Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Vlaamse Regering van 26 november 2021
gepubliceerd op 13 januari 2022

Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat betreft de aanpassing aan de Code 2021 en de Internationale Standaarden

bron
vlaamse overheid
numac
2022020005
pub.
13/01/2022
prom.
26/11/2021
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

26 NOVEMBER 2021. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 13/02/2015 pub. 26/03/2015 numac 2015035376 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012 sluiten houdende uitvoering van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, wat betreft de aanpassing aan de Code 2021 en de Internationale Standaarden


Rechtsgronden Dit besluit is gebaseerd op: -de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20, gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993. - het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, het laatst gewijzigd bij het decreet van 18 juni 2021Relevante gevonden documenten type decreet prom. 18/06/2021 pub. 03/09/2021 numac 2021042770 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat betreft de aanpassing aan de Code 2021 sluiten, artikel 5 artikel 9, artikel 10, § 6 en § 7,, artikel 12, artikel 13, derde lid, artikel 14, derde en vierde lid, artikel 14/1 tot 14/3, artikel 15, § 1, § 2, tweede lid en § 4, artikel 19, § 4, vierde lid, § 5, eerste lid, en § 6, artikel 20, § 1, eerste en tweede lid, artikel 21, § 1, tweede lid en § 3, artikel 22, § 3, tweede lid, artikel 23/1, § 2, artikel 23/1/1, § 1, eerste en tweede lid, artikel 23/1/2, § 3, derde lid, artikel 23/2, artikel 28, § 1, vijfde en zevende lid, artikel 29, § 1, zevende lid, artikel 31, artikel 32, § 1, artikel 37, artikel 42/7, artikel 42/8, artikel 42/9, vierde lid, artikel 42/10 en artikel 48, § 2. - het decreet van 18 juni 2021Relevante gevonden documenten type decreet prom. 18/06/2021 pub. 03/09/2021 numac 2021042770 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat betreft de aanpassing aan de Code 2021 sluiten tot wijziging van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, wat betreft de aanpassing aan de Code 2021, artikel 66.

Vormvereisten De volgende vormvereisten zijn vervuld: - De Inspectie van Financiën heeft zijn advies gegeven op 16 juli 2021. - De Vlaamse toezichtcommissie voor de verwerking van persoonsgegevens heeft advies nr. 2021/81 gegeven op 7 september 2021. - De SARC heeft advies gegeven op 28 september 2021. - De Raad van State heeft advies 70.263/1 gegeven op 4 november 2021, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.

Motivering Dit besluit is gebaseerd op de volgende motieven: - De Wereld Antidoping Code van het WADA (de Code) is gewijzigd en op 1 januari 2021 van kracht geworden. Tegelijk zijn ook de herziene internationale Standaarden van het WADA in werking getreden op 1 januari 2021. Het Antidopingdecreet is aangepast aan de Code 2021 en de bijhorende standaarden, waardoor ook de uitvoeringsbepalingen in overeenstemming gebracht moeten worden met de gewijzigde bepalingen van het Antidopingdecreet en de voormelde documenten van het WADA. - De bepalingen in het Antidopingdecreet die betrekking hebben op de regeling van verblijfsgegevens, worden gelijktijdig met de gewijzigde uitvoeringsbepalingen, waarvoor de Vlaamse Regering delegatie heeft gekregen tot 1 januari 2022, in werking gesteld.

Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand.

Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:

Artikel 1.In artikel 1, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 13/02/2015 pub. 26/03/2015 numac 2015035376 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012 sluiten houdende uitvoering van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° punt 1° wordt vervangen door wat volgt: "1° adaptief model: een wiskundig model dat is ontworpen om ongewone longitudinale resultaten van elitesporters op te sporen.Het model berekent de waarschijnlijkheid van een longitudinaal profiel van waarden van markers, in de veronderstelling dat de elitesporter in kwestie zich in een normale fysiologische toestand bevindt;"; 2° punt 2° wordt vervangen door wat volgt: "2° atleetpaspoortmanagementeenheid, afgekort APME: een eenheid die samengesteld is uit een of meer personen die namens de beheerder van het biologisch paspoort verantwoordelijk zijn voor het tijdige administratief beheer van het biologisch paspoort in ADAMS;"; 3° punt 5° wordt vervangen door wat volgt: "5° commissie van experten: de experten die samen het paspoort evalueren;"; 4° punt 6° wordt opnieuw opgenomen in de volgende lezing: "6° confirmatieprocedure: een analytische testprocedure die als doel heeft de aanwezigheid of, in voorkomend geval, de concentratie, ratio of score te bevestigen, of de exogene of endogene oorsprong van een of meer verboden stoffen, metabolieten van verboden stoffen of markers die wijzen op het gebruik van een verboden methode, in een monster vast te stellen;"; 5° punt 7° wordt vervangen door wat volgt: "7° controlelaboratorium: een door het WADA geaccrediteerd laboratorium dat de analysemethodes en procedures toepast om bewijskrachtige gegevens te verzamelen om verboden stoffen of verboden methodes die op de verboden lijst voorkomen, te detecteren of te identificeren, en, als dat van toepassing is, om verboden stoffen te kwantificeren waarvoor een drempelwaarde is bepaald in urinemonsters en andere biologische matrixen in het kader van dopingcontroleactiviteiten;"; 6° in punt 10° wordt het woord "opdrachtgever" vervangen door het woord "monsterafname-instantie"; 7° een punt 10° /1 wordt ingevoegd, dat luidt als volgt: "dopingcontroleur: een official die opgeleid is en door de monsterafname-instantie gemachtigd is om de verantwoordelijkheden uit te voeren die aan dopingcontroleurs worden toevertrouwd in dit besluit en de Internationale Standaard voor Dopingtests en Onderzoeken;"; 8° punt 11° wordt vervangen door wat volgt: "11° expert: de expert, de experten of de commissie van experten, met kennis in de materie in kwestie, gekozen door de ADO of door de APME, die verantwoordelijk zijn voor het uitvoeren van de evaluatie van het paspoort.De expert is extern aan de ADO;"; 9° een punt 11° /1 wordt ingevoegd, dat luidt als volgt: "11° /1 laboratoriumdocumentatiepakket: de stukken die door het controlelaboratorium worden opgesteld op vraag van de opdrachtgever, de instantie met resultatenbeheer of het WADA, zoals bepaald in het Technische Document voor Laboratoriumdocumentatiepakketten (TD LDOC) van het WADA, om een analyseresultaat, zoals een afwijkend analyseresultaat of atypisch analyseresultaat, te ondersteunen;"; 10° punt 14° wordt vervangen door wat volgt: "14° monsterafname-instantie: de organisatie die verantwoordelijk is voor de afname van monsters, namelijk de opdrachtgever zelf of een gedelegeerde derde partij waaraan de opdracht of bevoegdheid voor de uitvoering van de dopingtest is toegewezen of uitbesteed, op voorwaarde dat de opdrachtgever als laatste verantwoordelijk blijft onder de Code voor de naleving van de toepasselijke vereisten van de Internationale Standaard voor Dopingtests en Onderzoeken met betrekking tot de monsterneming;"; 11° in punt 15° wordt de zinsnede "hij op de hoogte is gebracht van zijn verplichting om een monster af te staan" vervangen door de zinsnede "het eerste contact is gelegd";12° punt 16° en 17° worden vervangen door wat volgt: "16° onaangekondigde dopingtest: een monsterneming die plaatsvindt zonder voorafgaande waarschuwing aan de sporter en waarbij de sporter continu onder chaperonnering blijft vanaf het moment van de kennisgeving tot en met het moment waarop hij het monster afstaat;17° opdrachtgever: de ADO die opdracht heeft gegeven om sporters waarover ze de bevoegdheid heeft aan dopingtests te onderwerpen, waarbij de bevoegdheid gedocumenteerd is.De ADO die de opdracht geeft voor dopingtests blijft de opdrachtgever en blijft verantwoordelijk onder de Code dat een gedelegeerde derde partij die dopingtests uitvoert dat doet conform de vereisten van de Internationale Standaard voor Dopingtests en Onderzoeken;"; 13° er wordt een punt 17° /1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "17° /1 paspoort: een verzameling van alle relevante data die uniek zijn voor een bepaalde individuele sporter, die longitudinale profielen van markers, heterogene factoren die uniek zijn voor de sporter in kwestie en andere informatie die relevant is voor de evaluatie van markers mag bevatten;"; 14° in punt 18° worden de woorden "de nationale doelgroep" vervangen door de woorden "een geregistreerde doelgroep of een andere doelgroep"; 15° punt 20° wordt vervangen door wat volgt: "20° verblijfsgegevensinbreuk: een aangifteverzuim of een gemiste dopingtest;"; 16° in punt 22° wordt de zinsnede "artikel 3, eerste lid," vervangen door de zinsnede "artikel 3, § 1,".

Art. 2.In artikel 2, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in punt 1° worden de woorden "sporters en begeleiders" vervangen door de zinsnede "sporters, begeleiders en andere personen";2° in punt 1°, a), wordt tussen het woord "en" en het woord "methoden" het woord "verboden" ingevoegd; 3° in punt 1° wordt punt d) vervangen door wat volgt: "d) de rechten en verantwoordelijkheden in de dopingbestrijding van sporters, begeleiders en andere personen, vermeld in artikel 14/1 tot en met 14/3 van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten;"; 4° aan punt 4° wordt de volgende zin toegevoegd: "NADO Vlaanderen treedt op als coördinator van antidopingeducatie.".

Art. 3.In artikel 3, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "artikel 5 en 11, 23/2, 24 en 25" vervangen door de zinsnede "artikel 5, 11, 24 en 24/1".

Art. 4.In artikel 6 worden de woorden "sporters of begeleiders" vervangen door de zinsnede "sporters, begeleiders of andere personen".

Art. 5.Aan artikel 7 van hetzelfde besluit wordt een lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De verboden lijst, vermeld in het eerste lid, is gebaseerd op de afweging van het WADA van de verboden stoffen en verboden methoden die in de verboden lijst worden opgenomen. Die afweging van het WADA en de indelen van stoffen in categorieën op de verboden lijst, de indeling van een stof als verboden op elk moment of enkel binnen wedstrijdverband, en de indeling van een stof of methode als specifieke stof, specifieke methode of misbruikstof is definitief en kan niet door een sporter of andere persoon worden aangevochten, met inbegrip van maar niet beperkt tot enige betwisting gebaseerd op een betwisting dat de stof of methode geen maskerende stof is of niet het potentieel heeft om de sportprestaties te verbeteren, geen risico voor de gezondheid oplevert of afbreuk zou doen aan de geest van de sport.".

Art. 6.In artikel 8 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt de zin "Die commissie is overeenkomstig art.10 § 6 eerste lid van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten bevoegd voor de behandeling van de TTN-aanvragen en erkenning van TTN's toegekend door een andere ADO dan NADO Vlaanderen." vervangen door de zin "Die commissie beslist conform artikel 10, § 6, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten over de TTN-aanvragen van sporters die conform artikel 10, § 3, van het voormelde decreet onder de bevoegdheid van NADO Vlaanderen vallen om een TTN te verkrijgen."; 2° in paragraaf 3 wordt punt 2° vervangen door wat volgt: "2° beschikken over een aantoonbare opleiding of ervaring in de zorg of behandeling van sporters of kennis van de sportgeneeskunde;"; 3° in paragraaf 4 wordt het tweede lid vervangen door wat volgt: "Om een TTN-aanvraag te behandelen waarbij specifieke expertise vereist is, heeft minstens één lid van de commissie bijzondere ervaring of expertise die verband houdt met de medische toestand van de sporter.Als die bijzondere ervaring of expertise niet aanwezig is binnen de TTN-commissie, kan de TTN-commissie advies vragen aan een bijkomende expert conform het eerste lid."; 4° aan paragraaf 5 wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De leden van de TTN-commissie ontvangen voor de beoordeling van de aanvraag alleen de persoonsgegevens die strikt noodzakelijk zijn om de aanvraag te beoordelen.Als de aanvraag voor advies wordt voorgelegd aan externe specialisten, verwijdert de TTN-commissie de persoonsgegevens die niet noodzakelijk zijn om dat advies te formuleren."; 5° in paragraaf 6 wordt vóór de woorden "Als een belangenconflict" de zin "Alle leden van de TTN-commissie met inbegrip van de voorzitter ondertekenen een verklaring over belangenconflicten en vertrouwelijkheid." ingevoegd.

Art. 7.Het opschrift van hoofdstuk 3, afdeling 3, van hetzelfde besluit, wordt vervangen door wat volgt: "Afdeling 3. Aanvraag van een TTN".

Art. 8.In artikel 9 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° aan paragraaf 1, eerste lid, wordt de volgende zin toegevoegd: "Voor stoffen die alleen binnen wedstrijdverband verboden zijn, vraagt de sporter in ieder geval minstens dertig dagen voor de eerstvolgende deelname aan een wedstrijd de TTN aan, tenzij er sprake is van een uitzonderijke of urgente situatie."; 2° in paragraaf 1, tweede lid, worden tussen de woorden "de sporter" en de woorden "worden ondertekend" de woorden "en de behandelende arts" ingevoegd;3° in paragraaf 1, tweede lid, wordt de zinsnede "via fax," opgeheven;4° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "de minister" vervangen door de woorden "NADO Vlaanderen";5° in paragraaf 2 wordt het eerste lid vervangen door wat volgt: "Een volledig bevonden aanvraag wordt door het secretariaat van de TTN-commissie op elektronische wijze aan de voorzitter of, in voorkomend geval, aan plaatsvervangende voorzitter van de TTN-commissie bezorgd, die de drie leden, waaronder zichzelf, aanwijst om de aanvraag te beoordelen.Bij de aanwijzing bevestigen alle leden dat ze geen belangenconflict hebben."; 6° paragraaf 3 wordt opgeheven.

Art. 9.Artikel 10 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 10.Conform artikel 10, § 6, vijfde lid, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten kan een sporter op gemotiveerde wijze een heroverweging vragen van een beslissing van de TTN-commissie van NADO Vlaanderen om een TTN te weigeren, binnen veertien dagen na de dag waarop hij de kennisgeving van de beslissing heeft ontvangen, of, als de TTN-commissie geen beslissing heeft genomen, binnen veertien dagen nadat de termijn, vermeld in artikel 9, § 2, tweede lid, van dit besluit, is verstreken.

De TTN-commissie beslist in een volledig andere samenstelling over de vraag tot heroverweging. De procedure, vermeld in artikel 9, is van overeenkomstige toepassing op het verzoek tot heroverweging.

De sporter in kwestie kan tegen een beslissing na heroverweging of als er geen beslissing is genomen binnen de beslissingstermijn bij een vraag tot heroverweging als vermeld in het eerste lid, beroep instellen conform artikel 10, § 7, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten.".

Art. 10.Artikel 11 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 11.Artikel 12 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 12.Een TTN voor het gebruik van een verboden stof of een verboden methode voor therapeutische doeleinden wordt alleen verleend als de sporter kan aantonen dat aan elk van de volgende criteria, volgens een afweging van waarschijnlijkheid, voldaan is: 1° de verboden stof of verboden methode in kwestie is nodig om een medische toestand of aandoening te behandelen die vastgesteld is bij een medische diagnose, gestaafd met relevante klinische bewijsstukken. Dit criterium kan ook vervuld zijn als het gebruik van de verboden stof of de verboden methode onderdeel is van een noodzakelijk diagnostisch onderzoek in plaats van een eigenlijke behandeling; 2° het therapeutische gebruik van de verboden stof of verboden methode levert, naar een graad van waarschijnlijkheid, geen bijkomende verbetering van de prestaties op, buiten wat kan worden verwacht bij het herstel van de normale gezondheidstoestand als gevolg van de behandeling van de medische aandoening;3° de toepassing van de verboden stof of de verboden methode in kwestie is een aangewezen behandeling voor de medische aandoening en er is geen toegelaten redelijk therapeutisch alternatief voor het gebruik van de verboden stof of de verboden methode in kwestie; 4° de noodzaak van het gebruik van de verboden stof of verboden methode is niet volledig of niet gedeeltelijk het gevolg van eerder gebruik zonder TTN, van een stof of methode die op het ogenblik van het gebruik verboden was.".

Art. 12.Artikel 13 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 13.§ 1. Een sporter die het gebruik van een verboden methode of verboden stof nodig heeft om therapeutische redenen, vraagt voorafgaand aan het gebruik of het bezit ervan een TTN aan en heeft die TTN voorafgaand toegekend gekregen conform de criteria, vermeld in artikel 12. § 2. In afwijking van paragraaf 1 en op voorwaarde dat aan de criteria, vermeld in artikel 12, is voldaan, kan een sporter in de volgende gevallen met terugwerkende kracht een TTN aanvragen: 1° als spoedbehandeling of dringende behandeling van een medische toestand nodig was;2° als er onvoldoende tijd of gelegenheid was of uitzonderlijke omstandigheden aanwezig waren die de sporter verhinderden om een aanvraag in te dienen, of voor een TTN-commissie om te oordelen over een aanvraag, voorafgaand aan de dopingtest;3° als de NADO van de sporter omwille van de prioritering van bepaalde sporten de sporter niet toelaat om een voorafgaande TTN aan te vragen of niet vereist dat de sporter een voorafgaande TTN aanvraagt;4° als een breedtesporter die aan een monsterneming wordt onderworpen een verboden stof of verboden methode gebruikt om therapeutische redenen;5° als een sporter buiten wedstrijdverband voor therapeutische doeleinden een verboden stof gebruikt die alleen binnen wedstrijdverband verboden is. Conform artikel 10, § 3, tweede lid, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten kan een breedtesporter een TTN toegekend krijgen met terugwerkende kracht.

De minister kan bepalen dat in bepaalde sporten of sportdisciplines geen voorafgaande TTN kan aangevraagd worden, gebaseerd op de lage dopinggevoeligheid van de sport of sportdiscipline in kwestie. In dat geval kan de TTN-aanvraag altijd met terugwerkende kracht worden aangevraagd conform het eerste lid, 3°. § 3. In afwijking van paragraaf 1 en 2, kan een sporter in uitzonderlijke gevallen een TTN retroactief aanvragen en toegekend krijgen voor het gebruik van een verboden stof of verboden methode als het manifest onbillijk zou zijn een retroactieve TTN niet toe te staan in het licht van de doelstelling van de Code.

Voor nationale en internationale elitesporters mag een retroactieve TTN als vermeld in het eerste lid, alleen toegestaan worden op voorwaarde dat het WADA voorafgaand aan het verlenen van de TTN in kwestie akkoord gaat. Het WADA heeft in dat geval de volledige bevoegdheid om akkoord te gaan met de beslissing van de ADO of om die beslissing te verwerpen.

Voor breedtesporters mag NADO Vlaanderen conform het eerste lid een TTN toestaan zonder WADA vooraf te consulteren. WADA heeft in dat geval het recht om de beslissing om een retroactieve TTN toe te staan, conform het eerste lid, te herzien en heeft de volledige bevoegdheid om akkoord te gaan met de beslissing of de beslissing te hervormen.

De beslissing die een ADO of het WADA neemt conform het eerste tot en met derde lid kan niet worden aangevochten en kan niet verder betwist worden in een disciplinaire procedure die volgt uit een dopingpraktijk.

Elke beslissing om een TTN toe te staan of te weigeren conform deze paragraaf wordt geregistreerd in ADAMS. Artikel 10, § 6, vierde lid, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten is van overeenkomstige toepassing.".

Art. 13.In artikel 14, tweede lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, worden de woorden "conform bijlage H" vervangen door de woorden "conform bijlage G".

