Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 16 november 2017
gepubliceerd op 06 december 2017

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de voorwaarden die de studentenwoningen moeten vervullen om het label "kwaliteitsvolle studentenwoning" te bekomen

bron
brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2017031730
pub.
06/12/2017
prom.
16/11/2017
ELI
eli/besluit/2017/11/16/2017031730/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

16 NOVEMBER 2017. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de voorwaarden die de studentenwoningen moeten vervullen om het label "kwaliteitsvolle studentenwoning" te bekomen


De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op artikel 20 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten `tot hervorming der instellingen';

Gelet op artikel 8, eerste lid, van de bijzondere wet van 12 januari 1989 `met betrekking tot de Brusselse Instellingen';

Gelet op artikel 254 van de Brusselse Huisvestingscode, ingevoegd door de ordonnantie van 27 juli 2017 met oog op de regionalisering van de huurovereenkomst tot wijziging van de ordonnantie van 17 juli 2003 houdende de Brusselse Huisvestingscode;

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 4 september 2003Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 04/09/2003 pub. 19/09/2003 numac 2003031454 bron ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot bepaling van de elementaire verplichtingen inzake veiligheid, gezondheid en uitrusting van de woningen sluiten tot bepaling van de elementaire verplichtingen inzake veiligheid, gezondheid en uitrusting van de woningen, gewijzigd door het besluit van 9 maart 2006;

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 15 april 2004Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 15/04/2004 pub. 05/05/2004 numac 2004031198 bron ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot bepaling van bijkomende verplichtingen inzake brandvoorkoming in de te huur gestelde woningen sluiten tot bepaling van bijkomende verplichtingen inzake brandvoorkoming in de te huur gestelde woningen;

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 20 juli 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 20/07/2014 pub. 26/08/2014 numac 2014031674 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de bevoegdheden van de ministers van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 20/07/2014 pub. 10/09/2014 numac 2014031678 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de samenstelling en de werking van de kabinetten van de leden van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering en van de Gewestelijke Staatssecretarissen sluiten tot vaststelling van de bevoegdheden van de Ministers van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 31 januari 2017;

Gelet op het akkoord van de minister van Begroting, gegeven op 2 februari 2017;

Gelet op het advies van de adviesraad voor huisvesting en stadsvernieuwing van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gegeven op 17 maart 2017;

Gelet op het advies nr. 62.127/3 van de Raad van State, gegeven op 10 oktober 2017 in toepassing van artikel 84, § 1, 1ste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op de gendertest uitgevoerd op 23 oktober 2017 in toepassing van artikel 13, § 2 van het Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 24 april 2014 houdende uitvoering van de Ordonnantie van 29 maart 2012 houdende de integratie van de genderdimensie in de beleidslijnen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;

Op voordracht van de minister van Huisvesting, Levenskwaliteit, Leefmilieu en Energie;

Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° Label : de benaming "kwaliteitsvolle studentenwoning" die in overeenstemming met artikel 7 toegekend wordt;2° Studentenwoning : het gebouw of het gedeelte van het gebouw dat enkel gebruikt of bestemd wordt voor de woonst van een student of verschillende studenten die in een instelling voor studies van het secundair onderwijs of in een instelling van hoger onderwijs ofwel in een centrale examencommissie ingeschreven zijn;3° Verhuurder : de persoon die een studentenwoning verhuurt of te huur aanbiedt;4° Huurder : de student die een studentenwoning in huur neemt;5° Gelabelde studentenwoning : een studentenwoning met het label;6° Studentenwoninghuurovereenkomst : een woninghuurovereenkomst die uitsluitend voor studentenhuisvesting bestemd is zoals in artikel 2, § 1, 31°, van de Brusselse Huisvestingscode bepaald is;7° Code : de Brusselse Huisvestingscode;8° Minister : de minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering bevoegd voor Huisvesting;9° Bestuur : de Gewestelijke Inspectiedienst van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bedoeld in artikel 6 van de Code. HOOFDSTUK II. - Voorwaarden voor het bekomen van het label en kwalitatieve evaluatie van de studentenwoning

Art. 2.Iedere verhuurder van een studentenwoning kan een aanvraag voor een label bij het bestuur indienen in overeenstemming met de voorwaarden die in dit hoofdstuk opgesomd zijn.

