gepubliceerd op 29 juni 2015
Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot bepaling van het huishoudelijk reglement van de evaluatiecommissie voor de mandaathouders van het ministerie en van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
2 APRIL 2015. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot bepaling van het huishoudelijk reglement van de evaluatiecommissie voor de mandaathouders van het ministerie en van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen;
Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 27 maart 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 27/03/2014 pub. 05/06/2014 numac 2014031405 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van het ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 27/03/2014 pub. 05/06/2014 numac 2014031406 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest sluiten houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (ook genoemd: Statuut van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest), artikelen 494 tot 503;
Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 27 maart 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 27/03/2014 pub. 05/06/2014 numac 2014031405 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van het ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 27/03/2014 pub. 05/06/2014 numac 2014031406 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest sluiten houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (ook genoemd: Statuut van de ambtenaren van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest), artikelen 493 tot 502;
Op voorstel van de minister van Openbaar Ambt;
Na beraadslaging, Besluit : HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN DE EVALUATIECOMMISSIE
Artikel 1.Conform artikel 1, § 3, van het personeelsstatuut van het ministerie en de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, worden de termijnen in kalenderdagen geteld, en omvatten ze alle dagen, zelfs de zaterdagen, zondagen en feestdagen.
Elke termijn wordt berekend vanaf de dag volgend op de afgifte van het stuk of vanaf de derde werkdag volgend op de aangetekende verzending ervan, waarbij de postdatum als bewijs geldt, tenzij de geadresseerde het tegendeel bewijst. HOOFDSTUK I. - Zetel
Art. 2.De evaluatiecommissie opgericht bij artikel 494 van het statuut van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en bij artikel 493 van het statuut van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zetelt in het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, City Center, Kruidtuinlaan 20, te 1035 Brussel.
De secretarissen kiezen onder hen een coördinator voor het secretariaat. HOOFDSTUK II. - Aanhangigmaking van de evaluatiecommissie en oproeping van de leden
Art. 3.Voor elke mandataris stuurt het secretariaat van de commissie na de evaluatieperiode per post en ter aanvulling per mail een schrijven naar de voorzitter van commissie met daarin de naam van de door de commissie te evalueren mandataris.
Binnen de vijftien dagen na ontvangst van dit schrijven vraagt de voorzitter van de evaluatiecommissie per aangetekend schrijven, en ter aanvulling per mail, aan elke te evalueren mandaathouder, om hem binnen de dertig dagen na ontvangst het activiteitenverslag door te sturen dat de mandaathouder na afloop van zijn evaluatieperiode op basis van het door de minister vastgelegde model opgesteld heeft, overeenkomstig artikel 496 van het statuut van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en artikel 495 van het statuut van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Gelijktijdig wint het secretariaat van de commissie het advies of de adviezen in zoals bepaald in artikel 498 van het statuut van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en zoals bepaald in artikel 497 van het statuut van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende het behalen van de objectieven zoals bepaald in artikel 464 van het statuut van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en artikel 463 van het statuut van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Het secretariaat draagt deze over aan de leden van de commissie per post verstuurde brief en ter aanvulling per mail ten laatste 10 dagen voor het evaluatiegesprek.
Art. 4.De evaluatiecommissie wordt door de voorzitter bijeengeroepen via per post verstuurde brief en ter aanvulling per mail.
De oproepingsbrief wordt minstens tien dagen voor de zitting naar de effectieve leden en de plaatsvervangers gestuurd.
Art. 5.In geval van verhindering brengen de effectieve leden de voorzitter en de secretaris hiervan op de hoogte zodat voor vervanging gezorgd kan worden. Dit dient per brief, en ter aanvulling per mail te gebeuren en, behoudens uitzonderlijke en met redenen omklede omstandigheden, minstens vijf dagen voor het plaatsvinden van de zitting.
Art. 6.De documentatie betreffende elk dossier wordt als bijlage toegevoegd aan de oproepingsbrief van de leden, die ook de agenda bevat.
Zodra de oproepingsbrief verzonden is, kan de documentatie eveneens worden geraadpleegd bij het secretariaat van de bedoelde evaluatiecommissie, op het administratieve adres van laatstgenoemde.
