gepubliceerd op 10 januari 2023
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van artikel 4.160/3 van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021
21 OKTOBER 2022. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van artikel 4.160/3 van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021
Rechtsgronden Dit besluit is gebaseerd op: - de Vlaamse Codex Wonen van 2021, artikel 4.48, vervangen bij het
decreet van 9 juli 2021Relevante gevonden documenten
type
decreet
prom.
09/07/2021
pub.
27/09/2021
numac
2021032652
bron
vlaamse overheid
Decreet houdende aanpassing van de uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2021
type
decreet
prom.
09/07/2021
pub.
10/09/2021
numac
2021021712
bron
vlaamse overheid
Decreet houdende houdende wijziging van diverse decreten met betrekking tot wonen
type
decreet
prom.
09/07/2021
pub.
11/08/2021
numac
2021032190
bron
vlaamse overheid
Decreet tot wijziging van het decreet van 7 juni 2013 betreffende het Vlaamse integratie- en inburgeringsbeleid
type
decreet
prom.
09/07/2021
pub.
25/08/2021
numac
2021032235
bron
vlaamse overheid
Decreet houdende aanpassing van de middelenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2021
sluiten.
Vormvereisten De volgende vormvereisten zijn vervuld: - De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, heeft zijn akkoord gegeven op 5 september 2022. - De Raad van State heeft advies 72.169/3 gegeven op 10 oktober 2022, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.
Motivering Dit besluit is gebaseerd op de volgende motieven: - De COVID-19-pandemie en de crisismaatregelen hadden een zware impact op de werking van de private en sociale huurmarkt. Er werd een toename van het aantal uithuiszettingen verwacht en een grote vraag naar goedkopere woningen. De Vlaamse Regering heeft daarom bij besluit van 19 juni 2020 voorzien in een aanvullende subsidie voor de erkende en gesubsidieerde sociale verhuurkantoren voor de aanwerving van een halftijdse prospectiemedewerker. Met het besluit van de Vlaamse regering van 3 september 2021 kon de tewerkstelling verlengd worden voor een termijn van 12 maanden, die inging op 1 oktober 2021. Omdat de impulssubsidie en de verlenging ervan leidde tot een stabiel aantal inhuurnemingen door sociale verhuurkantoren in 2020 en 2021, ondanks de moeilijke corona-omstandigheden, wordt met voorliggend besluit de mogelijkheid geboden aan sociale verhuurkantoren om de tewerkstelling nogmaals voort te zetten. Alleen de sociale verhuurkantoren die uiterlijk op 1 juni 2022 gebruik maakten van de eerste verlenging, kunnen de tewerkstelling nog met één jaar verlengen. Daarvoor kan opnieuw een subsidie van 25.000 euro per sociaal verhuurkantoor worden toegekend. Op die manier kan de intussen opgebouwde expertise een jaar langer worden ingezet om een bijkomende impuls te geven aan de uitbreiding van het sociaal huuraanbod door sociale verhuurkantoren.
Initiatiefnemer Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend Erfgoed.
Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:
Artikel 1.Aan artikel 4.160/3 van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 2021Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 17/12/2021 pub. 21/02/2022 numac 2022030772 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, wat betreft de sociale huur type besluit van de vlaamse regering prom. 17/12/2021 pub. 15/04/2022 numac 2022040494 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van verschillende besluiten over wonen sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het vierde lid worden de woorden "sociaal verhuurkantoor" vervangen door de woorden "erkende woonmaatschappij"; 2° een vijfde en een zesde lid worden toegevoegd, die luiden als volgt : "De minister kan in het begrotingsjaar 2021 naast de subsidie, vermeld in het vierde lid, een bijkomende subsidie van maximaal 25.000 euro toekennen voor de voortzetting van de tewerkstelling van een bijkomend halftijds personeelslid dat ingezet wordt voor prospecties op de private huurmarkt. Alleen de erkende woonmaatschappijen die, met toepassing van het vierde lid, uiterlijk op 1 juni 2021 een bijkomend personeelslid hebben aangeworven, komen in aanmerking voor de bijkomende subsidie. De loonkosten die verbonden zijn aan de verlengde tewerkstelling, kunnen voor een periode van maximaal twaalf maanden, die ingaat op 1 oktober 2021, worden gesubsidieerd. De halftijdse prospectiemedewerker wordt ingezet om prospecties uit te voeren met het oog op nieuwe inhuurnemingen. De minister bepaalt de wijze waarop de bijkomende personeelskosten die verbonden zijn aan de aanwerving door de erkende woonmaatschappij, worden aangetoond en stelt de uitbetalingsvoorwaarden vast.
De minister kan in het begrotingsjaar 2022 naast de subsidie, vermeld in het vijfde lid, een bijkomende subsidie van maximaal 25.000 euro toekennen voor de voortzetting van de tewerkstelling van een bijkomend halftijds personeelslid dat ingezet wordt voor prospecties op de private huurmarkt. Alleen de erkende woonmaatschappijen die met toepassing van het vijfde lid, uiterlijk op 1 juni 2022 gebruik maakten van de verlengde tewerkstelling, komen in aanmerking voor de bijkomende subsidie. De loonkosten die verbonden zijn aan de verlengde tewerkstelling, kunnen voor een periode van maximaal twaalf maanden, die ingaat op 1 oktober 2022, worden gesubsidieerd. De halftijdse prospectiemedewerker wordt ingezet om prospecties uit te voeren met het oog op nieuwe inhuurnemingen. De minister bepaalt de wijze waarop de bijkomende personeelskosten die verbonden zijn aan de aanwerving door de erkende woonmaatschappij, worden aangetoond en stelt de uitbetalingsvoorwaarden vast.".
Art. 2.Tot 30 juni 2023 worden de erkende sociale verhuurkantoren die nog niet zijn omgevormd tot woonmaatschappijen, voor de toepassing van artikel 4.160/3, van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 gelijkgesteld met woonmaatschappijen.
Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 21 oktober 2021.
Art. 4.De Vlaamse minister, bevoegd voor het woonbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 21 oktober 2022.
De minister-president van de Vlaamse Regering, J. JAMBON De Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend Erfgoed, M. DIEPENDAELE