gepubliceerd op 28 april 2023
Besluit van de Vlaamse Regering over steun aan de Katholieke Universiteit Leuven ten behoeve van een investering in een onderzoeksinfrastructuur "FOSSIELVRIJE SERRE"
23 DECEMBER 2022. - Besluit van de Vlaamse Regering over steun aan de Katholieke Universiteit Leuven ten behoeve van een investering in een onderzoeksinfrastructuur "FOSSIELVRIJE SERRE"
Rechtsgronden Dit besluit is gebaseerd op: - het
decreet van 21 december 2001Relevante gevonden documenten
type
decreet
prom.
21/12/2001
pub.
29/12/2001
numac
2001036491
bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2002
type
decreet
prom.
21/12/2001
pub.
22/08/2002
numac
2002035711
bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
Decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2002
sluiten, houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2002, artikel 41ter, § 2, ingevoegd bij het decreet van 20 november 2015 en gewijzigd bij het decreet van 15 maart 2019.
Vormvereisten De volgende vormvereisten zijn vervuld: - De Vlaamse minister, bevoegd voor begroting, heeft zijn akkoord gegeven op 20 december 2022.
Motivering Dit besluit is gebaseerd op de volgende motieven: - de noodzaak aan een state-of-the-art serre voor tuinbouw- en landbouwkundig onderzoek aangezien de huidige serre verouderd is. - de noodzaak aan een grotere serre dan de huidige aangezien er extra professoren zijn aangeworven in het domein van plantenonderzoek. - de toenemende vraag vanuit de industrie om onder begeleiding van de universiteit tuinbouwkundig onderzoek op te starten. - het realiseren van de Vlaamse klimaatambities 2030/2050 en van een klimaatneutraal voorbeeldproject voor de Vlaamse glastuinbouw. - een subsidie voor een deel van de investeringskosten nodig is om de financiering van de bouw van de fossielvrije serre sluitend te maken.
Juridisch kader Dit besluit sluit aan bij de volgende regelgeving: - de Kaderregeling betreffende staatssteun voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie van de Europese Commissie (2014/C 198/01).
Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale economie en Landbouw.
Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder: 1° begunstigde: de Katholieke Universiteit Leuven, met KBO-nummer 0419.052.173; 2° project: het project Fossielvrije Serre, waarvan de projectfiche bij partijen gekend is onder VLAIO dossiernummer HBC.2022.0828; 3° projectfiche: de fiche waarin het project uitvoerig wordt beschreven (zie Bijlage 1);4° VLAIO: het intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Agentschap Innoveren en Ondernemen, opgericht bij het besluit van de Vlaamse Regering van 7 oktober 2005Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 07/10/2005 pub. 01/12/2005 numac 2005036483 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse Regering tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Agentschap Infrastructuur type besluit van de vlaamse regering prom. 07/10/2005 pub. 30/11/2005 numac 2005036448 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse Regering tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust type besluit van de vlaamse regering prom. 07/10/2005 pub. 16/11/2005 numac 2005036383 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse Regering tot oprichting van het Agentschap Economie sluiten aangaande het Agentschap Innoveren en Ondernemen.
Art. 2.Het project neemt een aanvang op 1 september 2023 en eindigt op 31 maart 2025.
De concrete uitvoeringsmodaliteiten van het project worden uitvoering beschreven in de projectfiche.
Art. 3.De subsidie voor het project bedraagt maximum 2.000.000,00 euro (twee miljoen euro).
De subsidie, vermeld in het eerste lid, kan alleen worden aangewend voor de financiering van de kosten van het project, beschreven in de projectfiche.
De subsidie wordt aangerekend via middelen investeringsprovisie onder het begrotingsartikel ECH-1ECB5DR-IS, programma 1EC392, op het Fonds voor Innoveren en Ondernemen en wordt gestort op het rekeningnummer dat door de begunstigde wordt aangegeven.
VLAIO kan kleine wijzigingen aan het project inclusief verschuivingen tussen begrotingsrubrieken die de uiteindelijke finaliteit en totale begroting van het voorliggend project onveranderd laten, autonoom goedkeuren.
In het derde lid wordt verstaan onder Fonds voor Innoveren en Ondernemen: het Fonds voor Innoveren en Ondernemen, opgericht bij artikel 41, § 1, van het decreet van 21 december 2001Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/12/2001 pub. 29/12/2001 numac 2001036491 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2002 type decreet prom. 21/12/2001 pub. 22/08/2002 numac 2002035711 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2002 sluiten houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2002.
Art. 4.De begunstigde verbindt zich ertoe om uiterlijk 3 maanden na het behalen van mijlpaal 2, vermeld in de individuele projectfiche, een inhoudelijk en financieel voortgangsverslag op te maken en in te dienen bij VLAIO overeenkomstig artikel 6, derde lid.
Het voortgangsverslag, vermeld in het eerste lid, bevat de volgende elementen: 1° de realisaties van de activiteiten en de voortgang van de mijlpalen, vermeld in de projectfiche;2° een overzicht van de facturen en aanbestedingen. De begunstigde verbindt zich ertoe om uiterlijk 3 maanden na de einddatum van het project, vermeld in artikel 2, eerste lid, een inhoudelijk en financieel eindverslag op te stellen en in te dienen bij VLAIO overeenkomstig artikel 6, derde lid. Dit financieel verslag dient een gedetailleerd overzicht te bevatten van de kosten van de onderzoekinfrastructuur Fossielvrije Serre gerelateerd aan de activiteiten zoals opgenomen in de projectfiche.