Art. 3.De aanvraag voor het bekomen van het label wordt goedgekeurd wanneer de volgende voorwaarden vervuld zijn : 1° de studentenwoning voldoet aan de vereisten zoals bedoeld door het besluit van 4 september 2003 tot bepaling van de elementaire verplichtingen inzake veiligheid, gezondheid en uitrusting van de woningen en die zoals bedoeld door het besluit van 15 april 2004 tot bepaling van bijkomende verplichtingen inzake brandvoorkoming in de te huur gestelde woningen;2° de studentenwoning wordt in het kader van een studentenwoninghuurovereenkomst verhuurd;3° de verhuurder deelt overeenkomstig het in artikel 5 bedoelde aanvraagformulier de in artikel 217, § 1 bedoelde informatie mee.

Art. 4.§ 1. Het label kan aangevuld worden door een kwalitatieve evaluatie van de studentenwoning houdende de volgende kwaliteitscriteria : 1° Voorzieningen 2° Nabijheid 3° Aansluitingsmogelijkheden 4° Energieprestaties 5° Akoestiek § 2.Voor ieder criterium bedoeld in § 1, omschrijft de minister nader de kenmerken van de studentenwoning die in het kader van de kwalitatieve evaluatie in aanmerking moeten genomen worden. HOOFDSTUK III. - Procedure voor het bekomen van het label

Art. 5.Voor elke bepaalde studentenwoning dient de verhuurder, schriftelijk, een aanvraag bij het bestuur in voor het bekomen van het label. Hiertoe gebruikt hij het aanvraagformulier voor het label waarvan het model door de minister vastgesteld is.

Art. 6.De aanvraag voor het bekomen van het label omvat: 1° het naar behoren ingevulde aanvraagformulier bedoeld in artikel 5;2° een kopie van de studentenwoninghuurovereenkomst indien de woning verhuurd wordt op het moment van indienen van de aanvraag of een verbintenis op erewoord om een studentenwoninghuurovereenkomst te gebruiken wanneer ze verhuurd zal worden;3° een kopie van het geldige energieprestatiecertificaat;4° een heldere, geharmoniseerde en transparante communicatie over de huurprijs en over de lasten en het verbruik, op provisionele of forfaitaire basis, ongeacht of zij van privatieve dan wel van gemeenschappelijke aard zijn, en die van toepassing zijn wanneer de woning wordt verhuurd.

Art. 7.Wanneer de voorwaarden voor het bekomen van het label vervuld zijn, dan wordt dit door het bestuur verleend. In het tegenovergestelde geval wordt het geweigerd.

Van de beslissing tot toekenning of weigering van het label wordt aan de aanvrager van het label, binnen een termijn van een maand te rekenen vanaf de ontvangst van het aanvraagformulier bedoeld in artikel 5, door middel van aangetekende zendingofficieel kennisgegeven.

In geval van weigering kan de verhuurder binnen de maand van de kennisgeving van deze beslissing deze beslissing door middel van een aangetekende zendingbetwisten. Opdat zijn betwisting ontvankelijk zou zijn, duidt hij de redenen aan waarop ze gegrond is.

Het bestuur antwoordt op deze betwisting binnen de twee maanden na de ontvangst ervan, ofwel door het label toe te kennen, ofwel door de beslissing van weigering te handhaven. Bij ontstentenis, wordt de betwisting geacht gegrond te zijn en is het label toegekend.

Voor de berekening van de termijnen geldt de poststempel als bewijs, zowel voor de verzending als voor de ontvangst of de weigering. HOOFDSTUK IV. - Vorm en duur van het label

Art. 8.De minister stelt het model van het label vast.

Art. 9.Het toegekende label is geldig voor een duur van 5 jaar vanaf de kennisgeving van de beslissing tot toekenning. HOOFDSTUK V. - Controle en intrekking van het label

Art. 10.Op elk ogenblik, vanaf de indiening van de aanvraag voor het label, en wanneer dit verleend is, gedurende zijn geldigheidsduur, kan het bestuur tot een controle overgaan van de naleving van de voorwaarden van het label als bedoeld in artikel 3, indien nodig door middel van een bezoek van de gelabelde studentenwoning.

Deze bezoeken worden georganiseerd in overeenstemming met artikel 7, §§ 1 en 2, lid 1°, 2° en 3° en lid 2 van de Brusselse Huisvestingscode.

Op elk ogenblik, vanaf de toekenning van het label en gedurende de geldigheidsduur ervan, neemt de verhuurder die niet langer aan een student zou verhuren, contact op met het bestuur om deze bestemmingswijziging aan te geven. Wanneer hij dit doet, wordt de gelabelde woning tijdelijk van het platform bedoeld in artikel 16 weggelaten zonder dat het label overeenkomstig artikel 12 wordt ingetrokken.

