8 MEI 2009. - Decreet houdende wijziging van het decreet van 7 mei 2004 houdende oprichting van een Vlaams Instituut voor Vrede en Geweldpreventie bij het Vlaams Parlement, wat zijn adviesopdracht en de evenwichtige vertegenwoordiging van de raad van bestuur betreft (1)

Het Vlaams Parlement heeft aangenomen en Wij, regering, bekrachtigen hetgeen volgt : Decreet houdende wijziging van het decreet van 7 mei 2004 houdende oprichting van een Vlaams Instituut voor Vrede en Geweldpreventie bij het Vlaams Parlement, wat zijn adviesopdracht en de evenwichtige vertegenwoordiging van de raad van bestuur betreft

Artikel 1.Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaangelegenheid.

Art. 2.Artikel 6 van het decreet van 7 mei 2004 houdende oprichting van een Vlaams Instituut voor Vrede en Geweldpreventie bij het Vlaams Parlement wordt vervangen door wat volgt : "Artikel 6 Het Vredesinstituut formuleert op eigen initiatief of op verzoek van het Vlaams Parlement adviezen over vredesvraagstukken, bedoeld in artikel 2.

Het Vredesinstituut brengt advies uit aan het Vlaams Parlement over het jaarlijkse verslag van de Vlaamse Regering aan het Vlaams Parlement over de toepassing van de wet van 5 augustus 1991 betreffende de in-, uit- en doorvoer van wapens, munitie en speciaal voor militair gebruik of voor ordehandhaving dienstig materieel en daaraan verbonden technologie.

Het Vredesinstituut verstrekt de adviezen binnen een termijn van dertig dagen, nadat het de adviesaanvraag, bedoeld in het eerste lid of het jaarlijkse verslag, bedoeld in het tweede lid ontvangen heeft.

De adviezen van het Vredesinstituut worden collegiaal uitgebracht volgens de procedure van de consensus. Als er geen consensus kan worden bereikt, wordt er gestemd en wordt de stemmenverhouding in het advies vermeld. Er kan een minderheidsnota aan het advies worden toegevoegd.

De adviezen van het Vredesinstituut zijn openbaar."

Art. 3.In artikel 7 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij de decreten van 15 juli 2005 en 23 juni 2006, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 2 wordt het woord "Arbitragehof" vervangen door de woorden "Grondwettelijk Hof";2° de paragrafen 4 en 5 worden vervangen door de paragrafen 4 tot en met 6 die luiden als volgt : "§ 4.Ten hoogste twee derde van de leden van de Raad van Bestuur mag van hetzelfde geslacht zijn.

De fracties, bedoeld in § 3, eerste lid, 1°, dragen maximaal vier leden van hetzelfde geslacht voor. De kandidaten die door de fracties voorgedragen worden, mogen in totaal ten hoogste voor twee derde tot hetzelfde geslacht behoren. Indien meer dan twee derde van de kandidaten die door de fracties worden voorgedragen van hetzelfde geslacht is, moet de fractie die volgens het stelsel-D'Hondt recht heeft op de laatste kandidaat, een kandidaat voordragen van het ondervertegenwoordigde geslacht. Indien die kandidaat reeds behoort tot het ondervertegenwoordigde geslacht of indien nog steeds meer dan twee derde van de kandidaten van hetzelfde geslacht is, moet de fractie die volgens het stelsel-D'Hondt de voorlaatste kandidaat mag voordragen, een kandidaat voordragen van het ondervertegenwoordigde geslacht.

De voordrachten, bedoeld in § 3, eerste lid, 2° tot en met 4°, moeten telkens leden van beide geslachten bevatten. § 5. De leden van de raad van bestuur worden voor de duur van vijf jaar benoemd of gecoöpteerd. Het mandaat van de leden van de raad van bestuur, bedoeld in § 3, tweede lid, verstrijkt op dezelfde dag als dat van de andere leden van de raad van bestuur.

Bij de voortijdige beëindiging van een mandaat voltooit de opvolger het mandaat.

De benoeming of coöptatie van een opvolger verloopt volgens de procedure, bedoeld in § 3, eerste en tweede lid, met dien verstande dat de voordracht van een opvolger waarvan de benoeming een schending zou inhouden van het beginsel van de evenwichtige vertegenwoordiging, bedoeld in § 4, eerste lid, onontvankelijk is. § 6. De raad van bestuur wordt bijgestaan door het Wetenschappelijk Secretariaat dat multidisciplinair is samengesteld en onder leiding staat van een directeur."

Art. 4.Artikel 3, 2°, treedt in werking vanaf de eerstvolgende algehele vernieuwing van de mandaten.

Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Brussel, 8 mei 2009.

De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Economie, Ondernemen, Wetenschap, Innovatie en Buitenlandse Handel, Mevr. P. CEYSENS Nota (1) Zitting 2007-2008 Stuk.- Voorstel van decreet : 1788, nr. 1.

Zitting 2008-2009 Stukken. - Verslag : 1788, nr. 2. - Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 1788, nr. 3.

Handelingen. - Bespreking en aanneming : Vergaderingen van 29 en 30 april 2009.