Art. 14.In artikel 15 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° aan paragraaf 1 wordt een vierde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "Alleen dopingcontroleurs die erkend zijn om bloedmonsters te nemen, mogen bloedmonsters nemen."; 2° in paragraaf 3 wordt punt 2° vervangen door wat volgt: "2° de kandidaat-dopingcontroleur woont minstens één keer als waarnemer een monsterafnameprocedure bij en voert vervolgens op minstens voldoende wijze een monsterafnameprocedure uit onder rechtstreeks toezicht en verantwoordelijkheid van een controlearts die een ADO heeft aangewezen.Het vereiste toezicht op het afscheiden van de urine, is geen onderdeel van de observatie ter plaatse;"; 3° in paragraaf 3, 3°, wordt punt b) vervangen door wat volgt: b) NADO Vlaanderen elk belangenconflict onmiddellijk te melden en zich te onthouden van het aanvaarden van opdrachten als een belangenconflict als vermeld in artikel 22, vijfde lid, mogelijk is;"; 4° aan paragraaf 4 wordt een punt 6° toegevoegd, dat luidt als volgt: "6° conform paragraaf 5 geen evaluatie onvoldoende ontvangen hebben van NADO Vlaanderen."; 5° er worden een paragraaf 5 en een paragraaf 6 toegevoegd, die luiden als volgt: " § 5.Een dopingcontroleur leeft de interne richtlijnen na die NADO Vlaanderen oplegt en voert de dopingcontrole en monsterneming uit conform de Internationale Standaard voor Dopingtests en Onderzoeken en dit besluit.

NADO Vlaanderen onderwerpt de erkende dopingcontroleurs jaarlijks aan een evaluatie. De evaluatieperiode bedraagt één jaar en loopt van 1 januari tot en met 31 december van het jaar in kwestie. Als de erkenning minstens drie maanden voor het afsluiten van de evaluatieperiode is verleend, kan NADO Vlaanderen de evaluatie uitvoeren in het daarop volgende jaar. In onderling overleg kan NADO Vlaanderen de evaluatieperiode tot maximaal vijftien maanden verlengen.

NADO Vlaanderen bezorgt een schriftelijk verslag van de evaluatie aan de dopingcontroleur uiterlijk op 1 maart van het jaar dat volgt op jaar waarin de evaluatieperiode is afgesloten. Het verslag bevat de beoordeling van NADO Vlaanderen op basis van de volgende elementen: 1° de uitgevoerde opdrachten;2° de beschikbaarheden van de dopingcontroleur om opdrachten te ontvangen;3° de gevolgde opleidingsactiviteiten;4° in voorkomend geval de vastgestelde onregelmatigheden. Het evaluatieverslag wordt afgesloten met een van de volgende beoordelingen: 1° beoordeling voldoende zonder voorwaarden;2° beoordeling voldoende onder voorwaarden.Met die beoordeling behoudt de dopingcontroleur zijn erkenning, maar moet hij voor hij een opdracht ontvangt, opnieuw voldoen aan de voorwaarden, vermeld in paragraaf 3, 1° en 2° ; 3° beoordeling onvoldoende. De dopingcontroleur kan binnen vijftien dagen na de dag waarop hij het evaluatieverslag heeft ontvangen, opmerkingen formuleren en vragen om gehoord te worden. NADO Vlaanderen beslist over de definitieve beoordeling, in voorkomend geval nadat ze heeft kennisgenomen van het schriftelijke verweer van de dopingcontroleur of nadat ze de dopingcontroleur heeft gehoord, binnen vijftien dagen nadat ze heeft kennisgenomen van het verweer van de dopingcontroleur in kwestie. Als de dopingcontroleur geen verweer heeft ingediend of niet heeft gevraagd om gehoord te worden, is de beoordeling in het evaluatieverslag definitief.

Als NADO Vlaanderen geen evaluatie uitvoert binnen de termijn, vermeld in het derde lid, wordt de evaluatie afgesloten met een beoordeling voldoende.

Een beoordeling voldoende onder voorwaarden als vermeld in het vierde lid, 2°, kan maar een keer worden opgelegd binnen een periode van drie opeenvolgende evaluaties. § 6. In afwijking van paragraaf 5 kan NADO Vlaanderen in de volgende gevallen overgaan tot een versnelde evaluatie: 1° als zware fouten of zwaarwichtige feiten worden vastgesteld die verband houden met de integriteit van de dopingcontrole, het medisch geheim of de openbare orde;2° als strafbare feiten zijn gepleegd. Als NADO Vlaanderen beslist de versnelde evaluatieprocedure op te starten, brengt ze de dopingcontroleur daarvan onmiddellijk op de hoogte en schorst ze de dopingcontroleur, conform artikel 14/1, § 3, tot de beslissing ten gronde. In de voormelde kennisgeving vermeldt NADO Vlaanderen de feiten die aan de basis liggen van de beslissing om de versnelde evaluatieprocedure op te starten. Binnen vijftien dagen na de kennisgeving van de schorsing bezorgt NADO Vlaanderen het evaluatieverslag aan de dopingcontroleur in kwestie.

De dopingcontroleur kan binnen vijftien dagen na de dag waarop hij het evaluatieverslag heeft ontvangen, opmerkingen formuleren en vragen om gehoord te worden. NADO Vlaanderen beslist over de definitieve beoordeling, in voorkomend geval nadat ze heeft kennisgenomen van het schriftelijke verweer van de dopingcontroleur of nadat ze de dopingcontroleur gehoord heeft, binnen vijftien dagen nadat ze heeft kennisgenomen van het verweer van de dopingcontroleur in kwestie. Als de dopingcontroleur geen verweer heeft ingediend of niet heeft gevraagd om gehoord te worden, is de beoordeling in het evaluatieverslag definitief.

Als de versnelde evaluatie wordt afgesloten met de beoordeling onvoldoende, blijft de dopingcontroleur geschorst tot de definitieve beslissing over de intrekking van de erkenning, vermeld in artikel 14/1, § 3, tweede lid.".

Art. 15.Artikel 16 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 16.Een persoon kan als chaperon door NADO Vlaanderen aangewezen worden als hij door de NADO van de Franse Gemeenschap, Duitstalige Gemeenschap of Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie erkend of geaccrediteerd is als chaperon of als hij aan al de volgende voorwaarden voldoet om als chaperon te worden aangesteld: 1° meerderjarig zijn;2° een door NADO Vlaanderen georganiseerde of als gelijkwaardig erkende theoretische en praktische opleiding volgen, waarbij de volledige procedures van alle relevante activiteiten in de monsterafnameprocedure, aan bod komen, met inbegrip van het omgaan met een verzuim van naleving, met sporters die minderjarig zijn en met sporters met een handicap, en daarvan een of meer theoretische of praktische proeven op minstens voldoende wijze afleggen;3° een verklaring ondertekenen en aan NADO Vlaanderen bezorgen waarin hij zich ertoe verbindt om: a) NADO Vlaanderen altijd schriftelijk of elektronisch alle persoonlijke en professionele banden met sporters, sportverenigingen en wedstrijdorganisatoren mee te delen;b) NADO Vlaanderen elk belangenconflict onmiddellijk te melden en zich te onthouden van het aanvaarden van opdrachten als een belangenconflict als vermeld in artikel 22, vijfde lid, mogelijk is;c) zich bij de uitoefening van zijn taak als chaperon passend te gedragen;d) alle gegevens die hij in het kader van zijn taak als chaperon ontvangt, strikt vertrouwelijk te behandelen;4° met uitzondering van het geval waarbij de intrekking op eigen aanvraag is gebeurd, niet het voorwerp geweest zijn van een intrekking van de accreditatie als chaperon in de vijf jaar vóór het jaar waarop de aanstelling betrekking heeft. Na de aanstelling als chaperon heeft de persoon in kwestie al de volgende verplichtingen: 1° jaarlijks deelnemen aan ten minste één vormingsactiviteit die door of op initiatief van NADO Vlaanderen is georganiseerd of als gelijkwaardig is erkend, en slagen voor een of meer theoretische of praktische proeven;2° elke wijziging in de banden, vermeld in het eerste lid, 3°, a), binnen dertig dagen schriftelijk of elektronisch aan NADO Vlaanderen meedelen;3° de verklaring, vermeld in het eerste lid, 3°, naleven; 4° de voorwaarden in dit artikel, de instructies van de dopingcontroleur en alle andere toepasselijke bepalingen van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten en dit besluit naleven.".

Art. 16.Aan artikel 18 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid wordt punt 1° vervangen door wat volgt: "1° aan de volgende voorwaarden voldoen: a) voor de aanduiding als expert inzake de bloedmodule kennis hebben van klinische hematologie en laboratoriumhematologie, sportgeneeskunde of inspanningsfysiologie, van toepassing op bloeddoping;b) voor de aanduiding als expert inzake de steroïdenmodule: kennis hebben van labo-analyse van steroïden, steroïdendoping en metabolisme of klinische endocrinologie;2° een tweede tot en met een vierde lid worden toegevoegd, die luiden als volgt: "Voor de bloedmodule bestaat de commissie van experten, vermeld in artikel 51, uit experten die beschikken over complementaire kwalificaties die garanderen dat kennis over alle relevante domeinen, vermeld in het eerste lid, 1°, a), vertegenwoordigd is. Voor de steroïdenmodule bestaat commissie van experten, vermeld in artikel 51, uit minstens drie experten die beschikken over complementaire kwalificaties die garanderen dat kennis over alle relevante domeinen, vermeld in het eerste lid, 1°, b), vertegenwoordigd is.

De commissie van experten, vermeld in artikel 51, kan bestaan uit een pool van minstens drie aangewezen experten en bijkomende ad-hocexperten die op verzoek van een aangewezen expert, de APME of NADO Vlaanderen worden ingeschakeld.".

Art. 17.In artikel 21 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het tweede lid wordt de zinsnede "of, als de opdrachtgever niet de monsterafname-instantie is, aan de monsterafname-instantie" vervangen door de zinsnede "of aan de monsterafname-instantie als de opdrachtgever die monsterafname-instantie machtigt om namens de opdrachtgever de monsternemingen uit te voeren, of in voorkomend geval aan een gedelegeerde derde partij die aangesteld is om de monsterneming uit te voeren";2° in het derde lid worden de woorden "of een ander door het WADA goedgekeurd systeem" opgeheven;3° het vijfde lid wordt vervangen door wat volgt: "De dopingcontroleur of de chaperon kan niet optreden voor een controleopdracht als de controleopdracht zou kunnen worden beïnvloed door een persoonlijke belang bij het resultaat van de monsterafnamesessie.In de volgende gevallen wordt de dopingcontroleur of chaperon geacht persoonlijk betrokken te zijn: 1° hij is betrokken in de deelname of administratie van de sport op het niveau waarop dopingtests worden uitgevoerd;2° hij is verwant aan of heeft persoonlijke banden met sporters die mogelijk onderworpen worden aan monsterneming tijdens de monsterafnamesessie in kwestie;3° hij heeft familieleden die actief betrokken zijn bij dagelijkse activiteiten in de sport op het niveau waarop de dopingcontrole betrekking heeft, zoals betrokkenheid in administratie, coaching, training, deelname als sporter of als official of medische bijstand;4° hij heeft zakelijke belangen die verbonden zijn aan, of financiële of persoonlijke belangen in een sport waarvan sporters onderworpen zijn aan dopingtests;5° hij verkrijgt of zou direct of indirect persoonlijk of professioneel winst of voordeel kunnen verkrijgen van derden door de beslissingen die hij neemt in het kader van de uitvoering van de opdracht; 6° hij heeft private of persoonlijke belangen die afbreuk kunnen doen aan de integere, onafhankelijke en correcte en doelgerichte uitvoering van de opdracht.".

Art. 18.In artikel 22, § 2, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden de woorden "zo nodig" opgeheven; 2° aan het tweede lid wordt de volgende zin toegevoegd: "De dopingcontroleur legitimeert de controleopdracht aan de hand van de officiële documenten die de opdrachtgever heeft bezorgd.".

Art. 19.Aan artikel 23, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, wordt de volgende zin toegevoegd: "Een sporter wordt opgeroepen bij het einde van de wedstrijd waaraan hij deelneemt.".

Art. 20.Artikel 24 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 24.De dopingcontroleur wijst volgens zijn controleopdracht de sporters aan die zich voor een monsterneming moeten aanbieden.

Bij een vermoeden van dopingpraktijken kan de dopingcontroleur naast de sporters, vermeld in het eerste lid, op eigen initiatief een of meer sporters aanvullend aanwijzen voor een monsterneming.

De dopingcontrole verloopt onaangekondigd, tenzij in uitzonderlijke en te rechtvaardigen omstandigheden. De opdrachtgever, of de monsterafname-instantie als die verschillende is van de opdrachtgever, en de dopingcontroleur en chaperons maken de beslissing van de aanwijzing van de sporters die aan monsterneming worden onderworpen vóór de monsterneming alleen bekend aan de personen die daarvan op de hoogte moeten zijn om de monsterneming uit te voeren. Als in voorkomend geval overleg noodzakelijk is met een derde, wordt het overleg veilig en vertrouwelijk georganiseerd om te vermijden dat de sporter op de hoogte is van zijn aanwijzing voor de monsterneming vóór de oproeping.".

Art. 21.In artikel 25 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden tussen de woorden "te helpen identificeren of" en de woorden "de sporter te informeren" de woorden "als bijstand van een tolk noodzakelijk is om" ingevoegd;2° in het tweede lid wordt het woord "andere" vervangen door de zinsnede ", zonder afbreuk te doen aan het principe van onaangekondigde dopingcontroles, aanvullende";3° het derde lid wordt vervangen door wat volgt: "Als het eerste contact is gelegd, deelt de persoon die de sporter oproept, aan de sporter en, in voorkomend geval, aan de persoon die de sporter bijstaat, de volgende informatie mee: 1° de verplichting van de sporter om zich te onderwerpen aan de monsterneming;2° de bevoegdheid waaronder de dopingcontrole plaatsvindt;3° het type monsterneming en de voorwaarden waaraan moet worden voldaan voorafgaand aan de monsterneming;4° de rechten van de sporter, met inbegrip van de volgende rechten: a) het recht om zich te laten bijstaan door een persoon van zijn keuze en een tolk, op voorwaarde dat de aanwezigheid van die persoon conform artikel 32 wordt toegestaan;b) het recht om bijkomende informatie te vragen over de procedure van de monsterneming;c) het recht om wegens de redenen, vermeld in artikel 27, § 1, vierde en vijfde lid, uitstel te vragen voor de aanmelding in het dopingcontrolestation;d) het recht om wijzigingen in de monsterafnameprocedure te vragen conform artikel 31 als de monsterneming bij een sporter met een handicap wordt uitgevoerd;5° de plichten van de sporter, met inbegrip van de volgende plichten: a) de plicht om vanaf het moment van de oproeping tot de voltooiing van de monsterneming onder permanente begeleiding en rechtstreeks toezicht van de dopingcontroleur of chaperon te blijven;b) de plicht om een officieel identificatiebewijs met foto voor te leggen;c) de plicht om volledige medewerking te verlenen aan de monsterafnameprocedures, en de mogelijke gevolgen van een verzuim van de naleving van de procedures van dopingcontrole en monsterneming;d) de plicht om zich onmiddellijk aan te melden in het dopingcontrolestation voor een monsterneming, behalve als hij een geldige reden tot uitstel heeft die is toegestaan conform in artikel 27, § 1;6° de locatie van het dopingcontrolestation;7° dat het voorafgaand consumeren van voedsel en drank op risico van de sporter is;8° dat buitensporige hydratatie in elk geval vermeden moet worden aangezien dat het afleveren van een geschikt monster kan vertragen;9° dat een of meerdere urinemonsters die afgeleverd worden door de sporter aan het dopingcontroleteam de eerste urine zal bevatten die de sporter afscheidt na de oproeping.Het is verboden om urine af te scheiden in de douche of op een andere wijze voorafgaand aan het afleveren van een monster aan het dopingcontroleteam."; 4° het vierde lid wordt opgeheven.

Art. 22.Artikel 26 en 27 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, worden vervangen door wat volgt: "

Art. 26.§ 1. Vanaf het contact met de sporter conform artikel 25 stelt de dopingcontroleur of chaperon al de volgende handelingen: 1° vanaf het ogenblik van het voormelde contact tot het ogenblik waarop de sporter het dopingcontrolestation na zijn monsterafnameprocedure verlaat, de sporter op elk moment onder toezicht houden;2° zich identificeren tegenover de sporter aan de hand van de stukken, vermeld in artikel 22, § 2;3° de identiteit van de sporter bevestigen aan de hand van een officieel identificatiebewijs met foto. Als de sporter conform het eerste lid, 3°, niet geïdentificeerd kan worden aan de hand van een officieel identificatiebewijs met foto, en op een andere wijze wordt geïdentificeerd of niet kan geïdentificeerd worden, vermeldt de dopingcontroleur dat op het verslag van de controle dat gericht is aan de opdrachtgever. Als de identiteit van de sporter niet bevestigd kan worden, kan de opdrachtgever de omstandigheden onderzoeken om na te gaan of er sprake is van een verzuim van naleving. § 2. De dopingcontroleur of chaperon laat de sporter de oproeping ondertekenen, waarmee de sporter bevestigt dat hij de oproeping, die conform artikel 25 aan hem is meegedeeld, heeft ontvangen en heeft aanvaard. De sporter en de dopingcontroleur of chaperon die de sporter oproept, ondertekenen de oproeping. Ze wordt tegen ontvangstbewijs overhandigd aan de sporter.

Als de sporter weigert de oproeping te ondertekenen of de oproeping omzeilt, informeert de dopingcontroleur of chaperon, als dat mogelijk is, de sporter over de gevolgen van een verzuim van naleving, en brengt in voorkomend geval de chaperon in kwestie de dopingcontroleur op de hoogte van alle relevante feiten. Als het mogelijk is, zet de dopingcontroleur de monsterneming voort. De dopingcontroleur brengt met een gedetailleerd verslag de opdrachtgever op de hoogte van het mogelijke verzuim van naleving. De opdrachtgever onderzoekt het mogelijke verzuim van naleving.

Art. 27.§ 1. De sporter meldt zich onmiddellijk na de oproeping conform artikel 25 en 26 in het dopingcontrolestation.

De dopingcontroleur of chaperon kan, op verzoek van de sporter of een redelijk verzoek van een derde, toestaan dat de sporter zich niet onmiddellijk nadat hij de oproeping, conform artikel 26, § 2, eerste lid, heeft ontvangen en heeft aanvaard, in het dopingcontrolestation aanmeldt of dat hij het dopingcontrolestation tijdelijk verlaat.

Het is alleen toegestaan dat de sporter zich niet onmiddellijk aanmeldt in het dopingcontrolestation of het dopingcontrolestation tijdelijk verlaat als de sporter onder permanente begeleiding en rechtstreeks toezicht van de dopingcontroleur of een chaperon blijft.

Bij een dopingcontrole binnen wedstrijdverband kan het zich niet onmiddellijk aanmelden in of het tijdelijk verlaten van het dopingcontrolestation worden toegestaan voor al de volgende activiteiten: 1° deelname aan een uitreikingsceremonie;2° het vervullen van mediaverplichtingen;3° deelname aan verdere wedstrijden;4° het uitvoeren van een warm-down;5° het krijgen van noodzakelijke medische verzorging;6° het vinden of lokaliseren van een persoon die de sporter bijstaat, of van een tolk;7° het halen van een officieel identificatiebewijs met foto;8° andere redelijke omstandigheden die de dopingcontroleur bepaalt, met inachtneming van eventuele instructies van de opdrachtgever. Bij een dopingcontrole buiten wedstrijdverband kan het niet onmiddellijk aanmelden in of het tijdelijk verlaten van het dopingcontrolestation worden toegestaan voor al de volgende activiteiten: 1° het vinden of lokaliseren van een persoon die de sporter bijstaat;2° het afwerken van de trainingssessie;3° het krijgen van noodzakelijke medische verzorging;4° het halen van een officieel identificatiebewijs met foto;5° andere redelijke omstandigheden die de dopingcontroleur bepaalt, met inachtneming van eventuele instructies van de opdrachtgever. § 2. De dopingcontroleur of chaperon of ander gemachtigd personeel bij de monsterneming documenteert alle redenen waarvoor de sporter de aanmelding bij het dopingcontrolestation heeft uitgesteld of het dopingcontrolestation heeft verlaten, als verder onderzoek door de opdrachtgever nodig kan zijn. Elk verzuim van de sporter om onder permanent toezicht te blijven, wordt daarbij geregistreerd.

