21 JANUARI 2010. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de organisatie en de werking van de Raden van beroep van het gespecialiseerd secundair onderwijs met volledig leerplan

De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 24 juli 1997 dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren, inzonderheid op de artikelen 97, § 5, tweede lid en 98 bis, § 4;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 17 november 2009;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 11 december 2009;

Gelet op het overleg met het Overlegcomité van de vertegenwoordigings- en coördinatieorganen van de inrichtende machten van het onderwijs en van de gesubsidieerde psycho-medisch-sociale centra van 18 december 2009;

Gelet op de inwerkingtreding van dit besluit op 1 januari 2010, vereist door de inwerkingtreding op 1 september 2009 van het decreet van 24 juli 1997 dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren, inzonderheid op de artikelen 97 en 98bis, zoals gewijzigd bij het decreet van 5 februari 2009 houdende bepalingen inzake het gespecialiseerd onderwijs en de opvang van kinderen en adolescenten met specifieke behoeften in het leerplichtonderwijs. De dringende noodzakelijkheid van de aanvraag om advies van de Raad van State binnen de vijf dagen wordt gemotiveerd door het feit dat het decreet tot oprichting van de Raden van beroep voor de beslissingen van de klassenraden in het gespecialiseerd secondair onderwijs, op 1 september 2009 van toepassing is geworden.

De eerste Raden van beroep zouden tussen 5 en 15 januari 2011 georganiseerd kunnen worden. Een juridische zekerheid dient daarom gewaarborgd te worden voor de beslissingen die genomen zullen worden;

Gelet op het advies 47.683/2 van de Raad van State, gegeven op 6 januari 2010, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996, de wet van 8 september 1997 en de wet van 2 april 2003;

Op de voordracht van de Minister van Leerplichtonderwijs en van Onderwijs voor sociale promotie;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Installatie van de Raden van beroep

Artikel 1.Er wordt bij het Algemeen bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek, Algemene Directie Leerplichtonderwijs, een Raad van beroep geïnstalleerd voor de beslissingen van de klassenraden van beraadslaging in het niet-confessioneel gespecialiseerd secundair onderwijs met volledig leerplan.

Art. 2.Er wordt bij het Algemeen bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek, Algemene Directie Leerplichtonderwijs, een Raad van beroep geïnstalleerd voor de beslissingen van de klassenraden van beraadslaging in het confessioneel gespecialiseerd secundair onderwijs met volledig leerplan. HOOFDSTUK II. - Werking van de Raden van beroep

Art. 3.In geval van ontslagneming of overlijden van een lid, wordt het vervangen. Het aldus aangewezen lid voltooit het mandaat van zijn voorganger. Een lid wordt als van ambtswege ontslagnemend beschouwd als hij de hoedanigheid verliest waarvoor hij aangewezen werd.

Art. 4.Voor zover deze notie op ze van toepassing is, worden de leden geacht in dienstactiviteit te zijn wanneer ze zitting hebben bij de Raden van beroep.

Art. 5.De vergaderingen van de Raden van beroep vinden plaats ten zetel van de Algemene Directie Leerplichtonderwijs en bij elke andere plaats vermeld in de oproepingsbrief. Het secretariaat van beide Raden wordt door de Algemene Dienst voor basisonderwijs en gespecialiseerd onderwijs waargenomen.

Art. 6.In het gespecialiseerd secundair onderwijs van vorm 4 houden de Raden van beroep zitting ten laatste tussen 16 en 31 augustus voor de beslissingen van de klassenraden met betrekking tot de beraadslagingen van juni en tussen 15 september en 10 oktober voor de beslissingen van de klassenraden met betrekking tot de beraadslagingen van september.

In het secundair onderwijs van vorm 3 houden de Raden van beroep zitting ten laatste tussen 5 en 15 januari of tussen 21 mei en 31 mei voor de beslissingen van de klassenraden met betrekking tot de weigering om de leerling die twee schooljaren in de derde fase gevolgd heeft, toe te laten de kwalificatieproef af te leggen.

In het secundair onderwijs van vorm 3 houden de Raden van beroep ook zitting ten laatste tussen 16 augustus en 31 augustus voor de beslissingen van de klassenraden met betrekking tot de weigering om het slaagattest van de fase uit te reiken en de weigering om de getuigschriften uit te reiken met uitsluiting van het kwalificatiegetuigschrift.

In het gespecialiseerd secundair onderwijs van vormen 1, 2, 3 en 4 houden de Raden van beroep zitting ten laatste tussen 5 januari en 15 januari, tussen 21 mei en 31 mei of tussen 16 augustus en 31 augustus voor de beslissingen van de klassenraden met betrekking tot de inschrijving in een onderwijsvorm of de overschakeling van een onderwijsvorm naar een andere.

Bovendien, in het gespecialiseerd secundair onderwijs van vormen 1, 2, 3 en 4, bij dringende noodzakelijkheid, kunnen de Raden van beroep op elk ogenblik zitting houden.

Art. 7.De oproepingen voor de vergaderingen worden aan de leden gestuurd door het secretariaat, minstens vijf werkdagen vóór de datum van de zitting, met dien verstande dat zaterdag niet als werkdag meetelt. In de oproepingen wordt de agenda vermeld.

In noodgevallen : 1° kunnen de oproepingen bezorgd worden via elektronische weg en bevestigd langs de post, 2° kan de voorzitter de termijn tot twee werkdagen verkorten. De Raden van beroep kunnen slechts beslissen en beraadslagen over de punten die op de agenda staan.

Art. 8.De Raden van beroep kunnen enkel beraadslagen wanneer vijf leden aanwezig zijn.

De werkende leden en de inspecteur-generaal-coördinator die verhinderd zijn, zorgen ervoor dat ze respectievelijk vervangen worden door hun plaatsvervanger of afgevaardigde.

Bij verhindering van de voorzitter wordt de Raad van beroep voorgezeten door zijn afgevaardigde.

Wanneer een lid hoofd is van de bij het beroep betrokken inrichting of de echtgenoot(e), een bloedverwante of een aanverwante tot de vierde graad is, met inbegrip van de betrokken leerling, kan hij niet zitting hebben in de Raad van beroep.

De Raad van beroep controleert voorafgaandelijk of het ingediende beroep ontvankelijk is, met inachtneming van de voorwaarden bedoeld in artikel 98bis van voornoemd decreet van 24 juli 1997.

Art. 9.Er wordt kennis gegeven van de beslissingen van de Raden van beroep de dag zelf, in tweevoud, door de voorzitter of zijn afgevaardigde, aan het secretariaat, dat er rechtstreeks een exemplaar van overzendt aan het hoofd van de inrichting en dat tegelijkertijd de leerling inlicht als hij meerderjarig is of zijn ouders of de persoon bekleed met het ouderlijk gezag als hij minderjarig is, per aangetekende brief.

Art. 10.De Raden van beroep stellen in samenwerking het huishoudelijk reglement op dat ter goedkeuring van de Minister belast met het gespecialiseerd onderwijs wordt voorgelegd.

Art. 11.De Raden van beroep stellen ieder jaar een activiteitenverslag op dat overgezonden wordt naar de Algemene Directie Leerplichtonderwijs en naar de Minister belast met het Gespecialiseerd Onderwijs. HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen

Art. 12.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2010.

Art. 13.De Minister van Gespecialiseerd Onderwijs wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 21 januari 2010.

De Minister van Leerplichtonderwijs en van Onderwijs voor sociale promotie, Mevr. M.-D. SIMONET