Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Waalse Regering van 18 december 2003
gepubliceerd op 03 maart 2004

Besluit van de Waalse Regering tot vaststelling van de overdracht van bevoegdheden in het "Institut wallon de l'Evaluation, de la Prospective et de la Statistique"

bron
ministerie van het waalse gewest
numac
2004200570
pub.
03/03/2004
prom.
18/12/2003
ELI
eli/besluit/2003/12/18/2004200570/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

18 DECEMBER 2003. - Besluit van de Waalse Regering tot vaststelling van de overdracht van bevoegdheden in het "Institut wallon de l'Evaluation, de la Prospective et de la Statistique" (Waals Instituut voor Evaluatie, Toekomstverwachting en statistiek)


De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 4 december 2003 tot oprichting van het "Institut wallon de l'Evaluation, de la Prospective et de la Statistique" (Waals Instituut voor Evaluatie, Toekomstverwachting en Statistiek);

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 18 december 2003;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 18 december 2003;

Gelet op de instemming van de Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 18 december 2003;

Op de voordracht van de Minister-President;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit dient te worden verstaan onder : 1o "het decreet" : het decreet van 4 december 2003 tot oprichting van het "Institut wallon de l'Evaluation, de la Prospective et de la Statistique" (Waals Instituut voor Evaluatie, Toekomstverwachting en Statistiek); 2o "het Instituut" : het "Institut wallon de l'Evaluation, de la Prospective et de la Statistique" opgericht bij artikel 8 van het decreet.

Art. 2.De bevoegdheidsoverdrachten worden verleend aan de statutaire personeelsleden van het Instituut.

De bevoegdheidsoverdrachten aan de titularis van een ambt gelden eveneens voor de met dat ambt belaste ambtenaar.

Art. 3.In geval van afwezigheid of verhindering van de administrateur-generaal worden de bevoegdheden die hem opgedragen worden, bij gebreke van andersluidende regelgevende bepalingen of bijzondere bepalingen getroffen door de titularis van het ambt, voor de duur van de afwezigheid of verhindering verleend aan de directeur van de ondersteunende dienst.

In geval van afwezigheid of verhindering van de directeur van de ondersteunende dienst worden de bevoegdheden die hem opgedragen worden, evenals de bevoegdheden bedoeld in het eerste lid, bij gebreke van andersluidende regelgevende bepalingen of bijzondere bepalingen getroffen door de titularis van het ambt, voor de duur van de afwezigheid of de verhindering verleend aan de directeur of de wetenschappelijk directeur met de hoogste anciënniteit.

Art. 4.De hiërarchische overste van een gemachtigd ambtenaar kan om ongeachte welke reden de bevoegdheden uitoefenen die bij dit besluit aan laatstgenoemde zijn verleend. Hij kan evenwel zijn beslissing niet in de plaats stellen van de beslissing die door de gemachtigd ambtenaar getroffen en medegedeeld zou zijn.

Art. 5.De bedragen bepaald bij dit besluit dekken alle uitgaven en worden verstaan als de belasting op de toegevoegde waarde niet inbegrepen.

Indien het een abonnement op een magazine, een periodiek tijdschrift of een gegevensbank betreft of indien het de huur betreft, dekt de uitgave de jaarlijkse kostprijs van het abonnement of de huur, de belasting over de toegevoegde waarde uitgesloten. HOOFDSTUK II. - Bevoegdheidsoverdrachten in personeelsaangelegenheden

Art. 6.Volgende personen zijn gemachtigd om de beslissingen te treffen inzake het jaarlijks vakantieverlof, uitzonderlijke en omstandigheidsverloven en andere dienstopdrachten dan buitenlandse dienstopdrachten : 1o de administrateur-generaal ten opzichte van de wetenschappelijke directeurs of directeurs; 2o de wetenschappelijk directeur of de directeur ten opzichte van het personeel dat zijn directie is toegewezen.

Art. 7.De administrateur-generaal is gemachtigd om dienstvrijstellingen te verlenen wegens overmacht.

Art. 8.De administrateur-generaal is gemachtigd om de beslissingen te treffen in verband met : 1o het verlenen van ouderschapsverloven en verloven om de cursussen te volgen van de school voor civiele bescherming, prestaties in vredestijd te vervullen, een kind op te vangen met het oog op dienst adoptie of de pleegvoogdij; 2o de aangelegenheid beroepsongevallen en beroepsziekten; 3o de vaste benoeming van ambtenaren van de niveaus 2+, 2, 3 en 4; 4o de toewijzing van de personeelsleden; 5o de beroepsloopbaanonderbreking; 6o de verloven om dwingende redenen van familiaal belang, om een stage of een proefperiode bij een overheidsdienst te kunnen voltooien of de kandidaatstelling voor parlements- of provincieraadsverkiezingen, om prestaties te kunnen vervullen ten voordele van een erkende politieke groep van een wetgevende vergadering van de federale Staat, een Gemeenschap of een Gewest, of bij de voorzitter van één van die groepen, wegens verminderde prestaties in geval van ziekte of gebrekkigheid, terbeschikkingstelling van de Koning, dienstopdracht, vakbondsdienstopdracht, afwezigheid van lange duur om familiale redenen, verminderde prestaties om maatschappelijke of familiale redenen of wegens persoonlijke aangelegenheid, om lessen te volgens voor de vervolmaking van de intellectuele, morale of maatschappelijke vorming in het kader van een verlof voor sociale promotie; 7o de politieke verloven.