Een dopingcontroleur of chaperon weigert een verzoek tot uitstel van een sporter als de sporter tijdens dat uitstel niet onder permanent toezicht kan blijven.

Als de sporter de aanmelding bij het dopingcontrolestation uitstelt zonder toestemming of verzuimt onder permanent toezicht te blijven van de dopingcontroleur of een chaperon, maar toch nog vóór het vertrek van de dopingcontroleur aankomt aan het dopingcontrolestation, rapporteert de dopingcontroleur een mogelijk verzuim van naleving aan de opdrachtgever die het mogelijke verzuim van naleving onderzoekt, en beslist de dopingcontroleur of hij de monsterneming bij de sporter voortzet.

Als het dopingcontroleteam enige andere omstandigheid opmerkt die de monsterneming zou kunnen compromitteren, wordt die gerapporteerd aan en genoteerd door de dopingcontroleur. De dopingcontroleur overweegt een bijkomend monster bij de sporter af te nemen als hij dat gepast acht. De opdrachtgever onderzoekt in dat geval het mogelijke verzuim van naleving.".

Art. 23.Aan artikel 30, tweede lid, van hetzelfde besluit wordt de volgende zin toegevoegd: "De aanwezigheid van alcoholische drank in het dopingcontrolestation of het nuttigen ervan in het dopingcontrolestation is niet toegelaten.".

Art. 24.Artikel 31 tot en met 34 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, worden vervangen door wat volgt: "

Art. 31.§ 1. De opdrachtgever of de monsterafname-instantie is ervoor verantwoordelijk om de dopingcontroleur de nodige informatie te bezorgen voorafgaand aan een monsterneming bij sporters met een handicap, met inbegrip van informatie over de handicap van sporters die invloed kan hebben op de procedure van monsterneming, en, in voorkomend geval, om aangepast monsterafnamemateriaal ter beschikking te stellen van de dopingcontroleur.

Alle aspecten van notificatie en monsterneming bij sporters met een handicap verlopen volgens de standaardprocedures, tenzij aanpassingen nodig zijn wegens de handicap van de sporter. Bij het plannen van en het voorbereiden van de monsterneming overwegen de monsterafname-instantie en dopingcontroleur of er monsternemingen zullen uitgevoerd worden bij sporters met een handicap waarbij aanpassingen aan de standaardprocedure van notificatie en monsterneming nodig zijn.

De opdrachtgever en de dopingcontroleur kunnen voor sporters met een handicap aanpassingen aan de monsterafnameprocedure toestaan als die door de omstandigheden nodig zijn voor zover ze de identiteit, veiligheid en integriteit van het monster niet in het gedrang brengen.

De dopingcontroleur overlegt met de sporter om te bepalen welke aanpassingen nodig kunnen zijn wegens de handicap van de sporter. Elke aanpassing wordt daarbij gedocumenteerd.

Een sporter met een intellectuele, fysieke of sensorische handicap kan bijgestaan worden door de vertegenwoordiger van de sporter of een lid van het dopingcontroleteam tijdens de monsterafnamesessie, voor zover toegestaan door de sporter en met akkoord van de dopingcontroleur.

De dopingcontroleur kan het gebruik van aangepast monsterafnamemateriaal of een alternatief dopingcontrolestation toelaten als dat nodig is om de sporter toe te laten een monster af te leveren, zonder afbreuk te doen aan de identiteit, veiligheid en integriteit van het monster.

Sporters die een sonde of afvoersysteem gebruiken, zijn verplicht om alle resterende urine uit dergelijke systemen te verwijderen voor ze een monster voor analyse verschaffen. Als dat mogelijk is, wordt de sonde of het afvoersysteem dat gebruikt is, vervangen door een nieuwe en ongebruikte sonde of een nieuw en ongebruikt afvoersysteem voor het monster wordt afgenomen. Het is de verantwoordelijkheid van de sporter om daarover te beschikken.

Voor sporters met een visuele of intellectuele beperking kan de dopingcontroleur of de sporter zelf bepalen dat een vertegenwoordiger aanwezig is tijdens de monsterneming. De vertegenwoordiger van de sporter of de vertegenwoordiger van de dopingcontroleur mag de dopingcontroleur of chaperon die toezicht houdt op het afscheiden van de urine observeren terwijl de sporter het monster aflevert, zonder evenwel direct en visueel het afscheiden van de urine te observeren, tenzij de sporter daarom verzoekt.

De dopingcontroleur noteert elke aanpassing aan de procedure van monsterneming bij sporters met een handicap. § 2. De opdrachtgever is ervoor verantwoordelijk om de dopingcontroleur de nodige informatie te bezorgen die nodig is voor een monsterneming bij minderjarige sporters, en gaat na of ouderlijke toestemming vereist is om een deelnemende minderjarige sporter aan een dopingtest te onderwerpen.

Alle aspecten van notificatie en monsterneming verlopen volgens de standaardprocedures, tenzij aanpassingen nodig zijn omdat de sporter minderjarig is. Bij het plannen van en het voorbereiden van de monsterneming overwegen de monsterafname-instantie en dopingcontroleur of er monsternemingen zullen uitgevoerd worden bij minderjarige sporters waarbij aanpassingen aan de standaardprocedure van notificatie en monsterneming nodig zijn.

De monsterafname-instantie en de dopingcontroleur kunnen aanpassingen aan de oproeping en de monsterafnameprocedure bij minderjarigen doorvoeren als die door de omstandigheden nodig zijn, voor zover ze de identiteit, veiligheid en integriteit van het monster niet in het gedrang brengen. Elke aanpassing wordt daarbij gedocumenteerd.

Een minderjarige sporter heeft het recht om opgeroepen te worden door de dopingcontroleur of een chaperon in de aanwezigheid van een meerderjarige vertegenwoordiger van de sporter, en heeft het recht op de aanwezigheid van die vertegenwoordiger tijdens de volledige procedure van monsterneming. Als de minderjarige sporter verzaakt aan de aanwezigheid van een vertegenwoordiger, overweegt de monsterafname-instantie, of in voorkomend geval de dopingcontroleur, of een andere derde aanwezig is tijdens de oproeping van de sporter.

Als de minderjarige bijstand van een vertegenwoordiger tijdens de monsterneming afwijst, wordt dat gedocumenteerd door de dopingcontroleur, maar maakt dat de dopingcontrole niet ongeldig.

De dopingcontroleur bepaalt wie aanwezig is tijdens de monsterneming van een minderjarige sporter naast de vertegenwoordiger van de dopingcontroleur of de chaperon. Een vertegenwoordiger van de sporter heeft het recht aanwezig zijn tijdens het afleveren van het monster, en mag daarbij de dopingcontroleur of chaperon observeren die toezicht houdt op het afscheiden van de urine, en observeert zelf niet rechtstreeks het afscheiden van de urine tenzij de minderjarige sporter daarom verzoekt. De vertegenwoordiger van de dopingcontroleur of chaperon observeert enkel de dopingcontroleur of chaperon en observeert het afscheiden van de urine niet rechtstreeks.

De locatie voor een dopingcontrole buiten wedstrijdverband bij een minderjarige sporter is bij voorkeur een locatie waar een meerderjarige vertegenwoordiger waarschijnlijk aanwezig zal zijn tijdens de monsterafnamesessie. De opdrachtgever of in voorkomend geval de monsterafname-instantie nemen de nodige voorzorgen voor het geval er geen meerderjarige vertegenwoordiger van de sporter aanwezig is bij de dopingcontrole van een minderjarige sporter. Als er geen meerderjarige persoon aanwezig is die de minderjarige sporter vertegenwoordigt of kan vertegenwoordigen, geeft het dopingcontroleteam aan de minderjarige sporter de kans om een vertegenwoordiger te vinden als de minderjarige sporter dat vraagt. In het voormelde geval helpen de dopingcontroleur of chaperon om die vertegenwoordiger te vinden.

Art. 32.De opdrachtgever of de monsterafname-instantie bepaalt de criteria voor wie tijdens de monsterafnameprocedure naast het dopingcontroleteam aanwezig mag zijn. Die criteria houden minstens rekening met de volgende rechten: 1° het recht van een sporter om zich tijdens de monsterafnameprocedure te laten vergezellen door een vertegenwoordiger of tolk, behalve bij het eigenlijke afscheiden van urine voor een urinemonster;2° het recht van een sporter met een handicap om vergezeld te worden door een vertegenwoordiger;3° het recht van een minderjarige sporter en het recht van de dopingcontroleur of chaperon die als getuige optreedt, om een vertegenwoordiger toezicht te laten houden op de dopingcontroleur of chaperon die als getuige optreedt als de minderjarige sporter een urinemonster afstaat, zonder dat de vertegenwoordiger het eigenlijke afscheiden van urine voor een urinemonster rechtstreeks observeert, tenzij de minderjarige sporter daarom vraagt;4° het recht van een waarnemer van het WADA om aanwezig te zijn als dat van toepassing is krachtens het onafhankelijke observatieprogramma van het WADA, of van een auditor in het kader van een audit door het WADA;5° het recht van aanwezigheid van een persoon in het kader van een opleiding tot dopingcontroleur of monsterafnamepersoneel, of in het kader van een audit van de monsterafname-instantie. In het eerste lid, 4°, wordt verstaan onder onafhankelijk observatieprogramma van het WADA: een team van observatoren of auditors, onder de supervisie van het WADA, die het dopingcontroleproces observeren en begeleiding geven vóór of tijdens bepaalde evenementen en verslag daarvan uitbrengen in het kader van het programma van nalevingscontrole van het WADA. De personen, vermeld in het eerste lid, 4° en 5°, hebben niet het recht om het urineren voor het afstaan van een urinemonster rechtstreeks te observeren.

Als NADO Vlaanderen de monsterafname-instantie is, hebben alleen personen, vermeld in het eerste lid, en bijkomende personen die toegelaten zijn door de dopingcontroleur het recht om aanwezig te zijn bij de monsterafnameprocedure.

Art. 33.Het monsterafnamemateriaal bevat de nodige waarborgen die de unieke identificatie en integriteit van een monster, zowel een A- als een B-monster, garanderen, en is bestand tegen knoeien met het monster of manipulatie van buitenaf van het monster. Monsterafnamemateriaal bevat een of meer belemmeringen om het monster na verzegeling te openen, waarbij, als die mechanismen van belemmering verbroken, afwezig of op een andere manier aangetast zijn, het voldoende visueel vast te stellen is dat er met het monsterafnamematerieel geknoeid is of dat er geprobeerd is om met het monsterafnamemateriaal te knoeien.

De monsterafname-instantie mag alleen monsterafnamemateriaal gebruiken dat op zijn minst voldoet aan de volgende minimumvereisten: 1° monsterafnamemateriaal voor urinemonsters en bloedmonsters voldoet aan de volgende vereisten: a) het beschikt over een uniek nummeringssysteem, ingebouwd in alle A- en B-flessen, containers, buizen of andere items die worden gebruikt om het monster te verzegelen en een streepjescode of vergelijkbare datacode die voldoet aan de eisen van ADAMS voor het monsterafnamemateriaal in kwestie;b) het heeft over een verzegelingssysteem dat bestand is tegen knoeien;c) het beschikt over de nodige waarborgen dat de identiteit van de sporter niet blijkt uit het monsterafnamemateriaal zelf;d) het bevat de nodige waarborgen dat het monsterafnamemateriaal schoon en verzegeld is vóór het gebruik door de sporter;e) het is gemaakt van een materiaal en heeft een verzegelingssysteem die bestand zijn tegen de omstandigheden van het gebruik en omgeving waarin het monsterafnamemateriaal zal worden gebruikt of aan zal onderworpen zijn, inclusief maar niet beperkt tot transport, laboratoriumanalyse en langdurige diepgevroren opslag tot aan de verjaringstermijn;f) het is gemaakt van een materiaal en heeft een verzegelingssysteem die: i) in staat zijn de integriteit, chemische en fysische eigenschappen van het monster behouden voor de analyse; ii) bestand zijn tegen temperaturen van -80 ° C voor urine en bloed.

Voor testen die uitgevoerd worden om de integriteit te bepalen onder vriesomstandigheden, wordt de matrix worden gebruikt die worden bewaard in de flessen, containers of buizen, respectievelijk voor bloed of urine; iii) gemaakt zijn van een materiaal en heeft een verzegelingssysteem die bestand zijn tegen minstens drie cycli van vriezen en ontdooien; g) de A- en B-flessen, containers en buizen zijn transparant, zodat het monster zichtbaar blijft;h) het heeft een verzegelingssysteem dat het voor de sporter en de dopingcontroleur mogelijk maakt om te verifiëren dat het monster correct is verzegeld in de A- en B-flessen of -containers;i) het heeft een ingebouwde beveiligingsidentificatiefunctie die toelaat de authenticiteit van het monsterafnamemateriaal te verifiëren;j) het voldoet aan de geldende normen voor luchttransport voor het vervoer van vrijgestelde menselijke specimens, waaronder urinemonsters of bloedmonsters ter voorkoming van lekkage tijdens transport door lucht;k) het is vervaardigd onder de internationaal erkende ISO 9001-certificeringproces dat kwaliteitscontrolebeheersystemen omvat;l) het bevat de mogelijkheid om opnieuw te worden verzegeld na eerste opening door een laboratorium met behulp van een nieuw uniek-afdichtingssysteem dat bestand is tegen knoeien, met een uniek nummeringssysteem om de integriteit te behouden van het monster en de beheersketen in overeenstemming met de vereisten van de Internationale Standaard voor Laboratoria voor langdurige opslag van het monster en verdere analyse;m) het heeft een keuring ondergaan door een keuringsinstelling die onafhankelijk is van de fabrikant en is die ISO 17025 gecertificeerd is, om minimaal te valideren dat de apparatuur voldoet aan de voorwaarden, vermeld in punt b), f), g), h), i), j) en l);n) bij elke wijziging aan het materiaal of het afdichtingssysteem van de apparatuur is het materiaal opnieuw getest om ervoor te zorgen dat het blijft voldoen aan voorwaarde, vermeld in punt m).2° met behoud de toepassing van de vereisten, vermeld in punt 1°, voldoet het monsterafnamemateriaal voor het afnemen van urinemonsters minstens aan de volgende bijkomende vereisten: a) het heeft capaciteit om minimaal 85 ml urine op te nemen in elke A en B fles of container van het monster;b) het heeft een visuele markering op de A- en B-flessen of container en op de opvangbeker met vermelding van: i) het minimaal vereiste volume urine in elke A- en B-fles of -container dat bij een monsterneming van toepassing is; ii) de maximale volumeniveaus die expansie mogelijk maken zonder de fles of container, of het verzegelingssysteem in gevaar te brengen bij bevriezen; iii) het niveau van het voor analyse geschikte volume urine op de opvangbeker; c) het bevat een verzegelingssysteem voor partiële monster dat tegen knoeien bestand is, met een unieke nummering, om een monster met onvoldoende volume tijdelijk te verzegelen;3° met behoud van de toepassing van de vereisten, vermeld in punt 1°, voldoet het monsterafnamemateriaal voor bloedmonsters minstens aan de volgende bijkomende vereisten: a) het laat toe om bloed te af te nemen, op te slaan en te transporteren in afzonderlijke A- en B-buizen en containers;b) voor de analyse van verboden stoffen of verboden methoden in volledig bloed of plasma, of voor het bepalen van het profiel van bloedparameters hebben de A- en B-buizen de capaciteit om minimaal 3 ml bloed te bevatten en bevatten ze EDTA als antistollingsmiddel;c) voor de analyse van verboden stoffen of verboden methoden in serum, hebben de A en B-buisjes de capaciteit hebben om minimaal 5 ml bloed te bevatten en bevatten ze een inerte polymere serumscheidergel en een stollingsactiveringsfactor;d) voor het transport van bloedmonsters voldoen het opslag- en transportmiddel en de temperatuurlogger aan de specifieke eisen die de minister bepaalt conform artikel 55, derde lid. Als NADO Vlaanderen optreedt als monsterafname-instantie, stelt NADO Vlaanderen het monsterafnamemateriaal ter beschikking van de dopingcontroleur. Het monsterafnamemateriaal dat NADO Vlaanderen ter beschikking stelt van de dopingcontroleur voldoet aan de technische vereisten, vermeld in het tweede lid.

Art. 34.De monsterafname-instantie voert de monsterneming uit op een manier die de integriteit, veiligheid en identificeerbaarheid van het monster garandeert, en de privacy en waardigheid van de sporter respecteert.

De procedure van monsterafname start met het bepalen van de algemene verantwoordelijkheid om de monsterneming uit te voeren en eindigt nadat het monster is afgenomen en beveiligd en de documenten van de monsterneming zijn voltooid. De volgende activiteiten worden daarbij uitgevoerd: 1° de voorbereiding van het nemen van het monster;2° de afname en beveiliging van het monster;3° het vervolledigen van de documenten van monsterneming. ".

Art. 25.Artikel 35 tot en met 37 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, worden vervangen door wat volgt: "

Art. 35.§ 1. Voor het afnemen van urinemonsters heeft de sporter steeds het recht van de keuze voor het opvangmateriaal en van het monsterafnamemateriaal uit het materiaal dat door de dopingcontroleur ter beschikking wordt gesteld, en dat voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 33, tweede lid.

De handelingen die vereist zijn voor de monsterneming worden door de sporter verricht, tenzij de sporter toestemming geeft aan de dopingcontroleur om die handelingen uit te voeren. Dat laatste wordt in voorkomend geval op het dopingcontroleformulier genoteerd.

Het afleveren van een urinemonster gebeurt onder permanente begeleiding en rechtstreeks toezicht van de dopingcontroleur of een chaperon tot het volledige proces van de monsterneming is voltooid. § 2. Een sporter die aan een monsterneming voor het afnemen van een urinemonster wordt onderworpen, is gehouden een monster af te staan dat de voor analyse geschikte dichtheid bereikt en is verplicht om meerdere monsters af te staan tijdens de monsterafnamesessie tot een monster is afgeleverd dat voldoet aan de voor analyse geschikte dichtheid.

In het eerste lid wordt verstaan onder voor analyse geschikte dichtheid: voor monsters met een volume dat groter dan 90 ml en kleiner dan 150 ml de dichtheid, gemeten op 1,005 of hoger met een refractometer, of gemeten op 1,010 of hoger met teststaafjes. Voor monsters met een volume van 150 ml of meer de dichtheid met een refractometer gemeten op 1,003 of hoger. § 3. Een sporter die aan een monsterneming voor het afnemen van een urinemonster wordt onderworpen, is gehouden een monster af te staan dat het voor analyse geschikte volume urine bereikt, en is verplicht om bijkomende monsters af te staan tot de monsters samen het voor analyse geschikte volume bereiken.

In het eerste lid wordt verstaan onder voor analyse geschikt volume: een minimum van 90 ml urine, ongeacht of het laboratorium het monster zal analyseren op alle of enkel op sommige verboden stoffen of verboden methoden. § 4. De minister bepaalt de het verloop van de monsterneming voor de afname van urinemonsters en bepaalt de procedure voor het afnemen van bijkomende monsters als een afgegeven monster de voor analyse geschikte dichtheid of voor analyse geschikt volume niet bereikt, waarbij het verloop van de monsterneming de integriteit, beveiliging en de identificeerbaarheid van het monster garandeert en de persoonlijke levenssfeer en waardigheid van de sporter respecteert.

Art. 36.§ 1. Voor het afnemen van bloedmonsters heeft de sporter steeds het recht van de keuze voor het opvangbuisjes en monsternemingskits die nodig zijn voor de monsterneming uit het materiaal dat door de dopingcontroleur ter beschikking wordt gesteld, en dat voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 33, tweede lid.