Art. 5.De subsidie wordt uitbetaald als volgt: 1° een eerste schijf van 800.000 euro wordt uitbetaald op voorwaarde dat de begunstigde uiterlijk drie maanden na voornoemde startdatum verklaart dat het project is gestart (mijlpaal 1); 2° een tweede schijf van 800.000 euro na de goedkeuring van de verslaggeving na het behalen van mijlpaal 2 (oplevering van de ruwbouw, wind- en waterdicht); 3° een saldo van 400.000 euro na behalen van mijlpaal 3 (oplevering en commissioning), op voorwaarde dat: a) de begunstigde de eindverslaggeving heeft ingediend binnen de 3 maanden na het projecteinde en VLAIO deze verslaggeving heeft goedgekeurd;b) in de mate dat het saldo is verschuldigd, zoals moet blijken uit het financieel eindverslag aan VLAIO. De begunstigde vraagt de uitbetaling van elke schijf van de subsidie aan via het digitaal platform van VLAIO. Hiertoe zal VLAIO de nodige instructie voorzien. Bij elke aanvraag tot uitbetaling vermeldt de begunstigde uitdrukkelijk zijn bankrekeningnummer en het dossiernummer HBC.2022.0828.
Art. 6.VLAIO staat in voor de formele opvolging van de contractuele verplichtingen verbonden aan de toekenning van de subsidie aan het project en voor de uitbetaling van de subsidie.
Bij elke communicatie met VLAIO vermeldt de begunstigde uitdrukkelijk het dossiernummer.
De verslaggeving dient in het e-portaal opgeladen te worden.
Bijkomende informatie kan eventueel ook verstuurd worden naar clusters@vlaio.be, met kopie naar het emailadres van de projectadviseur (frank.verschraegen@vlaio.be) die het project inhoudelijk opvolgt.
Art. 7.Elke wijziging aan het project moet vooraf schriftelijk worden goedgekeurd door VLAIO. In het eerste lid wordt onder meer verstaan onder wijziging: wijziging van de periode, wijziging van de start- of einddatum, wijziging van de afspraken inzake de mijlpalen, stopzetting.
Art. 8.De begunstigde moet de communicatierichtlijnen, vermeld op https://www.vlaio.be/nl/over-ons/communicatieverplichtingen-partners, naleven.
Art. 9.De begunstigde erkent dat de subsidie vermeld in artikel 3, eerste lid, wordt toegekend als niet-economische steun aan organisaties voor onderzoek en kennisverspreiding overeenkomstig de voorschriften van de kaderregeling betreffende staatssteun voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie van de Europese Commissie (2014/C 198/01). De begunstigde verbindt zich ertoe de met de kaderrichtlijn, vermeld gepaard gaande voorwaarden in acht te nemen.
De begunstigde garandeert dat alle resultaten die uit het project komen breed verspreid worden en op een non-discriminatoire wijze, open access aan alle geïnteresseerde partijen zullen ter beschikking worden gesteld aan dezelfde voorwaarden. Eventuele inkomsten uit het project dienen door de begunstigde opnieuw geherinvesteerd te worden in de niet-economische activiteiten van de begunstigde.
Art. 10.Onder voorbehoud van de bevoegdheden van de Inspectie van Financiën en het Rekenhof is VLAIO belast met de controle op de subsidie.
Art. 11.VLAIO vordert de subsidie terug of betaalt de subsidie niet uit met toepassing van de wet van 16 mei 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/05/2003 pub. 25/06/2003 numac 2003003343 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof type wet prom. 16/05/2003 pub. 30/07/2015 numac 2015000394 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof, het decreet van 29 maart 2019 houdende de Vlaamse Codex Overheidsfinanciën en de wet van 7 juni 1994 tot wijziging van het koninklijk besluit van 31 mei 1933 betreffende de verklaringen te doen in verband met subsidies, vergoedingen en toelagen van elke aard, die geheel of gedeeltelijk ten laste zijn van de Staat.
Art. 12.Alle rechten en plichten van de begunstigde, vermeld in dit besluit, zullen in geval van opheffing, overname, fusie of andere vorm van contractuele afspraken tussen de begunstigde en de rechtsopvolger, integraal overgenomen worden door de rechtsopvolger.
Art. 13.Het Vlaamse Gewest is in geen geval aansprakelijk voor de schade aan personen of goederen die rechtstreeks of onrechtstreeks het gevolg is van de activiteiten met betrekking tot de uitvoering van dit besluit. De begunstigde vrijwaart het Vlaamse Gewest tegen elke vordering tot schadevergoeding door derden in dit verband.
Art. 14.De Vlaamse minister, bevoegd voor de innovatie, kan de voorwaarden, vermeld in dit besluit, verder detailleren of verfijnen.
Art. 15.Dit besluit treedt in werking op 1 april 2023.
Art. 16.De Vlaamse minister, bevoegd voor de economie, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 23 december 2022.
De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale economie en Landbouw, J. BROUNS
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld