgende lid ingevoegd tussen het eerste lid en het tweede lid : "Een dopingcontrole kan als doel hebben, met het oog op de vaststelling van de in artikel 6, 1° en 2° bedoelde dopinggevallen, ofwel het directe ontdekken van een verboden stof of verboden methode in het lichaam van de sporter, ofwel het indirecte ontdekken van een verboden stof omwille van zijn gevolgen op het lichaam, door het opstellen van het biologisch paspoort van de sporter, onder de in artikel 12/1 bedoelde voorwaarden."; 2° in paragraaf 1, derde lid, 1° `en 2°, worden de woorden "erkend laboratorium" vervangen door de woorden "door het WADA geaccrediteerd of anders goedgekeurd laboratorium".
Art. 9.In hetzelfde decreet wordt een artikel 12/1 ingevoegd, luidend als volgt : "
Art. 12/1.Het in artikel 12, § 1, eerste lid bedoelde biologisch paspoort kan door de NADO van de Franse Gemeenschap uitsluitend worden opgesteld voor de elitesporters die een sportdiscipline beoefenen waarvoor de bevoegde internationale sportfederatie het biologisch paspoort toepast.
Voor de elitesporters voor wie de NADO van de Franse Gemeenschap een biologisch paspoort opstelt, sluit deze, voor elke sportdiscipline, met de bevoegde internationale sportfederatie, een overeenkomst waarin de betrokken elitesporters worden geïdentificeerd en waarin andere potentiële nadere regels voor de samenwerking overeengekomen zijn.
Onverminderd het in artikel 12, § 1, eerste lid, bedoelde hoofddoel, kan het biologisch paspoort worden gebruikt om gerichte tests op de betrokken elitesporters te laten uitvoeren.
De Regering bepaalt, in overeenstemming met de code en de bepalingen van de Internationale Standaard voor controles en enquêtes, de procedureregels voor het opstellen, het beheren en het opvolgen van het biologisch paspoort.
Onverminderd het voorafgaande lid, kan de Regering een eenheid voor het beheer van het paspoort van de atleet aanstellen, ermee belast de NADO van de Franse Gemeenschap bij te staan voor het opstellen, het beheren en het opvolgen van het biologisch paspoort.
Als het voorafgaande lid wordt toegepast, worden de gegevens betreffende de gezondheid van de sporters, binnen de eenheid voor het beheren van het paspoort van de atleet, verwerkt onder de verantwoordelijkeid van een gezondheidsprofessional.
De gegevens betreffende het biologisch paspoort van de atleet worden hoogstens 8 jaar, te rekenen vanaf het ontvangen van de analyseresultaten, bewaard.
Art. 10.In artikel 13 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in paragraaf 1, eerste lid, worden de woorden "erkend laboratorium" vervangen door de woorden "door het WADA geaccrediteerd of anders goedgekeurd laboratorium";2° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "erkend laboratorium" vervangen door de woorden "door het WADA geaccrediteerd of anders goedgekeurd laboratorium";3° in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden "erkend laboratorium" vervangen door de woorden "door het WADA geaccrediteerd of anders goedgekeurd laboratorium";4° paragraaf 3 wordt vervangen door de volgende paragraaf : " § 3.De Regering bepaalt de voorwaarden en de nadere regels volgens welke een laboratorium door de Franse Gemeenschap kan worden erkend of de erkenning ervan kan worden ingetrokken. Om te worden erkend, moet het laboratorium door het WADA worden geaccrediteerd of anders goedgekeurd.".
Art. 11.In artikel 16, eerste lid, van hetzelfde decreet, worden de woorden "erkend laboratorium" vervangen door de woorden "door het WADA geaccrediteerd of anders goedgekeurd laboratorium".
Art. 12.In artikel 18 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° paragraaf 3, tweede lid wordt vervangen als volgt : "De elitesporters van categorie C kunnen een ploegverantwoordelijke aanwijzen om, in hun naam, hun verblijfsgegevens alsook de bijgewerkte lijst van de leden van de ploeg mee te delen."; 2° in paragraaf 3 wordt een derde lid toegevoegd, luidend als volgt : "Niettegenstaande de toepassing van het in het vorige lid bedoelde geval, ressorteren de juistheid en de bijwerking van de meegedeelde informatie in fine onder de verantwoordelijkheid van de sporter."; 3° paragraaf 4 wordt vervangen door de volgende paragraaf : " § 4.De elitesporters van categorie B die hun plichten inzake verblijfsgegevens niet naleven en/of die afwezig zijn op een controle, kunnen, ongeacht de antidopingorganisatie die dat verzuim vaststelt, na schriftelijke mededeling en volgens de nadere regels bepaald door de Regering, ertoe gehouden worden de plichten inzake verblijfsgegevens van de elitesporters van categorie A tijdens 6 maanden na te leven. Ingeval van een nieuw verzuim tijdens deze termijn, wordt de termijn met 18 maanden verlengd, vanaf de datum van de laatste vaststelling van het verzuim.