Als de hoeveelheid bloed die tijdens de eerste poging bij de sporter kan worden afgenomen, niet volstaat, moet de dopingcontroleur de procedure herhalen. Er mogen maximaal drie pogingen worden ondernomen. § 2. De minister bepaalt de het verloop van de monsterneming voor de afname van bloedmonsters en bepaalt de procedure voor het afnemen van bijkomende monsters als bij een eerste poging onvoldoende bloed kan worden afgenomen voor de analyse, waarbij het verloop van de monsterneming de integriteit, beveiliging en de identificeerbaarheid van het monster garandeert en de persoonlijke levenssfeer en waardigheid van de sporter respecteert.

Art. 37.Tijdens de monsterafnameprocedure worden de gegevens geregistreerd die noodzakelijk zijn voor het identificeren van de sporter, het identificeren van het monster, de gegevens met betrekking tot de monsterneming en aanvullende gegevens die noodzakelijk zijn voor de analyse en het resultatenbeheer van het analyseresultaat.

De dopingcontroleur moet de sporter de mogelijkheid bieden om eventuele opmerkingen die hij heeft over het verloop van de monsterafnameprocedure, te documenteren.

De minister bepaalt de inhoud van het dopingcontroleformulier en kan het model van dopingcontroleformulier vastleggen.".

Art. 26.Artikel 38 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 38.§ 1. De monsterafname-instantie verzekert dat alle monsters die zijn afgenomen in het dopingcontrolestation en alle documenten over de dopingcontrole op een veilige manier bewaard worden na het vertrek van de sporter uit het dopingcontrolestation en voorafgaand aan het vervoer uit het dopingcontrolestation.

Wanneer het monster het dopingcontrolestation verlaat, moet iedere overdracht van de bewaring van het monster tussen personen worden gedocumenteerd. § 2. De monsters en de daarmee samenhangede documenten worden overgebracht naar het controlelaboratorium dat de analyse uitvoert.

Documentatie die de sporter identificeert, mag niet met de monsters of documentatie worden verstuurd naar het controlelaboratorium.

De documenten over de monsterneming worden door de dopingcontroleur bezorgd aan de monsterafname-instantie.

De monsters en documenten worden op een veilige manier behandeld en vervoerd tot de bevestigde ontvangst door het controlelaboratorium en de opdrachtgever. § 3. De minister bepaalt de voorwaarden voor bewaring en opslag in het dopingcontrolestation en voor het transport naar het controlelaboratorium en het documenteren van de beheersketen, waarbij de voorwaarden van bewaring garanderen dat de monsters die worden afgenomen in het dopingcontrolestation op een veilige manier worden bewaard en waarbij de voorwaarden garanderen dat de monsters in een geschikte toestand aankomen om de noodzakelijke analyse uit te voeren en dat daarmee samenhangende documenten aankomen bij het laboratorium dat de analyse zal uitvoeren, en dat de documenten die betrekking hebben op de monsterneming door de dopingcontroleur aan de opdrachtgever worden overgemaakt op een beveiligde wijze en binnen een redelijke termijn.".

Art. 27.Artikel 39 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 28.Artikel 40 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 40.§ 1. Om een afwijkend analyseresultaat voor een dopingpraktijk als vermeld in artikel 3, § 1, 1°, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, vast te stellen, mogen monsters uitsluitend worden geanalyseerd in controlelaboratoria of in laboratoria die het WADA heeft goedgekeurd. De ADO die verantwoordelijk is voor het resultatenbeheer kiest het controlelaboratorium dat gebruikt wordt voor de analyse van de monsters.

Conform artikel 8, § 3, 3°, van het voormelde decreet kunnen feitelijke vaststellingen die verband houden met dopingpraktijken, worden aangetoond met elke vorm van betrouwbaar bewijs, zoals analyseresultaten of andere forensische testen die uitgevoerd zijn door andere laboratoria dan laboratoria die het WADA geaccrediteerd of goedgekeurd heeft. § 2. De controlelaboratoria analyseren de monsters conform de analyseopdracht die de opdrachtgever heeft bepaald, en brengen verslag uit over de resultaten conform de Internationale Standaard voor Laboratoria.

Om effectieve dopingcontroles te garanderen, zijn in het Technisch Document voor Sportspecifieke Analyse van het WADA, hierna TDSSA te noemen, monsteranalysemenu's opgenomen die gebaseerd zijn op risicobeoordelingen en die geschikt zijn voor bepaalde sporten en sportdisciplines. De opdrachtgever houdt conform artikel 15, § 1, vierde lid, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, bij het formuleren van de analyseopdracht rekening met het testdistributieplan dat is opgesteld in overeenstemming met het TDSSA. De opdrachtgever vraagt het controlelaboratorium ten minste om de monsters te analyseren voor het standaardanalysemenu, dat bepaald is naargelang het monster binnen of buiten wedstrijdverband is afgenomen.

De opdrachtgever kan daarbij vragen dat laboratoria de monsters analyseren voor meer verboden stoffen of verboden methoden dan opgenomen in het voormelde standaardanalysemenu.

De controlelaboratoria kunnen op eigen initiatief en op eigen kosten monsters analyseren op verboden stoffen of verboden methoden die niet opgenomen zijn in het voormelde standaardmonsteranalysemenu of die niet door de opdrachtgever zijn gespecificeerd. De resultaten van een dergelijke analyse worden gerapporteerd aan de opdrachtgever van de monsterneming en hebben dezelfde geldigheid en gevolgen als elk ander analyseresultaat.".

Art. 29.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 en 28 juni 2019, worden een artikel 40/1 tot en met 40/4 ingevoegd, die luiden als volgt: "

Art. 40/1.§ 1. Er is geen beperking op de bevoegdheid van een controlelaboratorium om bijkomende analyse op een monster uit te voeren of de analyse te herhalen die voorafgaat aan de kennisgeving van een ADO aan een sporter van een dopingpraktijk als vermeld in artikel 3, § 1, 1°, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, die gebaseerd is op de analyse van het monster in kwestie. Na de voormelde kennisgeving kan de ADO alleen een bijkomende analyse op het monster laten uitvoeren met het akkoord van de sporter of met de goedkeuring van een disciplinaire hoorinstantie. § 2. Als een controlelaboratorium een negatief analyseresultaat heeft gerapporteerd of als het monster op geen andere wijze aanleiding is om een dopingpraktijk ten laste te leggen, mag het opgeslagen worden en op elk ogenblik onderworpen worden aan verdere analyse of hertesten voor de doeleinden, vermeld in artikel 15, § 1, derde lid, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, op instructie van de ADO die de opdrachtgever of coördinator was voor de monsterneming of het WADA. Elke andere ADO met testbevoegdheid over de sporter die verdere analyse of hertesten wil laten uitvoeren op een opgeslagen monster, mag dat doen met de toestemming van de ADO die opdrachtgever was voor de monsterneming of het WADA, en is in dat geval verantwoordelijk voor het resultatenbeheer van de vaststellingen van die verdere analyse of hertesting. Opslag of verdere analyse die wordt uitgevoerd op initiatief van het WADA of een andere ADO dan de opdrachtgever, gebeurt op kosten van het WADA of die andere ADO. De verdere analyse van monsters of het hertesten van monsters wordt uitgevoerd conform de voorschriften, vermeld in de Internationale Standaard voor Laboratoria en de Internationale Standaard voor Dopingtests en Onderzoeken.

Art. 40/2.Een A- of B-monster kan op verzoek van het WADA, van een ADO met de bevoegdheid voor resultatenbeheer of van een WADA-geaccrediteerd labo met voorafgaande toestemming van het WADA of de ADO met de bevoegdheid voor resultatenbeheer gesplitst worden. Het eerste deel van het gesplitste monster wordt dan gebruikt voor de A-analyse en het tweede deel van het gesplitste monster voor de bevestiging van de A-analyse.

Het splitsen van een A- of B-monster, vermeld in het eerste lid, wordt uitgevoerd conform de procedure in de Internationale Standaard voor Laboratoria.

Art. 40/3.§ 1. De monsters die bij een sporter worden afgenomen, zijn eigendom van de opdrachtgever. De opdrachtgever kan op verzoek het eigendomsrecht van de monsters overdragen aan de ADO met resultatenbeheer of aan een andere ADO. § 2. Het WADA heeft het discretionaire recht, met of zonder voorafgaande aankondiging, om op elk moment effectief bezit te nemen van de monsters en de analytische informatie die daarmee verband houdt of andere informatie die in het bezit is van een controlelaboratorium of een ADO. Op verzoek van het WADA geeft het controlelaboratorium of de ADO die in bezit is van het monster of de informatie, onmiddellijk toegang aan het WADA en stelt het controlelaboratorium of de ADO het WADA in staat om effectief bezit te nemen van het monster of de informatie in kwestie.

Het WADA kan in het geval, vermeld in het eerste lid, na analyse en verder onderzoek een andere ADO met testbevoegdheid over de sporter aanwijzen om het resultatenbeheer op te nemen als op basis van het monster of de informatie een mogelijke dopingpraktijk is ontdekt. § 3. Het WADA mag de testbevoegdheid opnemen onder de omstandigheden bepaald in de Code en de Internationale Standaard voor Laboratoria.

Als de opdrachtgever niet het beheer over het paspoort van de sporter heeft, blijft de opdrachtgever van de monsterneming verantwoordelijk voor bijkomende analyse op het monster, met inbegrip van confirmatieprocedures voor verzoeken die automatisch gegenereerd worden door het adaptieve model van het biologisch paspoort in ADAMS.

Art. 40/4.Monsters, analytische informatie die daarmee verband houdt, en informatie van dopingcontroles mogen gebruikt worden voor wetenschappelijke onderzoeksdoeleinden. Een monster mag alleen gebruikt worden voor wetenschappelijke onderzoeksdoeleinden met de schriftelijke toestemming van de sporter. Monsters en analytische informatie die daarmee verband houdt, of informatie van dopingcontroles worden eerst op een manier verwerkt die verhindert dat de monsters en de analytische informatie die daarmee verband houdt, niet verbonden kunnen worden aan een bepaalde sporter.

Wetenschappelijk onderzoek dat verband houdt met monsters en daarmee verband houdende analytische gegevens of informatie van dopingcontroles wordt uitgevoerd met inachtneming van de principes die bepaald zijn in artikel 19 van de Code.".

Art. 30.Aan artikel 41 van hetzelfde besluit wordt een paragraaf 4 toegevoegd, die luidt als volgt: " § 4. NADO Vlaanderen werkt beleidslijnen en procedures uit om klokkenluiders toe te laten op vertrouwelijke basis informatie te geven en om het melden van relevante informatie aan te moedigen.".

Art. 31.Het opschrift van hoofdstuk 6, afdeling 2, van hetzelfde besluit, wordt vervangen door wat volgt: "Afdeling 2. Doelstellingen van onderzoeken".

Art. 32.Artikel 42 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 42.NADO Vlaanderen zorgt ervoor dat ze efficiënt en effectief onderzoeken kan voeren. NADO Vlaanderen kan minstens de volgende onderzoeken voeren: 1° onderzoeken conform de Internationale Standaard voor Resultatenbeheer en dit besluit naar atypische analyseresultaten en atypische en afwijkende paspoortbevindingen;2° onderzoeken conform de Internationale Standaard voor Resultatenbeheer en dit besluit van andere analytische of niet-analytische informatie die aangeeft dat er een redelijk vermoeden bestaat dat een antidopingregel is overtreden;3° onderzoeken naar de omstandigheden die verband houden met of voortkomen uit een afwijkend analyseresultaat, om bijkomende informatie te verwerven over andere personen of methoden die betrokken zijn bij dopingpraktijken;4° onderzoeken naar de mogelijke betrokkenheid van begeleiders of andere personen die mogelijk betrokken zijn of waren bij die dopingpraktijk, als vaststaat dat een sporter een dopingpraktijk heeft gepleegd. Onderzoeken als vermeld in het eerste lid hebben de volgende doelstellingen: 1° een mogelijke overtreding of betrokkenheid bij een overtreding vinden of uitsluiten;2° bewijs vinden om een procedure van een mogelijke dopingpraktijk te starten of om een lopende procedure te ondersteunen; 3° bewijs leveren van een inbreuk op de Code of een Internationale Standaard.".

Art. 33.In het opschrift van hoofdstuk 6, afdeling 3, van hetzelfde besluit, wordt het woord "andere" opgeheven.

Art. 34.In artikel 43 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt het woord "andere" opgeheven; 2° in paragraaf 2, eerste lid, wordt de zinsnede "in overeenstemming met artikel 7.6 of artikel 7.7 van de Code, naargelang van toepassing" opgeheven; 3° in paragraaf 3 worden de woorden "zesde lid" vervangen door de woorden "vijfde lid"; 4° in paragraaf 3 wordt de zinsnede "in overeenstemming met artikel 10.6.1" vervangen door de zinsnede "conform artikel 10.7.1"; 5° paragraaf 4 wordt vervangen door wat volgt: " § 4.Sporters, begeleiders en andere personen zijn conform artikel 14/1, 14/2 en 14/3 van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten verplicht mee te werken aan onderzoeken die worden gevoerd door NADO Vlaanderen.

Als het gedrag van sporters, begeleiders en andere personen het onderzoek verstoort, start NADO Vlaanderen een procedure tegen hen in het kader van een dopingpraktijk als vermeld in artikel 3, § 1, 5°, van het voormelde decreet.".

Art. 35.Artikel 44 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 44.NADO Vlaanderen beslist doelmatig en tijdig over de vraag of al dan niet een procedure moet worden opgestart tegen een sporter of andere persoon van wie wordt aangenomen dat hij de antidopingregels heeft overtreden. Als NADO Vlaanderen niet beslist binnen een redelijke termijn die het WADA bepaalt, kan het WADA rechtstreeks beroep instellen bij het TAS. Als NADO Vlaanderen op basis van de resultaten van het onderzoek concludeert dat er een procedure op grond van een mogelijke dopingpraktijk wordt opgestart tegen de sporter of andere persoon, brengt NADO Vlaanderen conform artikel 23/1/1, § 2, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten de partijen op de hoogte van de beslissing en start NADO Vlaanderen de procedure op.

Als NADO Vlaanderen op basis van de resultaten van het onderzoek concludeert dat een procedure op grond van een mogelijke dopingpraktijk niet wordt opgestart tegen de sporter of andere persoon, brengt NADO Vlaanderen conform artikel 23/1/2, § 2, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten de partijen op hoogte van die beslissing. In die kennisgeving stelt NADO Vlaanderen de informatie over het onderzoek ter beschikking van het WADA, de internationale federatie in kwestie en, in voorkomend geval, de NADO van de sporter of andere persoon en het IOC of het IPC, die toelaat om een beroep tegen de beslissing te overwegen.".

Art. 36.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 en 28 juni 2019, wordt hoofdstuk 7, dat bestaat uit artikel 45 tot en met 47, vervangen door wat volgt: "Hoofdstuk 7. Opvolging van dopingcontroles en onderzoeken naar mogelijke dopingprakijken door NADO Vlaanderen Afdeling 1. Algemeen

Art. 45.§ 1. Bij de start van een onderzoek naar een mogelijke dopingpraktijk en uiterlijk voorafgaand aan de eerste kennisgeving van een mogelijke dopingpraktijk aan een sporter of andere persoon onderzoekt NADO Vlaanderen al de volgende elementen: 1° of de sporter beschouwd wordt als een competitieve breedtesporter;2° of de sporter of andere persoon lid is van een sportvereniging of sportfederatie;3° of de sporter of andere persoon onder de bevoegdheid van een aangesloten federatie valt voor het opleggen van gevolgen van dopingpraktijken. In voorkomend geval meldt de sporter bij de monsterneming aan de dopingcontroleur of hij lid is van een sportfederatie of erbij is aangesloten.

NADO Vlaanderen kan voor het onderzoek, vermeld in het eerste lid, bij sportverenigingen en sportfederaties alle informatie opvragen die ze nuttig acht over het lidmaatschap van of de bevoegdheid voor het opleggen van gevolgen van dopingpraktijken, over de sporter of de andere persoon in kwestie. § 2. Bij de eerste kennisgeving aan een sporter of andere persoon van een mogelijke dopingpraktijk deelt NADO Vlaanderen mee of de sporter of andere persoon volgens de informatie waarover NADO Vlaanderen beschikt, onder de bevoegdheid van een aangesloten federatie of onder de bevoegdheid van de disciplinaire commissie en disciplinaire raad valt.

De sporter of andere persoon meldt na de kennisgeving, vermeld in het eerste lid aan NADO Vlaanderen elke band met een sportvereniging of federatie, die niet is opgenomen in de kennisgeving van NADO Vlaanderen. Als een sporter of andere persoon nalaat om lidmaatschap van een federatie of banden met sporters, sportverenigingen of sportfederaties te melden, kan dat onderzocht worden als een dopingpraktijk als vermeld in artikel 3, § 1, 5°, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten. Afdeling 2. Opvolging van een atypisch of afwijkend analyseresultaat

Onderafdeling 1. Kennisgeving

Art. 46.§ 1. Als NADO Vlaanderen het resultatenbeheer heeft over een mogelijke dopingpraktijk die gebaseerd is op een afwijkend analyseresultaat, onderzoekt NADO Vlaanderen, conform artikel 23/1/1, § 2, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, de vaststelling van het afwijkend analyseresultaat.

Als NADO Vlaanderen na het onderzoek, vermeld in het eerste lid, beslist dat het afwijkende analyseresultaat wijst op een mogelijke dopingpraktijk, brengt ze de sporter op de hoogte conform artikel 47, § 1. § 2. Als NADO Vlaanderen het resultatenbeheer heeft over een mogelijke dopingpraktijk op basis van een atypisch analyseresultaat, onderzoekt NADO Vlaanderen, conform artikel 23/1/1, § 3, eerste lid, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, de vaststelling van het atypische analyseresultaat.

Als NADO Vlaanderen na het onderzoek, vermeld in het eerste lid, beslist het atypische analyseresultaat te beschouwen als een afwijkend analyseresultaat, is artikel 47, § 1, van overeenkomstige toepassing.