Art. 9.De administrateur-generaal is gemachtigd om in het kader van de aangelegenheden die door de kamer van beroep behandeld worden, de ambtenaar aan te wijzen die belast wordt met het verdedigen van het betwiste voorstel.

Art. 10.De administrateur-generaal is gemachtigd om de indisponibiliteitsstelling wegens ziekte of gebrekkigheid die geen definitieve dienstongeschiktheid teweegbrengt, maar die resulteert in afwezigheden waarvan de duur die van de verloven wegens ziekte of gebrekkigheid overschrijdt, evenals de indisponibiliteitsstelling wegens persoonlijke aangelegenheid uit te spreken.

Art. 11.De administrateur-generaal is gemachtigd om ter uitvoering van de beslissingen van de regering of de daartoe gemachtigde minister de arbeidsovereenkomsten te tekenen.

Art. 12.De administrateur-generaal is gemachtigd om overeenkomstig artikel 35 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomst de beslissingen te treffen inzake ontslag om ernstige reden.

Art. 13.De administrateur-generaal is gemachtigd om de beslissingen te treffen in verband met de vaststelling en de betaling van de wedde van de personeelsleden, met inbegrip van de weddeverhoging en de toelage voor het uitoefenen van een hoger ambt, evenals de betaling van prestaties om uitzonderlijke redenen.

Art. 14.De administrateur-generaal is gemachtigd om de eedaflegging van de personeelsleden van de niveaus 2+, 2, 3 en 4 af te nemen.

Art. 15.De administrateur-generaal is gemachtigd om de beslissingen te treffen in verband met de verloven wegens ziekte of gebrekkigheid behalve de gevolgen van de beslissingen van lichamelijke ongeschiktheid getroffen door de administratieve gezondheidsdienst. HOOFDSTUK III. - Bevoegdheidsoverdrachten inzake uitgaven

Art. 16.De titularissen van hiernavolgende ambten zijn gemachtigd om tot voor een bedrag dat recht tegenover hun graad afgedrukt is, de wijze van gunning van overheidsopdrachten te kiezen, de procedure in te stellen, het bestek vast te stellen, de kandidaten uit te kiezen, evenals om in het kader van de activiteiten van het Instituut elke uitgave die toerekenbaar is op de basisallocaties van de begroting van het Instituut vast te leggen, goed te keuren en te ordonnanceren, de uitgaven met betrekking tot de buitenlandse dienstopdrachten uitgezonderd : - administrateur-generaal : euro 68.000; - directeur van de ondersteunende dienst : euro 30.000.

Art. 17.Wat betreft de buitenlandse dienstopdrachten is de administrateur-generaal gemachtigd om vast te leggen, goed te keuren en te ordonnanceren : 1o de uitgaven tot en met euro 5.000 met betrekking tot de buitenlandse reizen van de personeelsleden van het Instituut; 2o na advies van de directeur-generaal van het Directoraat-generaal Buitenlandse Betrekkingen en na de visa van de administrateur-generaal en de Minister-President en instemming van de Minister bevoegd voor Buitenlandse Betrekkingen, de uitgaven hoger dan euro 5.000 met betrekking tot de buitenlandse reizen van de personeelsleden van het Instituut.

Art. 18.De administrateur-generaal en de vastbenoemde ambtenaren van niveau 1, 2+ of 2 die daartoe door laatstgenoemde aangewezen zijn, hebben machtiging om de uitgaven vastgelegd door de primaire ordonnateur goed te keuren en te ordonnanceren ten laste van de kredieten uitgetrokken op de begroting van het Instituut.

Art. 19.De administrateur-generaal en de vastbenoemde ambtenaren van niveau 1, 2+ of 2 die daartoe door laatstgenoemde aangewezen zijn, hebben machtiging om ten gunste van het instituut alle inkomsten te ordonnanceren in de aangelegenheden die onder de bevoegdheden van de instelling vallen.

Art. 20.In afwijking van artikel 2, eerste lid, en zolang als de administrateur-generaal noch de benoemde directeurs zijn aangewezen, kunnen de contractuele personeelsleden die gelijkwaardige ambten uitoefenen gemachtigd worden voorzover ze de eed hebben afgelegd in de bewoordingen vastgesteld bij artikel 2 van het decreet van 20 juli 1831.

Art. 21.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2004.

Namen, 18 december 2003.

De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE

^