gepubliceerd op 15 augustus 1997
Besluit van de Vlaamse regering betreffende het toezicht door ambtenaren van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap op de kwijting van het kijk- en luistergeld
15 JULI 1997. - Besluit van de Vlaamse regering betreffende het toezicht door ambtenaren van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap op de kwijting van het kijk- en luistergeld
De Vlaamse regering, Gelet op de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten, inzonderheid op artikel 5bis, ingevoegd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993;
Gelet op de wet van 13 juli 1987 betreffende het kijk- en luistergeld, inzonderheid op artikel 1, 14, 18, 19, 21 en 26;
Gelet op het decreet van 8 juli 1997 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 1997 inzonderheid op artikel 30;
Gelet op het koninklijk besluit van 3 augustus 1987 betreffende het kijk- en luistergeld;
Gelet op het ministerieel besluit van 4 augustus 1987 betreffende het kijk- en luistergeld, inzonderheid op arti-kel 2 en 4;
Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 1 april 1997;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Financiën, Begroting en Gezondheidsbeleid;
Na beraadslaging, Besluit
Artikel 1.Wat de Vlaamse Gemeenschap betreft, wordt voor de toepassing van de wet van 13 juli 1987 betreffende het kijk- en luistergeld verstaan onder : Dienst Kijk- en Luistergeld : het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, departement Algemene Zaken en Financiën, administratie Budgettering, Accounting en Financieel Management, Dienst Kijk- en Luistergeld, Boudewijnlaan 30, te 1000 Brussel.
Art. 2.Wat de Vlaamse Gemeenschap betreft, worden de aanvragen om toestemming te bekomen om het verschuldigde kijkgeld in meer dan twee delen te betalen als bedoeld in artikel 14, derde lid, van de wet van 13 juli 1987 betreffende het kijk- en luistergeld, schriftelijk ingediend bij de Dienst Kijk- en Luistergeld.
De heer Tony Verelst, directeur, en bij diens verhindering de heer Yves Hantson, directeur, bij de Dienst Kijk- en Luistergeld, worden gemachtigd de in het eerste lid bedoelde toestemming te verlenen.
Art. 3.Wat de Vlaamse Gemeenschap betreft, worden de heer Robert Collin, waarnemend directeur-generaal, en bij diens verhindering de heer Hugo Gemoets, directeur, bij de Dienst Kijk- en Luistergeld, gemachtigd om, met toepassing van artikel 19 van de wet en artikel 2 van het ministerieel besluit de vrij stelling te verlenen.
De aanvragen daartoe worden schriftelijk ingediend bij de Dienst Kijk- en Luistergeld.
Art. 4.Wat de Vlaamse Gemeenschap betreft en onverminderd de toepassing van de bepalingen van artikel 21, 2° tot 5°, van de wet van 13 juli 1987 betreffende het kijk- en luistergeld, worden ter opsporing en vaststelling in processen-verbaal van de overtredingen van de bepalingen van deze wet en van de uitvoeringsbesluiten ervan, de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie toegekend aan de hiernavermelde ambtenaren : 1° de heer Robert Collin, waarnemend directeur-generaal;2° de heer Yves Hantson, directeur;3° de heer Erik Meert, medewerker;4° de heer Hugo Gemoets, directeur;5° de heer Marc Dekort, adjunct van de directeur;6° de heer Hugues Mommens, adjunct van de directeur.
Art. 5.Wat de Vlaamse Gemeenschap betreft, wordt artikel 4 van het ministerieel besluit van 4 augustus 1987 betreffende het kijk- en luistergeld vervangen door wat volgt : «
Art. 4.De dwangbevelen bedoeld in artikel 26 van de wet van 13 juli 1987 betreffende het kijk- en luistergeld en waarvan het model als bijlage bij dit besluit is gevoegd, worden door de heer Tony Reyniers, adjunct van de directeur, en bij diens verhindering door de heer Jozef Defever, adjunct van de directeur, bij de Dienst Kijk- en Luistergeld uitgegeven.
De heer Tony Reyniers voornoemd, en bij diens verhindering de heer Jozef Defever voornoemd, worden tevens gemachtigd om de ontdoken bedragen bedoeld in artikel 18 van de wet van 13 juli 1987 betreffende het kijk- en luistergeld te verdubbelen. » De dwangbevelen en de verdubbeling van de ontdoken bedragen worden geviseerd en uitvoerbaar verklaard door de heer Yves Hantson, directeur, en bij diens verhindering door de heer Tony Verelst, directeur, bij de Dienst Kijk- en Luistergeld. »
Art. 6.De Vlaamse minister, bevoegd voor de financiën, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 15 juli 1997.
De minister-president van de Vlaamse regering, L. VAN DEN BRANDE De Vlaamse minister van Financiën, Begroting en Gezondheidsbeleid, Mevr. W. DEMEESTER-DE MEYER DEPARTEMENT ALGEMENE ZAKEN EN FINANCIEN Administratie Budgettering, Accounting en Financieel Management Dienst Kijk- en Luistergeld DWANGBEVEL nummer :.............................
Gelet op de wet van 13 juli 1987 betreffende het kijk- en luistergeld en de besluiten in uitvoering van deze wet genomen;
Overwegende dat : De heer / Mevrouw geboren te op.......................................................................... wonende te (postnummer en gemeente) (straat en huisnummer) aan de Vlaamse Gemeenschap de som van frank verschuldigd is, dit om verzuimd te hebben het kijk- en luistergeld te kwijten zoals wordt voorgeschreven door de artikelen 2, 3, 4, 9, 11, 13, 15 of 18 van de wet van 13 juli 1987 betreffende het kijk- en luistergeld.
Het bovengenoemd bedrag is gedetailleerd als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld {ali8}Bij toepassing van artikel 26 van die wet en van artikel 4 van het ministerieel besluit van 4 augustus 1987, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van..................., ter uitvoering ervan, bevelen wij dat deze schuld zal worden ingevorderd bij dwangbevel.
Uitgegeven door De heer.............................., directeur bij het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, administratie Budgettering, Accounting en Financieel Management, dienst Kijk- en Luistergeld, heeft het onderhavige dwangbevel met nummer.................... betreffende het kijk- en luistergeld geviseerd en uitvoerbaar verklaard te Brussel op..................................................
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Vlaamse regering van 15 juli 1997 betreffende het toezicht door ambtenaren van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap op de kwijting van het kijk- en luistergeld.
Brussel, 15 juli 1997.
De minister-president van Vlaamse regering, L. VAN DEN BRANDE De Vlaamse minister van Financiën, Begroting en Gezondheidsbeleid, Mevr. W. DEMEESTER-DE MEYER