Art. 47.§ 1. De kennisgeving van een afwijkend analyseresultaat aan de sporter, vermeld in artikel 23/1/1, § 2, tweede lid, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, bevat al de volgende elementen: 1° het afwijkende analyseresultaat, met inbegrip van de datum en gegevens van de monsterneming, en de verdere vaststellingen;2° de vermelding dat een afwijkend analyseresultaat als een dopingpraktijk als vermeld in artikel 3, § 1, 1° of 2°, van het voormelde decreet, gekwalificeerd kan worden en de mogelijke sancties die daarbij van toepassing zijn;3° het recht van de sporter om een analyse van het B-monster te vragen, de termijn voor de aanvraag van de analyse van het B-monster en het gevolg dat het recht op B-analyse onherroepelijk vervalt als de analyse van het B-monster niet binnen die termijn aangevraagd wordt, en, als dat al bekend is op het moment van de kennisgeving, de vooropgestelde datum, het tijdstip en de plaats van de analyse van het B-monster in het geval dat de sporter of NADO Vlaanderen de analyse van het B-monster willen aanvragen;4° het recht van de sporter of een vertegenwoordiger van de sporter om in voorkomend geval de opening van het B-monster bij te wonen;5° het recht van de sporter om op eigen kosten een kopie te vragen van het laboratoriumdocumentatiepakket van de analyse van het A-monster, dat de informatie bevat conform de Internationale Standaard voor Laboratoria;6° de mogelijkheid om binnen tien dagen een verklaring te geven voor het afwijkende analyseresultaat.De voormelde termijn kan verlengd worden door NADO Vlaanderen als NADO Vlaanderen dat noodzakelijk acht; 7° de mogelijkheid om substantiële hulp te bieden, om de dopingpraktijk toe te geven, met het oog op de mogelijke toepassing van de regeling, vermeld in artikel 23/1/2, § 4, derde lid, van het voormelde decreet, en de mogelijkheid om over een overeenkomst over het resultatenbeheer te onderhandelen, conform artikel 23/1/2, § 5, van het voormelde decreet;8° de beslissing dat een verplichte of optionele voorlopige schorsing wordt opgelegd of, als die niet wordt opgelegd, de mogelijkheid van de sporter om een vrijwillige voorlopige schorsing te aanvaarden, en de mogelijkheid van een hoorzitting of een beroep met betrekking tot een voorlopige schorsing, conform artikel 23/2 van het voormelde decreet. Bij de kennisgeving, vermeld in het eerste lid, worden al de volgende documenten gevoegd: 1° een kopie van het dopingcontroleformulier;2° het analyseverslag van het controlelaboratorium van de vaststelling van het afwijkende analyseresultaat;3° in voorkomend geval de Technisch Documenten van het WADA die betrekking hebben op de vastgestelde stoffen. Met behoud van de toepassing van het eerste en tweede lid wordt de volgende informatie toegevoegd aan de kennisgeving: 1° bij stoffen waarbij in de verboden lijst is opgenomen dat de sporter door een gecontroleerde farmacokinetische studie kan aantonen dat het afwijkende analyseresultaat het gevolg kan zijn van inhalatie van een therapeutische dosis tot de maximale dosis die vermeld is in de verboden stof, wordt de informatie over de voorwaarden van een gecontroleerde farmacokinetische studie toegevoegd, samen met een lijst van laboratoria die de studie kunnen uitvoeren.In dat geval krijgt de sporter zeven dagen om aan te geven dat hij de voormelde studie zal laten uitvoeren; 2° bij stoffen uit de verboden lijst die door de Internationale Standaard van Resultatenbeheer specifieke acties vereisten waarop een Technisch Document van toepassing is, worden de relevante Technische Documenten toegevoegd, en volgt NADO Vlaanderen de specifieke procedures die in de Technische Documenten of andere documenten van het WADA zijn bepaald. NADO Vlaanderen stuurt de kennisgeving, vermeld in het eerste lid, aangetekend naar de sporter binnen zeven dagen na de dag waarop het onderzoek, vermeld artikel 46, § 1, is uitgevoerd. § 2. Als de sporter schriftelijk een verklaring aflegt over het afwijkende analyseresultaat, kan NADO Vlaanderen verzoeken om bijkomende informatie of documenten te bezorgen binnen een termijn die NADO Vlaanderen bepaalt, en kan NADO Vlaanderen met derden overleggen om de juistheid van de verklaring te toetsen.

Elke communicatie die aan de sporter wordt bezorgd met toepassing van paragraaf 1 en 2, eerste, lid, en van artikel 47/2, wordt geregistreerd in ADAMS en wordt gelijktijdig bezorgd aan al de volgende instanties: 1° de NADO van de woonplaats van de sporter of de NADO waar de sporter zijn licentie heeft verkregen of zijn nationaliteit heeft;2° de internationale federatie;3° het WADA. Voor zover dat nog niet was opgenomen in de communicatie aan de sporter, wordt de informatie, vermeld in het tweede lid, aangevuld met de volgende informatie: 1° voor- en achternaam van de sporter;2° nationaliteit van de sporter;3° sport en sportdiscipline;4° of de dopingtest is afgenomen binnen wedstrijdverband of buiten wedstrijdverband;5° de datum van monsterneming;6° het analyseresultaat dat door het laboratorium is gerapporteerd;7° de informatie die vereist is op basis van de Internationale Standaard voor Dopingtests en Onderzoeken.

Art. 47/1.Als de sporter het recht heeft om met terugwerkende kracht een TTN aan te vragen, brengt NADO Vlaanderen de sporter daarvan op de hoogte gelijktijdig met de kennisgeving, vermeld in artikel 47, § 1.

De mogelijkheid om nog een TTN met terugwerkende kracht aan te vragen, schorst in voorkomend geval de termijn voor de aanvraag van een analyse van het B-monster, vermeld in artikel 47/2, § 2, niet.

Onderafdeling 2. B-analyse

Art. 47/2.§ 1. Een sporter aan wie een afwijkend analyseresultaat wordt meegedeeld en de instantie met resultatenbeheer hebben het recht om de analyse van het B-monster te vragen. § 2. NADO Vlaanderen deelt bij de kennisgeving van het afwijkende analyseresultaat, conform artikel 47, § 1, eerste lid, 3°, de termijn mee waarin de analyse van het B-monster aangevraagd moet worden. Die termijn mag niet korter dan vier dagen zijn. Als een sporter de analyse van het B-monster niet aanvraagt binnen de termijn die NADO Vlaanderen heeft bepaald, wordt de sporter definitief geacht af te zien van het recht op analyse van het B-monster.

NADO Vlaanderen kan ook de analyse van het B-monster vragen op eigen initiatief of als de sporter verzaakt aan het recht om B-analyse te vragen of als de termijn voor het aanvragen van de B-analyse verstreken is. Als NADO Vlaanderen de B-analyse aanvraagt, brengt ze de sporter daarvan onmiddellijk op de hoogte.

De sporter of een vertegenwoordiger van de sporter heeft het recht om bij de opening van het B-monster aanwezig te zijn, met behoud van de mogelijkheid om een onafhankelijke getuige aan te stellen, conform paragraaf 3, derde lid. § 3. De B-analyse wordt uitgevoerd op het tijdstip dat wordt meegedeeld bij de kennisgeving aan de sporter conform artikel 47, § 1, of, als op het moment van die kennisgeving nog geen tijdstip is bepaald, op het tijdstip dat onmiddellijk aan de sporter wordt meegedeeld nadat het tijdstip door het controlelaboratorium is bepaald en meegedeeld aan NADO Vlaanderen. De confirmatie van het B-monster wordt zo snel mogelijk uitgevoerd, en niet later dan drie maanden volgend op de rapportering van het afwijkend analyseresultaat in het A-monster.

Als de sporter of zijn vertegenwoordiger niet beschikbaar is op het tijdstip dat wordt meegedeeld, richt de sporter aan NADO Vlaanderen een verzoek om het tijdstip van de B-analyse te verplaatsen. NADO Vlaanderen overlegt in dat geval met het controlelaboratorium en stelt minstens twee alternatieve tijdstippen voor, waarbij rekening wordt gehouden met de redenen waarom de sporter of zijn vertegenwoordiger niet beschikbaar is op het tijdstip, en de noodzaak om degradatie van het monster te vermijden en tijdig resultatenbeheer te garanderen.

Als de sporter NADO Vlaanderen ervan op de hoogte brengt dat hij of zijn vertegenwoordiger niet aanwezig kan zijn op de alternatieve tijdstippen die zijn meegedeeld conform het tweede lid, geeft NADO Vlaanderen de opdracht aan het controlelaboratorium om de analyse van het B-monster aan te vatten en om een onafhankelijke getuige aan te stellen conform de Internationale Standaard voor Laboratoria, om na te gaan of het B-monster uiterlijk geen tekenen van manipulatie of knoeien vertoont en of de identificatienummers van het monster overeenkomen met de documenten van de monsterneming.

In afwijking van het eerste tot en met derde lid kan het tijdstip van de bevestiging door analyse van het B-monster vastgesteld worden binnen de kortst mogelijke termijn zonder mogelijkheid om van dat tijdstip af te wijken als de omstandigheden dat rechtvaardigen, als er een significant risico is op degradatie van het monster als de analyse verder wordt uitgesteld, of in de context van een evenement. § 4. NADO Vlaanderen deelt de resultaten van de analyse van het B-monster mee aan de sporter uiterlijk binnen vijf werkdagen na de dag waarop NADO Vlaanderen de resultaten heeft ontvangen.

Als het resultaat van de analyse van het B-monster het resultaat van de analyse van het A-monster bevestigt, kan de sporter binnen zeven dagen nadat de sporter de resultaten van de analyse van het B-monster heeft ontvangen een verklaring aan NADO Vlaanderen bezorgen of zijn eerdere verklaringen aanvullen. De sporter krijgt de gelegenheid om de dopingpraktijk toe te geven met het oog op een mogelijke vermindering van de sanctie conform artikel 23/1/2, § 4, derde lid, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten. Hij krijgt in voorkomend geval opnieuw de mogelijkheid om vrijwillig een voorlopige schorsing te aanvaarden.

Als de sporter conform het tweede lid schriftelijk een verklaring aflegt of zijn eerdere verklaringen aanvult, kan NADO Vlaanderen verzoeken om bijkomende informatie of documenten te bezorgen binnen een termijn die NADO Vlaanderen bepaalt, en kan NADO Vlaanderen met derden overleggen om de juistheid van de verklaring te toetsen. § 5. De kosten van een analyse van het B-monster worden voldaan door de partij die de analyse aanvraagt. Als de sporter de analyse van het B-monster aanvraagt en het resultaat van de analyse van het B-monster het afwijkende analyseresultaat bevestigt, zijn de kosten definitief voor de sporter. Als de analyse van het B-monter het afwijkende analyseresultaat niet bevestigt, betaalt NADO Vlaanderen de kosten van de analyse aan de sporter. Afdeling 3. Opvolging van andere dopingpraktijken die geen afwijkend

of atypisch analyseresultaat zijn

Art. 47/3.§ 1. NADO Vlaanderen staat in voor het eventuele verdere onderzoek naar een mogelijke andere dopingpraktijk die niet gebaseerd is op een afwijkend analyseresultaat of een atypisch analyseresultaat. § 2. De dopingcontroleur meldt elk mogelijk verzuim van naleving aan de opdrachtgever van de dopingcontrole of aan de ADO met resultatenbeheer, en de opdrachtgever brengt in voorkomend geval de ADO met resultatenbeheer op de hoogte.

De ADO met resultatenbeheer of, in voorkomend geval, de opdrachtgever van de dopingcontrole is verantwoordelijk voor de volgende acties: 1° nadat een mogelijk verzuim van naleving is gemeld, het opstarten van een onderzoek naar het mogelijke verzuim van naleving, waarbij het WADA op de hoogte van het onderzoek wordt gebracht;2° het informeren van de sporter of andere persoon op wie het mogelijke verzuim van naleving betrekking heeft, van het mogelijke verzuim van naleving;3° het uitvoeren van het onderzoek zonder onnodige vertraging en het documenteren van het onderzoek;4° als na het onderzoek geen gevolg wordt gegeven aan het mogelijke verzuim van naleving, de beslissing te notificeren conform artikel 23/1/2, § 2, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten. Als de ADO met resultatenbeheer van oordeel is dat er een verzuim van naleving aanwezig is, brengt ze de sporter of ander persoon daarvan op de hoogte conform artikel 47/4, § 1, en zet ze het resultatenbeheer verder.

De opdrachtgever of de ADO verzamelt zo snel mogelijk alle noodzakelijke bijkomende informatie van de dopingcontroleur of van andere relevante personen, met inbegrip van de sporter of andere persoon op wie het mogelijke verzuim van naleving betrekking heeft. § 3. Het onderzoek naar een mogelijke dopingpraktijk die verband houdt met een opeenvolging van inbreuken op de verblijfsgegevens, wordt uitgevoerd conform artikel 65 tot en met 73/1. § 4. Het onderzoek naar atypische of afwijkende paspoortresultaten wordt uitgevoerd conform artikel 50 tot en met 54.

Art. 47/4.§ 1. Als NADO Vlaanderen na onderzoek van andere vaststellingen dan een afwijkend of atypisch analyseresultaat oordeelt dat een sporter of andere persoon een mogelijke dopingpraktijk heeft begaan, brengt NADO Vlaanderen de sporter of andere persoon daarvan op de hoogte.

De kennisgeving, vermeld in het eerste lid, bevat de volgende elementen: 1° de relevante bepalingen die verband houden met de dopingpraktijk en de geschonden rechtsregel, met inbegrip van de mogelijke gevolgen van de dopingpraktijk;2° de relevante feiten waarop het vermoeden van een dopingpraktijk is gebaseerd;3° alle relevante bewijzen die NADO Vlaanderen heeft verzameld en die geacht worden te bewijzen dat de sporter of andere persoon een dopingpraktijk heeft begaan;4° het recht van de sporter of andere persoon om binnen een redelijke termijn een verklaring af te leggen;5° de mogelijkheid om substantiële hulp te bieden, om de dopingpraktijk toe te geven, met het oog op de mogelijke toepassing van de regeling, vermeld in artikel 23/1/2, § 4, derde lid, van het voormelde decreet, en de mogelijkheid om over een overeenkomst over het resultatenbeheer te onderhandelen, conform artikel 23/1/2, § 5, van het voormelde decreet;6° de beslissing dat een voorlopige schorsing wordt opgelegd of, als die niet wordt opgelegd, de mogelijkheid van de sporter om een vrijwillige voorlopige schorsing te aanvaarden en de mogelijkheid van een hoorzitting of een beroep met betrekking tot een voorlopige schorsing, conform artikel 23/2 van het voormelde decreet. NADO Vlaanderen stuurt de kennisgeving, vermeld in het eerste lid, aangetekend naar de sporter of andere persoon. § 2. Als de sporter of andere persoon schriftelijk een verklaring aflegt, kan NADO Vlaanderen verzoeken om bijkomende informatie of documenten te bezorgen binnen een termijn die NADO Vlaanderen bepaalt, en kan NADO Vlaanderen met derden overleggen om de juistheid van de verklaring te toetsen.

Elke communicatie die aan de sporter of andere persoon wordt bezorgd in de procedure van resultatenbeheer, wordt geregistreerd in ADAMS en wordt gelijktijdig bezorgd aan de instanties, vermeld in artikel 23/1/2 van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten.

Voor zover dat nog niet was opgenomen in de communicatie aan de sporter of andere persoon, wordt de informatie, vermeld in het tweede lid, aangevuld met de volgende informatie: 1° voor- en achternaam van de sporter of andere persoon;2° nationaliteit van de sporter;3° sport en sportdiscipline. Afdeling 3. Voorlopige schorsing en voorlopige hoorzitting

Art. 47/5.§ 1. Een verplichte voorlopige schorsing als vermeld in artikel 23/2, § 1, eerste lid, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, wordt meegedeeld uiterlijk op het moment van de kennisgeving van de mogelijke dopingpraktijk, conform artikel 47, § 1, van dit besluit.

Een optionele voorlopige schorsing als vermeld in artikel 23/2, § 1, derde lid, van het voormelde decreet, wordt meegedeeld aan de sporter of andere persoon binnen vijf dagen na de dag waarop NADO Vlaanderen beslist om de voorlopige schorsing op te leggen. De optionele voorlopige schorsing kan op zijn vroegst ingaan de dag die volgt op de dag waarop de sporter of andere persoon de kennisgeving die NADO Vlaanderen aan de sporter of andere persoon heeft gestuurd, ontvangt.

NADO Vlaanderen stuurt elke kennisgeving van een beslissing om een voorlopige schorsing op te leggen aangetekend naar de sporter of andere persoon aan wie de voorlopige schorsing wordt opgelegd.

De kennisgeving van de beslissing om een optionele voorlopige schorsing als vermeld in het tweede lid, op te leggen aan een sporter of andere persoon, kan gelijktijdig met de kennisgeving van een mogelijke dopingpraktijk of met de kennisgeving van de tenlastelegging worden verstuurd. § 2. De kennisgeving van een voorlopige schorsing bevat minstens al de volgende elementen: 1° de voor- en achternaam van de sporter of andere persoon;2° de nationaliteit van de sporter of andere persoon;3° de sport en sportdiscipline;4° de mogelijke dopingpraktijk waarvoor de voorlopige schorsing wordt opgelegd;5° de mogelijkheid om een voorlopige hoorzitting aan te vragen conform artikel 23/2, § 1, zevende lid, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, met vermelding van de instantie die bevoegd is om de voorlopige hoorzitting te houden. § 3. Als een sporter of andere persoon een voorlopige hoorzitting aanvraagt, stuurt hij het verzoek binnen tien dagen na de dag waarop hij de beslissing over het opleggen van een voorlopige schorsing heeft ontvangen, naar NADO Vlaanderen. NADO Vlaanderen stuurt het verzoek onmiddellijk naar de instantie die bevoegd is om de voorlopige hoorzitting te houden.

Een voorlopige hoorzitting wordt georganiseerd binnen uiterlijk dertig dagen na de dag waarop NADO Vlaanderen het verzoek van de sporter of andere persoon aan wie de voorlopige schorsing is opgelegd, heeft ontvangen.

Art. 47/6.Een sporter of andere persoon kan een vrijwillige voorlopige schorsing aanvaarden, conform artikel 23/2, § 2, eerste en tweede lid, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, door een schriftelijke, gedagtekende en ondertekende verklaring te bezorgen aan NADO Vlaanderen, waarbij de sporter of andere persoon uitdrukkelijk bevestigt dat hij vrijwillig een voorlopige schorsing aanvaardt en zal naleven.

NADO Vlaanderen kan een formulier voor het aanvaarden van een vrijwillige voorlopige schorsing ter beschikking stellen. en voegt in voorkomend geval dat formulier bij de kennisgeving van de mogelijke dopingpraktijk als vermeld in artikel 47, § 1, eerste lid, of artikel 47/4, § 1, eerste lid.

Nadat NADO Vlaanderen de vrijwillig aanvaarde voorlopige schorsing heeft ontvangen, bevestigt NADO Vlaanderen schriftelijk aan de sporter of andere persoon de vrijwillige voorlopige schorsing, die ingaat op de dag die volgt op de dag waarop NADO Vlaanderen de aanvaarding van de voorlopige schorsing van de sporter of andere persoon heeft ontvangen.

Art. 47/7.Een voorlopige schorsing eindigt in elk geval op het moment van de definitieve beslissing van een hoorinstantie over de mogelijke dopingpraktijk, tenzij de voorlopige schorsing voorafgaand aan een beslissing ten gronde wordt opgeheven. De totale duur van een voorlopige schorsing mag in geen geval langer zijn dan de maximale periode van uitsluiting die aan de sporter of andere persoon kan worden opgelegd voor de dopingpraktijk in kwestie.

Art. 47/8.Al de volgende beslissingen worden onmiddellijk in ADAMS geregistreerd en worden aan de andere instanties conform artikel 23/2, § 1, tiende lid, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten meegedeeld : 1° elke beslissing die verband houdt met het opleggen van een voorlopige schorsing die aan de sporter of andere persoon wordt meegedeeld;2° elke vrijwillig aanvaarde voorlopige schorsing;3° elke beslissing tot opheffing van een voorlopige schorsing. Voor zover dat nog niet was opgenomen in de communicatie aan de sporter of andere persoon, wordt de informatie, vermeld in het eerste lid, aangevuld met de volgende informatie: 1° voor- en achternaam van de sporter of andere persoon;2° nationaliteit van de sporter;3° sport en sportdiscipline. Afdeling 4. Tenlastelegging en mogelijkheid om het sanctievoorstel te

aanvaarden

Art. 47/9.Als NADO Vlaanderen voorafgaand aan de tenlastelegging van een mogelijke dopingpraktijk beslist de procedure van resultatenbeheer stop te zetten, brengt NADO Vlaanderen de sporter of andere persoon op de hoogte, tenzij nog geen notificatie aan de sporter of andere persoon is gegeven, en brengt ze de 'partijen conform artikel 23/1/2 van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten op de hoogte van de beslissing tot stopzetting en de redenen voor de stopzetting. Tegen de beslissing om de mogelijke dopingpraktijk niet verder te vervolgen kan beroep ingesteld worden conform artikel 24/1 of 36 van voormeld decreet.

Art. 47/10.§ 1. De sporter of andere persoon die conform artikel 23/1/2, § 3, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten de kennisgeving van de tenlastelegging ontvangt, kan het gemotiveerde voorstel van disciplinaire sanctie die NADO Vlaanderen van toepassing acht, vermeld in artikel 23/1/2, § 3, tweede lid, 3°, van het voormelde decreet, aanvaarden binnen twintig dagen na de dag waarop de sporter of andere persoon die kennisgeving heeft ontvangen. De sporter of andere persoon die het gemotiveerde voorstel van sanctie aanvaardt, bezorgt de aanvaarding schriftelijk en ondertekend aan NADO Vlaanderen met een aangetekende zending.

