Etaamb.openjustice.be
Decreet van 15 juli 1997
gepubliceerd op 02 september 1997

Decreet houdende invoering van een meer evenwichtige vertegenwoordiging van mannen en vrouwen in adviesorganen

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
1997036077
pub.
02/09/1997
prom.
15/07/1997
ELI
eli/decreet/1997/07/15/1997036077/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

15 JULI 1997. Decreet houdende invoering van een meer evenwichtige vertegenwoordiging van mannen en vrouwen in adviesorganen (1)


Het Vlaams Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaangelegenheid.

Art. 2.In dit decreet wordt verstaan onder adviesorganen alle raden, commissies, comités en andere organen, ongeacht de benaming ervan, die zijn opgericht bij wet, wetskrachtig besluit, koninklijk besluit of ministerieel besluit om te adviseren in aangelegenheden die thans tot de bevoegdheid van de Gewesten of Gemeenschappen behoren; bij decreet, bij besluit van de Vlaamse regering, bij besluit van een minister.

Het gaat om organen waarvan de bevoegdheid hoofdzakelijk bestaat uit het verlenen van advies, uit eigen beweging of op verzoek, aan het Vlaams Parlement, de Vlaamse regering, de individuele ministers, de diensten van de Vlaamse regering en de Vlaamse Openbare Instellingen.

Art. 3.Ten hoogste twee derde van de leden van een adviesorgaan is van hetzelfde geslacht.

Art. 4.Telkens in een adviesorgaan één of meerdere mandaten ten gevolge van een voordrachtprocedure te begeven zijn, dient per mandaat, door elke voordragende instantie, de kandidatuur van minstens één man en één vrouw voorgedragen te worden.

Art. 5.Wanneer niet wordt voldaan aan de voorwaarde vermeld in artikel 3, kan het adviesorgaan geen rechtsgeldig advies uitbrengen.

Art. 6.Indien onmogelijk kan worden voldaan aan de voorwaarde gesteld in artikel 3, kan de Vlaamse regering op gemotiveerd verzoek van de benoemende overheid afwijkingen toestaan. De Vlaamse regering bepaalt de voorwaarden waaraan dit verzoek moet voldoen en stelt de procedure vast.

Art. 7.Wanneer op basis van artikel 6 geen afwijking werd toegestaan heeft de benoemende overheid, vanaf de datum van de weigering van de afwijking, drie maanden de tijd om te voldoen aan de voorwaarden gesteld in artikel 3. Indien de benoemende overheid bij het verstrijken van deze periode niet voldoet aan de voorwaarden gesteld in artikel 3, kan het adviesorgaan vanaf deze datum geen rechtsgeldig advies meer uitbrengen.

Art. 8.De Vlaamse regering legt jaarlijks aan het Vlaams Parlement een evaluatieverslag voor in verband met de toepassing van dit decreet en de uitvoeringsbesluiten ervan.

Art. 9.1. Voor de adviesorganen die vóór de inwerkingtreding van dit decreet zijn opgericht, past de Vlaamse regering bij de eerstvolgende vernieuwing van de mandaten de samenstelling aan overeenkomstig de bepaling van artikel 3. 2. Onverminderd artikel 6, dienen tegen 31 december 1999 alle adviesorganen te voldoen aan artikel 3.

Art. 10.Dit decreet treedt in werking op 15 september 1997.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 15 juli 1997.

De minister-president van de Vlaamse regering, L. VAN DEN BRANDE De Vlaamse minister van Brusselse Aangelegenheden en Gelijke Kansenbeleid, A. VAN ASBROECK Voor de raadpleging van de voetnoot, zie beeld

^