Om zijn woning opnieuw te zien opnemen op dit platform, stuurt de verhuurder enkel een studentenwoninghuurovereenkomst of een verbintenis op erewoord om er een te gebruiken, in overeenstemming met artikel 6, 2°, terug.

Indien hij enkel een verbintenis op erewoord meedeelt, levert hij binnen de drie maanden van deze mededeling eveneens het bewijs van de beëindiging van de huurovereenkomst die met de huurder die niet student is, aangegaan werd, zo niet zal de woning opnieuw van het platform gehaald worden.

Art. 11.Na afloop van de controle bedoeld in artikel 10, stelt het bestuur een verslag op waarin aangegeven wordt of de voorwaarden bedoeld in artikel 3 al dan niet nageleefd zijn.

Art. 12.Het label wordt ingetrokken wanneer: 1° het toegekend is op basis van valse, onvolledige of onjuiste verklaringen;2° de verhuurder van de studentenwoning de organisatie of het laten plaatsgrijpen van het bezoek bepaald in artikel 10, rechtstreeks of onrechtstreeks, binnen een redelijke termijn, verhindert;3° de in artikel 10 beoogde controle heeft aan het licht gebracht dat de in artikel 3 bepaalde voorwaarden niet nageleefd worden. Het label wordt evenwel niet ingetrokken wanneer ter gelegenheid van de uitgevoerde controle blijkt dat de woning tijdelijk aan een huurder die niet student is ter beschikking is gesteld en dat de verhuurder voorafgaandelijk in overeenstemming met artikel 10 hiervan het bestuur op de hoogte gebracht heeft.

Art. 13.Van de beslissing tot intrekking van het label wordt, vergezeld van het verslag die ze verantwoordt bedoeld in artikel 11, door middel van aangetekende zending binnen een termijn van twee maanden, te rekenen vanaf de ter gelegenheid van de controle bedoeld in artikel 10 verrichte vaststellingen aan de verhuurder en aan de huurder van de studentenwoning kennisgegeven.

De verhuurder kan de beslissing tot intrekking van het label binnen een termijn van twee maanden te rekenen vanaf de in het eerste lid bedoelde kennisgeving via aangetekende zending bij het Bestuur betwisten. Opdat zijn betwisting ontvankelijk zou zijn, duidt hij de redenen aan waarop ze gegrond is.

Deze betwisting maakt het voorwerp uit van een antwoord van het bestuur binnen een termijn van twee maanden van haar ontvangst. Bij ontstentenis, wordt de betwisting geacht gegrond te zijn en is het label toegekend.

De beslissing tot intrekking van het label heeft pas uitwerking na afloop van de termijn van twee maanden bedoeld in het tweede lid of, in het geval dat er een betwisting ingediend is, op het moment dat de beslissing tot intrekking bevestigd is.

Voor de berekening van de termijn, geldt zowel de datum van de poststempel voor de verzending als voor de ontvangst of voor de weigering. HOOFDSTUK VI. - Hernieuwing van het label

Art. 14.Op verzoek van de verhuurder van de gelabelde studentenwoning wordt het label telkens voor een periode vernieuwd die identiek is aan de periode bedoeld in artikel 9.

Art. 15.De artikelen 5 tot 13 zijn analoog van toepassing op de aanvraag tot hernieuwing van het label. HOOFDSTUK VII. - Digitaal platform dat een lijst met de gelabelde woningen omvat

Art. 16.Een digitaal platform dat online toegankelijk is en dat de lijst en de beschrijving van de gelabelde studentenwoningen omvat, wordt volgens de modaliteiten die door de minister vastgelegd worden, tot stand gebracht.

De aanvraag tot het bekomen van het label bedoeld in artikel 5 veronderstelt de instemming van de aanvrager van het label met de vermelding van de studentenwoning op het digitale platform bedoeld in het eerste lid. Het platform kan door het publiek geraadpleegd worden. HOOFDSTUK VIII. - Conflictoplossing

Art. 17.Onverminderd het recht om in rechte op te treden, kunnen de ondertekenaars of begunstigden van een huurovereenkomst in verband met een overeenkomstig dit besluit gelabelde woning elk geschil voorleggen aan een bemiddelaar die overeenkomstig het Gerechtelijk Wetboek inzake bemiddeling op een door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vastgestelde indicatieve lijst erkend is.

De minister stelt de modaliteiten vast volgens welke de bemiddelaar kan optreden. HOOFDSTUK IX. - Slotbepalingen

Art. 18.De minister wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 16 november 2017.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, De minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, R. VERVOORT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor Huisvesting, C. FREMAULT

^