13 DECEMBER 2001. - Besluit van de Waalse Regering tot bepaling van het bedrag van de vergoedingen en de presentiegelden die toegekend worden aan de voorzitter en de leden van de Commissie van erkenning van de Centra voor coördinatie van thuisverzorging en thuisdiensten

De Waalse Regering, Gelet op het decreet van 19 juni 1989 van de Raad van de Franse Gemeenschap houdende organisatie van de erkenning en de toekenning van toelagen aan de Centra voor coördinatie van thuisverzorging en thuisdiensten;

Gelet op het besluit van de Franse Gemeenschapsexecutieve van 26 juni 1989 tot uitvoering van het decreet van 19 juni 1989 houdende organisatie van de erkenning en de toekenning van toelagen aan de Centra voor coördinatie van thuisverzorging en thuisdiensten;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 27 maart 2001 tot benoeming van de leden van de Commissie van erkenning van de Centra voor coördinatie van thuisverzorging en thuisdiensten;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 30 november 2001;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 13 december 2001;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 4 juli 1989 en 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid, speciaal gemotiveerd door het feit dat de voorzitter en de leden van de Commissie van erkenning van de Centra voor coördinatie van thuisverzorging en thuisdiensten zo spoedig mogelijk vergoedingen en presentiegeld moeten ontvangen voor het werk dat ze voor de Commissie verrichten;

Op de voordracht van de Minister van Sociale Aangelegenheden en Gezondheid;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Dit besluit regelt, overeenkomstig artikel 138 van de Grondwet, een materie bedoeld in artikel 128, § 1, van de Grondwet.

Art. 2.De voorzitter, de ondervoorzitter en de leden van de Commissie van erkenning van de Centra voor coördinatie van thuisverzorging en thuisdiensten die geen ambtenaar zijn, ontvangen presentiegeld voor elke commissievergadering die ze bijwonen.

Het presentiegeld van de voorzitter bedraagt 600 BEF (14,87 euro) en dat van de andere leden 500 BEF (12,39 euro).

Art. 3.De reiskosten van de voorzitter, de ondervoorzitter en de leden van de Commissie van erkenning van de Centra voor coördinatie van thuisverzorging en thuisdiensten die geen ambtenaar zijn, worden vergoed voor het traject tussen hun woning en de zetel van de Commissie op vertoon van een aangifte van schuldvordering waarop de staat van de onkosten vermeld wordt of op vertoon van bewijsstukken.

De reiskosten van de in het eerste lid bedoelde personen die het openbaar vervoer gebruiken, worden vergoed op vertoon van hun vervoerbewijs. De personen die hun eigen wagen gebruiken, hebben recht op een bepaalde kilometervergoeding op grond van het tarief dat vastligt in de regelgeving die van toepassing is op de Waalse ambtenaren van rang A 4.

De aan het gebruik van een eigen wagen inherente risico's worden niet gedekt door het Waalse Gewest.

Art. 4.Het presentiegeld en de reiskostenvergoeding worden per dag aanwezigheid bepaald op grond van presentielijsten.

Er wordt geen presentiegeld verleend voor vergaderingen van werkgroepen waarvan de instelling nuttig wordt geacht door de Commissie of voor deskundigen die volgens haar zouden moeten worden geraadpleegd.

Art. 5.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2002.

Art. 6.De Minister van Sociale Aangelegenheden en Gezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Namen, 13 december 2001.

De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Minister van Sociale Aangelegenheden en Gezondheid, Th. DETIENNE