Etaamb.openjustice.be
Decreet van 11 maart 2021
gepubliceerd op 23 maart 2021

Decreet betreffende de toekenning, in 2021, van bijkomende middelen ter dekking van de extra werkingskosten in verband met het beheer van de gezondheidscrisis voor scholen van het leerplichtonderwijs en van het secundair kunstonderwijs met beperkt leerplan, en om de leerlingen van scholen voor gewoon en gespecialiseerd secundair onderwijs een versterkte educatieve en psychosociale ondersteuning te bieden

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2021030642
pub.
23/03/2021
prom.
11/03/2021
ELI
eli/decreet/2021/03/11/2021030642/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

11 MAART 2021. - Decreet betreffende de toekenning, in 2021, van bijkomende middelen ter dekking van de extra werkingskosten in verband met het beheer van de gezondheidscrisis voor scholen van het leerplichtonderwijs en van het secundair kunstonderwijs met beperkt leerplan, en om de leerlingen van scholen voor gewoon en gespecialiseerd secundair onderwijs een versterkte educatieve en psychosociale ondersteuning te bieden


Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt: HOOFDSTUK I. - Betreffende de toekenning van bijkomende middelen ter dekking van de extra werkingskosten in verband met het beheer van de gezondheidscrisis voor scholen van het leerplichtonderwijs en van het secundair kunstonderwijs met beperkt leerplan

Artikel 1.Voor het begrotingsjaar 2021 wordt, in het kader van de bestrijding van de COVID-19-pandemie, een bedrag van 5 800 euro toegekend aan scholen voor gespecialiseerd onderwijs, kleuterscholen, scholen voor lager onderwijs, scholen voor basisonderwijs en scholen voor gewoon secundair onderwijs, centra voor alternerend onderwijs en beroepsopleidingen (CEFA), basis- en secundair onderwijsinternaten alsook scholen voor secundair kunstonderwijs met beperkt leerplan om hen te helpen de extra werkingskosten te dekken die verband houden met de aankoop van materiaal en de specifieke kosten die voortvloeien uit de toepassing van de gezondheidsnormen.

Per school of inrichting wordt een bedrag toegekend, op basis van een vast bedrag per leerling, dat wordt vastgesteld op basis van het aantal leerlingen dat op 15 januari 2020 regelmatig in de school of in elke samenwerkende inrichting van CEFA is ingeschreven. Voor scholen of vestigingen die op 1 september 2020 zijn opgericht of tot de subsidies zijn toegelaten, wordt het bedrag berekend op basis van de leerlingen die op 30 september of op 1 oktober 2020 regelmatig zijn ingeschreven, afhankelijk van het niveau en de vorm van het betrokken onderwijs. HOOFDSTUK II. - Betreffende de toekenning van bijkomende middelen om de leerlingen van scholen voor gewoon en gespecialiseerd secundair onderwijs een versterkte educatieve en psychosociale ondersteuning te bieden

Art. 2.Voor de toepassing van dit decreet wordt onder "opvoedkundige en psychosociale ondersteuning" verstaan de gecoördineerde individuele of collectieve verzorging van leerlingen in het gewoon en het gespecialiseerd secundair onderwijs door opvoeders, paramedisch, sociaal en psychologisch personeel en personeelsleden van PMS-centra, met het oog op de verbetering van hun geestelijk, emotioneel, relationeel en psychologisch welzijn. Deze benadering van de zorg vindt plaats in de klas of op afstand, met inachtneming van de geldende gezondheidsnormen.

Art. 3.In 2021 worden bijkomende middelen toegekend aan gewone en gespecialiseerde secundaire scholen en aan PMS-centra. Zij zijn gericht op de uitzonderlijke inzet van educatieve en psychosociale ondersteuning ter compensatie, voor de betrokken leerlingen, van de gevolgen van de gedeeltelijke onderbreking van de lessen en de totstandbrenging van hybride leersystemen als gevolg van de gezondheidsnormen die gelden tijdens de gezondheidscrisis COVID-19, met de volgende doelstellingen: 1. de geestelijke gezondheid en het welzijn van de leerlingen te ondersteunen;2° het ontwikkelen en/of waarborgen van een sereen en zorgzaam schoolklimaat;3° om schooluitval tegen te gaan.

Art. 4.Een bedrag van 9.200.000 euro is bestemd voor de toekenning van bijkomende betrekkingen in het wervingsambt van opvoeder, zoals bepaald bij het decreet van 11 april 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 11/04/2014 pub. 10/10/2014 numac 2014029467 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde en gesubsidieerde basis- en secundair onderwijs type decreet prom. 11/04/2014 pub. 07/08/2014 numac 2014029380 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende wijziging inzonderheid van het decreet van 30 juni 2006 betreffende de pedagogische organisatie van de eerste graad van het secundair onderwijs type decreet prom. 11/04/2014 pub. 19/06/2014 numac 2014029350 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende verschillende bepalingen betreffende het statuut van de personeelsleden van het onderwijs sluiten tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het basis- en secundair onderwijs georganiseerd en gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap, aan de scholen van gewoon secundair onderwijs met volledig leerplan.