De elitesporters van categorie C die hun plichten inzake verblijfsgegevens niet naleven en/of die afwezig zijn op een controle, kunnen, ongeacht de antidopingorganisatie die dat verzuim vaststelt, na schriftelijke mededeling en volgens de nadere regels bepaald door de Regering, ertoe gehouden worden de plichten inzake verblijfsgegevens van de elitesporters van categorie A, of B, volgens de door de Regering nader te bepalen gevallen, tijdens 6 maanden na te leven. Ingeval van een nieuw verzuim tijdens deze termijn, wordt de termijn met 18 maanden verlengd, vanaf de datum van de laatste vaststelling van het verzuim.
De elitesporters van de categorie B, C of D voor wie een tuchtschorsing wordt uitgesproken voor doping of waarvan de prestaties een plotselinge en belangrijke verbetering vertonen, of die ernstige tekens van doping vertonen, zijn, met inachtneming van de criteria die opgenomen zijn in artikel 4.5.3 van de internationale standaard voor controles en enquêtes, en volgens door de Regering nader te bepalen regels, ertoe gehouden de plichten inzake verblijfsgegevens van elitesporters van categorie A na te leven.
De Regering kan de lijsten van de sportdisciplines wijzigen die aan de categorieën A, B, C en D beantwoorden."; 4° in paragraaf 7, wordt het tweede lid vervangen door beide volgende leden : "Indien een elitesporter de naleving van de plichten bedoeld in dit artikel of elk verzuim dat hem zou worden verweten, betwist, bij toepassing van dit artikel, kan hij een opschortend beroep bij de Regering instellen, om de administratieve herziening van de door hem betwiste beslissing aan te vragen. Het in het voorafgaande lid bedoelde beroep wordt ingediend binnen de veertien dagen na de kennisgeving van de betwiste administratieve beslissing."; 5° paragraaf 7 wordt aangevuld met een lid, luidend als volgt : "De Regering stelt de nadere regels vast van de procedure voor het in het tweede lid bedoelde beroep.".
Art. 13.Artikel 19 van hetzelfde decreet wordt vervangen als volgt : "
Art. 19.§ 1. De sportorganisaties zijn bevoegd om tuchtprocedures betreffende de overtreding van antidopingregels te organiseren, alsook om, in voorkomend geval, tuchtsancties op te leggen overeenkomstig de bepalingen van dit decreet en de besluiten tot uitvoering ervan, alle bepalingen van de Code betreffende de tuchtprocedure en de gevolgen van de overtreding van antidopingregels, en het antidopingreglement van de overeenstemmende internationale sportfederatie.
Het reglement voor de tuchtprocedure van de erkende en niet erkende sportorganisaties moet inzonderheid : a) voldoen aan alle bepalingen van de Code betreffende de tuchtprocedure en de gevolgen van de overtreding van antidopingregels, inzonderheid de sancties tegen individuen, zoals bepaald in artikel 10 van de Code;b) de eerbiediging van de verdedigingsrechten en de naleving van de principes van onpartijdigheid en onafhankelijkheid van de tuchtrechters waarborgen; c) bepalen dat de principes betreffende de voorlopige schorsing, zoals bepaald in artikel 7.9 van de Code van toepassing zijn; d) bepalen dat, ten minste, tegen elke tuchtuitspraak beroep kan worden aangetekend, overeenkomstig de regels en de principes die in artikel 13 van de Code bepaald zijn;e) uitdrukkelijk bepalen dat de partijen die het recht hebben in beroep te gaan, minstens de volgende partijen erbij kunnen betrekken : - de Sporter of andere Persoon voor wie de uitspraak waartegen beroep wordt aangetekend geldt; - de andere partij in de zaak waarin de uitspraak is gedaan; - de relevante Internationale Federatie; - de NADO van de Gemeenschap of van het land waarin de persoon verblijft of staatsburger of titularis van een licentie is; - het Internationaal Olympisch Comité of het Internationaal Paralympisch Comité, naargelang van het geval; - het WADA, rekening houdend met de specifieke termijnen bedoeld in artikel 13.2.3 van de Code binnen welke het WADA het recht heeft in beroep te gaan; f) bepalen dat, in de gevallen voortvloeiend uit de deelneming aan een internationaal evenement of in de gevallen waar sporters van internationaal niveau betrokken zijn, tegen de beslissing alleen beroep kan worden aangetekend bij het TAS door de partijen die in punt e) hierboven vermeld zijn;g) uitdrukkelijk bepalen dat de volgende partijen, in de gevallen waar sporters van nationaal niveau betrokken zijn, het recht hebben voor het TAS beroep aan te tekenen tegen de tuchtbeslissingen die door de nationale beroepsinstantie worden uitgesproken : - WADA; - IOC; - IPC; - de bevoegde internationale federatie; h) een hoorzitting binnen een redelijke termijn bepalen;i) het recht te worden gehoord en het recht door een juridische raadsman, op eigen kosten, te worden vertegenwoordigd, bepalen;j) het recht op een met redenen omklede beslissing, binnen een redelijke termijn opgesteld, bepalen; k) de principes die worden vastgesteld door artikel 7.2.d van de Anti-Doping Conventie, te Straatsburg op 16 november 1989 ondertekend, naleven; l) uitdrukkelijk bepalen, overeenkomstig artikel 17 van de Code, dat geen procedure wegens overtreding van de antidopingregels kan worden ingesteld tegen een sporter of een andere persoon, zonder dat van de aangevoerde overtreding kennis wordt gegeven aan de sporter, uiterlijk binnen 10 jaar te rekenen vanaf de aangevoerde overtreding. § 2. De Regering kan een model van tuchtreglement inzake dopingbestrijding goedkeuren, voor de erkende of niet erkende sportorganisaties. § 3. De sportorganisaties delen, via beveiligde mededelingmiddelen, de goedgekeurde beslissingen en de identiteit van de personen tegen wie een sanctie wordt uitgesproken, mee aan de NADO van de Franse Gemeenschap en aan de overeenstemmende internationale federatie.