Als de sporter of andere persoon niet op het sanctievoorstel reageert binnen de termijn, vermeld in het eerste lid, wordt de sporter of andere persoon geacht het sanctievoorstel te aanvaarden.

Nadat NADO Vlaanderen de aanvaarding van het sanctievoorstel door de sporter of andere persoon, conform het eerste lid, heeft ontvangen of nadat de termijn, vermeld in het tweede lid, is verstreken, bezorgt NADO Vlaanderen het volledige dossier aan de bevoegde disciplinaire instantie, die het voorstel van disciplinaire sanctie overneemt in een formele beslissing, conform 23/1/2, § 4, tweede lid, van het voormelde decreet. § 2. Als de sporter of andere persoon die, conform artikel 23/1/2, § 3, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, de kennisgeving van de tenlastelegging ontvangt en het gemotiveerde voorstel van disciplinaire sanctie dat NADO Vlaanderen van toepassing acht, niet aanvaardt en verzoekt gehoord te worden, stuurt de sporter of andere persoon in kwestie dat verzoek naar NADO Vlaanderen binnen twintig dagen na de dag waarop de sporter of andere persoon die kennisgeving heeft ontvangen. De sporter of andere persoon die verzoekt om gehoord te worden, richt dat verzoek schriftelijk en ondertekend aan NADO Vlaanderen met een aangetekende zending.

NADO Vlaanderen bezorgt het verzoek om gehoord te worden, samen met het volledige dossier, aan de disciplinaire hoorinstantie die bevoegd is conform artikel 24 of 27 van het voormelde decreet.".

Art. 37.in artikel 48 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het eerste lid wordt vervangen door wat volgt: "De bloedmodule van het biologisch paspoort wordt door NADO Vlaanderen opgesteld voor die elitesporters die een sportdiscipline beoefenen waarvoor het opstellen van de bloedmodule van het biologisch paspoort noodzakelijk is op grond van het Technisch Document voor Sportspecifieke Analyse van het WADA.NADO Vlaanderen kan de bloedmodule voor het biologisch paspoort instellen voor elitesporters op basis van het testdistributieplan, conform artikel 15, § 3, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten."; 2° in het derde lid, 2°, wordt de zinsnede "als vermeld in artikel 3, eerste lid, 2° " vervangen door de zinsnede "als vermeld in artikel 3, § 1, 2° ".

Art. 38.Artikel 50 tot en met 54 van hetzelfde besluit worden vervangen door wat volgt: "

Art. 50.§ 1. De APME geeft aan de hand van het adaptieve model na elke monsterneming een score aan het profiel van de sporter. Het profiel van een sporter is atypisch als het adaptieve model een score van 99 of hoger aangeeft. In geval van een sequentie van afwijkingen is de gehanteerde specificiteitsscore 99,9.

Een atypische paspoortbevinding als vermeld in het eerste lid, is een resultaat dat door het adaptieve model in ADAMS gegenereerd is en dat aangeeft dat de waarde van een primaire marker buiten de verwachte intra-individuele grenzen valt of dat het longitudinale profiel van de waarden van een primaire marker, als een sequentie van afwijkingen, buiten de normale grenzen valt, waarbij uitgegaan wordt van een normale fysiologische toestand.

Bij een atypische paspoortbevinding in de bloedmodule van het paspoort of een andere vastgestelde abnormaliteit kan NADO Vlaanderen bijkomende analyses laten uitvoeren voor ze het paspoort doorstuurt naar de expert, vermeld in paragraaf 2. De APME adviseert NADO Vlaanderen bij de beslissing voor het uitvoeren van bijkomende analyses.

Bij een atypische paspoortbevinding of bij een verdacht steroïdenprofiel kan een bijkomende analyse uitgevoerd worden op het monster of wordt in voorkomend geval een verplichte confirmatieprocedure gestart.

Een monster mag aan de confirmatieprocedure worden onderworpen buiten de vaststelling van een atypische paspoortbevinding als het paspoort andere elementen bevat die verdere analyse verantwoorden. De APME adviseert daarbij NADO Vlaanderen of in voorkomend geval de opdrachtgever van de monsterneming in het APME-rapport of via de beheerder van het biologisch paspoort over het al dan niet uitvoeren van de confirmatieprocedure op het monster. § 2. Een paspoort waaruit een atypische paspoortbevinding voortkomt, of waarvoor een beoordeling gerechtvaardigd is, wordt door de APME via ADAMS aan een relevante expert bezorgd voor initiële beoordeling door die expert, binnen zeven dagen na de dag waarop de atypische paspoortbevinding in ADAMS is gegenereerd. De beoordeling wordt uitgevoerd op basis van het paspoort van de sporter en andere basisinformatie over de sporter, zonder dat de expert de identiteit van de sporter kan achterhalen.

Als een paspoort recent door een expert is beoordeeld en de beheerder van het biologisch paspoort bezig is met het uitvoeren van een strategie van het verzamelen van meerdere monsters van de sporter, mag de APME de beoordeling uitstellen van het paspoort dat een atypische paspoortbevinding voortbrengt op basis van één van de verzameld monsters in die context, totdat alle geplande testen zijn uitgevoerd.

In die gevallen geeft de AMPE duidelijk de redenen voor het uitstellen van de beoordeling van het paspoort aan in het APME-rapport.

Als het eerste en unieke resultaat in het paspoort door het adaptieve model wordt aangeduid als een atypische paspoortbevinding, kan de APME aanbevelen om bijkomende monsters te nemen voorafgaand aan de initiële beoordeling door een expert.

In geval van een atypische paspoortbevinding deelt de APME de vaststelling mee aan NADO Vlaanderen, en wijst de APME een expert aan die voor de module relevant is, om het desbetreffende geanonimiseerde biologisch paspoort te onderzoeken en te beoordelen. De APME kan ook een paspoort aan de expert voorleggen als er geen atypische paspoortbevinding is, maar als het paspoort elementen bevat die een beoordeling verantwoorden, waarbij beoordeling door de expert kan resulteren in dezelfde gevolgen als bij een atypische paspoortbevinding. § 3. De expert evalueert het paspoort in de initiële beoordeling op basis van de waarschijnlijkheid dat de waarden in het paspoort het gevolg zijn van het gebruik van een verboden stof of verboden methode tegenover de waarschijnlijkheid dat de waarden in het paspoort het gevolg zijn van een normale fysiologische of pathologische toestand.

De expert komt bij de beoordeling tot een van de volgende mogelijke conclusies: 1° normaal;2° verdacht;3° waarschijnlijk medische toestand;4° waarschijnlijk doping. Om buiten het geval van een atypische paspoortbevinding tot de conclusie waarschijnlijk doping te komen, is het noodzakelijk dat de expert tot de conclusie komt dat het zeer waarschijnlijk is dat het biologisch paspoort het resultaat is van het gebruik van een verboden stof of verboden methode en dat het zeer onwaarschijnlijk is dat het paspoort het resultaat is van een normale fysiologische of pathologische toestand. § 4. Als de betrokken expert van oordeel is dat het paspoort normaal is, wordt geen verder gevolg gegeven aan de atypische paspoortbevinding en wordt de normale testplanning voortgezet.

Als de betrokken expert van oordeel is dat het paspoort verdacht is, doet de APME aan NADO Vlaanderen de aanbeveling om gericht te testen of bijkomende analyses uit te voeren, vraagt bijkomende informatie op aan NADO Vlaanderen of geeft andere aanbevelingen aan NADO Vlaanderen.

Als de betrokken expert van oordeel is dat dat het paspoort waarschijnlijk te wijten is aan een medische toestand, brengt de APME via NADO Vlaanderen de sporter daarvan onverwijld op de hoogte.

Als de betrokken expert tot de conclusie waarschijnlijk doping komt, wordt het paspoort voor verdere beoordeling voorgelegd aan de commissie van experten, conform artikel 51.

Art. 51.§ 1. Als de expert die de initiële beoordeling conform artikel 50, § 3, heeft uitgevoerd, tot de conclusie van waarschijnlijk doping komt, bezorgt de APME het paspoort binnen zeven dagen nadat de expert de initiële beoordeling gerapporteerd heeft, voor beoordeling aan twee bijkomende experten die relevant zijn voor de module. De bijkomende beoordelingen worden door de twee bijkomende experten uitgevoerd zonder kennis van de initiële beoordeling. De twee bijkomende experten die de APME aanwijst, vormen samen met de eerste expert die de initiële beoordeling heeft uitgevoerd, de commissie van experten.

De drie experten van de commissie van experten geven hun beoordeling individueel. De drie experten maken de beoordeling conform artikel 50, § 3, en rapporteren individueel in ADAMS binnen zeven dagen na de dag waarop ze de vraag, vermeld in het eerste lid, hebben ontvangen.

De APME is verantwoordelijk voor de contacten met de deskundigen en voor het adviseren van de beheerder van het paspoort over de expertverslagen. De experten kunnen via de APME aan de beheerder van het paspoort bijkomende gegevens vragen die ze nuttig achten voor de beoordeling, met name aanvullende medische gegevens, gegevens over het wedstrijdschema of gegevens van analyseresultaten van monster van de sporter in kwestie Om het onderzoek, vermeld in het eerste tot en met derde lid, uit te voeren, is de identiteit van de sporter niet bekend bij de commissie van experten. § 2. Een unaniem oordeel van de drie experten is noodzakelijk om een afwijkend paspoortresultaat vast te stellen, hetgeen inhoudt dat de elk van de drie experten die het paspoort beoordelen op basis van dezelfde gegevens, tot de beoordeling waarschijnlijk doping komen.

Om buiten het geval van een atypische paspoortbevinding tot de conclusie waarschijnlijk doping te komen, is het noodzakelijk dat de commissie van experten unaniem tot de conclusie komt dat het zeer waarschijnlijk is dat het paspoort het resultaat is van het gebruik van een verboden stof of verboden methode en dat er geen redelijk aannemelijke hypothese is waaronder het paspoort het resultaat zou kunnen zijn van een normale fysiologische toestand en dat het zeer onwaarschijnlijk is dat dat het resultaat is van een pathologische toestand. § 3. Als twee van de experten het paspoort evalueren als waarschijnlijk doping en de derde expert het paspoort evalueert als verdacht en daarbij om meer informatie verzoekt, overlegt de APME met de commissie van experten voor de commissie van experten de beoordeling finaliseert. Bij het voormelde overleg kan advies worden ingewonnen van een externe expert, op voorwaarde dat de persoonlijke informatie van de sporter strikt vertrouwelijk blijft.

Als, in voorkomend geval na de toepassing van het eerste lid, geen unanimiteit wordt bereikt tussen de drie experten, rapporteert de APME het paspoort als verdacht en werkt het APME-verslag bij. Ze geeft NADO Vlaanderen de aanbeveling om bijkomende dopingtests uit te voeren bij de sporter of om passende informatie te verzamelen in het kader van een onderzoek naar de sporter.

Art. 52.§ 1. Als elk van de drie experten van de commissie van experten unaniem van oordeel is dat het paspoort de status waarschijnlijk doping krijgt, rapporteert de APME de beoordeling waarschijnlijk doping in het APME-verslag in ADAMS en overlegt met de commissie van experten om de volgende stappen in de procedure op te starten. De APME stelt, in voorkomend geval in overleg met de commissie van experten, het ABPDP samen, en de commissie van experten maakt een ontwerp van gemeenschappelijk verslag op. In voorkomend geval kan de commissie van experten bij de APME bijkomende informatie laten opvragen bij de beheerder van het paspoort om die ter beschikking te stellen van de experten.

Als het ABPDP is afgewerkt, zendt de APME het ABPDP naar de commissie van experten die het ABPDP nakijkt en een gemeenschappelijk expertverslag opmaakt dat door de drie experten wordt ondertekend. De conclusie in het gemeenschappelijk expertverslag komt tot stand zonder beïnvloeding van de beheerder van het paspoort. Als dat nodig is, kan de commissie van experten bijkomende informatie opvragen van de APME. Bij het vormen van een conclusie conform het eerste en tweede lid, wordt de identiteit van de sporter niet vermeld, maar mag specifieke informatie opgenomen zijn die toelaat de sporter te identificeren. Dat heeft geen invloed op de geldigheid van de procedure. § 2. Als de commissie van experten, vermeld in artikel 51, op basis van het ABPDP unaniem de conclusie waarschijnlijk doping bevestigt, rapporteert de APME een afwijkend paspoortresultaat in ADAMS. Die rapportering bevat een geschreven verklaring van het afwijkend paspoortresultaat, het ABPDP en het gemeenschappelijk expertverslag. § 3. Nadat ze heeft kennisgenomen van het ABPDP en het gemeenschappelijk expertverslag, brengt NADO Vlaanderen de sporter op de hoogte van het afwijkende paspoortresultaat. Artikel 47, § 1, is van overeenkomstige toepassing.

In de kennisgeving, vermeld in het eerste lid, wordt de mogelijkheid voor de sporter vermeld om binnen een bepaalde termijn, die in de kennisgeving is bepaald, een verklaring af te leggen over de resultaten van het biologisch paspoort en, in voorkomend geval, bijkomende informatie te verschaffen. Aan de kennisgeving worden de volgende documenten toegevoegd: 1° het gemeenschappelijke expertverslag van de commissie van experten dat stelt dat er sprake kan zijn van een afwijkend paspoortresultaat;2° het ABPDP.

Art. 53.Na ontvangst van de verklaring en de bijkomende informatie die in voorkomend geval van de sporter is ontvangen volgend op de kennisgeving, vermeld in artikel 52, § 3, tweede lid, maakt de APME die verklaring en informatie over aan de commissie van experten, samen met elke bijkomende informatie die de commissie van experten nodig acht om een opinie te vormen, in coördinatie met de beheerder van het paspoort en de APME. Daarbij is de beoordeling niet langer anoniem en mag de identiteit van de sporter gekend zijn door de commissie van experten en APME. De voormelde commissie van experten beoordeelt de zaak opnieuw en komt daarbij tot een van de volgende conclusies: 1° de unanieme beoordeling van waarschijnlijk doping door de experten, gebaseerd op de informatie in het biologisch paspoort en de verklaring en informatie die is ontvangen van de sporter;2° de conclusie dat er op basis van de beschikbare informatie geen unanieme beoordeling van waarschijnlijk doping kan worden bereikt. Als de voormelde commissie van experten tot de conclusie, vermeld in het tweede lid, 1°, komt, wordt NADO Vlaanderen daarvan op de hoogte gebracht en legt NADO Vlaanderen een dopingpraktijk ten laste van de sporter op basis van het afwijkende paspoortresultaat.

Als de voormelde commissie van experten tot de conclusie, vermeld in het tweede lid, 2°, komt, werkt de APME haar verslag bij. Ze geeft NADO Vlaanderen de aanbeveling om bijkomende dopingtests of onderzoeken uit te voeren. NADO Vlaanderen brengt de sporter en het WADA op de hoogte van het resultaat van de definitieve beoordeling.

Art. 54.Als vaststaat dat een sporter een dopingpraktijk heeft begaan die gebaseerd is op de beoordeling van het paspoort, wordt vanaf de start van de periode van uitsluiting het paspoort van de sporter opnieuw ingesteld en wordt voor de sporter een nieuwe paspoortidentificatie aangemaakt in ADAMS om de anonimiteit van potentiële toekomstige paspoortprocedures te garanderen.

Als vaststaat dat een sporter een dopingpraktijk heeft begaan die niet gebaseerd is op het biologisch paspoort, blijven de bloedmodule en steroïdenmodule van het paspoort van de sporter doorlopen, tenzij het gebruik van de verboden stof of verboden methode een wijziging in respectievelijk de hematologische markers of de steroïdenmarkers heeft veroorzaakt. In dat geval overlegt NADO Vlaanderen met de APME om na een afwijkend analyseresultaat uit te maken of het paspoort opnieuw ingesteld moet worden vanaf de start van de opgelegde sanctie.".

Art. 39.Artikel 55 en 56 van hetzelfde besluit worden vervangen door wat volgt: "

Art. 55.Bloedmonsters die voor de bloedmodule van het biologisch paspoort bestemd zijn, worden afgenomen, bewaard en getransporteerd volgens de procedure die de minister bepaalt conform artikel 36 en 38 van dit besluit.

De minister kan bijkomende voorwaarden bepalen voor het afnemen van bloedmonsters voor het biologisch paspoort, en kan bepalen dat bijkomende informatie wordt geregistreerd bij de monsterneming voor de beoordeling van het analyseresultaat in het kader van het biologisch paspoort.

De minister bepaalt de voorwaarden voor het transport en de criteria waaraan het transportmiddel en de temperatuurlogger bij het transportmiddel aan moeten voldoen, en kan bijkomende voorwaarden voor bewaring en transport bepalen die de biologische integriteit van het monster garanderen.

Art. 56.Voor de bloedmodule van het biologisch paspoort berekent het adaptieve model automatisch in ADAMS twee primaire markers, hemoglobineconcentratie, afgekort HGB en stimulatie-index OFF-score, afgekort OFFS, en twee secundaire markers, het percentage reticulocyten, afgekort RET%, de abnormale bloed Profielscore, afgekort ABPS. Een atypische paspoortbevinding wordt gegenereerd wanneer een HGB- en/of OFFS-waarde van de laatste test valt buiten de verwachte intra-individuele reeksen. Het longitudinale profiel, samengesteld uit de laatste vijf geldige HGB- of OFFS-waarden, wordt ook beschouwd als een atypische paspoortbevinding bij afwijking van de verwachte grenzen, als bepaald door het adaptieve model, als een sequentiële atypische paspoortbevinding. Een atypische paspoortbevinding wordt alleen gegenereerd door het adaptieve model gebaseerd op waarden van de primaire Markers HGB en OFFS of de sequentie daarvan.".

Art. 40.Artikel 57 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 41.In artikel 58 van hetzelfde besluit wordt het eerste lid opgeheven.

Art. 42.Artikel 59 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt. "

Art. 59.Urinemonsters die voor de steroïdenmodule van het biologisch paspoort bestemd zijn, worden afgenomen, bewaard en getransporteerd volgens de procedure die de minister bepaalt conform artikel 34 en 38 van dit besluit."

Art. 43.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 en 28 juni 2019, wordt een artikel 59/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "

Art. 59/1.Voor de steroïde module verwerkt het adaptieve model automatisch in ADAMS één primaire marker, met name de verhouding van testosteron en epitestosteron, afgekort T/E, en vier secundaire markers, met name: 1° De verhouding androsteron/testosteron, afgekort A/T;2° De verhouding androsteron/etiocholanolone, afgekort A/Etio;3° De verhouding 5-alfa-adiol/5-beta-adiol;4° De verhouding 5-beta-adiol/epitestosteron. Een atypische paspoortbevinding wordt gegenereerd wanneer een waarde van de verhouding T/E buiten het verwachte intra-individuele bereik valt. Het longitudinale steroïdenprofiel, samengesteld uit de laatste vijf geldige waarden van de verhouding T/E, worden ook als atypisch beschouwd bij afwijking van de verwachte bereiken, zoals bepaald door van de verwachte grenzen, als bepaald door het adaptieve model, als een sequentiële atypische paspoortbevinding.".

Art. 44.Artikel 60 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016, wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 60.De lijst van sportdisciplines van categorie A en B, vermeld in artikel 20, § 1, eerste lid, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, is opgenomen in bijlage 1, die bij dit besluit is gevoegd.".

Art. 45.In artikel 61 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° aan punt 4° worden de woorden "of een niet-nakoming van de verblijfsgegevensverplichtingen" toegevoegd; 2° er wordt een punt 5° toegevoegd, dat luidt als volgt: "5° de mogelijkheid dat ze op basis van de verblijfsgegevens ook aan dopingtests onderworpen kunnen worden door ADO's die testbevoegdheid hebben.".