Deze bijkomende middelen worden toegekend naar rata van een kwart van de betrekking van opvoeder voor elke volledige schijf van 100 leerlingen die op 1 oktober 2020 regelmatig zijn ingeschreven. De leerlingen die in aanmerking worden genomen voor de bepaling van deze betrekkingen zijn de leerlingen ingeschreven in de 2de, 3de en 4de graad van het gewoon secundair onderwijs met volledig leerplan en in het alternerend onderwijs, alsook de leerlingen ingeschreven in een "Dispositif d'Accueil et de Scolarisation des élèves Primo-Arrivants et Assimilés" bedoeld in artikel 2 van het decreet van 7 februari 2019Relevante gevonden documenten type decreet prom. 07/02/2019 pub. 18/03/2019 numac 2019040713 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet betreffende het onthaal, de scholarisatie en de begeleiding van leerlingen die de taal niet beheersen in het onderwijs georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap sluiten, bestemd voor de opvang, de scholarisatie en de begeleiding van leerlingen die de onderwijstaal niet beheersen in het door de Franse Gemeenschap georganiseerd of gesubsidieerd onderwijs. Elke school heeft minstens een kwart van de betrekking van opvoeder.

Leerlingen die alternerend gewoon secundair onderwijs volgen, worden in aanmerking genomen in de onderwijsinrichtingen met volledig leerplan waar zij het grootste deel van hun beroepsopleiding volgen.

Leerlingen die een inrichting van het onderwijs voor sociale promotie bezoeken, worden meegeteld in de school waar CEFA is gevestigd. Het aantal leerlingen wordt vermenigvuldigd met een coëfficiënt 1, in afwijking van artikel 18, eerste lid, van het decreet van 3 juli 1991 houdende de organisatie van het alternerend secundair onderwijs.

De betrekkingen van opvoeders waarnaar in dit artikel wordt verwezen, worden toegekend voor een periode van 4 maanden, van 1 maart tot en met 30 juni 2021.

Art. 5.Een bedrag van 800.000 euro is bestemd voor de toekenning van lestijden aan scholen voor gespecialiseerd secundair onderwijs voor de aanwerving van een lid van het opvoedend hulppersoneel en/of paramedisch, sociaal en psychologisch personeel van een lid van het opvoedend hulppersoneel in een van de volgende wervingsambten, bepaald in het voornoemde decreet van 11 april 2014Relevante gevonden documenten type decreet prom. 11/04/2014 pub. 10/10/2014 numac 2014029467 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot regeling van de bekwaamheidsbewijzen en ambten in het door de Franse Gemeenschap georganiseerde en gesubsidieerde basis- en secundair onderwijs type decreet prom. 11/04/2014 pub. 07/08/2014 numac 2014029380 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende wijziging inzonderheid van het decreet van 30 juni 2006 betreffende de pedagogische organisatie van de eerste graad van het secundair onderwijs type decreet prom. 11/04/2014 pub. 19/06/2014 numac 2014029350 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende verschillende bepalingen betreffende het statuut van de personeelsleden van het onderwijs sluiten: - opvoeder; - ergotherapeut; - kinesitherapeut; - logopedist; - kinderverzorger; - verpleegster; - maatschappelijk assistent; - psycholoog.

De toekenning van bijkomende lestijden als bedoeld in de vorige paragraaf kan leiden tot een afwijking van artikel 7 van het koninklijk besluit van 15 april 1977.

Deze bijkomende middelen worden toegekend ten belope van één lestijd voor elke volledige schijf van 10 leerlingen die op 30 september 2020 regelmatig zijn ingeschreven. De leerlingen die in aanmerking worden genomen voor de vaststelling van deze lestijden zijn de leerlingen van het gespecialiseerd secundair onderwijs van de derde en de vierde vorm. Elke school heeft recht op ten minste één lestijd.

De in dit artikel bedoelde lestijden worden toegekend voor een periode van 4 maanden, van 1 maart tot en met 30 juni 2021.

Art. 6.§ 1. Een bedrag van 9 miljoen euro is bestemd voor de toekenning van bijkomende betrekkingen aan PMS-centra.

De in dit artikel bedoelde wervingsambten zijn die voorzien in het koninklijk besluit van 27 juli 1979 tot vaststelling van het statuut van de leden van het technisch personeel van de PMS-centra van de Franse Gemeenschap en van de leden van het personeel van de inspectiedienst belast met het toezicht op deze PMS-centra, in het decreet van 31 januari 2002 tot vaststelling van het statuut van de leden van het gesubsidieerd technisch personeel van de officiële gesubsidieerde PMS-centra en in het decreet van 31 januari 2002 tot vaststelling van het statuut van de leden van het gesubsidieerd technisch personeel van de vrije gesubsidieerde PMS-centra. § 2. Van 1 maart tot en met 30 juni 2021 krijgt elk PMS-centrum gedurende een periode van 4 maanden een aanvullende halve opdracht.

Deze halve opdracht moet worden bezet door een psycho-pedagogisch consulent.