Art. 7.De Regering kan een extern bureau aanstellen om de evaluatiecommissie in haar opdrachten bij te staan. HOOFDSTUK III. - Oproeping van de mandaathouders
Art. 8.De voorzitter roept de mandaathouder op voor een evaluatiegesprek. Dit gebeurt minstens tien dagen voor het gesprek via aangetekende brief, en ter aanvulling per mail met ontvangstbevestiging. Bij de oproeping voegt hij de adviezen, zoals bepaald in artikel 498 van het statuut van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en zoals bepaald in artikel 497 van het statuut van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
De oproepingsbrief bevat de ledenlijst van de evaluatiecommissie.
Art. 9.De leden van de commissie moeten voordat het evaluatiegesprek plaatsvindt, beschikken over het activiteitenverslag, bedoeld in artikel 2, tweede lid, van dit reglement.
Daartoe bevestigt het secretariaat ontvangst van dit verslag en stuurt dit per post, en ter aanvulling per mail, door naar de leden van de evaluatiecommissie, binnen de kortst mogelijke termijn en ten laatste tien dagen voor het evaluatiegesprek. HOOFDSTUK IV. - Zitting en stemming
Art. 10.De voorzitter opent en sluit de zittingen.
Hij leidt de debatten en waakt over het goede verloop van de zitting.
Hij gaat na of de samenstelling van de evaluatiecommissie in overeenstemming is met artikel 494 van het statuut van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en met artikel 493 van het statuut van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Bij afwezigheid van de voorzitter wordt het voorzitterschap waargenomen door de vicevoorzitter.
Geen enkel lid van de commissie mag zetelen indien hij zich in een situatie bevindt die zijn onpartijdigheid in vraag zou kunnen stellen.
Art. 11.De evaluatiecommissie vergadert pas geldig indien minstens vijf leden aanwezig zijn.
De leden van de commissie zijn gebonden aan de zwijgplicht wat betreft de debatten en deliberaties alsook elke informatie waarvan ze kennis hebben genomen bij de uitvoering van hun opdracht.
Elk lid van de evaluatiecommissie, met inbegrip van de voorzitter, de secretarissen uitgezonderd, is stemgerechtigd.
De evaluatievermelding wordt met meerderheid van stemmen toegekend. In geval van ex aequo heeft de voorzitter de doorslaggevende stem. Bij afwezigheid van de voorzitter heeft de vicevoorzitter de doorslaggevende stem.
De secretarissen stellen de notulen van de zitting op en houden een aanwezigheidslijst bij.
Het door de commissie goedgekeurde evaluatieverslag wordt in de notulen opgenomen en ondertekend door de voorzitter en de secretaris.
Binnen de 30 dagen na de toekenning van de evaluatievermelding wordt het evaluatieverslag bij aangetekend schrijven met ontvangstbevestiging, en ter aanvulling per mail, aan de geëvalueerde mandaathouder meegedeeld en voor iedere geëvalueerde mandaathouder aan de Regering overgemaakt. Voor het ministerie gebeurt dit via de minister van Openbaar Ambt, voor de instellingen van openbaar nut via de functioneel bevoegde minister. HOOFDSTUK V. - Eindbepalingen
Art. 12.De minister bevoegd voor Openbaar Ambt wordt belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 13.Het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 22 mei 2008Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 22/05/2008 pub. 23/09/2008 numac 2008031489 bron ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot bepaling van het huishoudelijk reglement van de evaluatiecommissie van het ministerie en van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 22/05/2008 pub. 23/09/2008 numac 2008031488 bron ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot bepaling van het huishoudelijk reglement van de selectiecommissies van het ministerie en van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest sluiten houdende het huishoudelijk reglement van de evaluatiecommissie van het ministerie en van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wordt opgeheven.
Brussel, 2 april 2015.
Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Territoriale Ontwikkeling, Stedelijk Beleid, Monumenten en Landschappen, Studentenaangelegenheden, Toerisme, Openbaar Ambt, Wetenschappelijk Onderzoek en Openbare Netheid, R. VERVOORT De minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Belast met Financiën, Begroting, Externe Betrekkingen en Ontwikkelingssamenwerking, G. VANHENGEL De minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Tewerkstelling en Economie en Brandbestrijding en Dringende Medische hulp, D. GOSUIN De minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit en Openbare Werken, P. SMET De minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Huisvesting, Levenskwaliteit, Leefmilieu en Energie, Mevr. C. FREMAULT