De NADO van de Franse Gemeenschap maakt vervolgens, via beveiligde mededelingsmiddelen, de goedgekeurde beslissingen en de identiteit van de personen tegen wie een sanctie wordt uitgesproken, bekend aan de andere Belgische NADO's en aan de andere sportorganisaties die uitsluitend onder de Franse Gemeenschap ressorteren.
Onverminderd het eerste lid en het tweede lid, kan de Regering eventuele specifieke procedureregels nader bepalen voor de toepassing van deze paragraaf. § 4. De erkende en niet erkende sportorganisaties kunnen de in dit artikel bepaalde tuchtprocedures gezamenlijk organiseren, om de middelen samen te brengen en om, inzonderheid, in voorkomend geval, een gemeenschappelijk procedurereglement goed te keuren."
Art. 14.In hetzelfde decreet wordt een artikel 19/1 ingevoegd, luidend als volgt : "
Art. 19/1.Onverminderd artikel 19 en andere potentiële sancties tegen personen zoals bedoeld bij artikel 10 van de Code en bij dit decreet, mag, overeenkomstig artikel 10.12.1. van de Code, geen geschorste sporter of geen geschorste andere persoon gedurende de schorsingsperiode in geen enkele hoedanigheid deelnemen aan een wedstrijd of sportactiviteit die wordt toegelaten door een ondertekenaar, een lid van de ondertekenaar of een club of een andere organisatie die lid is van een ondertekenaar, behalve aan toegelaten opvoedings- of rehabilitatieprogramma's inzake doping, noch aan wedstrijden die worden toegelaten of georganiseerd door een professionele liga of een organisatie die verantwoordelijk is voor internationale of nationale evenementen, noch aan een elitesportactiviteit of aan een sportactiviteit van nationaal niveau die door de Regering of een andere gouvernementele organisatie wordt gefinancierd.
De sporter of de andere persoon op wie de schorsing wordt toegepast, overeenkomstig het voorafgaande lid, blijft potentieel aan controles onderworpen.".
Art. 15.In artikel 21 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° paragraaf 1 wordt vervangen als volgt : " § 1.De Regering straft met een administratieve geldboete van 250 de elitesporter van categorie A die zich, binnen een periode van twaalf maanden te rekenen vanaf de vaststelling van het eerste verzuim, schuldig maakt aan een tweede gemiste test en/of tekortkoming aan zijn verplichtingen inzake mededeling van verblijfsgegevens, zoals bepaald in artikel 18.
Wanneer een sporter trouwens schuldig bevonden is aan doping ten gevolge van een tuchtbeslissing die in kracht van gewijsde is gegaan, schorst de Regering de financiële en/of materiële overheidssteun die hem wordt toegekend, te rekenen vanaf de mededeling van deze beslissing en tot, minstens, het einde van de eventueel uitgesproken schorsing."; 2° in paragraaf 4, wordt een derde lid ingevoegd, luidend als volgt : "De Regering bepaalt de nadere regels voor de inning van de administratieve geldboeten die bij toepassing van dit decreet worden opgelegd".
Art. 16.In artikel 22, eerste lid, van hetzelfde decreet, worden de woorden "hij die de bepalingen van artikel 6, 7° tot 9° overtreedt" vervangen door de woorden "hij die de bepalingen van artikel 6, 6°, tweede lid tot 10° overtreedt".
Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 19 maart 2015.
De Minister-President, R. DEMOTTE De Vice-President en Minister van Onderwijs, Cultuur en Kind, Mevr. J. MILQUET De Vice-President en Minister van Hoger Onderwijs, Onderzoek en Media, J.-Cl. MARCOURT De Minister van Hulpverlening aan de Jeugd, Justitiehuizen en Promotie van Brussel, belast met het toezicht op de Franse Gemeenschapscommissie van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest, R. MADRANE De Minister van Sport, R. COLLIN De Minister van Begroting, Ambtenarenzaken en Administratieve Vereenvoudiging, FLAHAUT De Minister van Onderwijs voor sociale promotie, Jeugd, Vrouwenrechten en Gelijke Kansen, Mevr. I. SIMONIS _______ Nota (1) Zitting 2014-2015. Stukken van het Parlement. - Ontwerp van decreet, nr. 82-1. - Verslag, nr. 82-2.
Integraal verslag. - Bespreking en aanneming. Vergadering van 18 maart 2015.