Van 1 september tot en met 31 december 2021 krijgt elk PMS-centrum gedurende een periode van 4 maanden een aanvullende halve opdracht.

Deze halve opdracht moet worden bezet door een psycho-pedagogisch adviseur. § 3. Van 1 maart tot en met 30 juni 2021 geniet elk PMS-centrum dat op 15 januari 2020 ten minste 1 250 leerlingen in het gewoon of gespecialiseerd secundair onderwijs begeleidt, gedurende een periode van 4 maanden een aanvullende opdracht bovenop de in paragraaf 2, eerste lid, bedoelde halve opdracht. Deze aanvullende opdracht moet worden bezet door een sociale medewerker en/of een psycho-pedagogische medewerker.

Van 1 september tot en met 31 december 2021 geniet elk PMS-centrum dat op 15 januari 2020 ten minste 1 250 leerlingen in het gewoon of gespecialiseerd secundair onderwijs begeleidt, gedurende een periode van 4 maanden een aanvullende opdracht bovenop de in paragraaf 2, tweede lid, bedoelde halve opdracht. Deze aanvullende opdracht moet worden opgevuld door een maatschappelijk werker en/of een psycho-pedagogisch medewerker. § 4. Van 1 maart tot en met 30 juni 2021 geniet elk PMS-centrum dat op 15 januari 2020 verantwoordelijk is voor de begeleiding van ten minste 2.500 leerlingen in het gewoon of het gespecialiseerd secundair onderwijs, gedurende een periode van 4 maanden een aanvullende halve opdracht bovenop de opdracht en de halve opdracht bedoeld in paragraaf 2, eerste lid, en paragraaf 3, eerste lid. Deze aanvullende halve opdracht wordt bezet door een psycho-pedagogisch adviseur.

Van 1 september tot en met 31 december 2021 geniet elk PMS-centrum dat op 15 januari 2020 aan ten minste 2.500 leerlingen van het gewoon of het buitengewoon secundair onderwijs begeleiding biedt, gedurende een periode van 4 maanden een aanvullende halve opdracht bovenop de opdracht en de halve opdracht bedoeld in paragraaf 2, tweede lid, en paragraaf 3, tweede lid. Deze aanvullende halve opdracht moet worden bezet door een psycho-pedagogisch adviseur.

Art. 7.De scholen die gebruik zullen maken van de in de artikelen 4 en 5 bedoelde betrekkingen en lestijden, moeten dit uiterlijk op 12 mei 2021 aan de Regeringsdiensten meedelen via een daartoe bestemd formulier. Als het formulier niet binnen deze termijn is ingevuld en teruggestuurd, kunnen de betrekkingen en lestijden niet door de bedoelde school worden gebruikt.

Op dit formulier vermeldt de school het aantal opgerichte betrekkingen of gebruikte lestijden, de activiteiten die zijn uitgevoerd in het kader van de doelstellingen als bedoeld in artikel 3 van dit decreet, alsmede de doelgroepen van deze activiteiten.

Art. 8.In het kader van de betrekkingen bedoeld in de artikelen 5 en 6, zijn de omschrijving van de opdrachten die aan de personeelsleden worden toegewezen en de keuze van de ambt(en) door de inrichtende macht onderworpen aan een voorafgaand overleg binnen de plaatselijke organen voor sociaal overleg.

Art. 9.De in dit hoofdstuk bedoelde betrekkingen worden op vrijwillige basis aan de personeelsleden toegekend, na toepassing van de statutaire regels inzake toekenning van de betrekkingen.

De toekenning van deze betrekkingen of lestijden kan in geen geval leiden tot een vaste benoeming of aanwerving.

Deze aanvullende middelen mogen in geen geval worden gebruikt om andere dan de in artikel 3 genoemde doeleinden. HOOFDSTUK III. - Slotbepaling

Art. 10.Artikel 1 van dit decreet treedt in werking op 1 januari 2021.

De artikelen 2 tot en met 9 van dit decreet treden in werking op 1 maart 2021.

Dit decreet houdt op werking te hebben met ingang van 31 december 2021.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 11 maart 2021.

De Minister-President, P.-Y. JEHOLET De Vicepresident en Minister van Begroting, Ambtenarenzaken, Gelijke kansen en het toezicht op " Wallonie-Bruxelles Enseignement", Fr. DAERDEN De Vicepresidente en Minister van Kind, Gezondheid, Cultuur, Media en Vrouwenrechten, B. LINARD De Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor sociale promotie, Universitaire ziekenhuizen, Hulpverlening aan de jeugd, Justitiehuizen, Jeugd, Sport en Promotie van Brussel, V. GLATIGNY De Minister van Onderwijs, C. DESIR _______ Nota Zitting 2020-2021 Stukken van het Parlement.- Voorstel van decreet, nr. 200-1 - Commissie-amendementen, nr. 200-2 - Commissieverslag, nr. 200-3 - Vergaderingsamendementen, nr. 200-4 - Tekst aangenomen tijdens de plenaire vergadering, nr.200-5 Integraal verslag. - Bespreking en aanneming. - Vergadering van 10 maart 2021.

^