Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 18 maart 2004
gepubliceerd op 11 mei 2004

Besluit van de Waalse Regering betreffende de erkenning en de subsidiëring van de consumentenscholen

bron
ministerie van het waalse gewest
numac
2004201084
pub.
11/05/2004
prom.
18/03/2004
ELI
eli/besluit/2004/03/18/2004201084/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

18 MAART 2004. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de erkenning en de subsidiëring van de consumentenscholen


De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 7 juli 1994 betreffende de erkenning van instellingen voor schuldbemiddeling, gewijzigd bij het programmadecreet van 16 december 1998 houdende verscheidene maatregelen inzake sociale actie en bij het programmadecreet van 18 december 2003 houdende verschillende maatregelen inzake thesaurie en schuld, sociale actie en gezondheid, inzonderheid op artikel 11quater ;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 2 maart 2004;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 4 maart 2004;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid bijzonder ingegeven door het feit dat er een oproep tot het indienen van projecten in de loop van de maand april 2004 gedaan dient te worden, waarover het Waarnemingscentrum voor Krediet en Schuld en de referentiecentra een advies moeten uitbrengen, zodat de erkende consumentenscholen de tijd krijgen om het nieuwe werkingsjaar en hun animatieprojecten voor te bereiden; dat het bijgevolg noodzakelijk is om de bekendmaking en de spoedige inwerkingtreding van de bepalingen ter uitvoering van het programmadecreet van 18 december 2003 betreffende de erkennings- en subsidiëringsprocedure voor de consumentenscholen mogelijk te maken;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 11 maart 2004, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, gewijzigd bij de wet van 2 april 2003;

Op de voordracht van de Minister van Sociale Aangelegenheden en Gezondheid;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Dit besluit regelt overeenkomstig artikel 138 van de Grondwet een aangelegenheid bedoeld in artikel 128, § 1, ervan.

Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° decreet : het decreet van 7 juli 1994 betreffende de erkenning van instellingen voor schuldbemiddeling;2° Minister : de Minister bevoegd voor Sociale Aangelegenheden;3° bestuur : het Directoraat-generaal Sociale Actie en Gezondheid;4° Waarnemingscentrum voor Krediet en Schuld : het Waarnemingscentrum voor Krediet en Schuld bedoeld in artikel 11ter van het decreet;5° referentiecentra : de referentiecentra bedoeld in artikel 11bis, § 2, van het decreet. HOOFDSTUK II. - Tweejaarlijkse oproep tot het indienen van projecten

Art. 3.Tweejaarlijks doet de Minister begin april een oproep tot het indienen van projecten om consumentenscholen te erkennen. Dat gebeurt via bekendmaking in het Belgisch Staatsblad , evenals in twee tijdschriften met belangstelling voor maatschappelijke onderwerpen die over het gehele grondgebied van het Waalse Gewest verspreid worden.

Art. 4.In de oproep tot het indienen van projecten worden minstens vermeld : 1° een omschrijving van het begrip en een beschrijving van de doelstellingen die de consumentenscholen nastreven;2° de voorwaarden voor de erkenning van de consumentenscholen zoals bedoeld in artikel 11quater, § 1, 1° tot en met 5°, van het decreet;3° de modaliteiten voor de subsidiëring van de consumentenscholen;4° het formulier voor de aanvraag tot erkenning zoals in bijlage 1;5° de vastgestelde einddatum voor de kandidaatstelling. HOOFDSTUK III. - Erkenning van de consumentenscholen

Art. 5.In antwoord op de oproep tot het indienen van projecten bedoeld in Hoofdstuk II wordt elke aanvraag tot erkenning aan het bestuur gericht bij ter post aangetekend schrijven.

Art. 6.Van het aanvraagdossier maken deel uit : 1° het behoorlijk ingevulde formulier voor de aanvraag tot erkenning;2° de statuten van het organisme, de instelling of de vereniging met socioculturele grondslag, openbaar of privé, waarvan de consumentenschool deel uitmaakt;3° behalve in geval van een eerste erkenning, de activiteitenverslagen van de twee voorgaande jaren, opgesteld volgens het model bedoeld in bijlage 2 bij dit besluit. Indien het aanvraagdossier onvolledig is, wordt de aanvraag tot erkenning onontvankelijk verklaard.

Art. 7.Binnen de vijftien dagen na de einddatum vastgesteld voor de kandidaatstellingen maakt het bestuur een afschrift van de aanvraagdossiers aan de minister over en voor advies aan de betrokken referentiecentra en aan het Waarnemingscentrum voor Krediet en Schuld.

Art. 8.Het Waarnemingscentrum voor Krediet en Schuld en de referentiecentra maken hun advies over aan de Minister binnen de twintig dagen na de ontvangst van de dossiers.

Art. 9.De Minister beslist over de aanvragen tot erkenning binnen de twintig dagen na ontvangst van de adviezen van het Waarnemingscentrum voor Krediet en Schuld en de referentiecentra.

Van de beslissing wordt kennis gegeven aan de aanvrager bij ter post aangetekend schrijven.

Art. 10.De erkenning kan worden ingetrokken wegens niet-inachtneming van het decreet of dit besluit.

Indien de Minister het voornemen heeft om de erkenning in te trekken, licht hij de betrokken consumentenschool daar bij ter post aangetekend schrijven over in. Het voorstel tot intrekking vermeldt de motieven die de intrekking verantwoorden.