Art. 46.In artikel 62 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 3 wordt vervangen door wat volgt: " § 3.Als een elitesporter in de geregistreerde doelgroep of nationale doelgroep van NADO Vlaanderen is opgenomen en tegelijk door de opname in de geregistreerde doelgroep of andere doelgroep van een andere NADO of internationale federatie is onderworpen aan verblijfsgegevens, beslist NADO Vlaanderen, samen met die NADO of internationale federatie, wie van hen de verblijfsgegevens beheert, waarbij het beheer toegewezen wordt aan de partij die de zwaarste verplichtingen oplegt en waarbij de andere partij toegang krijgt tot de verblijfsgegevens.

Na de beslissing voor welke partij de sporter zijn verblijfsgegevens moet indienen en welke partij het beheer krijgt over de verblijfsgegevens van de sporter, conform het eerste lid, brengt elke partij de sporter ervan op de hoogte dat hij deel uitmaakt van haar doelgroep.

In iedere kennisgeving die naar de sporter wordt gestuurd, wordt vermeld dat hij de verblijfsgegevens alleen moet indienen bij de ADO waaraan conform het eerste lid het beheer over de verblijfsgegevens is toegewezen. De ADO waaraan conform het eerste lid het beheer over de verblijfsgegevens is toegewezen, deelt de verblijfsgegevens met de andere ADO in kwestie, en met alle andere ADO's die bevoegd zijn om dopingtests af te nemen bij de sporter. Aan een sporter mag niet worden gevraagd om zijn verblijfsgegevens bij meer dan één ADO in te dienen."; 2° in paragraaf 4 wordt voor het eerste lid een lid ingevoegd, dat luidt als volgt: "NADO Vlaanderen registreert de gegevens van de sporters die opgenomen zijn in de geregistreerde doelgroep en in de nationale doelgroep in ADAMS en deelt die gegevens met de relevante internationale federatie en met de relevante ADO's.".

Art. 47.In artikel 63 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt een punt 1° /1 en 1° /2 ingevoegd, die luiden als volgt: "1° /1 een persoonlijk e-mailadres verschaffen waar correspondentie voor de sporter naartoe kan worden gestuurd ter kennisgeving en waar de sporter persoonlijk toegang toe heeft; 1° /2 specifieke bevestiging geven dat hij begrijpt dat de ingediende verblijfsgegevens zullen gedeeld worden met andere ADO's die de bevoegdheid hebben om dopingtests uit te voeren op hem;"; 2° in paragraaf 2 wordt tussen de woorden "de sporter om" en de woorden "te verzekeren" de zinsnede "de gegevens, vermeld in paragraaf 1, 1° en 1° /1, actueel te houden en minstens bij elk kwartaal te bevestigen in ADAMS, en" ingevoegd.

Art. 48.In artikel 64 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt het eerste lid vervangen door wat volgt: "Een elitesporter doet per kwartaal aangifte van de verblijfsgegevens. De verblijfsgegevens die betrekking hebben op een kwartaal dat respectievelijk start op 1 januari, 1 april, 1 juli of 1 oktober, worden uiterlijk ingediend op de vijftiende dag van de maand voor de eerste maand van het kwartaal in kwestie."; 2° in paragraaf 3, tweede lid, wordt de zinsnede "als vermeld in artikel 3, eerste lid, 3° of 5°, " vervangen door de zinsnede "als vermeld in artikel 3, § 1, 3° of 5°, ";3° in paragraaf 3 wordt tussen het tweede en derde lid een lid ingevoegd, dat luidt als volgt: "De verblijfsgegevens zijn voldoende volledig om de dopingcontroleur toe te laten de locatie te vinden, toegang te hebben tot de locatie en de elitesporter te vinden zonder voorafgaande aankondiging.Als een dopingcontroleur de sporter niet onmiddellijk kan vinden op de opgegeven locatie tijdens het tijdslot, blijft de dopingcontroleur ter plaatse voor de resterende duur van het tijdslot en onderneemt hij redelijke pogingen, rekening houdend met de omstandigheden, om de sporter te vinden."; 4° in paragraaf 3, derde lid, dat het vierde lid wordt, wordt tussen het woord "sporter" en het woord "vijf" de zinsnede ", ondanks alle redelijke pogingen om de sporter te vinden," ingevoegd; 5° aan paragraaf 4 wordt een zin toegevoegd, die luidt als volgt: "Niettegenstaande het recht om het tijdslot aan te passen voor het begin ervan, kan een wijziging van het tijdslot kort voor het begin ervan of een patroon van herhaaldelijk aanpassen van verblijfsgegevens op het laatste moment verder onderzocht worden als een mogelijke dopingpraktijk als vermeld in artikel 3, § 1, 3° of 5°, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten.".

Art. 49.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 en 28 juni 2019, wordt een artikel 64/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "

Art. 64/1.Als een sporter, conform artikel 20, § 3, tweede tot en met vierde lid, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten of conform artikel 80, § 6, van dit besluit aan dezelfde verblijfsgegevensverplichtingen wordt onderworpen als een elitesporter van categorie A, zijn artikel 64 tot en met 75 van dit besluit van overeenkomstige toepassing.".

Art. 50.In artikel 65 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 2, eerste lid, wordt de zinsnede "artikel 3, eerste lid, 4°, " telkens vervangen door de zinsnede "artikel 3, § 1, 4°, "; 2° aan paragraaf 3 wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "Als een ADO die het beheer heeft over de verblijfsgegevens, de sporter verwijdert uit de geregistreerde doelgroep na de registratie van één of twee inbreuken op de verblijfsgegevens en de sporter daarna wordt opgenomen in de geregistreerde doelgroep van een andere ADO, wordt die laatste ADO verantwoordelijk voor het resultatenbeheer over alle inbreuken op de verblijfsgegevens die de sporter in kwestie begaan heeft, met inbegrip van de inbreuken op de verblijfsgegevens die de eerste ADO heeft geregistreerd.".

Art. 51.In artikel 66 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden punt 1° en 2° vervangen door wat volgt: "1° de sporter niet tijdig volledige informatie indient voorafgaand aan een volgend kwartaal, waarbij het aangifteverzuim geacht wordt plaats gevonden te hebben op de eerste dag van het kwartaal in kwestie; 2° de informatie ingediend door de sporter, voorafgaand aan het kwartaal of bij aanpassing van de gegevens tijdens een kwartaal, niet correct is, waarbij het aangifteverzuim wordt geacht plaats gevonden te hebben op de eerste dag waarvan kan aangetoond worden dat de informatie niet correct is;"; 2° in het tweede lid wordt punt 2° vervangen door wat volgt: "2° de sporter heeft verzuimd tegen het uiterste tijdstip te voldoen aan de vereiste om verblijfsgegevens in te dienen;"; 3° in het tweede lid, 3°, worden de woorden "het einde van de maand waarin" vervangen door de zinsnede "48 uur nadat"; 4° in het tweede lid, 4° wordt de zin "Nalatigheid wordt vermoed als is voldaan aan de bepalingen, vermeld in het eerste lid, en een mogelijk aangifteverzuim is vastgesteld." vervangen door de zin "Nalatigheid wordt vermoed als er voldoende bewijs is dat de sporter op de hoogte was gebracht van de verplichtingen en die niet heeft nageleefd."; 5° in het derde lid wordt tussen de woorden "elk mogelijk aangifteverzuim" en de woorden " wordt door de dopingcontroleur" de zinsnede ", als dat is vastgesteld bij een poging om een sporter aan een dopingtest te onderwerpen," ingevoegd.

Art. 52.In artikel 67 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° aan paragraaf 1 wordt na de woorden "aangegeven locatie" de zinsnede "en de poging tot monsterneming bijgevolg mislukt is" toegevoegd; 2° in paragraaf 2 wordt punt 2° vervangen door wat volgt: "2° een dopingcontroleur heeft een poging ondernomen om de sporter aan een dopingtest te onderwerpen op een bepaalde dag van het kwartaal, tijdens het tijdslot in de opgave van verblijfsgegevens van de sporter voor de dag in kwestie, op de locatie die was opgegeven voor dat tijdslot;"; 3° in paragraaf 2, 3°, wordt de zin "de dopingcontroleur is gedurende het opgegeven tijdslot op de opgegeven locatie gebleven." opgeheven; 4° in paragraaf 2, 3°, wordt de zinsnede "Gedurende die tijd deed hij" vervangen door de zinsnede "Tijdens het tijdslot deed de dopingcontroleur";5° in paragraaf 2, 4°, wordt de zinsnede "een mogelijk tweede of derde gemiste dopingtest gedurende hetzelfde kwartaal" vervangen door de zinsnede "enige navolgende mislukte poging om de sporter te testen tijdens één van de tijdsloten van een uur in zijn opgave van verblijfsgegevens";6° in paragraaf 2 wordt punt 5° vervangen door wat volgt: "5° bij het niet te vinden of beschikbaar zijn van de sporter in het tijdslot is op zijn minst sprake van nalatigheid.Nalatigheid wordt vermoed als aangetoond dat de voorwaarden, vermeld in punt 1° tot en met 4°, zijn voldaan. Dat vermoeden kan alleen worden weerlegd als de sporter aantoont dat van zijn kant geen sprake is geweest van nalatigheid die heeft bijgedragen aan dan wel de oorzaak is geweest van: a) het niet beschikbaar zijn voor een dopingtest op de locatie van het tijdslot tijdens het tijdslot; b) het niet actualiseren van de meest recente opgave van verblijfsgegevens om een andere locatie op te geven waar hij wel zou beschikbaar zijn voor een dopingtest tijdens een tijdslot op de dag in kwestie."; 7° paragraaf 3, tweede en derde lid, worden vervangen door wat volgt: "Als een sporter bij aanvang van het tijdslot niet beschikbaar is voor een dopingtest, maar later beschikbaar is voor een dopingtest tijdens het tijdslot, voert de dopingcontroleur de monsterneming uit en stelt hij geen rapport van een mislukte poging op, maar rapporteert de details van de vertraging in de beschikbaarheid van de sporter. Aanhoudend dergelijk gedrag van de sporter wordt verder onderzocht als een mogelijke dopingpraktijk als vermeld in artikel 3, § 1, 3°, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, wegens het ontwijken van een monsterneming.

Als een sporter niet beschikbaar is voor een dopingtest gedurende het tijdslot op de locatie van dat tijdslot voor de dag in kwestie, zal tegen de sporter een gemiste test worden gerapporteerd, zelfs als de sporter later op de dag gevonden kan worden en een monsterneming gelukt is."; 8° paragraaf 4 wordt vervangen door wat volgt: " § 4.Als een sporter gedurende het tijdslot een dopingtest ondergaat, moet hij bij de dopingcontroleur blijven tot de monsterneming helemaal is afgerond, ook als de dopingtest voortduurt na afloop van het tijdslot. Een verzuim om bij de dopingcontroleur te blijven tot de monsterneming is voltooid, wordt vervolgd als een mogelijke dopingpraktijk als vermeld in artikel 3, § 1, 3°, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten."; 9° in paragraaf 5 wordt de zin "Als de sporter niet te vinden is voor een dopingtest tijdens het tijdslot, maar de sporter tijdig zijn informatie over het tijdslot heeft aangepast, is er geen sprake van een mogelijk gemiste dopingtest." opgeheven.

Art. 53.In artikel 68 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in de inleidende zin wordt tussen de woorden "Als een" en het woord "dopingcontroleur" de zinsnede "aangifteverzuim is gerapporteerd, bij een poging om de sporter aan een dopingtest te onderwerpen waarvoor een" ingevoegd;2° in de inleidende zin worden de woorden "met een aangetekende brief" opgeheven; 3° punt 2° wordt vervangen door wat volgt: "2° dat de sporter wordt geacht aan te geven of hij het aangifteverzuim toegeeft en, als hij het aangifteverzuim niet toegeeft, een verklaring waarom niet;"; 4° in punt 3° wordt de zinsnede "het mogelijke aangifteverzuim kan betwisten" vervangen door de zinsnede "kan antwoorden op het mogelijke aangifteverzuim"; 5° een punt 6° wordt toegevoegd, dat luidt als volgt: "6° dat de sporter, om een volgend aangifteverzuim te vermijden, de ontbrekende verblijfsgegevens moet aanvullen binnen de termijn die is opgegeven in de brief, die hoogstens 48 uur na ontvangst van de brief is."; 6° er wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De kennisgeving, vermeld in het eerste lid, wordt tegen ontvangstbewijs via elektronische weg naar de sporter gestuurd op het e-mailadres dat de sporter in kwestie conform artikel 63, § 1, 1° /1, heeft geregistreerd.De kennisgeving van het aangifteverzuim wordt ook bevestigd met een aangetekende brief die verzonden wordt naar het postadres, vermeld in artikel 63, § 1, 1°. ".

Art. 54.In artikel 69 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° aan paragraaf 1 wordt een zin toegevoegd, die luidt als volgt: "NADO Vlaanderen beslist over de betwisting binnen de veertien dagen na ontvangst van de betwisting van de sporter."; 2° in paragraaf 2, eerste lid, wordt tussen het woord "of" en de woorden "aan alle" de zinsnede "het antwoord van de sporter de beslissing, vermeld in artikel 68, wijzigt, dat" ingevoegd;3° in paragraaf 2 wordt het tweede lid vervangen door wat volgt: "Als NADO Vlaanderen oordeelt dat de betwisting gegrond is en dat er geen mogelijk aangifteverzuim is begaan, deelt NADO Vlaanderen de beslissing mee aan de sporter.De beslissing wordt gelijktijdig meegedeeld aan het WADA, aan de internationale federatie of aan NADO van de sporter en aan de ADO die de inbreuk op de verblijfsgegevens heeft ontdekt, die het recht hebben om beroep in te stellen tegen de beslissing."; 4° in paragraaf 3, eerste lid, wordt de zinsnede "of als NADO Vlaanderen ondanks de betwisting van de sporter oordeelt dat er sprake is van een mogelijk aangifteverzuim," opgeheven; 5° paragraaf 3, tweede lid, wordt vervangen door wat volgt: "NADO Vlaanderen brengt de sporter met een aangetekende brief op de hoogte van die bevestiging binnen veertien dagen nadat de termijn, vermeld in paragraaf 1, is verstreken."; 6° aan paragraaf 3 wordt een lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "Als de sporter het mogelijk aangifteverzuim tijdig betwist, maar NADO Vlaanderen ondanks de betwisting van de sporter van oordeel blijft dat het aangifteverzuim gepleegd is, brengt NADO Vlaanderen de sporter met een aangetekende brief op de hoogte van die beslissing binnen veertien dagen na ontvangst van de betwisting van de sporter en geeft de sporter het recht om binnen veertien dagen na de ontvangst van de kennisgeving schriftelijk of elektronisch een administratieve herziening van die beslissing aan te vragen bij NADO Vlaanderen.".

Art. 55.In artikel 70 van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 3 wordt vervangen door wat volgt: " § 3.Als de administratieve herziening leidt tot de beslissing dat het mogelijke aangifteverzuim vervalt, brengt NADO Vlaanderen de sporter daarvan schriftelijk op de hoogte binnen zeven dagen nadat die beslissing is genomen. NADO Vlaanderen stuurt die kennisgeving ook naar het WADA, naar de internationale federatie of naar de NADO van de sporter en naar de ADO die de inbreuk op de verblijfsgegevens heeft ontdekt, die het recht hebben beroep in te stellen tegen de beslissing."; 2° in paragraaf 4, eerste lid, wordt de zinsnede "ontvangt de sporter van NADO Vlaanderen de bevestiging dat een aangifteverzuim is geregistreerd" vervangen door de zinsnede "bevestigt NADO Vlaanderen het aangifteverzuim aan de sporter en registreert NADO Vlaanderen het aangifteverzuim."; 3° in paragraaf 4, tweede lid, wordt het woord "vervolgens" vervangen door het woord "onmiddellijk";4° in paragraaf 4, tweede lid, worden de woorden "de internationale federatie en de ADO" vervangen door de zinsnede "de internationale federatie, de NADO en de ADO".

Art. 56.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 en 28 juni 2019, wordt een artikel 70/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "

Art. 70/1.Elke beslissing over een aangifteverzuim wordt door NADO Vlaanderen geregistreerd in ADAMS met het oog op toegang tot de beslissing van het WADA en andere relevante ADO's op vertrouwelijke basis.".

Art. 57.In artikel 71 van het zelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° punt 2° wordt vervangen door wat volgt: "2° dat de sporter wordt geacht aan te geven of hij de gemiste dopingtest toegeeft en, als hij de gemiste dopingtest niet toegeeft, een verklaring waarom niet;"; 2° in punt 3° wordt de zinsnede "de mogelijk gemiste dopingtest kan betwisten" vervangen door de zinsnede "kan antwoorden";3° een tweede lid wordt toegevoegd, dat luidt als volgt: "De kennisgeving, vermeld in het eerste lid, wordt tegen ontvangstbewijs via elektronische weg naar de sporter gestuurd op het e-mailadres dat de sporter in kwestie conform artikel 63, § 1, 1° /1, heeft geregistreerd.De kennisgeving van het aangifteverzuim wordt ook bevestigd met een aangetekende brief die verzonden wordt naar het postadres, vermeld in artikel 63, § 1, 1°. De sporter werkt zijn verblijfsgegevens bij binnen 48 uur nadat hij de kennisgeving heeft ontvangen.".

Art. 58.In artikel 72 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° aan paragraaf 1 wordt een zin toegevoegd, die luidt als volgt: "NADO Vlaanderen beslist over de betwisting binnen de veertien dagen na ontvangst van de betwisting van de sporter."; 2° in paragraaf 2, eerste lid, wordt tussen het woord "of" en de woorden "aan alle" de zinsnede "het antwoord van de sporter de beslissing, vermeld in artikel 71, wijzigt, dat" ingevoegd;3° in paragraaf 2 wordt het tweede lid vervangen door wat volgt: "Als NADO Vlaanderen oordeelt dat de betwisting gegrond is en dat er geen mogelijk gemiste dopingtest is begaan, deelt NADO Vlaanderen de beslissing mee aan de sporter.De beslissing wordt gelijktijdig meegedeeld aan het WADA, aan de internationale federatie of aan NADO van de sporter en aan de ADO die de inbreuk op de verblijfsgegevens heeft ontdekt, die het recht hebben om beroep in te stellen tegen de beslissing."; 4° in paragraaf 3, eerste lid, wordt de zinsnede "of als NADO Vlaanderen ondanks de betwisting van de sporter oordeelt dat er sprake is van een mogelijk gemiste dopingtest," opgeheven; 5° paragraaf 3, tweede lid, wordt vervangen door wat volgt: "NADO Vlaanderen brengt de sporter met een aangetekende brief op de hoogte van die bevestiging binnen veertien dagen nadat de termijn, vermeld in paragraaf 1, is verstreken."; 6° aan paragraaf 3 wordt een lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "Als de sporter de mogelijk gemiste dopingtest tijdig betwistte, maar NADO Vlaanderen ondanks de betwisting van de sporter van oordeel blijft dat de gemiste dopingtest weerhouden wordt, brengt NADO Vlaanderen de sporter met een aangetekende brief op de hoogte van die beslissing binnen veertien dagen na ontvangst van de betwisting van de sporter en geeft de sporter het recht om binnen veertien dagen na de ontvangst van de kennisgeving schriftelijk of elektronisch een administratieve herziening van die beslissing aan te vragen bij NADO Vlaanderen.".