De consumentenschool beschikt over een termijn van dertig dagen te rekenen van de ontvangst van het voorstel tot intrekking om zijn schriftelijke opmerkingen aan de Minister te richten.

De Minister beslist binnen één maand na ontvangst van de schriftelijke opmerkingen van de consumentenschool.

Van de beslissing tot intrekking wordt kennis gegeven aan de consumentenschool bij ter post aangetekend schrijven.

Art. 11.In geval van intrekking van de erkenning wordt in een mogelijkheid tot beroep bij de Regering voorzien.

Het beroep wordt bij ter post aangetekend schrijven bij de minister ingediend, binnen de twee maanden volgend op de kennisgeving van de omstreden beslissing.

Het beroep is niet opschortend.

De Regering beslist binnen de drie maanden na het versturen van het aangetekend schrijven bedoeld in het tweede lid. HOOFDSTUK IV. - Subsidiëring van de consumentenscholen

Art. 12.Binnen de perken van de begrotingskredieten komen de erkende consumentenscholen in aanmerking voor een jaarlijkse subsidie van : 1° 1.500 euro voor een consumentenschool die jaarlijks minstens tien animaties organiseert, namelijk één per maand; 2° 2.200 euro voor een consumentenschool die jaarlijks minstens achttien animaties organiseert, namelijk twee per maand.

Art. 13.De subsidie dekt werkingskosten zoals de personeelsvergoedingen, de werkverplaatsingen, het huren van een bedrijfsgebouw en de kosten daaraan verbonden, de secretariaatsuitgaven, de elektriciteits-, telefoon en verwarmingskosten en de kosten verbonden aan de organisatie van de animaties.

Elke uitgave van kapitaal of kapitaalafschrijving, roerend of onroerend, is uitgesloten, met uitzondering van de aankoop met een samengevoegde waarde van minder dan honderd vierentwintig euro.

Art. 14.De bedragen bedoeld in artikel 12 zijn gekoppeld aan de index der consumptieprijzen overeenkomstig de bepalingen van de wet van 1 maart 1977 houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk worden gekoppeld.

Art. 15.De subsidie wordt vereffend als volgt : 1° een voorschot, gelijk aan 85 % van het subsidiebedrag bedoeld in artikel 12 wordt vereffend in de loop van de maand oktober;2° het resterend subsidiebedrag wordt vereffend na ontvangst van de bewijsstukken bedoeld in artikel 16.

Art. 16.De subsidiegerechtigde is ertoe verplicht de besteding van het subsidiebedrag te verantwoorden door uiterlijk tegen 31 oktober van het jaar volgend op het subsidiejaar volgende documenten aan het bestuur te richten : 1° de afschriften, ondertekend door de verantwoordelijke van de consumentenschool, van de rekeningen of de onkostennota's die zijn betaald of ondersteund door betaalbewijzen;2° een staat van de door de consumentenschool gemaakte uitgaven;3° een verklaring op erewoord, ondertekend door de verantwoordelijke van de consumentenschool, dat de met de subsidie overgenomen kosten op geen enkel ogenblik door elkaar overlappende subsidies of door terugbetalingen gedekt worden;4° de activiteitenverslagen, opgesteld volgens het model bedoeld in bijlage 2 bij dit besluit. De verantwoordingsstukken bedoeld onder 1° van vorig lid worden per rubriek gesorteerd en worden samengevat in een inhousopgave met nummering van elk stuk, bedrag ervan en de totalen van de verschillende rubrieken.

De verantwoordingsstukken en het activiteitenverslag worden in tweevoudig exemplaar opgesteld. HOOFDSTUK V. - Terreinwerkers en maatschappelijk interveniënten

Art. 17.De terreinwerkers of de maatschappelijk interveniënten bedoeld in artikel 11quater, § 1, 1°, a, van het decreet bezitten minstens een diploma of getuigeschrift in een maatschappelijke richting, dat in overweging genomen wordt voor de toelating tot het niveau B1, B2 of B3 bij het bestuur van het Waalse Gewest of heeft minstens drie jaar ervaring als terreinwerker in groepen die socioculturele animatie krijgen.

Art. 18.De terreinwerker of de maatschappelijk interveniënt neemt deel aan : 1° de specifieke vormingen georganiseerd door het Waarnemingscentrum voor Krediet en Schuld;2° de ontmoetingen en samenkomsten georganiseerd door het Waarnemingscentrum voor Krediet en Schuld en de referentiecentra. HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen

Art. 19.Dit besluit treedt in werking op 1 april 2004.

Art. 20.De Minister van Sociale Aangelegenheden is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 18 maart 2004.

De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Sociale Aangelegenheden en Gezondheid, Th. DETIENNE

BIJLAGE 1 FORMULIER VOOR DE AANVRAAG TOT ERKENNING 1. Adresgegevens van het organisme, de instelling of de vereniging waarvan de consumentenschool deel uitmaakt Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Waalse Regering van 18 maart 2004 betreffende de erkenning en de subsidiëring van de consumentenscholen. Namen, 18 maart 2004.

De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Sociale Aangelegenheden en Gezondheid, Th. DETIENNE

BIJLAGE 2 ACTIVITEITENVERSLAG Eén exemplaar per georganiseerde animatie.

Datum waarop de animatie plaatsvindt : 1. Aantal deelnemers Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Waalse Regering van 18 maart 2004 betreffende de erkenning en de subsidiëring van de consumentenscholen. Namen, 18 maart 2004.

De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Sociale Aangelegenheden en Gezondheid, Th. DETIENNE

^