Art. 59.In artikel 73 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° paragraaf 3 wordt vervangen door wat volgt: " § 3.Als de administratieve herziening leidt tot de beslissing dat de mogelijk gemiste dopingtest vervalt, brengt NADO Vlaanderen de sporter daarvan schriftelijk op de hoogte binnen zeven dagen nadat die beslissing is genomen. NADO Vlaanderen stuurt die kennisgeving ook naar het WADA, naar de internationale federatie of naar de NADO van de sporter en naar de ADO die de inbreuk op de verblijfsgegevens heeft ontdekt, die het recht hebben beroep in te stellen tegen de beslissing.". 2° in paragraaf 4, eerste lid, wordt de zinsnede "ontvangt de sporter van NADO Vlaanderen de bevestiging dat een gemiste dopingtest is geregistreerd" vervangen door de zinsnede "bevestigt NADO Vlaanderen de gemiste dopingtest aan de sporter en registreert NADO Vlaanderen de gemiste dopingtest."; 3° in paragraaf 4, tweede lid, wordt het woord "vervolgens" vervangen door het woord "onmiddellijk"; 4° in paragraaf 4, tweede lid, worden de woorden "de internationale federatie en de ADO" vervangen door de zinsnede "de internationale federatie, de NADO en de ADO".".

Art. 60.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 en 28 juni 2019, wordt een artikel 73/1 ingevoegd, dat luidt als volgt: "

Art. 73/1.Elke beslissing over een gemiste dopingtest wordt door NADO Vlaanderen geregistreerd in ADAMS met het oog op toegang tot de beslissing van het WADA en andere relevante ADO's op vertrouwelijk basis.".

Art. 61.In artikel 74 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt de zinsnede "vermeld in artikel 3, eerste lid, 4° " vervangen door de zinsnede ", vermeld in artikel 3, § 1, 4°, ";2° in paragraaf 1 wordt het tweede lid opgeheven;3° in paragraaf 3 worden het tweede en het derde lid vervangen door wat volgt: "Een aangifteverzuim wordt geacht te hebben plaatsgevonden op een van de volgende tijdstippen, naargelang de aard van de vastgestelde inbreuk: 1° op de eerste dag van een kwartaal als de sporter heeft nagelaten voorafgaand aan het kwartaal in kwestie een volledige opgave van verblijfsgegevens in te dienen;2° op de dag waarvan kan worden aangetoond dat de verblijfsgegevens die de sporter heeft opgegeven, op voorhand bij de kwartaalaangifte of na het bijwerken van de verblijfsgegevens tijdens het kwartaal, niet langer accuraat zijn. Een gemiste dopingtest wordt geacht te hebben plaatsgevonden op de dag waarop de mislukte poging tot monsterneming gedurende het tijdslot heeft plaatsgevonden.".

Art. 62.Artikel 75 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 75.§ 1. Zodra ten aanzien van een sporter sprake is van drie geregistreerde verblijfsgegevensinbreuken in een aaneengesloten periode van twaalf maanden, start de ADO die de verblijfsgegevens beheert op het moment van de derde inbreuk, het resultatenbeheer op voor een dopingpraktijk als vermeld in artikel 3, § 1, 4°, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten.

De dopingpraktijk wordt geacht te hebben plaatsgevonden op de dag waarop de derde geregistreerde verblijfsgegevensinbreuk wordt geacht te hebben plaatsgevonden.

Als er geen procedure op grond van een mogelijke dopingpraktijk als vermeld in artikel 3, § 1, 4°, van het voormelde decreet, is gestart binnen dertig dagen nadat het WADA op de hoogte is gebracht van de registratie van een derde inbreuk op de verblijfsgegevens binnen een periode van twaalf maanden, wordt verondersteld dat NADO Vlaanderen beslist heeft dat er geen dopingpraktijk is begaan. Tegen die stilzwijgende beslissing kan beroep worden ingesteld conform artikel 24/1 van het voormelde decreet. § 2. Als een procedure voor een dopingpraktijk als vermeld in artikel 3, § 1, 4°, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, die gebaseerd is op drie verblijfsgegevensinbreuken in een periode van twaalf maanden, wordt opgestart door NADO Vlaanderen, voert NADO Vlaanderen het resultatenbeheer over de mogelijke dopingpraktijk overeenkomstig artikel 23/1/1 en 23/1/2 van voormeld decreet.

Als de sporter om een hoorzitting vraagt, conform artikel 23/1/2, § 4, eerste lid, van het voormelde decreet, is de hoorinstantie niet gebonden door enige afweging die voorafgaand gemaakt is in het kader van het resultatenbeheer over een verblijfsgegevensinbreuk. De bewijslast ligt in dat geval bij de ADO die de zaak aanhangig maakt, om aan te tonen dat voor elke verblijfsgegevensinbreuk alle voorwaarden vervuld zijn.

Als de hoorinstantie beslist dat een of meer van de vermeende verblijfsgegevensinbreuken niet aan de voorwaarden voldoen, beslist de hoorinstantie dat er geen dopingpraktijk als vermeld in artikel 3, § 1, 4°, van het voormelde decreet, is gepleegd. In dat geval blijven de verblijfsgegevensinbreuken die niet door de hoorinstantie verworpen zijn, geldig, en kan een nieuwe procedure gestart worden tegen de sporter in kwestie voor drie verblijfsgegevensinbreuken die worden gepleegd binnen de relevante periode van twaalf maanden, op basis van een combinatie van verblijfsgegevensinbreuken die niet door de hoorsinstantie zijn verworpen en, in voorkomend geval, daarop volgende verblijfsgegevensinbreuken die door de sporter zijn begaan.".

Art. 63.In hoofdstuk 8, afdeling 4, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 en 28 juni 2019, wordt onderafdeling 8, die bestaat uit artikel 76, opgeheven.

Art. 64.In hoofdstuk 9 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 en 28 juni 2019, wordt afdeling 5, die bestaat uit artikel 77 en 78, opgeheven.

Art. 65.In het opschrift van hoofdstuk 9, afdeling 6, van hetzelfde besluit worden de woorden "categorie C" vervangen door de woorden "categorie B".

Art. 66.In artikel 79, § 1, eerste en tweede lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, worden de woorden "categorie C" vervangen door de woorden "categorie B".

Art. 67.In artikel 80 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 worden de woorden "als vermeld in artikel 79" vervangen door de zinsnede "als vermeld in artikel 79, § 1 en § 2,";2° in paragraaf 1 wordt de zinsnede "artikel 79, tweede lid" vervangen door de zinsnede "artikel 79, § 3";3° in paragraaf 3 worden de woorden "met een aangetekende brief" vervangen door het woord "schriftelijk";4° in paragraaf 4 wordt de zinsnede "artikel 79, tweede lid" vervangen door de zinsnede "artikel 79, § 3";5° in paragraaf 5 worden de woorden "categorie A of B" vervangen door de woorden "categorie A";6° paragraaf 6 wordt vervangen door wat volgt: " § 6.Als verblijfsgegevensverplichtingen van een elitesporter van categorie B een tweede keer binnen twaalf maanden niet correct zijn nagekomen, deelt NADO Vlaanderen de elitesporter categorie B met een aangetekende brief mee dat hij gedurende een verlengbare periode van zes maanden dezelfde verblijfsgegevensverplichtingen in acht moet nemen als een elitesporter van categorie A. De periode van twaalf maanden, vermeld in het eerste lid, begint op de datum waarop voor de sporter in kwestie de eerste niet-nakoming van de verblijfsgegevensverplichtingen is vastgesteld.

In afwijking van het eerste lid kan NADO Vlaanderen op basis van specifieke omstandigheden die de sporter in kwestie aanreikt, beslissen dat die sporter niet dezelfde verblijfsgegevensverplichtingen in acht moet nemen als een elitesporter van categorie A, maar op individuele basis binnen een periode die NADO Vlaanderen bepaalt en die niet langer dan zes maanden mag zijn, verblijfsgegevens verschaft die de volgende informatie bevatten: 1° voor elke dag een overnachtingsplaats;2° voor elke dag van het kwartaal reguliere activiteiten, met inbegrip van collectieve en individuele trainingsactiviteiten of andere activiteiten als de sporter tijdelijk niet traint. De niet-nakoming van de verplichtingen, vermeld in het derde lid, binnen de periode die conform het derde lid is bepaald, stelt NADO Vlaanderen vast conform de procedure, vermeld in paragraaf 1 tot en met 5, die van overeenkomstige toepassing zijn. Als NADO Vlaanderen besluit dat er een verzuim is van nakoming binnen de periode die conform het derde lid is bepaald, deelt NADO Vlaanderen de elitesporter categorie B met een aangetekende brief mee dat hij gedurende een verlengbare periode van zes maanden dezelfde verblijfsgegevensverplichtingen in acht moet nemen als een elitesporter van categorie A.".

Art. 68.In artikel 81 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden de woorden "of begeleider met woonplaats in het Nederlands taalgebied of aangesloten bij een sportvereniging gevestigd in het Nederlands taalgebied of gepleegd in het Nederlands taalgebied" vervangen door de woorden "of andere persoon, waarbij NADO Vlaanderen het resultatenbeheer heeft over de mogelijke dopingpraktijk";2° er wordt een vijfde lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "Naast de elementen, vermeld in het derde en vierde lid, bevat het disciplinaire dossier al de volgende elementen: 1° de kennisgeving aan de sporter of andere persoon van de mogelijke dopingpraktijk;2° elke informatie die de sporter of andere persoon heeft verstrekt aan NADO Vlaanderen, met inbegrip van schriftelijke verklaringen en andere stukken die de sporter heeft verstrekt;3° de kennisgeving van de tenlastelegging en het sanctievoorstel dat NADO Vlaanderen heeft geformuleerd;4° alle stukken die verband houden met een voorlopige schorsing die is opgelegd aan de sporter of andere persoon in kwestie; 5° In voorkomend geval de aanvaarding van het sanctievoorstel of het verzoek van de sporter of andere persoon om gehoord te worden.".

Art. 69.Artikel 83 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 70.In artikel 84 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° er een punt 2° /1 wordt ingevoegd, dat luidt als volgt: "2° /1 bestuursleden, personeelsleden, leden van een commissie, raadgevers en functiehouders van NADO Vlaanderen;"; 2° een punt 6° en 7° worden toegevoegd, die luiden als volgt: "6° personen die betrokken zijn in het onderzoek naar en de beoordeling van de zaak die voorafgaat aan de eigenlijke disciplinaire beoordeling; 7° personen die betrokken zijn bij het management of de werking van een internationale federatie, een nationale federatie, de organisator van een evenement, een nationaal olympisch of paralympisch comité of een overheidsinstelling die verantwoordelijk is voor sport of antidoping.".

Art. 71.Artikel 85 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt: "

Art. 85.§ 1. Leden of plaatsvervangende leden van de disciplinaire commissie en van de disciplinaire raad zijn deskundig, onafhankelijk en onpartijdig. Bij de aanwijzing en jaarlijks na de aanwijzing bezorgen ze aan NADO Vlaanderen een geschreven verklaring waarin ze hun professionele en persoonlijke banden met sporters, sportverenigingen en wedstrijdorganisatoren meedelen.

Bij een mogelijk belangenconflict laten ze zich vervangen. § 2. De voorzitter deelt de samenstelling van de disciplinaire commissie of, in voorkomend geval, de disciplinaire raad mee uiterlijk op het moment van de oproeping voor de hoorzitting. De sporter of andere persoon die wordt opgeroepen voor de hoorzitting, kan een met redenen omkleed verzoek tot wraking indienen binnen zeven dagen na de dag waarop hij de oproeping heeft ontvangen.

De voorzitter of het lid van de disciplinaire commissie of, in voorkomend geval, de disciplinaire raad kan zich vrijwillig terugtrekken na een verzoek tot wraking dat op hem betrekking heeft.

In dat geval wordt een plaatsvervanger aangewezen.

Als het verzoek tot wraking betrekking heeft op een lid, beslist de voorzitter over het verzoek tot wraking. Als het verzoek betrekking heeft op de voorzitter, beslist het lid van de disciplinaire commissie die jurist is.

Als het verzoek tot wraking gegrond wordt bevonden, wordt een plaatsvervanger aangewezen en wordt de gewijzigde samenstelling van de disciplinaire commissie of, in voorkomend geval, de disciplinaire raad meegedeeld aan de partijen uiterlijk 14 dagen vóór de eerste hoorzitting. § 3. Het secretariaat van de disciplinaire commissie wordt waargenomen door NADO Vlaanderen. Het secretariaat is niet betrokken bij de beraadslagen en het opmaken van de beslissing.

De disciplinaire raad stelt een onafhankelijke secretaris aan die op geen enkele wijze verbonden mag zijn aan NADO Vlaanderen.".

Art. 72.In hoofdstuk 10 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, wordt afdeling 3, die bestaat uit artikel 89 en 90, vervangen door wat volgt: "Afdeling 3. Inhoud van een beslissing

Art. 89.Een beslissing in uitvoering van het resultatenbeheer bevat de volgende elementen: 1° de wettelijke of reglementaire basis en de toepasselijke regels;2° een beschrijving van de feiten;3° de dopingpraktijken;4° de feitelijke grondslagen die aantonen dat de constitutieve elementen van de dopingpraktijk in kwestie zijn vervuld;5° de gevolgen van de dopingpraktijk met verwijzing naar de toepasselijke sanctiebepalingen;6° de beroepsmogelijkheden van de sporter of andere persoon in kwestie tegen de beslissing en de beroepstermijn. Als de dopingpraktijk verband houdt met een afwijkend analyseresultaat, bevat een beslissing als vermeld in het eerste lid bijkomend de volgende elementen: 1° de datum van monsterneming;2° het soort monster dat is afgenomen;3° de vermelding dat de monsterneming binnen of buiten wedstrijdverband is uitgevoerd;4° de aangetroffen verboden stoffen;5° het controlelaboratorium dat de analyse heeft uitgevoerd;6° in voorkomend geval de aanvraag en resultaten van de B-analyse.

Art. 90.Bij de kennisgeving van een beslissing als vermeld in artikel 89 wordt naast de elementen, vermeld in 89, de volgende aanvullende informatie meegedeeld aan de sporter of andere persoon: 1° de draagwijdte van de uitsluiting en de mogelijke gevolgen van de niet-naleving van de status tijdens uitsluiting;2° de mogelijkheid om substantiële hulp te bieden bij het ontdekken van dopingpraktijken;3° dat de sporter nog aan monsterneming onderworpen kan worden tijdens de uitsluiting.

Art. 90/1.Na een definitieve beslissing over een afwijkend of atypisch analyseresultaat, in voorkomend geval nadat beroep is ingesteld, of na afloop van de beroepstermijn waarbij geen beroep is ingesteld, wordt het controlelaboratorium dat de analyse heeft uitgevoerd, ervan op de hoogte gebracht dat de zaak is afgerond.".

Art. 73.Aan hoofdstuk 10 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juni 2019Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 20/09/2019 numac 2019014554 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat de erkenning van dopingcontroleurs en het toezicht op de kwartaalaangifte van verblijfsgegevens betreft type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 02/10/2019 numac 2019041958 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne en titel III van het VLAREM van 16 mei 2014, wat betreft de omzetting van de BBT-conclusies voor grote stookinstallaties type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 07/10/2019 numac 2019014668 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 16/09/2019 numac 2019014447 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring van de wijzigingen van de statuten van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening aangebracht door de Algemene Vergadering van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening op 7 juni 2019 type besluit van de vlaamse regering prom. 28/06/2019 pub. 01/10/2019 numac 2019014646 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende subsidiëring van grondwaardeverlies bij bebossing, ondersteund door de inkomsten van de bosbehoudsbijdrage in geval van ontbossing sluiten, wordt een afdeling 4, die bestaat uit artikel 90/2, toegevoegd, die luidt als volgt: "Afdeling 4. Beroep bij de disciplinaire raad

Art. 90/2.Het beroep bij de disciplinaire raad, vermeld in artikel 36 van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, wordt conform artikel 37 van het voormelde decreet ingesteld met een beroepschrift dat aan de voorzitter van de disciplinaire raad gericht is.

Elk beroepschrift, vermeld in het eerste lid, bevat, op straffe van onontvankelijkheid, al de volgende informatie: 1° de voor- en achternaam van de persoon die het beroep instelt, of, in voorkomend geval, de organisatie die beroep aantekent;2° een verwijzing naar de bestreden beslissing of, in voorkomend geval, als het beroep ingesteld wordt op grond van het uitblijven van een beslissing, een verwijzing naar de procedure waarin geen beslissing is genomen binnen een redelijke termijn;3° een samenvatting van de grieven tegen de beslissing of het uitblijven van de beslissing. Artikel 89 tot en met 90/1 zijn van overeenkomstige toepassing op beslissingen van de disciplinaire raad.".

Art. 74.In hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 en 28 juni 2019, wordt een hoofdstuk 10/1, dat bestaat uit artikel 90/3 en 90/4, ingevoegd, dat luidt als volgt: Hoofdstuk 10/1. Disciplinaire procedure voor niet-competitieve breedtesporters

Art. 90/3.Als NADO Vlaanderen een dopingpraktijk als vermeld in artikel 42/6, § 1, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, vaststelt, brengt ze de niet-competitieve breedtesporter in kwestie op de hoogte van de mogelijke dopingpraktijk binnen veertien dagen nadat NADO Vlaanderen de feiten onderzocht heeft en heeft beslist om de disciplinaire procedure op te starten.

De kennisgeving, vermeld in het eerste lid, bevat minstens de volgende elementen: 1° de voor- en achternaam van de sporter;2° in voorkomend geval, alle gegevens van de monsterneming en de resultaten van de analyse;3° de feiten waarover NADO Vlaanderen beschikt, die wijzen op een mogelijke dopingpraktijk als vermeld in artikel 42/6, § 1, van het voormelde decreet;4° de geschonden rechtsregels;5° de mogelijkheid om verweer in te stellen binnen een termijn die NADO Vlaanderen vaststelt;6° de mogelijke gevolgen van de dopingpraktijk. § 2. Na de kennisgeving, vermeld in paragraaf 1, heeft de breedtesporter in kwestie veertien dagen om zijn mogelijke verweermiddelen te bezorgen aan NADO Vlaanderen. Elk verweer van de breedtesporter wordt door NADO Vlaanderen toegevoegd aan het disciplinaire dossier met de vaststellingen.

NADO Vlaanderen bezorgt, nadat ze de verweermiddelen van de sporter heeft ontvangen, of na afloop van de termijn van veertien dagen, vermeld in het eerste lid, het disciplinaire dossier de disciplinaire commissie, conform artikel 42/9, eerste lid, van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten.

Art. 90/4.NADO Vlaanderen houdt toezicht op: 1° de naleving van de sanctie die de disciplinaire commissie en, in voorkomend geval, de disciplinaire raad heeft opgelegd;2° de naleving van de voorwaarden die in voorkomend geval bepaald zijn bij het verlenen van uitstel bij het opleggen van de sanctie. Als NADO Vlaanderen vaststelt dat de voorwaarden van de sanctie niet worden nageleefd, brengt ze de disciplinaire commissie daarvan onmiddellijk op de hoogte in een gemotiveerd verslag.".

Art. 75.In artikel 92, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "de bijlage" vervangen door de zinsnede "bijlage 2".

Art. 76.De bijlage bij hetzelfde besluit wordt vervangen door bijlage 1, die bij dit besluit is gevoegd.

Art. 77.Aan hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 15 juli 2016 en 28 juni 2019, wordt een bijlage 2 toegevoegd, die als bijlage 2 bij dit besluit is gevoegd.

Art. 78.Artikel 19 tot en met 21 van het decreet van 18 juni 2021Relevante gevonden documenten type decreet prom. 18/06/2021 pub. 03/09/2021 numac 2021042770 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, wat betreft de aanpassing aan de Code 2021 sluiten tot wijziging van het Antidoping decreet van 25 mei 2012Relevante gevonden documenten type decreet prom. 25/05/2012 pub. 12/07/2012 numac 2012035749 bron vlaamse overheid Decreet betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport type decreet prom. 25/05/2012 pub. 28/06/2012 numac 2012203386 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en het decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming met het oog op de omzetting van de Richtlijn 2010/75/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 inzake industriële emissies (1) sluiten, wat betreft de aanpassing aan de Code 2021, treden in werking op de datum van de inwerkingtreding van dit besluit.

Art. 79.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2022.

Art. 80.De Vlaamse minister, bevoegd voor de sport, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 26 november 2021.

De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand, B. WEYTS

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^